DROPS Super Sale - 5 populaire garens in de AANBIEDING in april!
Product image DROPS Belle yarn
DROPS Belle
 53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 2.19 € /50g
Naalden & Haaknaalden
Naalden & Haaknaalden
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 19.71€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
  1. Gratis patronen
  2. Dames
  3. Vesten
  4. DROPS
  5. 257
  6. 21

Summer's Whisper Wrap

Gebreid vest in DROPS Belle. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met boordsteek, Europeaanse pas en boordsteek. Maten S - XXXL.

Change language:

Markeer maat:
DROPS 257-21

#summerswhisperwrap

DROPS Design: Patroon vs-121
Garengroep B
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

GAREN:
DROPS BELLE van garnstudio (behoort tot garengroep B)
400-450-500-550-600-650 g kleur 01, wit

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 4 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig.

STEKENVERHOUDING:
21 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte, met tricotsteek op naald 4 mm = 10 x 10 cm.
23 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte, met boordsteek (3 recht, 1 averecht) op naald 4 mm = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Dames Damesvesten Tijdloos linnenaangebreide mouwen boordsteek europese schouder v-hals van boven naar beneden zonder in elkaar zetten
related pattern
related pattern
related pattern
Product image DROPS Belle
DROPS Belle
 53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 2.19 € /50g
Naalden & Haaknaalden
Naalden & Haaknaalden
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 19.71€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

5 populaire garens in de AANBIEDING in april!
Geldit tot en met 30.04.2025

Instructies voor het patroon


-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht, aan zowel de goede als de verkeerde kant.
1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
Het meerderen geeft 1 steek welke aan de goede kant recht gebreid wordt en averecht aan de verkeerde kant:
MEERDER EEN STEEK RICHTING LINKS:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei recht in de achterste lus.
MEERDER EEN STEEK RICHTING RECHTS:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
Het meerderen geeft 1 steek welke averecht gebreid wordt aan de goede kant en recht aan de verkeerde kant:
MEERDER EEN STEEK RICHTING LINKS:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei averecht in de voorste lus.
MEERDER EEN STEEK RICHTING RECHTS:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei averecht in de achterste lus.

V-HALS:
Meerder voor de V-HALS op elk voorpand in het boordpatroon iedere 3e naald, aan de binnenkant van 2 tricotsteken zoals beschreven in de volgende paragraaf. Meerder afwisselend aan de goede en de verkeerde kant – de eerste meerdering is aan de goede kant. Meerderingen 1 tot 3 worden aan de goede kant recht gebreid, meerdering 4 wordt averecht gebreid aan de goede kant.
Brei meerderingen 1 tot 4 in totaal 3-3-4-4-4-4 keer (=12-12-16-16-16-16 meerderingen voor de V-hals aan elke kant).

Meerder als volgt:
MEERDERING 1 (aan de goede kant en zie TIP VOOR HET MEERDEREN-1):
2 recht, meerder 1 steek richting links, brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht.
Brei 2 naalden met recht boven recht en averecht boven averecht.
MEERDERING 2 (aan de verkeerde kant en zie TIP VOOR HET MEERDEREN-2):
2 averecht, meerder 1 steek richting rechts, brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting links, 2 averecht.
Brei 2 naalden met recht boven recht en averecht boven averecht.

MEERDERING 3 (aan de goede kant en zie TIP VOOR HET MEERDEREN-1):
2 recht, meerder 1 steek richting links, brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht.
Brei 2 naalden met recht boven recht en averecht boven averecht.
MEERDERING 4 (aan de verkeerde kant en zie TIP VOOR HET MEERDEREN-1, deze steek wordt averecht gebreid aan de goede kant):
2 averecht, meerder 1 steek richting rechts, brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting links, 2 averecht.
Brei 2 naalden met recht boven recht en averecht boven averecht.

Als alle meerderingen voor de V-hals klaar zijn, begint en eindigt de naald met 1 averecht aan de binnenkant van twee rechte steken (aan de goede kant).

