Frambuesa |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Gebreid lange vest in DROPS Nepal. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met kantpatroon en gerstekorrel op de pas, met A-lijn en zakken. Maten S - XXXL.
DROPS 206-15 |
|||||||||||||||||||
UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel in de hoogte = Brei 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.3. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.2). De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 84 steken) minus de biezen (dus 10 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken meerderingen (dus 27) = 2.7. In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na afwisselend elke 2e en 3e steek. Meerder niet op biezen. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de zijkanten van het lijf en de mouwen): Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad zit tussen deze 4 steken), 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. RAGLAN: Als de pas klaar is, brei dan een kleine raglan voordat u het werk verdeelt voor het lijf en de mouwen. Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt! Meerder 1 steek aan elke kant van de 4 markeerdraden in elke overgang tussen de voor-/achterpanden en de mouwen zoals beschreven hieronder (= 8 steken gemeerderd op de naald). Brei tot er 1 steek over is voor de eerste markeerdraad, maak 1 omslag, 2 recht (de markeerdraad is in het midden van deze 2 steken), maak 1 omslag (= 1 steek gemeerderd aan elke kant van de markeerdraad). Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN (voor midden onder de mouwen): Begin 3 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). KNOOPSGATEN: Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als er 3 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, 2 recht samen en 1 recht. Brei op de volgende naald de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt gebreid als de boordsteek op de hals ongeveer 2 cm meet. Brei dan de andere 5-5-5-6-6-6 knoopsgaten met ongeveer 10-10-10-9-9-9 cm tussen elk. TIP VOOR HET AFKANTEN: Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat; of maak 1 omslag na ongeveer elke 8e steek terwijl u tegelijkertijd afkant (kant de omslagen af als normale steken). ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De hals en de pas worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald vanaf midden voor, dan wordt de pas verdeeld voor het lijf en mouwen. Het lijf wordt verder heen en weer gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop/ korte rondbreinaald, van boven naar beneden. Tot slot worden de zakken apart gebreid en dan op de voorpanden genaaid. HALS: Zet 84-88-92-92-96-100 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant richting midden voor) met rondbreinaald 4.5 mm en Nepal. Brei 1 naald averecht (= verkeerde kant). De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: Brei A.1 (= 5 voorbiessteken), * 2 recht, 2 averecht *, brei van *-* tot er 7 steken over zijn op de naald, 2 recht en eindig met A.1 (= 5 voorbiessteken). Ga verder met deze boordsteek voor 3-3-3-4-4-4 cm; denk om het de knoopsgaten op de rechter voorbies – lees beschrijving hierboven. Als de boordsteek klaar is, brei dan 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 27-33-29-39-47-43 steken verdeeld meerdert - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 111-121-121-131-143-143 steken. Voeg 1 markeerdraad in na de 5 voorbiessteken op het begin van de naald; de pas wordt vanaf deze markeerdraad gemeten! Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant (de omslagen worden gedraaid averecht gebreid en de voorbiessteken in A.1). Brei nu de pas zoals beschreven hieronder. PAS: Ga verder met rondbreinaald 5.5 mm en brei de volgende naald aan de goede kant als volgt. Ga verder met A.1 over de 5 voorbiessteken, brei A.2A (= 6-6-6-7-7-7 steken), A.2B tot er 10-10-10-11-11-11 steken over zijn op de naald (= 9-10-10-9-10-10 herhalingen van 10-10-10-12-12-12 steken), brei A.2C (= 5-5-5-6-6-6 steken) en eindig met A.1 over de 5 voorbiessteken. Ga verder met dit patroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Meerder TEGELIJKERTIJD op elke naald gemarkeerd met een pijl in A.2A steken verdeeld zoals beschreven hieronder – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (meerder altijd op een naald aan de verkeerde kant). Pijl-1: Meerder 40-40-40-48-48-48 steken verdeeld = 151-161-161-179-191-191 steken. Pijl-2: Meerder 40-40-40-48-48-48 steken verdeeld = 191-201-201-227-239-239 steken. Pijl-3: Meerder 30-30-30-36-36-36 steken verdeeld = 221-231-231-263-275-275 steken. Pijl-4: Meerder 4-6-6-10-2-14 steken verdeeld = 225-237-237-273-277-289 steken. Als A.2 klaar is in de hoogte meet het werk ongeveer 16-16-16-20-20-20 cm vanaf de markeerdraad op de hals. Als het werk korter is dan dit, brei dan verder in tricotsteek en A.1 over de voorbiessteken tot de juiste lengte. Meerder dan voor een kleine raglan zoals beschreven hieronder. RAGLAN: Voeg 4 markeerdraden in het werk voor de meerderingen voor de raglan. De markeerdraden worden ingevoegd zonder de steken te breien; de eerste markeerdraad na de eerste 39-40-40-46-48-51 steken (= voorpand), de 2e markeerdraad wordt ingevoegd na de volgende 40-44-44-50-48-48 steken (= mouw), de 3e markeerdraad wordt ingevoegd na de volgende 67-69-69-81-85-91 steken (= achterpand) en de 4e markeerdraad na de volgende 40-44-44-50-48-48 steken (= mouw). Er zijn 39-40-40-46-48-51 steken over op het voorpand na de laatste markeerdraad. Brei tricotsteek. Meerder TEGELIJKERTIJD op de volgende naald aan de goede kant voor de raglan aan elke kant van de 4 markeerdraden – lees beschrijving hierboven (= 8 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 2e naald (dus elke naald aan de goede kant) in totaal 2-4-6-4-6-8 keer = 241-269-285-305-325-353 steken. Brei verder zonder meerderingen tot het werk 19-21-23-25-27-29 cm meet vanaf de markeerdraad op de hals. Verdeel nu het werk voor het lijf en mouwen als volgt: Brei 41-44-46-50-54-59 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 44-52-56-58-60-64 steken op 1 hulpdraad voor de mouw en zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei de volgende 71-77-81-89-97-107 steken zoals hiervoor (= achterpand), plaats de volgende 44-52-56-58-60-64 steken op 1 hulpdraad voor de mouw en zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 41-44-46-50-54-59 steken zoals hiervoor (= voorpand). Het Lijf en mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! LIJF: = 165-177-189-205-225-245 steken. Voeg 1 markeerdraad in 44-47-50-54-59-64 steken vanaf elke kant (= zijkanten van het lijf). Er zijn 77-83-89-97-107-117 steken tussen de markeerdraden op het achterpand. Neem de draden mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden gebruikt bij het meerderen in de zijkanten. Brei tricotsteek heen en weer en 5 voorbiessteken in A.1 aan elke kant richting midden voor – denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies. Als het werk 5 cm meet vanaf de scheiding in alle maten, meerder dan 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 5 cm in totaal 8 keer aan elke kant = 197-209-221-237-257-277 steken. Brei verder tot het werk 45 cm meet vanaf de scheiding in alle maten (er is ongeveer 3 cm tot de gewenste lengte; u kunt het vest passen en breien tot de gewenste lengte). Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant (de biezen worden gebreid in A.1) en meerder tegelijkertijd 40-43-41-45-50-55 steken verdeeld op deze naald = 237-252-262-282-307-332 steken. Dit wordt gedaan om te voorkomen dat de rand te strak wordt. Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm en brei de volgende naald als volgt aan de goede kant: 5 voorbiessteken in A.1, brei A.3 tot er 7 steken over zijn op de naald, brei 2 recht en eindig met 5 voorbiessteken in A.1. Ga zo verder tot de rand 3 cm meet. Kant af met recht aan de goede kant – lees TIP VOOR HET AFKANTEN! Het vest meet ongeveer 70-72-74-76-78-80 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Plaats de 44-52-56-58-60-64 steken van de hulpdraad aan de een kant van het werk op een korte rondbreinaald of breinaalden zonder knop maat 5.5 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-6-8-8-10-10 opgezette steken onder de mouw = 50-58-64-66-70-74 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6-6-8-8-10-10 steken onder de mouw (neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt bij het minderen midden onder de mouw). Begin de naald op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 