Mountain Moss

Gebreide trui met ronde pas in DROPS Big Delight. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid. Maten S - XXXL.

DROPS 210-20
DROPS Design: Patroon nr. db-117
Garengroep C of A + A
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS BIG DELIGHT van garnstudio (behoort tot garengroep C)
400-400-500-500-500-600 g kleur 20, regenwoud

STEKENVERHOUDING:
16 steken in de breedte en 20 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5.5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 5.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm voor tricotsteek/patroon.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4.5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 4.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.5 (telpatronen A.3 tot A.5 gelden voor maten XL, XXL en XXXL).

TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoeveel u verdeeld meerdert/mindert, tel het totaal aantal steken op de naald (dus 76 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen/minderingen (dus 4) = 19. In dit voorbeeld, meerdert u door 1 omslag te maken na elke 19e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Bij het minderen breit u iedere 19e en 20e steek recht samen.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek = 2 steken geminderd.

TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt, kunt u afkanten met een naald in een grotere maat. Als de rand nog steeds strak is, maakt u 1 omslag na ongeveer elke 4e steek terwijl u tegelijkertijd afkant en kant de omslagen af als normale steken.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald, van boven naar beneden.

HALS:
Zet 76-76-80-84-88-92 steken op met rondbreinaald 4.5 mm en Big Delight.
Brei 1 naald recht. Brei nu boordsteek (= 2 recht / 2 averecht) voor 2 cm. Als de boordsteek klaar is, brei dan 1 naald recht terwijl u 0-4-8-8-12-16 steken verdeeld meerdert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 76-80-88-92-100-108 steken. Ga verder met rondbreinaald 5.5 mm. Voeg 1 markeerdraad in na de boordsteek, midden achter; de pas wordt gemeten vanaf deze markeerdraad!

PAS:
Brei in tricotsteek in de rondte. Als het werk 3 cm meet vanaf de markeerdraad in alle maten, brei dan patroon volgens de telpatronen en meerder als volgt:
MEERDERING 1: Brei A.1 (= 4 steken) in totaal 19-20-22-23-25-27 keer op de naald. Als A.1 klaar is zijn er 114-120-132-138-150-162 steken op de naald.
Brei 1 naald recht terwijl het aantal steken verdeeld aangepast wordt naar 115-120-135-140-150-165 steken (dus in maten S, L, XL, XXXL meerdert u 1-3-2-3 steken en in maten M en XXL meerdert u niet) – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Ga verder met tricotsteek.
Als het werk 7-8-9-9-9-10 cm meet, meerder dan als volgt:
MEERDERING 2: Brei A.2 (= 5 steken) in totaal 23-24-27-28-30-33 keer op de naald. Als A.2 klaar is zijn er 161-168-189-196-210-231 steken op de naald.
Brei 1 naald recht terwijl het aantal steken aangepast wordt naar 160-170-190-198-210-234 steken (dus in maat S mindert u 1 steek, in maten M, L, XL en XXXL meerdert u 2-1-2-3 steken en in maat XXL meerdert u niet).
Ga verder met tricotsteek. Als het werk 11-13-15-15-15-17 cm meet, brei dan als volgt in de verschillende maten:

MATEN S, M en L:
Maak nu meerderingen en brei patroon als volgt:
MEERDERING 3: Brei A.2 (= 5 steken) in totaal 32-34-38 keer op de naald. Als A.2 klaar is zijn er 224-238-266 steken op de naald.
Ga verder met tricotsteek tot het werk 18-20-22 cm meet. Ga dan verder zoals beschreven hieronder.

MATEN XL, XXL EN XXXL:
Maak nu meerderingen en brei patroon als volgt:
MEERDERING 3: Brei A.3 (= 6 steken) in totaal 33-35-39 keer op de naald. Als A.3 klaar is zijn er 264-280-312 steken op de naald.
Brei 1 naald recht terwijl het aantal steken aangepast wordt naar 266-280-315 steken (dus in maten XL en XXXL meerdert u 2-3 steken en in maat XXL meerdert u niet).
Ga verder met tricotsteek. Als het werk 21-21-24 cm meet, brei dan als volgt:
MEERDERING 4: Brei * 3-2-3 herhalingen van A.5, 1 herhaling van A.4 *, brei van *-* 9-13-11 keer, eindig dan de naald in de verschillende maten zoals beschreven hieronder:
Maat XL: Eindig de naald met A.5 over de laatste 14 steken (= 2 herhalingen).
Maat XXL: Eindig de naald met A.4 over de laatste 7 steken (= 1 herhaling).
Maat XXXL: Eindig de naald met 5 recht en brei de laatste 2 steken recht samen (= 1 steek geminderd).
Als A.4 en A.5 klaar zijn, zijn er 284-308-336 steken.
Ga verder met tricotsteek tot het werk 24-26-28 cm meet. Ga dan verder zoals beschreven hieronder.