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraadsteek als volgt:
Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraadsteek, brei 3 recht/averecht samen (2 steken geminderd). Deze steek zit midden onder de mouw.
Het patroon past niet onder de mouw tot u 4 keer heeft gemeerderd.


-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel wanneer nodig.
Het werk wordt eerst heen en weer gebreid, zet steken op aan de achterkant van de hals en brei het achterpand van boven naar beneden. Meerder steken aan elke kant voor de schouders, welke ietwat diagonaal worden.
De voorpanden worden apart gebreid, neem steken op over 1 schouder achter en brei naar beneden. Dit wordt herhaald op de andere schouder. Neem nu steken op voor de mouwen langs de zijkanten van de voorpanden. De steken van het achterpand worden terug gezet op de naald. U gaat verder heen en weer gebreid over de hele pas, meerder voor de mouwen en de V-hals. U meerdert later voor de voor- en achterpanden. Als de pas klaar is wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen. Het lijf wordt verder heen en weer gebreid terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden van boven naar beneden en in de rondte gebreid.
Op het einde wordt 1 koord gebreid op elk voorpand.

ACHTERPAND:
Het werk wordt heen en weer gebreid met de rondbreinaald. Zet 25-25-33-33-33-33 steken op met rondbreinaald 4 mm en DROPS Belle.
NAALD 1 (verkeerde kant): 2 averecht, brei boordsteek (1 recht, 3 averecht) tot er 3 steken over zijn op de naald, 1 recht, 2 averecht.

U meerdert nu aan elke kant, aan de binnenkant van 2 tricotsteken, meerder in het deel in boordsteek (1 averecht, 3 recht aan de goede kant gezien) als volgt:

NAALD 2 (goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. 2 recht, meerder 1 steek richting links, recht boven recht en averecht boven averecht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht.
NAALD 3 (verkeerde kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. 2 averecht, meerder 1 steek richting links, recht boven recht en averecht boven averecht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 averecht.
NAALD 4 (goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. 2 recht, meerder 1 steek richting links, recht boven recht en averecht boven averecht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht.
NAALD 5 (verkeerde kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (deze steek wordt averecht gebreid aan de goede kant). 2 averecht, meerder 1 steek richting links, recht boven recht en averecht boven averecht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 averecht.
Brei NAALDEN 2 tot 5 in totaal 8-9-9-9-10-11 keer (32-36-36-36-40-44 naalden gebreid). Na de laatste meerdering zijn er 89-97-105-105-113-121 steken. Knip de draad af en plaats de steken op een hulpdraad.

RECHTER VOORKANT SCHOUDER:
Vind de rechter schouder achter als volgt: Leg het achterpand plat neer met de goede kant naar boven, met de hulpdraad naar u toe; goede kant van het werk = rechter schouder.
Begin aan de goede kant bij de schouder en neem 1 steek op aan de buitenkant op de schouder (deze kantsteek wordt in RIBBELSTEEK gebreid – lees beschrijving hierboven, dan later geminderd en gebruikt om steken op te nemen voor de mouw), neem 1 steek op in elke gebreide naald, aan de binnenkant van 1 steek, tot de hals (33-37-37-37-41-45 steken) = 34-38-38-38-42-46 steken.
Alle afmetingen op het voorpand worden vanaf deze opneemnaald genomen
Brei boordsteek als volgt aan de verkeerde kant:
2 averecht, boordsteek (1 recht, 3 averecht) tot er 4 steken over zijn, 1 recht, 2 averecht en brei 1 kantsteek in ribbelsteek.
Aan de goede kant brei dan als volgt:
1 kantsteek in ribbelsteek, 2 recht, brei boordsteek (1 averecht, 3 recht) tot er 3 steken over zijn, 1 averecht en 2 recht.
Brei heen en weer gebreid met recht boven recht en averecht boven averecht + 1 kantsteek in ribbelsteek.
Als het werk 10½-10½-10½-10½-12½-12½ cm meet vanaf de opneemnaald naald, brei dan de laatste naald aan de verkeerde kant en minder de kantsteek door de laatste 2 steken averecht samen te breien = 33-37-37-37-41-45 steken. Knip de draad af en plaats de steken op een hulpdraad. Brei de linker schouder voor.

