Inner Circle#innercirclesweater |
|||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||||||
Gebreide trui met ronde pas in DROPS Karisma of DROPS Merino Extra Fine. Het werk wordt gebreid van boven naar beneden met Scandinavisch patroon. Maat: S - XXXL Gebreide muts in DROPS Karisma of DROPS Merino Extra Fine. Werk wordt in de rondte gebreid met Scandinavisch patroon.
DROPS 196-23 |
|||||||||||||||||||
UITLEG VOOR HET PATROON: ---------------------------------------------------------- PATROON: Trui: Zie telpatroon A.1. Muts: Zie telpatronen A.2 en A.3. Kies het telpatroon voor het gewenste patroon. Brei alle steken in tricotsteek. TIP VOOR HET BREIEN (geldt voor het veelkleurig patroon): Om te voorkomen dat de stekenverhouding te strak wordt wanneer u in patroon breit, is het belangrijk om de draden niet te strak aan te trekken op de achterkant van het werk. Ga verder met een naald in een grotere maat wanneer u in patroon breit en het wordt wat te strak. VERHOGING: Voeg een markeerdraad in, in de eerste steek op de naald (= midden achter). Begin aan de goede kant en brei 11-11-12-13-13-14 steken recht voorbij de markeerdraad, keer het werk, trek de draad aan en brei 22-22-24-26-26-28 steken averecht. Keer het werk, trek de draad aan en brei 33-33-36-39-39-42 recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 44-44-48-52-52-56 averecht. Keer het werk, trek de draad aan en brei 55-55-60-65-65-70 recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 66-66-72-78-78-84 averecht, keer het werk en brei recht tot het begin van de naald. TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert/meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 108 steken) en deel deze steken door het aantal te maken minderingen/meerderingen (dus 16) = 6.8. In dit voorbeeld breit u ongeveer iedere 6e en 7e steek samen bij het minderen. Bij het meerderen maakt u 1 omslag na iedere ongeveer 7e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MEERDEREN (geldt voor de zijkanten van het lijf): Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, maak 1 omslag, brei 4 recht de (markeerdraad is in het midden van deze 4 steken), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad en brei 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. ---------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ---------------------------------------------------------- TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald vanaf midden achter, brei van boven naar beneden. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald. HALSRAND: Zet 108-116-120-124-128-132 steken op rondbreinaald 3 mm met licht grijsgroen. Brei 1 naald recht. Brei verder met lichtbruin. Brei nu boordsteek = 2 recht/2 averecht tot het werk 3 cm meet. Brei 1 naald recht en minder 16-19-19-20-20-20 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 92-97-101-104-108-112 steken. Brei 1 naald recht en meerder 20-22-32-36-39-42 steken verdeeld = 112-119-133-140-147-154 steken. Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Voor een betere pasvorm kunt u een verhoging op de achterkant van de hals breien, zodat de pas ietwat hoger is op het achterpand. Deze verhoging kunt u ook overslaan, zodat de hals op de voor- en achterkant hetzelfde is - lees VERHOGING. PAS: Brei nu in patroon A.1 (= 7 steken) 16-17-19-20-21-22 herhalingen op de naald (begin op uw maat in telpatroon) - lees TIP VOOR HET BREIEN en DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Ga zo verder in patroon in de rondte. Als A.1 helemaal in de hoogte is gebreid zijn er 288-306-342-360-378-396 steken op de naald. Het werk meet nu ongeveer 23-24-24-24-24-24 cm. Maat S is nu klaar, ga verder met het volgende deel hieronder. Ga verder als volgt in maat M, L, XL, XXL en XXXL: Maat M, L en XL: Brei in tricotsteek met lichtbruin tot het werk 25-27-28 cm meet vanaf de opzetrand, Meerder tegelijkertijd bij een hoogte van 24-24-24 cm 14-6-20 steken verdeeld = 320-348-380 steken. Ga verder met het volgende deel hieronder. Maat XXL en XXXL: Brei in tricotsteek met lichtbruin tot het werk 30-32 cm meet vanaf de opzetrand, Meerder tegelijkertijd bij een hoogte van 24-24 cm 11-14 steken verdeeld en meerder bij een hoogte van 27-29 cm 11-14 steken verdeeld = 400-424 steken. Ga verder met het volgende deel. ALLE MATEN: Brei de volgende naald als volgt: Brei 42-46-50-56-60-65 steken zoals hiervoor (= helft van het achterpand), zet de volgende 60-68-74-78-80-82 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-14 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei 84-92-100-112-120-130 steken (= voorpand), zet de volgende 60-68-74-78-80-82 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-14 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw) en brei de 42-46-50-56-60-65 steken zoals hiervoor (= linker voorpand). Brei het lijf en de mouwen apart verder. MEET NU HET WERK VANAF HIER! LIJF: = 184-200-220-244-264-288 steken. Voeg een markeerdraad in aan elke kant, in het midden van de 8-8-10-10-12-14 nieuw opgezette steken onder de mouw aan elke kant = 92-100-110-122-132-144 steken tussen de markeerdraden op zowel het voor- en achterpand. Brei in tricotsteek in de rondte met lichtbruin. Meerder bij een hoogte van 2 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MEERDEREN (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 6e naald (ongeveer 2 cm) 10 keer in totaal aan elke kant = 224-240-260-284-304-328 steken. Brei bij een hoogte van 24-24-24-25-25-25 cm vanaf de scheiding, 1 naald recht en meerder 60-64-68-72-76-84 steken verdeeld = 284-304-328-356-380-412 steken. Ga verder met rondbreinaald 3 mm en brei 4 cm boordsteek = 2 recht/2 averecht. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht maar om een strakke afkantrand te voorkomen, maakt u 1 omslag na iedere 4e steek (kant de omslagen af als normale steken). De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Zet de 60-68-74-78-80-82 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op een korte rondbreinaald 4 mm/breinaalden zonder knop en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 8-8-10-10-12-14 nieuw opgezette steken onder de mouw = 68-76-84-88-92-96 steken op de naald. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 8-8-10-10-12-14 steken (= midden onder de mouw). Brei in tricotsteek in de rondte met lichtbruin. Minder bij een hoogte van 2 cm vanaf de scheiding, 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo ongeveer iedere 8e-6e-5e-4e-4e-4e naald 12-15-18-19-20-21 keer in totaal = 44-46-48-50-52-54 steken. Als de mouw 38-36-35-34-33-31 cm meet vanaf de scheiding (minder voor de grotere maten vanwege een langere pas), brei dan 1 naald recht en meerder 12-14-16-18-20-22 steken verdeeld = 54-60-64-68-72-76 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 3 mm. Brei 4 cm boordsteek in de rondte = 2 recht/2 averecht. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht maar om een strakke afkantrand te voorkomen, maakt u 1 omslag na iedere 4e steek (kant de omslagen af als normale steken). De mouw meet ongeveer 42-40-39-38-37-35 cm vanaf de scheiding en naar beneden. Brei de andere mouw op dezelfde wijze. ---------------------------------------------------------- MUTS - KORTE SAMENVATTING VAN HET KLEDINGSTUK: Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald. Ga verder met breinaald zonder knop indien nodig. Er zijn 2 verschillende telpatronen voor de muts. Als u het patroon met een grote boom wilt, brei dan volgens telpatroon A.2 en als u het patroon met een kleine boom wilt, brei dan volgens telpatroon A.3. Zet 124 steken op rondbreinaald 3 mm met lichtbruin. Brei 1 naald recht. Brei verder met licht grijsgroen. Brei 4 cm boordsteek = 2 recht/2 averecht. Ga verder met rondbreinaald 4 mm, brei 1 naald recht en minder 16 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld) = 108 steken. Brei nu in patroon A.2 of A.3 – kies het telpatroon voor de grote of kleine boom (= 18 steken) 6 keer in totaal op de naald. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.2/A.3 helemaal zijn gebreid in de hoogte, zijn er 12 steken op de naald. Knip het garen af en haal het door de overgebleven steken op de naald, trek samen en hecht af. De muts meet ongeveer 24 cm. |
|||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #innercirclesweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 28 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 196-23
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.