ALLE MATEN:
Verdeel nu de pas voor het lijf en mouwen op de volgende naald als volgt:
Brei de eerste 32-34-38-41-45-49 steken (= helft van het achterpand), plaats de volgende 48-50-57-59-64-70 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-8-8-8-10 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei de volgende 64-69-76-83-90-98 steken (= voorpand), plaats de volgende 48-50-57-59-64-70 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-8-8-8-10 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 32-35-38-42-45-49 steken (= helft van het achterpand).
Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN.

LIJF:
= 140-154-168-182-196-216 steken. Ga verder in de rondte met tricotsteek. Als het werk 29 cm meet vanaf de scheiding, brei dan 1 naald recht terwijl u 20-22-28-30-32-32 steken verdeeld meerdert = 160-176-196-112-228-248 steken. Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm en brei boordsteek (= 2 recht / 2 averecht) voor 3 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN. De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUWEN:
Plaats de 48-50-57-59-64-70 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 5.5 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-8-8-8-8-10 opgezette steken onder de mouw = 54-58-65-67-72-80 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de nieuwe steken onder de mouw (= 3-4-4-4-4-5 nieuwe steken aan elke kant van de markeerdraad). Neem de hulpdraad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt bij het minderen onder de mouw. Begin de naald op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte.
Als het werk 4 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3½-3-2-1½-1½-1 cm in totaal 7-8-11-11-13-16 keer = 40-42-43-45-46-48 steken. Ga verder met tricotsteek tot de mouw 30-29-28-26-24-23 cm meet (kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een langere pas). Brei 1 naald recht terwijl u 4-2-5-3-6-4 steken verdeeld meerdert = 44-44-48-48-52-52 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 4.5 mm en brei boordsteek (= 2 recht / 2 averecht) voor 3 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN. De mouw meet ongeveer 33-32-31-29-27-26 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 22.03.2021
PAS:...(A.1 in plaats van A.4) Als A.1 klaar is zijn er 114-120-132-138-150-162 steken op de naald.

Telpatroon

symbols = recht
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om een gaatje te voorkomen
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 210-20

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (17)

country flag Ieva Lagzdina wrote:

Hei! Er det mulig til å kjøpe de 2 siste garnnøster hvis det er nødvendig 4 nøster til en prosjekt? Jeg vil gjærne kjøpe Drops Big Delight 2 nøster av farge som heter SOLOPGANG. Eg har 2 nøster allerede, men mangler bare to til. Denne fargen selges ikke meire noen annen sted. Mvh, IEVA

13.11.2023 - 19:40

DROPS Design answered:

Hej, DROPS Big Merino er desværre udgået, du kan prøve at skrive i DROPS Workshop på Facebook, her er det størst chance at få fat i 2 nøgler :)

15.11.2023 - 07:50

country flag Claudia wrote:

Das Originalgarn "Big Delight" ist nicht mehr verfügbar und ich finde es nicht in der Suche nach Alternativgarnen. Gibt es noch Informationen wie etwa die Lauflänge von Big Delight?

10.08.2023 - 00:19

DROPS Design answered:

Liebe Claudia, hier finden Sie alle unsere Auslaufqualitäten, dort können Sie dan lesen, daß Big Delight ca 190 m / 100 g war - gerne können Sie unseren Garnumrechner um die Garnmenge in einigen Alternative für die gewünschte Größe kalkulieren lassen. Viel Spaß beim stricken!

10.08.2023 - 09:35

country flag COMELET Sylvie wrote:

Bonjour, pour feutrer un pull, quelle taille faut-il prendre ?? 1 ou 2 taille au dessus ??? Merci pour votre retour.