LINKER SCHOUDER VOOR:
Vind de linker schouder achter als volgt: Leg het achterpand plat neer met de goede kant naar boven, met de hulpdraad naar u toe; de linkerkant van het werk = linker schouder.
Brei aan de goede kant op de linker schouder achter, neem 1 steek op in elke gebreide naald vanaf de hals tot de schouder (aan de binnenkant van 1 steek = 33-37-37-37-41-45 steken), neem dan 1 kantsteek op aan de buitenkant op de schouder (deze kantsteek wordt altijd in ribbelsteek gebreid, dan later geminderd en gebruikt om steken op te nemen voor de mouw) = 34-38-38-38-42-46 steken.
Alle afmetingen op het voorpand worden vanaf deze opneemnaald genomen.
Brei boordsteek als volgt aan de verkeerde kant:
1 kantsteek in ribbelsteek, 2 averecht, brei boordsteek (1 recht, 3 averecht) tot er 3 steken over zijn, 1 recht en 2 averecht.
Aan de goede kant brei dan als volgt:
2 recht, brei boordsteek (1 averecht, 3 recht) tot er 4 steken over zijn, 1 averecht, 2 recht en brei 1 kantsteek in ribbelsteek.
Brei heen en weer gebreid met recht boven recht en averecht boven averecht + 1 kantsteek in ribbelsteek.
Als het werk 10½-10½-10½-10½-12½-12½ cm meet vanaf de opneemnaald, brei dan de laatste naald aan de verkeerde kant en minder de kantsteek door de eerste 2 steken gedraaid averecht samen te breien = 33-37-37-37-41-45 steken.
De voor- en achterpanden worden nu samen gevoegd en er worden steken opgenomen voor de mouwen.

PAS:
Begin op het linker voorpand en brei aan de goede kant als volgt:
Brei zoals hiervoor over het linker voorpand (= 33-37-37-37-41-45 steken), voeg 1 markeerdraad in, neem 25-25-25-25-29-29 steken op over de zijkant van het linker voorpand (= mouwsteken, opgenomen aan de binnenkant van de 1 ribbelsteek), voeg 1 markeerdraad in, brei over het achterpand zoals hiervoor aan de goede kant (= 89-97-105-105-113-121 steken), voeg 1 markeerdraad in, neem 25-25-25-25-29-29 steken op langs de zijkant van het rechter voorpand (= mouwsteken, opgenomen aan de binnenkant van de 1 ribbelsteek), voeg 1 markeerdraad in en brei over het rechter voorpand zoals hiervoor aan de goede kant (= 33-37-37-37-41-45 steken) = 205-221-229-229-253-269 steken.

Brei dan als volgt aan de verkeerde kant:
Recht boven recht en averecht boven averecht tot de eerste markeerdraad (= rechter voorpand), verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, brei de volgende 24-24-24-24-28-28 steken met boordsteek (1 recht, 3 averecht), 1 recht (= 25-25-25-25-29-29 mouw-steken), verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, brei recht boven recht en averecht boven averecht over het achterpand, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, brei de volgende 24-24-24-24-28-28 steken met boordsteek (1 recht, 3 averecht), 1 recht (= 25-25-25-25-29-29 mouwsteken), verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, brei recht boven recht en averecht boven averecht over het rechter voorpand.

Ga verder heen en weer gebreid over alle steken met recht boven recht en averecht boven averecht. De markeerdraden verdelen de mouwen vanaf de voor- en achterpanden – de boordsteek op de mouwen staat los van de boordsteek op het lijf.
U meerdert nu voor de mouwen en aan elke kant voor de V-HALS – lees beschrijving hierboven.

