DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 14.40€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Bedtime Stories

Gebreid overslagvest in ribbelsteek met gehaakte rand voor baby in DROPS BabyMerino. Maat prematuur tot 4 jaar.

DROPS Baby 25-11
DROPS design: Model nr. bm-045-by
Garengroep A
-----------------------------------------------------------
Maat: (prematuur) 0/1 - 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2 - 3/4) jaar
Maat in cm: (40/44) 48/52 - 56/62 - 68/74 - 80/86 (92 - 98/104)
Materiaal:
DROPS BABY MERINO van Garnstudio
(100) 150-150-150-150 (200-200) gr. kleur nr. 02, naturel
50 gr voor alle maten in kleur nr. 23, lichtbeige

DROPS RONDBREINLD (60 of 80 cm) 3 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 24 st x 48 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
DROPS HAAKNLD 2.5 mm - voor randen en strikbanden.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 14.40€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer op rondbreinld):
brei alle nld recht.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder naast de kant st in ribbelst. Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt!
Minder na 1 kant st als volgt: 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh.
Minder voor 1 kant st als volgt: 2 st r samen.
----------------------------------------------------------

VEST:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Begin met het voorpand, zet dan st op voor de mouw en brei tot de schouder. Brei het andere voorpand, zet dan beide voorpanddelen samen op de nld en brei het achterpand naar beneden.

RECHTER VOORPAND:
Zet LOSJES (34) 37-44-48-52 (55-62) st op met rondbreinld 3 mm en naturel en brei in RIBBELST - zie uitleg boven (1e nld = goede kant).
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT
Brei tot een hoogte van (9) 12-16-16-17 (20-23) cm (pas zo aan dat de volgende nld aan de goede kant is) en minder dan 1 st voor de hals naast de kant st aan het begin van de nld - LEES TIP VOOR HET MINDEREN. Herhaal dit minderen om de nld (dus elke nld aan de goede kant) nog (17) 17-21-23-25 (27-31) keer (= (18) 18-22-24-26 (28-32) st geminderd in totaal), minder dan elke 4e nld (dus om de nld aan de goede kant) 2 keer in totaal.
Zet TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van (12) 15-19-20-21 (24-27) cm nieuwe st op aan het einde van de nld richting de zijkant voor de mouw als volgt: (4) 4-4-5-6 (7-8) keer (3) 4-6-6-6 (6-6) st in totaal en dan 1 keer (16) 19-19-18-19 (23-26) st. Als alle meerderingen en minderingen gedaan zijn, staan er (42) 52-63-70-79 (90-102) st op de nld voor de schouder/mouw.
Ga verder in ribbelst tot het werk (20) 24-28-30-32 (36-40) cm meet. Plaats 1 markeerder in de middelste steek = midden bovenkant van schouder – Het werk wordt vanaf hier opgemeten - zet TEGELIJKERTIJD 2 nieuwe st op aan het einde van de nld richting de hals, herhaal dit meerderen in de volgende nld langs de hals = (46) 56-67-74-83 (94-106) st (laatste nld = verkeerde kant). Zet alle st op een hulpdraad.

LINKERVOORPAND:
Zet op en brei als het rechtervoorpand maar in spiegelbeeld (dus minder voor de hals naast de kant st aan het einde van de nld aan de goede kant (in plaats van aan het begin van de nld aan de goede kant). Brei 1 nld extra recht aan de verkeerde kant aan het einde van het voorpand nadat de st richting de hals zijn opgezet, zodat de laatste nld van zowel rechter- en linkervoorpand aan de verkeerde kant wordt gebreid.

ACHTERPAND:
Brei linkervoorpand op de rondbreinld (= r aan de goede kant), zet (8) 8-10-10-12 (14-16) nieuwe st op (= hals op het achterpand) en brei het rechtervoorpand op de rondbreinld (= r aan de goede kant) = (100) 120-144-158-178 (202-228) st.
MEET NU HET WERK VANAF DE MARKEERDERS OP DE SCHOUDERS.
Ga verder en brei in ribbelst heen en weer op de nld. Kant bij een hoogte van (6) 7-7-7½-8 (9-9) cm af voor de mouw als volgt: kant af aan het begin van elke nld aan elke kant als volgt: 1 keer (16) 19-19-18-19 (23-26) st en (4) 4-4-5-6 (7-8) keer (3) 4-6-6-6 (6-6) st in totaal = (44) 50-58-62-68 (72-80) st over op de nld. Ga verder tot een totale hoogte van ongeveer (20) 24-28-30-32 (36-40) cm – vouw het werk dubbel bij de markeerders op de schouders en controleer dat voorpanden en achterpand even lang zijn – kant losjes alle st af.

