DROPS Sky
DROPS Sky
74% Alpaca, 18% Polyamide, 8% Wol
vanaf 5.27 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.81€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Agnes Sweater

Gebreide trui voor kinderen in DROPS Sky. Het werk wordt gebreid van boven naar beneden met ronde pas, kantpatroon, tricotsteek en ribbelsteek. Maat 3-12 jaar.

DROPS Children 34-10
DROPS design: Patroon sk-003-bn
Garengroep B
----------------------------------------------------------

MAAT:
3/4 - 5/6 - 7/8 - 9/10 - 11/12 jaar
De maten staat gelijk aan ongeveer de hoogte van het kind in cm:
98/104 - 110/116 - 122/128 - 134/140 - 146/152

MATERIAAL:
DROPS SKY van garnstudio (behoort tot garengroep B)
150-150-200-200-200 g kleur 13, denimblauw

STEKENVERHOUDING:
21 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 mm
DROPS RONDBREINAALD 4 mm, lengte 40 en 60 cm.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Sky
DROPS Sky
74% Alpaca, 18% Polyamide, 8% Wol
vanaf 5.27 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.81€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

PATROON:
Zie telpatroon A.1. Kies het telpatroon voor uw maat. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld):
Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 72 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 17) = 4.2.
In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na iedere 4e steek. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid om een gaatje te voorkomen.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (geldt voor de zijkanten van het lijf):
Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad, 1 omslag, 2 recht (de markeerdraad is in het midden van deze steken), 1 omslag = 2 steken gemeerderd. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek.

TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 steken recht (de markeerdraad zit tussen deze steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek = 2 steken geminderd.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald, van boven naar beneden. Verdeel het werk voor het lijf en de mouwen, brei het lijf in de rondte op de rondbreinaald. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald.

PAS:
Zet 76-80-80-84-84 steken op rondbreinaald 4 mm met Sky. Brei 2 ribbels in RIBBELSTEEK - zie uitleg hierboven. Brei 1 naald recht en meerder 2-4-10-14-21 steken verdeeld op de naald - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN! = 78-84-90-98-105 steken.
Brei 1 naald averecht. Voeg een markeerdraad in, in deze naald en meet het werk vanaf hier. Brei op de volgende naald volgens telpatroon A.1 (kies het telpatroon voor de juiste maat) 13-14-15-14-15 keer op de naald. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als telpatroon A.1 in de hoogte is gebreid, zijn er 208-224-240-252-270 steken op de naald. Meerder op de volgende naald 4-4-2-2-4 steken verdeeld op de naald = 212-228-242-254-274 steken.
Brei dan in tricotsteek tot het werk ongeveer 15-15-16-17-18 cm meet, vanaf de markeerdraad. Brei de volgende naald als volgt:
Brei 62-66-70-75-75 steken recht (= achterpand), zet de volgende 44-48-51-53-62 steken op een hulpdraad (= mouw), zet 6 nieuwe steken op onder de mouw, brei 62-66-70-74-75 steken recht (= voorpand), zet de volgende 44-48-51-53-62 steken op een nieuwe hulpdraad (= de andere mouw) en zet 6 nieuwe steken op onder de mouw.

LIJF:
Er zijn nu 136-144-152-160-162 steken op de naald. MEET NU HET WERK VANAF HIER! Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 6 nieuw opgezette steken. Brei in tricotsteek in de rondte. Meerder bij een hoogte van 3 cm, 1 steek aan elke kant van elke markeerdraad (= 4 steken gemeerderd) - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2! Herhaal het meerderen iedere 3-4½-5½-6½-7½ cm 3 keer in totaal = 148-156-164-172-174 steken op de naald. Brei dan zoals hiervoor tot het werk ongeveer 15-17-20-23-26 cm meet (of tot de gewenste lengte, er is ongeveer 2 cm over tot de gewenste afmetingen). Brei 2 cm ribbelsteek. Kant dan losjes af. Knip en hecht het garen af.

MOUW:
Zet de steken van de ene hulpdraad op de hulpdraad terug op een korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4 mm (= 44-48-51-53-62 steken), neem 1 steek op in elk van de 6 opgezette steken op het lijf (= 50-54-57-59-68 steken). Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van deze 6 steken. Brei in tricotsteek in de rondte tot de mouw 3 cm meet. Minder nu 1 steek aan elke kant van de markeerdraad - lees TIP VOOR HET MINDEREN! Ga verder in tricotsteek en herhaal het minderen iedere 4-4-4-4-3½ cm tot het minderen in totaal 5-6-7-8-10 keer is gedaan = 40-42-43-43-48 steken op de naald. Brei in tricotsteek tot de mouw in totaal 23-28-31-35-38 cm meet.
Brei 2 cm in ribbelsteek. Kant dan losjes af. Knip en hecht het garen af.

Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 10.04.2019
Correctie - LIJF Brei dan zoals hiervoor tot het werk ongeveer 15-17-20-23-26 cm meet (of tot de gewenste lengte, er is ongeveer 2 cm over tot de gewenste afmetingen).
Gewijzigd online: 04.11.2020
Correctie: PAS: PAS:
Zet 76-80-80-84-84 steken op rondbreinaald 4 mm met Sky. Brei 2 ribbels in RIBBELSTEEK - zie uitleg hierboven. Brei 1 naald recht en meerder 2-4-10-14-21 steken verdeeld op de naald - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN! = 78-84-90-98-105 steken.