Meerder 2 steken op elke mouw, aan de binnenkant van de markeerdraden, op elke naald aan de goede kant (= 4 gemeerderde steken). De boordsteek (3 recht, 1 averecht aan de goede kant) meerderingen – zie TIP VOOR HET MEERDEREN-1 en meerder 1 rechte steek, zie TIP VOOR HET MEERDEREN-2 en meerder 1 averechte steek als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei zoals hiervoor tot markeerdraad-1 (= voorpand), * verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links (mouwmeerdering), brei tot de volgende markeerdraad, meerder 1 steek richting rechts (mouwmeerdering), verplaats de markeerdraad naar de rechter naald *, brei tot de volgende markeerdraad (= achterpand), brei van *-* 1 keer en brei zoals hiervoor tot het EINDE VAN DE NAALD (= voorpand).
NAALD 2 (verkeerde kant): Recht boven recht en averecht boven averecht, zorg ervoor dat de nieuwe steken in het boordsteek patroon worden gebreid op de mouwen.

Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 18-20-24-24-20-20 keer (36-40-48-48-40-40 naalden gebreid) – denk ook om het meerderen voor de V-hals.

Begin nu ook met het meerderen op het lijf (= 8 gemeerderde steken), zorg ervoor dat de nieuwe steken in het boordsteekpatroon worden gebreid op de voor- en achterpanden – dus, u heeft 1 lijn van 2 tricotsteken richting elke mouw, brei als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn voor markeerdraad-1, meerder 1 steek richting rechts, brei 2 tricotsteken, * verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links (= mouwmeerdering), brei zoals hiervoor tot de volgende markeerdraad, meerder 1 steek richting rechts (= mouwmeerdering), verplaats de markeerdraad naar de rechter naald *, 2 tricotsteken, meerder 1 steek richting links, brei tot er 2 steken over zijn voor markeerdraad-3, meerder 1 steek richting rechts, brei 2 tricotsteken , brei van *-* 1 keer, brei 2 tricotsteken, meerder 1 steek richting links, brei zoals hiervoor tot het EINDE VAN DE NAALD (= voorpand).
NAALD 2 (verkeerde kant): Recht boven recht en averecht boven averecht, zorg ervoor dat de nieuwe steken in het boordsteekpatroon worden gebreid op de mouwen en op de voor- en achterpanden.

Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 4-4-4-4-8-8 keer (8-8-8-8-16-16 naalden gebreid).

Alle meerderingen zijn nu klaar. U heeft 12-12-16-16-16-16 keer gemeerderd voor de V-hals, 22-24-28-28-28-28 keer voor elke mouw en 4-4-4-4-8-8 keer op de voor- en achterpanden = 333-357-389-389-429-445 steken. Er zijn 69-73-81-81-85-85 steken op elke mouw, 49-53-57-57-65-69 steken op elk voorpand en 97-105-113-113-129-137 steken op het achterpand.
De mouwen meten ongeveer 16-17-20-20-20-20 cm gemeten vanaf de opgenomen steken, naar beneden over het midden van de mouw. Als het vest dubbel gevouwen wordt op de schouder, meet het werk ongeveer, 21-22-25-25-26-26 cm gemeten over het armsgat.
Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen.

VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN:
Brei de eerste 49-53-57-57-65-69 steken zoals hiervoor, plaats de volgende 69-73-81-81-85-85 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 7-7-7-15-15-23 steken op (onder de mouw), brei de volgende 97-105-113-113-129-137 steken zoals hiervoor, plaats de volgende 69-73-81-81-85-85 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 7-7-7-15-15-23 steken op (onder de mouw), brei de laatste 49-53-57-57-65-69 steken zoals hiervoor.
Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid.

LIJF:
= 209-225-241-257-289-321 steken.
Ga verder met het boordsteekpatroon heen en weer gebreid (1 averecht, 3 recht aan de goede kant en dezelfde boordsteek op de opgezette steken onder elke mouw) tot het werk 28-29-28-30-31-33 cm meet vanaf het samenvoegen. Kant af met boordsteek.
De top meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm.