3-2-2--2-3-3 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3-2-1½-1½-1-1 cm in totaal 4-7-9-9-10-11 keer = 42-44-46-48-50-52 steken. Als de mouw 16-16-16-15-15-15 cm meet vanaf de scheiding, meerder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Meerder zo iedere 6-7-5-6-3-3½ cm in totaal 4-3-4-3-5-4 keer = 50-50-54-54-60-60 steken. Brei verder tot de mouw 39-37-36-34-32-31 cm meet vanaf de scheiding (er is ongeveer 3 cm over tot de gewenste lengte; u kunt het vest passen en breien tot de gewenste lengte). LET OP: Kortere lengtes in de grotere maten vanwege een bredere hals en een langere pas. Brei 1 naald recht terwijl u 0-0-1-1-0-0 steken meerdert = 50-50-55-55-60-60 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop of korte rondbreinaald 4.5 mm en brei A.3 voor 3 cm. Kant af met recht – denk om TIP VOOR HET AFKANTEN! De mouw meet ongeveer 42-40-39-37-35-34 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de knopen op de linker voorbies. ZAK: Zet 33-33-33-39-39-39 steken op met rondbreinaald 5.5 mm en Nepal. Brei 1 naald averecht (= verkeerde kant). De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 1 kantsteek in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, brei A.2A (= 6-6-6-7-7-7 steken), A.2B over de volgende 20-20-20-24-24-24 steken (= 2 herhalingen van 10-10-10-12-12-12 steken), A.2C (= 5-5-5-6-6-6 steken) en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga verder met dit patroon tot de tweede rand van gerstekorrel klaar is. Brei dan tricotsteek en 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant tot de zak 16-17-18-19-20-21 cm meet. Kant af met recht aan de goede kant. Brei de andere zak op dezelfde manier. Plaats 1 zak op elk voorpand ongeveer 8 tot 13 cm vanaf de buitenste rand van de voorbies midden voor en van rand naar rand met de overgang tussen tricotsteek en de rand op de onderkant van het vest – zie foto (u kunt het vest passen en naar wens positioneren). Naai de zakken op de voorpanden aan de binnenkant van de 1 kantsteek op de zakken. |
|||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (20)
Brigitta Sommer wrote:
Wieso steht am Schluss vom Rumpf nach den 5M A1 , danach bis 7 M vor Ende A3 stricken dabei muss man doch das Bord mit 2r / 2l stricken? Aber auch das stimmt nicht. Ich stricke 5M A1 danach Rippenmuster 2r/ 2l . Nach der Blende fange ich mit rechts an aber höre vor der Blende mit links auf. Was mache ich falsch?
24.10.2023 - 17:00DROPS Design answered:
Liebe Frau Sommer, am Schluss vom Rumpf wird es nicht Rippenmuster 2 re/2 li gestrickt aber 2 re/ 3 Perlmuster, so: 5 M Perlmuster (A.1), *2. rechts, 3 Perlmuster (A.3)*, von *-* wiederholen bis 7 M übrig sind, 2 M rechts (so ist das Rippenmuster symmetrisch), 5 M Perlmuster (A.1). Viel Spaß beim stricken!
25.10.2023 - 07:29Jessica Larsson wrote:
Hej Framkanten på koftan ser ut att vara i Moss-stickning, men mönsterbeskrivning A.1 är resår. Iaf när jag stickar den. Ska det vara moss el resår? Med vänlig hälsning, Jessica
05.07.2022 - 20:00DROPS Design answered:
Hej Jessica, Hvis du strikker ifølge diagram A.1, så bliver det til moss-stickning, se videoen nederst i opskriften "Hur man stickar mosstickning fram och tillbaka" :)
06.07.2022 - 08:00Maryse wrote:
Svp, A. 2A, taille XL, il faut augmenter 48 m au rang 8 à la flèche 1, selon augmentations-1 c'est à dire avec des jetés. Au rang suivant on doit tricoter les jetés torses, mais, sur ce même rang commence le point fantaisie. Je ne sais pas comment combiner tricoter un jeté torse alors qu'il sert aussi à "glisser 1 maille à l'endroit" par exemple. Comme j'ai des jetés toutes les 2 et 3 m, ça tombe aussi sur les points fantaisie. Merci pour une réponse svp
26.02.2022 - 02:11DROPS Design answered:
Bonjour Maryse, vous pouvez alors simplement glisser ce jeté comme pour le tricoter torse à l'endroit, tricotez la maille suivante à l'endroit et passer le jeté par-dessus la maille glissée; vous pouvez aussi décaler le jeté avant/après si vous préférez ou bien plutôt augmenter au dernier rang du point de riz si c'est plus simple pour vous. Bon tricot!
28.02.2022 - 09:06Belinda wrote:
De maten kloppen niet van dit patroon. Ik heb normaal maat M, maar deze was veel te groot. Toen alles uitgetrokken en maat S gemaakt. Ook deze was te groot.