AFWERKING:
Naai zij- en mouwnaden samen met de zijkanten tegen elkaar in de buitenste lusjes van de buitenste st.

GEHAAKTE RAND:
Haak met haaknld 2.5 mm en lichtbeige langs de hele opening op het vest als volgt:
TOER 1: 1 v in eerste st, * 1 l, sla ongeveer 2 st over, 1 v in volgende st *, herhaal van *-* maar haak in een hoek vanaf waar geminderd is voor de hals een strikband als volgt: 1 v in de punt, haak dan ongeveer 20-25 cm l, keer en haak 1 hv in elke l terug, haak dan weer 1 v in de punt van het voorpand, ga verder met de gehaakte rand langs het vest tot de punt van het andere voorpand, haak nog een strikband zoals op het eerste voorpand, ga verder langs de rest van het vest en eindig met 1 hv in eerste v van het begin van de toer.
TOER 2: 1 v in eerste l, * 4 l, 1 stk in 4e l vanaf haak, sla 1 v over en 1 l en 1 v, haak 1 v in volgende l *, herhaal van *-* de hele toer (haak deze rand aan de onderkant van de strikbanden) en eindig met 1 hv in eerste v van het begin van de toer.
Haak beide toeren op dezelfde manier aan de onderkant langs beide mouwen.
Haak dan nog twee strikbanden zoals aan de punten, maar nu aan de zijnaden; aan de binnenkant aan de rechterkant en aan de buitenkant aan de linkerkant. Zorg dat deze strikbanden op dezelfde hoogte komen als die op de voorpanden.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 25.04.2018
Verbeterde beschrijving wat betreft de markeerder op de schouder en gehaakte rand rondom de mouwen.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Bedtime Stories

Kristin Nordal, Norway

Bedtime Stories

Kristin Nordal, Norway

Bedtime Stories

Joan, United States

Bedtime Stories

Stef Tren, Spain

Bedtime Stories

Aleksandra, Norway

Bedtime Stories

Maria, Netherlands

Bedtime Stories

Daniela, Germany

Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 25-11

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (229)

country flag Hawk wrote:

Hi, this is the first time I crochet ever :) I'm confused about this instruction: "in a corner where dec for neck beg work tie as follows: 1 sc in tip, then ch for approx. 20-25 cm / 8”-9¾”, turn and work 1 sl st in every ch on return." So the 20-25 cm have to be chain crocheted not attached to each stitch as before? And if so, how do I then attach it to the neck? Very confused, sorry!

13.02.2023 - 00:10

DROPS Design answered:

Dear Hawk, yes they have to be chained to make a tie, so crochet chain stitches for 20-25 cm then 1 sl st in each chain stitch (for the tie), then continue the crochet edge as before along the side of knitted piece. Happy knitting!

13.02.2023 - 10:30

country flag Hawk wrote:

Hi, sorry, but I don't understand the instructions for the back piece. I have just finished my left front and have the right front on stitch holders. Am I supposed to just add 10 new stitches (3 months old size) to the left front piece, and then move the right front piece from the holders to the same circular needle as the left front piece and just knit that? Will that create the back somehow? Sorry can't envision how this will work. Any video on this? Thanks!

09.01.2023 - 04:20

DROPS Design answered:

Dear Hawk, back piece will be worked from top down from the stitches of both front pieces, this mean first work from the right side all stitches from left front piece, then cast on 10 sts (neckline on back piece) and work the stitches from right front piece = 144 sts on needle. And work now all stitches in garter stitch. You will then cast off for sleeves at the beg of every row on each side. Happy knitting!