24.03.2022 - 21:39

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Comelet, le feutrage ne se passe pas forcément exactement de cette façon, tout va dépendre de votre échantillon, de votre machine, et donc de la différence avant/après. Retrouvez plus d'infos sur le feutrage ici - pensez à bien faire un échantillon mesuré avant et après feutrage (en largeur mais aussi en hauteur) pour recalculer votre modèle. Bon tricot!

25.03.2022 - 07:48

country flag Nina wrote:

Hei. Lurer på øking med mønster A 1 og A 2. Forstått øke hver 19 og 23 maske og hvordan. Men skal det økes hver omgang? Eller annenhver ? Håper på raskt svar

11.10.2021 - 16:27

country flag Lisbeth wrote:

Hei Skal strikke denne og lurer på om dette er en modell med litt kortere ermer. Jeg vil ha full lengde på ermene og spør slik at jeg får kjøpt nok garn.

12.04.2021 - 15:12

DROPS Design answered:

Hei Lisbeth. Ut i fra bilde kan det se ut som om det er litt korte ermer, men sjekk målskissen og lengden og mål på deg selv. Da vil du finne den riktige lengden. mvh DROPS design

12.04.2021 - 15:16

country flag Ventu wrote:

Bonjour, Si je souhaite faire ce modèle en point mousse, puis-je utiliser le même nombre de mailles où dois-je apporter des modifications ?

16.10.2020 - 11:38

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Ventu, si vous tricotez ce modèle au point mousse, il vous faudra modifier l'empiècement, si le nombre de mailles point mousse jersey en largeur est le même, le nombre de rangs sera différent et les explications devront être ajustées en conséquence (plus d'infos ici - Vous pourrez sinon retrouver tous nos modèles pour femme au point mousse ou avec du point mousse ici. Bon tricot!

16.10.2020 - 11:51

country flag Margrethe Jensen wrote:

Jeg har nu strikket den i str. M, men den er meget lille og strikkefastheden stemmer. Giver trøjen sig, når den bliver vasket?

19.07.2020 - 15:33

DROPS Design answered:

Hej Margrethe, Hvis du overholder strikkefastheden som passer til opskriften, så får du målene som står nederst i måleskitsen i den aktuelle størrelse. Nej den bliver nok ikke større... men man kan jo prøve at trække lidt i den når den er våd... Held og lykke!

28.07.2020 - 12:26

country flag Hanne Elena Rørbech wrote:

Hej med jer. Kan jeg få svar på den kommentar jeg har skrevet for et par dage siden øverst oppe i tråden ?hilsen Hanne Elena.

12.05.2020 - 11:31

DROPS Design answered:

Hej Hanne, vi skriver: Næste omgang strikkes således: 34m (= halv bagstykke), sæt 50m på en tråd, slå 8 nye masker op (= i siden under ærmet), strik 69m (= forstykke), sæt 50m på en tråd, slå 8 nye masker op (= i siden under ærmet), strik 35 masker (= halv bagstykke). (34+8+69+8+35=154m). Stemmer det ikke, eller misforstår vi dit spørgsmål?

15.05.2020 - 08:50

country flag Hanne Elena Rørbech wrote:

Fejl i forklaringen : Efter man har sat 50 masker af til hvert ærme, er man da nødt til at strikke de 2*8 masker med man har slået op for at få nok masker til kroppen. f. eks . 69 +69 + 8+8=154 masker i størrelse medium. Hilsen Hanne Elena

08.05.2020 - 12:10

country flag Frédérique PASCAL DE RAYKEER wrote:

Bonjour, je voudrais des explications sur les augmentations 4: comment se fait-il que l'on n'arrive qu'à 284 mailles après toutes ces augmentations? J'ai compté que l'on augmentait de ( 6 + 2) x 9. Cela fait donc beaucoup plus. Merci!

03.04.2020 - 11:24

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Pascal de Raykeer, vous avez 266 m après A.3 et tricotez (3xA.5, 1xA.4) x 9 + (2xA.5) soit: (3x7 + 7)x9 + (2x7) = 266 m. Quand A.4 et A.5 ont été tricotés 1 fois en hauteur, vous avez augmenté 2 m dans chaque A.4, autrement dit 9 motifs de A.4 x 2 augmentations = 18 + 266= 284 m. Bon tricot!

03.04.2020 - 11:45