DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.65 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 8.25€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425

Catch the Wind

Gebreide top met raglan en korte mouwen in DROPS Safran. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met kantpatroon. Maten XS - XXL.

Markeer maat:
DROPS 211-5
DROPS Design: Patroon nr. e-306
Garengroep A
-------------------------------------------------------

MATEN:
XS - S - M - L - XL - XXL

MATERIAAL:
DROPS SAFRAN van garnstudio (behoort tot garengroep A)
250-250-250-300-300-350 g kleur 18, naturel

STEKENVERHOUDING:
24 steken in de breedte en 32 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 3 MM: Lengte 40 cm en 60 cm of 80 cm voor tricotsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.65 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 8.25€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel in de hoogte = 2 naalden; Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.4.

RAGLAN:
Meerder voor de raglan aan elke kant van het achterpand en elke kant van het voorpand (richting de mouwen). Meerder door 1 omslag te maken voor/na de steek met de markeerdraad; brei op de volgende naald de omslagen recht om gaatjes te maken. De meerderingen op de mouwen zijn in telpatronen A.1 en A.3 getekend.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TOP – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid. Er wordt een kleine rand rondom de armsgaten gebreid.

HALS:
Zet 106-110-116-120-124-132 steken op met rondbreinaald 3 mm en Safran. Brei 2 RIBBELS – lees beschrijving hierboven. Brei dan de pas zoals beschreven hieronder.

PAS:
Voeg 4 markeerdraden in het werk zoals beschreven hieronder (zonder de steken te breien). De markeerdraden worden gebruikt bij het meerderen voor de raglan.
Tel 16-17-18-19-20-22 steken (= helft van het achterpand), voeg 1 markeerdraad in de volgende steek, tel 19 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in de volgende steek, tel 32-34-37-39-41-45 steken (= voorpand), voeg 1 markeerdraad in de volgende steek, tel 19 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in de volgende steek. Er zijn 16-17-19-20-21-23 steken na de laatste markeerdraad (helft van het achterpand).
De eerste naald wordt als volgt gebreid: Brei tricotsteek tot de eerste markeerdraad-steek, maak 1 omslag (de eerste meerdering voor de raglan – zie uitleg hierboven), brei de markeerdraad-steek in tricotsteek, A.1 (= 2 steken), A.2 (= 14 steken) en A.3 ( = 3 steken) (= 19 steken op de mouw), brei de markeerdraad-steek in tricotsteek, 1 omslag, brei tricotsteek tot de volgende markeerdraad-steek (= voorpand), 1 omslag, brei de markeerdraad-steek in tricotsteek, A.1 (= 2 steken), A.2 (= 14 steken) en A.3 (= 3 steken) (= 19 steken op de mouw), brei de markeerdraad-steek in tricotsteek, 1 omslag, brei tricotsteek over de overgebleven steken (= helft achterpand).
Ga verder met dit patroon met tricotsteek op de voor- en achterpanden en A.1, A.2 en A.3 op de mouwen. Elke keer dat A.1, A.2 en A.3 1 keer in de hoogte zijn gebreid, breit u nog 2 herhalingen van A.2 tussen A.1 en A.3. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Ga TEGELIJKERTIJD verder met meerderen voor de raglan iedere 2e naald in totaal 22-26-28-31-35-39 keer op elke markeerdraad (inclusief de eerste meerdering beschreven hierboven). De nieuwe steken worden in tricotsteek gebreid op de voor- en achterpanden en in kantpatroon zoals te zien is in de telpatronen op de mouwen. Als de meerderingen voor de raglan klaar zijn, zijn er 294-334-356-388-424-468 steken op de naald. Brei de volgende naald als volgt: Brei 39-44-47-51-56-62 steken (= helft het achterpand), plaats de volgende 69-79-83-91-99-109 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 9-9-9-11-13-15 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei 78-88-95-103-113-125 steken (= voorpand), plaats de volgende 69-79-83-91-99-109 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 9-9-9-11-13-15 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei de laatste 39-44-48-52-57-63 steken (= helft van het achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN!