Telpatroon

symbols = recht
symbols = averecht
symbols = 2 recht samen
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei de omslag op de volgende naald recht, zodat er een gaatje ontstaat
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei de omslag gedraaid op de volgende naald, zodat er geen gaatje ontstaat
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = haal 1 steek recht af, brei 2 steken recht samen, haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Children 34-10

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (43)

country flag Berbett wrote:

Bonjour, Empiècement : tricoter 75 m, glisser 53 sur un fil, monter 6 m sous la manche, tricoter 74 m, glisser 53 m sur un fil et monter 6 m sous la manche. Dos et devant : pourquoi faut-il monter 6 en début de tour puis à nouveau 6 m après avoir tricoter le devant alors que les 2X 6m ont été montées lors de l'empiècement ? En vous remerciant d'avance pour vos explications. Berbett Pia

08.11.2020 - 20:43

DROPS Design answered:

Bonjour Berbett, merci pour votre retour, ces mailles ne sont pas à monter, cette partie a été supprimée des explications. Bon tricot!

09.11.2020 - 11:26

country flag Laurence wrote:

Bonjour! Un tout grand merci pour ces magnifiques modèles et les explications très claires! Ma question: le bas du corps (point mousse) s'enroule quand les mailles sont rabattues. Comment éviter cela? Merci de votre aide!

12.08.2020 - 13:58

DROPS Design answered:

Bonjour Laurence et merci :) Vous pouvez humidifier le pull (ou le laver en respectant bien toujours les consignes d'entretien) et le faire sécher bien à plat avec des épingles si besoin, la bordure du bas ne s'enroulera plus. Bonne continuation!

12.08.2020 - 17:02

country flag Renee Fellbaum wrote:

Hello, I have finished the yoke, of this pattern for size 9/10. However I am at a total loss as to what to do next. I am a novice knitter. I have read the pattern several times, but I am not understanding what my next step is. Thanks

22.06.2020 - 16:25

DROPS Design answered:

Dear Mrs Fellbaum, look at this lesson, from point 8) - it shows how to divide piece for sleeves and front/back piece (=body), how to cast on the new stitches mid under sleeve (sides of body) and how to work sleeves later. Happy knitting!

23.06.2020 - 08:56

country flag Donatella Bernardi wrote:

Buongiorno! Vorrei eseguire questo modelli per mia figlia, però inserendo i ferri accorciati, dietro; è possibile? se si, in che punto della lavorazione li inserisco?

26.03.2020 - 13:42

DROPS Design answered:

Buongiorno Donatella. Sì, è possibile aggiungere dei ferri accorciati. Li dovrebbe inserire prima di iniziare a lavorare il diagramma A1. Buon lavoro!

26.03.2020 - 15:03

country flag Patricia wrote:

Bonjour Je trouve superbe ce modèle. Ne serait t'il pas possible de le décliner en taille adulte ? Merci beaucoup

26.03.2020 - 11:49

DROPS Design answered:

Bonjour Patricia, vous le trouverez en version pull manches longues ou bien gilet manches longues ou bien encore gilet manches courtes en cliquant sur les vignettes ou les liens ci-dessus. Bon tricot!

26.03.2020 - 15:14

country flag Irma DiLullo wrote:

Hello I can't find the key & Abbreviations for the sweater Diagram. Also, is there as explanation on how to read the Diagram. Thank you

10.01.2020 - 15:50

country flag Marta wrote:

Hola el patrón se teje una vuelta del derecho, y otra del revés? , es que yo cuando tejo en agujas circulares el p. Jersey siempre tejo del derecho

23.12.2019 - 10:19

DROPS Design answered:

Hola Marta. La parte del jersey en punto musgo se teje 1 vuelta de derecho, 1 vuelta de revés.; la parte en punto jersey se teje todas las vueltas de derecho. Todo el jersey se trabaja en redondo con una aguja circular.

04.01.2020 - 00:33

country flag Michele ZUBER wrote:

Bonjour, taille 9/10ans en laine Sky. Pour l empiècement on le démarre a 98 mailles et on répète A1 14 fois avec les augmentations successives on arrive a 254 mailles (98+14+14+14+14) or il est écrit :vous avez 252 mailles, augmentez au tour suivant de 2 mailles pour avoir 254. Est ce une erreur? Merci

06.12.2019 - 15:26

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Zuber, en taille 9/10 ans, on commence effectivement par 98 m et on tricote 14 x les 7 m de A.1 (= 7x14= 98 m), dans A.1, on va augmenter 11 m au total (cf jetés en noir = 5ème symbole), on aura ainsi 18 m quand A.1 est terminé, soit 18 m x 14 = 252 m. Après A.1, on tricote 1 tour end au augmentant 2 m = 254 m. Bon tricot!

06.12.2019 - 16:08

country flag Carrie wrote:

When casting on the 6 stitches under the sleeve, do we then join those 6 stitches to the body of the work and include them in the round or are those 6 stitches separate from the body? Also, the stitch count doesn’t add up properly for the size 9/10. 75 + 74 + 53 + 53 = 255, not 254 like the pattern says.

19.11.2019 - 07:59

DROPS Design answered:

Dear Carrie, you should have 74 sts for back piece (not 75 sts, pattern will be edited) + 53 sts for each sleeve + 74 sts for front piece = 254 sts. Then you replace the 53 sts each sleeve with 8 new stitches = 74+8+74+8= 164 sts. See in this video (for a raglan, but technique for sleeve will be the same here) from time code 07:00 approx. Happy knitting!

19.11.2019 - 09:17

country flag Melanie wrote:

The cast on stitches of 62 ,ages 3/4 , does not give a wide enough opening for the neck . What should be the correct cast on number

12.11.2019 - 19:23