MOUWEN:
Plaats de 69-73-81-81-85-85 mouwsteken van een hulpdraad op rondbreinaald 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 7-7-7-15-15-23 opgezette steken onder de mouw = 76-80-88-96-100-108 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 7-7-7-15-15-23 steken onder de mouw.
Begin op de markeerdraad en ga verder met het gecreëerde boordsteekpatroon (1 averecht, 3 recht) in de rondte (inclusief de opgenomen steken onder de mouw).
Als de mouw 3 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 6-6-6-4-4-3 cm in totaal 8-8-8-12-12-16 keer = 60-64-72-72-76-76 steken (het patroon past weer als de minderingen klaar zijn). Brei verder tot de mouw 55-54-53-54-54-53 cm meet vanaf de opgenomen steken op de schouder en 39-37-33-34-34-33 cm vanaf de scheiding onder de mouw. Kant af met boordsteek.

KOORDEN:
Gebruik breinaalden zonder knop maat 4 mm. Neem 2 steken op aan een kant van de V-hals (bij de laatste meerdering voor de hals).
Brei beide steken recht. * Duw beide steken terug naar het begin van de naald, zonder het werk te keren, trek de draad aan en brei de 2 steken opnieuw recht *, brei van *-* tot het koord is 20 cm is of tot de gewenste lengte. Knip en hecht de draad af.
Herhaal op het andere voorpand.

Telpatroon

Diagram measurements for DROPS 257-21
© 1982-2025 DROPS Design A/S Alle rechten zijn aan DROPS voorbehouden. Dit document met onderliggende documenten is voorzien van copyright.
Wat kunt u met onze patronen doen? U mag de DROPS patronen delen online en gebruik maken van het originele patroonfoto, materiaal, naam en nummer. Maar u mag op geen manier NIET het complete patroon digitaal weergeven. Verkooppunten zijn welkom om de DROPS patronendatabase te gebruiken om de verkoop van ons assortiment te stimuleren. U mag het patroon printen en kopietjes maken. Wij vragen u alleen dat u geen wijzigingen of veranderingen in het originele patroon aanbrengt. en dat het patroon, trouw aan de DROPS filosofie gratis aan uw klant wordt aangeboden . Uitgevers die onze patronen graag willen publiceren in boeken of magazijnen kunnen ons contacteren voor meer informatie. Verkoop van modellen gebaseerd op een DROPS DESIGN is alleen toegestaan als het op aanvraag gebeurt. Verkoop op grotere en commerciële schaal is niet toegestaan. Het moet duidelijk vermeld worden dat het kledingstuk gebaseerd is op een DROPS DESIGN patroon. Als u kledinglabels maakt in ontwerpen die door DROPS DESIGN zijn ontworpen, dienen voorzien te worden van de tekst: “Een DROPS design gemaakt door...”. Gebruik van DROPS foto’s in verband met marketing/verkoop is uitsluitend toegestaan als het om DROPS producten gaat. De foto mag niet aangepast of veranderd worden en het logo moet duidelijk zichtbaar blijven.
Wij behouden het recht om toestemming voor het gebruik van onze patronen in te trekken op ieder moment en zonder opgaaf van redenen.

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Show more related videos
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #summerswhisperwrap of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 257-21

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (8)

country flag Wanda schreef:

Bonjour, la séparation pour le dos/devants et bras est en réalité beaucoup plus bas que les mesures données sur le dessin. Si je calcule en rangs depuis le haut du dos pour la taille L, il y a 37 rangs au départ( après le montage), 2 rangs, puis 48 rangs (augmentation pour les manches et le col V) et enfin 8 rangs (augmentation pour le dos et les devants), ce qui fait au total 95 rangs, qui correspondent à 33-34 cm (gauge) et non pas à 25 cm comme indiqués sur le modèle !