LIJF:
= 174-194-208-228-252-280 steken. Voeg 1 markeerdraad in het midden van de 9-9-9-11-13-15 opgezette steken onder elke mouw. Knip de draad af en begin de naald 6 steken voor 1 van de steken met de markeerdraad. Brei A.4 (= 13 steken), brei 74-84-91-101-113-127 steken in tricotsteek, brei A.4 en dan tricotsteek over de laatste 74-84-91-101-113-127 steken. Ga verder met dit patroon, TEGELIJKERTIJD, als het werk 2 cm meet, meerdert u door 1 omslag te maken aan elke kant van A.4, brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen (= 4 gemeerderde steken). Herhaal het meerderen iedere 1 ½ cm in totaal 18 keer; de gemeerderde steken worden in tricotsteek gebreid = 246-266-280-300-324-352 steken. Als het werk 28-29-29-30-29-29 cm meet vanaf de scheiding brei dan 2 ribbels over alle steken, kant dan af.

MOUWRAND:
Plaats de 69-79-83-91-99-109 steken op een van de hulpdraden op korte rondbreinaald 3 mm en neem 1 steek op in elke van de 9-9-9-11-13-15 nieuwe steken onder de mouw = 78-88-92-102-112-124 steken. Brei 2 ribbels over alle steken, kant dan af.

Brei de andere mouwrand op dezelfde manier.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 12.05.2020
Correctie: 2 omslagen op de 9e naald in telpatroon A.4 zijn verwijderd.
Gewijzigd online: 04.06.2020
Correctie: er zijn 2 omslagen op de 13e naald in telpatroon A.4 toegevoegd.
Gewijzigd online: 04.11.2021
PAS:...brei de markeerdraad-steek in tricotsteek, 1 omslag, brei tricotsteek over de overgebleven steken (= helft achterpand).
Ga verder met dit patroon met tricotsteek op de voor- en achterpanden en A.1, A.2 en A.3 op de mouwen...

Telpatroon

symbols = recht
symbols = averecht
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken; brei op de volgende naald de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat
symbols = 1 steek recht afhalen, 2 recht samen en haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Catch the Wind

Inger Gamme, Norway

Catch the Wind

Emmanuelle, France

Catch the Wind

Kornelia, Poland

Catch the Wind

Enni / Tänkimäätein, Finland

Catch the Wind

Maria, Poland

Catch the Wind

DA SILVA FARIA Cécile, France

211-5 Catch the Wind

Jerry, Germany

Laat een opmerking achter voor DROPS 211-5

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (187)

country flag Danielle Graisse schreef:

Ou trouver les explications en français?\r\nMerci.

01.09.2024 - 14:22

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Graisse, vous pouvez basculer les explications en français en cliquant sur le menu déroulant à côté de l'imprimante (sélectionnez ensuite français dans la liste), - ou bien cliquez ici pour ce modèle. Bon tricot!

02.09.2024 - 08:44

country flag Lois schreef:

Confused in Body section. Insert 1 marker thread in middle of 11 stitches (my size) cast on under each sleeve. Cut the strand (is this the yarn I was knitting with?) and begin the round 6 stitches before one of the stitches with marker thread. Does this become the new BOR and I choose which arm to start under? Is there a video which might show this? I apologize if I've sent this already but not sure it went through.

01.08.2024 - 14:05

DROPS Design antwoorde:

Hi Lois, The marker-stitch mid-under the sleeve is the middle stitch in A.4 and, as you say, the beginning of the round is 6 stitches before the marker-stitch. And , it does not matter which side of the body you begin the new round. Happy knitting!

02.08.2024 - 06:40

country flag Maria PL schreef:

Hej Jag undrar över A1 på varv 2. Var kom 1:a maskan ifrån. Ökningen sitter ju till vänster, jag får de aviga maskerna ovanpå varandra. Vad gör ja jag för fel?

28.07.2024 - 11:22

DROPS Design antwoorde:

Hej Maria, strik maskerne som du ser dem i diagrammet, da vil de aviga masker komme over hinanden, men på skrå, som du ser på billedet :)

01.08.2024 - 11:34

country flag Susanne Hansen schreef:

Kan ikke få diagram til at passe ved ærmerne, p22. Strikker M. A1: p 21: 15 m. P 22: 14 m. A2: p 21: 14 m. P22 : 14 m A3: p21: 14 m. P22: 15 m. Fuldstændig de samme antal ved næste ærme. Der må være fejl i diagrammet.