28.11.2021 - 20:48Sabine wrote:
Hallo, ich habe eine technische Frage zu dieser schönen Jacke. Laut Anleitung soll in den Reihen mit den Pfeilen gleichmäßig verteilt zugenommen werden. In der nächsten Hinreihe soll dann das Lochmuster gestrickt werden. Ich verstehe nicht, wie man die Umschläge aus der Vorreihe verschränkt abstricken soll und gleichzeitig das Lochmuster stricken soll. Die Umschläge sind doch keine Maschen, die ich zusammen stricken kann. Ich hoffe, Sie können mir weiterhelfen.
30.10.2021 - 17:04DROPS Design answered:
Liebe Sabine, wenn Sie bei den Rückreihen Umschläge zum Zunehmen stricken, sollen Sie bein den Hinreihen rechts verschränkt gestrickt werden, um Löcher zu vermeiden, gleichzeitig stricken Sie das Lochmuster wie im Diagram gezeigt (nun werden die vorrigen Umschläge verschränkt gestrickt). Viel Spaß beim stricken!
02.11.2021 - 13:53Diane wrote:
Modele206-15 A2A fleche1 ligne 13 sur 6m. Je fais 4end, jeté,gl et il me manque 1m pour finir le rang merci
12.03.2021 - 14:09DROPS Design answered:
Bonjour Diane, je ne suis pas sûre de comprendre, la flèche 1 du Diag. A.2A se trouve au 6ème rang (= S, M, L) ou au 8ème rang (= XL, XXL, XXXL), sur ce rang vous devez augmenter 40-40-40-48-48-48 m à intervalles réguliers (cette leçon explique comment procéder - votre nouveau nombre de mailles (= 151-161-161-179-191-191 mailles.) vous permettre de tricoter comme avant, avec juste plus de motifs de A.2B entre A.2A et A.2.C. Bon tricot!
12.03.2021 - 15:44Julie wrote:
Concernant les augmentations de l'empiècement, est-ce qu'elle doivent être réparties sur toutes les mailles ou seulement sur les 10x10 mailles de A2B (pour le medium) Merci
10.03.2021 - 00:03DROPS Design answered:
Bonjour Julie, quand vous augmentez dans A.2 vous devez augmenter comme indiqué sous AUGMENTATIONS-1 sur toutes les mailles du rang sauf celles de bordure des devants, autrement dit A.2A, B et C. Cette leçon pourra vous aider à placer ces augmentations à intervalles réguliers si besoin. Bon tricot!
10.03.2021 - 07:53Arlene Joffe wrote:
On Drops/206/15 how do I cater for the increases into the chart patterns. The charts show a pattern of 6 sts (A.2A); then 9 repeats of a 10 st (A2B); then a 5 st chart (A.2C). But then you increase by 40 sts. The pattern no longer fits the now 151 sts, and there are further increases later. Please advise me how to proceed, as the lace triangles have to join onto each other, but if I include the increases, there are no longer 6 or 10 sts per chart, each section increases by 1 or 2 or 6 sts
28.11.2020 - 13:56DROPS Design answered:
Dear Mrs Joffe, after you have increased 40 sts and get the 151 sts work the diagrams as before but over more sts: A.1 (= 5 front band sts), A.2A (= 6 sts), repeat A.2B until 10 sts remain (= 13 repeats of A.2B), A.2C (= 5 sts), A.1 (= 5 sts) = 5+6+ 13x10 + 6+9=151 sts. Happy knitting!
30.11.2020 - 08:24Margarita wrote:
Leicht verständliche und schnell umzusetzende Anleitung. Vielen lieben Dank für die kostenfreie Verfügung. My best regards to all the fans of wool
27.09.2020 - 17:18Coco wrote:
Bonjour concernant l\'empiècement il est indiqué que nous devons faire 10 fois A.2B mais après avoir fait les augmentations de la flèche 1 nous devons donc augmenter le nombre de motifs?\r\nMerci beaucoup pour votre réponse.
23.09.2020 - 11:32DROPS Design answered:
Bonjour Coco, effectivement, vous devez continuer le point fantaisie comme avant, mais à chaque fois sur davantage de mailles, autrement dit, vous avez A.1 pour la bordure devant comme avant, 1 fois A.2A, vous répétez A.2B jusqu'à ce qu'il reste 6 ou 7 mailles (selon la taille) et terminez par A.2C (5 ou 6 m selon la taille) et A.1 pour la bordure devant. Bon tricot!
23.09.2020 - 14:26