09.01.2023 - 10:45

country flag Lilla wrote:

Sto realizzando la taglia 1-3 mesi. Non capisco questo passaggio: "ALLO STESSO TEMPO quando il lavoro misura (12) 15- 19-20-21 (24-27) cm avviare nuove m alla fine del f verso il lato della manica come segue: (3) 4-6-6-6 (6-6) m (4) 4-4-5-6 (7-8) volte in totale e poi (16) 19-19-18-19 (23-26) m 1 volta. " QUINDI: quando il lavoro misura 19 cm. devo avviare 6 nuove maglie alla fine del ferro oppure 6x4= 24 maglie?

07.01.2023 - 19:27

DROPS Design answered:

Buongiorno Lilla, deve procedere come indicato: avviare 6 maglie alla fine del ferro verso le manica e ripetere questo passaggio per 4 volte, poi 19 maglie in una volta sola. Buon lavoro!

08.01.2023 - 11:52

country flag Hawk wrote:

Hi, I don't understand what this means: "Insert 1 marker in the middle sts = mid on top of shoulder." How many stitches? I divide 63 by 2? Unclear. Thank you!

05.01.2023 - 23:00

DROPS Design answered:

Hi Hawk, The marker should be inserted in the middle stitch on the row, marking mid-top of shoulder, so stitch 32. Happy knitting!

06.01.2023 - 08:36

country flag Marilyn Jones wrote:

Please ignore my question of 16/12. I figured it out and no longer need an answer. Thank you!

18.12.2022 - 21:33

country flag Marilyn Jones wrote:

When I'm binding off for the sleeves, am I always binding off from the right side? Thank you!

17.12.2022 - 20:33

DROPS Design answered:

Dear Marilyn, if you are in the back, binding off for the sleeves, you need to bind off at the beginning of each row. Since you need to bind off for both sleeves, you will bind off at the beginning of rows from the right side for one sleeve and at the beginning of rows from the wrong side for the other sleeve. Happy knitting!

18.12.2022 - 23:31

country flag Corinne wrote:

Bonjour. Je suis en train de tricoter le devant droit, en taille 1/3 mois, il me semble qu'à la fin des augmentations et des diminutions pour l'épaule/manche il doit me rester 54 mailles et non 52, pouvez vous me confirmer ça svp. Bien cordialement

16.12.2022 - 14:16

DROPS Design answered:

Bonjour Corinne, quand toutes les mailles de la manche sont montées, vous devez avoir 52m en taille 0/1 mois et 63 m en 1/3 mois, autrement dit, vous aviez 37-44 m et diminuez 18-22 x 1 m + 2 x 1 m pour l'encolure et montez 4-4 x 4-6 m + 1 x 19-19 m pour l'épaule/manche - soit: 37-18-2+16+19=52 m en 0/1 mois et 44-22-2+24+19=63 m en taille 1/3 mois. Bon tricot!

16.12.2022 - 15:53

country flag Marilyn Jones wrote:

Thank you for all your previous help! I've checked questions/answers, but read English only, so I apologize for most likely repeating a question. When I am casting on 2 stitches, 2 times toward the neck on the front pieces, do I do that as I'm knitting after reaching 9.5 inches, or after I place the marker on the shoulder?

14.12.2022 - 17:32

DROPS Design answered:

Hi Marilyn, You start to cast on new stitches for the front pieces when you have reached 9.5 inches. Happy knitting!

15.12.2022 - 06:52

country flag Marilyn Jones wrote:

Not sure what you mean by mid stitches in placing marker. For 52 stitches, do you mean to place marker after 26 stitches? Thank you!

12.12.2022 - 03:24

DROPS Design answered:

Dear Mrs Jones, you have here to mark the row, not the stitches, insert a marker in or between stitches and you will then measure piece from this row. Happy knitting!

12.12.2022 - 10:21

country flag Maria wrote:

Gli aumenti sul davanti dx e sx per le maniche sono a ferri alterni?

08.12.2022 - 21:49

DROPS Design answered:

Buonasera Maria, si aumenta per le maniche a entrambi i lati, alla fine di ogni ferro. Buon lavoro!

11.12.2022 - 22:01