27.07.2024 - 16:36

DROPS Design antwoorde:

Hej Susanne, på pind 21 har du 15, 14, 12 (41 masker). Pind 22 har du 14,14,15 (43 masker) de 2 ekstra masker på pind 22 er dem du tog ud på pind 21 i A.3. Hvis du har yderligere spørgsmål, så skrive hvilken størrelse du strikker, hvor mange masker du har og hvad som ikke stemmer :)

01.08.2024 - 11:13

country flag Catherine schreef:

Bonjour, doit on lire les diagramme de droite à gauche? Merci de votre réponse.

23.07.2024 - 07:49

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Catherine, oui. Bon tricot!

23.07.2024 - 09:56

country flag Anna schreef:

Nu är jag igång å stickar a4 längs med sidorna på bålen å undrar om korrigeringarna verkligen stämmer? Jag tycker inte att det stämmer med det övriga mönstret på blad/blommorna, där de aviga maskorna följer ovanpå förra varvets aviga maskor. Som det ser ut nu så förskjuts dem aviga på varv 10 och 14. Hoppas ni fattar vad jag menar?! Mvh/Anna

21.07.2024 - 10:20

DROPS Design antwoorde:

Hej Anna, jo aviga maskorna skal følge mønsteret med indtagningerne, så de bliver forskudt på samme måde som hullerne :)

31.07.2024 - 12:32

country flag Darleen Monague schreef:

Having trouble understanding the pattern for the sleeves. According to directions you start with 19 stitches in the sleeve. Working the pattern doesn’t give enough stitches to get to work A2 twice. Where do these extra stitches get added in the pattern?

21.07.2024 - 01:30

DROPS Design antwoorde:

Dear Darleen, in the sleeve you will start working: A.1 (= 2 stitches), A.2 (= 14 stitches) and A.3 ( = 3 stitches) = 19 stitches. A.1 and A.3 includes increases in the charts. Since you start with 3 and 2 stitches and end up with 17 and 16 respectively, each charts adds 14 sts (28 sts in total). Each repeat of A.2 contains 14 stitches, so 1 full repeat of A.1 and A.3 will give space for 2 extra repeats of A.2. A.3 and A.1 will be repeated over their respective initial stitches. Happy knitting!

21.07.2024 - 21:14

country flag Christina Schröder schreef:

Could somebody please explain how to knit line 21 in A.1 and A.2 (A.3) in Catch the Wind ? I do not understand the beginning of A.1 starting before the real pattern starts (= slip 1 stitch as if to knit, knit 2 together and pass the slipped stitch over the knitted together stitches). Thanks a lot, Christina

20.07.2024 - 08:04

DROPS Design antwoorde:

Dear Christina, work the last stitch in A.1 together with the first 2 stitch first repeat of A.2 (this is now the first stitch A.2), then work the last stitch A.2 together with first stitch next A.2/A.3 = this is now the first stitch next A.2/A.3. Happy knitting!

02.08.2024 - 14:47

country flag Lena Christensen schreef:

Når jeg skal strikke A2 . 2 gange ekstra er der så frem og tilbage på pinden mellem A1 og A3 ? Og derefter forsætte rundt.

17.07.2024 - 18:45

DROPS Design antwoorde:

Hej Lena. Nej du stickar runt hela tiden. När du stickat diagrammen 1 gång på höjden så börjar du längst ner på diagrammen igen, men så stickar du A.1, A.2, A.2, A.2, A.3 eftersom du nu har fler maskor. Mvh DROPS Design

18.07.2024 - 14:00

country flag Ann Kari schreef:

Ellinor Pettersen Vet ikke om du har funnet ut av det du lurer på, men jeg lurte også på det samme. Erdårlig beskrevet dette mønsteret, men når du har strikket A1 A2 og A# i høyden en gang, så begynner du på nytt igjen med A1, A2 og A3 men da strikker du A1 1 gang, A2 3 ganger og A3 1 gang Sånn fortsetter det, skal du strikke det 3 ganger i høyden strikker du A2 5 ganger fær A3. Håper dette var fortåelig.

14.07.2024 - 14:50