Carmen schreef:
No comprendo (por más vueltas que le doy) el primer párrafo de las explicaciones del cuerpo donde dice que A4 debe calzar con el patrón de calado si es totalmente distinto.No se si me he explicado bien y si me lo podéis aclarar.Espero que si.Gracias
15.08.2019 - 02:02DROPS Design antwoorde:
Hola Carmen. A.4 solo se trabaja bajo la manga. En el cuerpo continuamos trabajando con A.2/A.3. Las repeticiones de estos dos diagramas se trabajan igual como en el canesú para no interrumpir el dibujo de canesú. A.4 completa el hueco que queda en los lados bajo la manga al trabajar A.2 y A.3 en el cuerpo.
25.08.2019 - 14:57
Kate schreef:
Jeg forstår ikke, hvorfor A 4 under ærmerne skal strikkes , det giver hulmønster på hver 4. Runde, medens A1, er på hver 10. Runde/omgang - og skal A4 “kun” strikkes over 28 omgange? Hvordan skal jeg forstå, at mønsteret skal passe OVER mønsteret på bærestykket 🤨🙃
10.07.2019 - 20:06DROPS Design antwoorde:
Hei Kate. Det stemmer: A.4 strikkes på undersiden av ermet. Dette er et annet hullmønster enn resten av genseren, og danner et sammenhengende mønster fra ytterst på ermet, til nederst på bolen (ekskludert vrangbordene). Videre tilpasser du slik at mønsteret på bolen stemmer overens med mønsteret på bærestykket (altså om du avsluttet bærestykket på rad 10, strikkes bolen videre fra rad 11 i diagrammet). God fornøyelse
11.07.2019 - 13:08
Marinette schreef:
Charming
28.01.2019 - 19:38
Awakening Spring#awakeningspringsweater |
||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||
Gebreide trui met raglan in DROPS Paris. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met kantpatroon. Maat: S - XXXL
DROPS 202-32 |
||||||||||
UITLEG VOOR HET PATROON: ---------------------------------------------------------- PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.4. Kies het telpatroon voor uw maat. TIP VOOR HET MINDEREN-1 (verdeeld): Zo berekent u hoe vaak er geminderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 92 steken) en deel deze door het aantal te maken minderingen (dus 6) = 15.3. In dit voorbeeld mindert u door ongeveer iedere 14e en 15e steek recht samen te breien. TIP VOOR HET MINDEREN-2 (geldt voor de mouwen): Minder 1 steek op elke kant van A.4 als volgt: Brei tot er 2 steken over zijn voor A.4 en brei 2 recht samen, brei A.4, 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (geldt voor de zijkanten van het lijf): Meerder 1 steek op elke kant van A.4 door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (verdeeld): Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 170 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 34) = 5. In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na iedere 5e steek. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. RAGLAN: Meerder 1 steek aan elke kant van de 2 steken recht in iedere overgang tussen het voor-/achterpand en de mouwen (= 8 steken gemeerderd op de naald). Meerder 1 steek door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek op de mouwen en brei in patroon op het voor- en achterpand. ---------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ---------------------------------------------------------- TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald, van boven naar beneden. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald, van boven naar beneden. HALSRAND: Zet 92-96-104-108-116-120 steken op rondbreinaald 4 mm met Paris. Brei 1 naald recht. Brei dan boordsteek (= 2 recht/2 averecht) voor 2½ cm. Brei 1 naald recht en minder 6-10-10-14-14-18 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MINDEREN-1 (verdeeld) = 86-86-94-94-102-102 steken. Brei 1 naald recht. PAS: Ga verder met rondbreinaald 5 mm. Brei PATROON - lees uitleg hierboven, als volgt (de naald begint midden achter): * A.1 over de eerste/volgende 10 steken, A.2 – kies het telpatroon voor uw maat over de volgende 5-5-7-7-9-9 steken, maak 1 omslag, 1 recht, voeg hier een markeerdraad in (= helft van het achterpand/voorpand), 1 recht, maak 1 omslag, 8 recht, maak 1 omslag, 1 recht, voeg hier een markeerdraad in (= mouw), 1 recht, maak 1 omslag, A.3 – kies het telpatroon voor uw maat over de volgende 6-6-8-8-10-10 steken, A.1 over de volgende 10 steken (= helft voor-/achterpand) *, brei van *-* 1 keer op de naald. Er zijn 8 steken gemeerderd voor de RAGLAN - lees uitleg hierboven. Ga zo verder in patroon in de rondte en meerder om de naald 18-22-23-26-28-30 keer in totaal = 230-262-278-302-326-342 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING. Als de telpatronen in de hoogte zijn gebreid, ga dan verder in patroon op dezelfde manier. Dus brei volgens A.2/A.3 richting de raglanlijn op het voorpand en het achterpand, en er is nu ruimte voor nog 2 herhalingen van A.1 tussen A.2 en A.3 op het voorpand en het achterpand. Ga verder met de mouwen in tricotsteek. Als alle meerderingen voor de raglan klaar zijn, meet het werk ongeveer 21-23-25-27-29-31 cm vanaf de opzetrand en naar beneden midden voor. LET OP: Brei een aantal steken (= 1-1-0-1-1-3 steken) op de mouwen op de naald voor het lijf, zodat de overgang tussen het lijf en de mouwen niet meer op de markeerdraden zijn. Brei de eerste 35-39-41-45-49-53 steken (= helft van het achterpand), zet de volgende 44-52-56-60-64-64 steken op een hulpdraad (= mouw), zet 10-10-12-12-14-16 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei de volgende 71-79-83-91-99-107 steken (= voorpand), zet de volgende 44-52-56-60-64-64 steken op een hulpdraad (= mouw), zet 10-10-12-12-14-16 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei de overgebleven 36-40-42-46-50-54 steken (= helft van het achterpand). MEET NU HET WERK VANAF HIER! LIJF: = 162-178-190-206-226-246 steken. Brei A.4 (= 8 steken) over de middelste 8 steken onder de mouwen, en brei zoveel herhalingen van het kantpatroon als er passen richting elke zijkant (het patroon moet doorlopen vanaf de pas!), brei de overgebleven steken in tricotsteek. Meerder bij een hoogte van 4 cm, 1 steek op elke kant van A.4 aan elke kant - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Meerder zo iedere 6 cm 2 keer in totaal in alle maten = 170-186-198-214-234-254 steken. Ga verder tot het werk 21 cm meet (pas aan op het einde na een kantpatroon in de hoogte + een aantal naalden in tricotsteek). Meerder nu 34-38-42-46-46-50 steken verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 = 204-224-240-260-280-304 steken. Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei 3 cm boordsteek (2 recht/2 averecht). Kant de steken af met recht boven recht en averecht boven averecht. Zorg ervoor dat de afkantrand niet te strak is. Gebruik een naald in een maat groter bij het afkanten. De trui meet ongeveer 48-50-52-54-56-58 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Zet de 44-52-56-60-64-64 steken van de hulpdraad aan de ene kant terug op een korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 5 mm. Neem daarnaast 1 steek op in elk van de 10-10-12-12-14-16 steken onder de mouw = 54-62-68-72-78-80 steken. Ga verder in de rondte met tricotsteek en brei A.4 over de middelste 8 steken onder de mouw. Minder bij een hoogte van 4 cm, 2 steken onder de mouwen - lees TIP VOOR HET MINDEREN-2. Minder in de verschillende maten als volgt: Maat S: Minder zo iedere 3 cm 5 keer en iedere 4 cm 4 keer (= 9 minderingen in totaal). Maat M: Minder zo iedere 2 cm 6 keer en iedere 3 cm 6 keer (= 12 minderingen in totaal). Maat L: Minder zo iedere 2 cm 14 keer in totaal. Maat XL: Minder zo iedere cm 8 keer en iedere 2 cm 8 keer (= 16 minderingen in totaal). Maat XXL: Minder zo iedere cm 9 keer en iedere 2 cm 9 keer (= 18 keer in totaal). Maat XXXL: Minder zo iedere cm 10 keer en iedere 2 cm 8 keer (= 18 minderingen in totaal). Als alle minderingen op de mouw klaar zijn, zijn er 36-38-40-40-42-44 steken op de naald. Ga verder tot de mouw 38-37-35-34-32-30 cm meet (minder voor de grotere maten vanwege een langere pas). Meerder nu 8-6-8-8-10-8 steken verdeeld – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-2 = 44-44-48-48-52-52 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Brei 4 cm boordsteek (2 recht/2 averecht). Kant de steken af met recht boven recht en averecht boven averecht. Zorg ervoor dat de afkantrand niet te strak is. Gebruik een grotere naald bij het afkanten. De mouw meet ongeveer 42-41-39-38-36-34 cm. Brei de andere mouw op dezelfde wijze. |
||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||
|
||||||||||
![]() |
||||||||||
![]() |
||||||||||
![]() |
||||||||||
![]() |
||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #awakeningspringsweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 21 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 202-32
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.