20.04.2025 - 09:47

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Wanda, dans ce type de modèle avec épaules européennes, les rangs tricotés pour le dos ne sont pas pris en compte dans la hauteur d'emmanchures (cf onglets vidéos/leçons pour visualiser comment se tricote le dos); pour les devants, on tricote d'abord 10,5 cm en tailleL puis 20 cm après avoir relevé les mailles des manches - les 10,5 cm tricotés auparavant vont se répartir à la fois sur le devant et le dos (car les épaules tombent vers l'arrière, cf photos et vidéos/leçons), ainsi, vous aurez bien environ 25 cm de hauteur d'emmanchures. Bon tricot!

23.04.2025 - 08:44

country flag Hannah schreef:

Hi, I'm having the same issue as Min: I cannot line up the stitches for the right shoulder with the pattern on the back piece. I'd have to start the setup row with purl 3, then start the ribbing for it to align. Or pick up one fewer, but that doesn't make any sense either. It would be the same on the left, the last 3 stitches before the neck are knit stitches.

12.04.2025 - 21:26

DROPS Design antwoorde:

Dear Hannah, the 2 stitches in stocking stitch are the edges and should stay the same as you work the whole back. You increase right before or right after the 2 stitches in stocking stitch, not in between them. So you should still have these 2 stitches in stocking stitch. That means that these stitches will be knitted on right side rows and purled on wrong side rows. The pattern shouldn't misalign due to these 2 stitches. Happy knitting!

14.04.2025 - 00:41

country flag Min schreef:

Hi, I’m really sorry for bothering you again, but I really don’t think it’s possible to line up the shoulder and back in the size L in either the way you describe it or the pattern describes. Unless you shift the ribbing on the shoulder, but I’m afraid this will mess up the rest. The thing is, I don’t have 2 stocking stitches at the end of back piece, I have a purl and 3 knits. So if I wanted to match up the shoulder I would have to do 1edge stitch, k3,p1, etc.

04.04.2025 - 12:15

DROPS Design antwoorde:

Dear Min, the 2 stitches in stocking stitch are the edges and should stay the same as you work the whole back. You increase right before or right after the 2 stitches in stocking stitch, not in between them. So you should still have these 2 stitches in stocking stitch. Happy knitting!

06.04.2025 - 22:33

country flag Min schreef:

Hi thx for the reply, I can’t seem to reply to your answer so I’ll post a new question. Maybe you misunderstood, I didn’t mean the sleeve and back piece, but the back piece and (right) shoulder piece don’t match up. So the first time you pick up stitches. This is supposed to match up right? According to the pictures? But it’s not matching up for me.. I was wondering if this is supposed to be like this or not

03.04.2025 - 16:05

DROPS Design antwoorde:

Dear Min, sorry for misunderstanding, the stitches on shoulders should match, make sure to pick up 1 stitch in each of the 2 sts in stocking stitches at the end of back piece = the 2 sts at the beg of shoulder and then pick up sts towards neck ending with 1 edge stitch. As you increased a number of sts divisible by 4, you should now work rib lined up over rib on back piece. Happy knitting!

04.04.2025 - 08:07

country flag Min schreef:

Hi, when I pick up stitches for the right shoulder and knit according to pattern, my rib pattern doesn’t align with the back piece. But when I look at the pictures of this pattern it is aligned correctly. What could I be missing? It seems my stitches are shifted by one stitch to the left. But I had the right stitch count and everything. When picking up stitches you knit into every row + the one still on the needles, right? I’m knitting size L

03.04.2025 - 13:52

DROPS Design antwoorde:

Dear Min, when picking up the stitches for sleeves, work them as explained (K1, P3 on first row from WS) and continue working the stitches on back piece as before, even if rib do not match,. Just work the stitches as explain on first row from WS after picking up sts then work always K over K and P over P. If you look at the picture on the top page, you will see that the rib do not match between sleeve and back piece, but the rib on back piece should continue as before and the new stitches increased on sleeves will be incorporated into rib on sleeves. Happy knitting!

03.04.2025 - 15:52

country flag Biance schreef:

I am knitting a size medium. For the left front shoulder, it says to " knit up 1 edge stitch outermost on the shoulder in garter stitch" after knitting up 37 stitches to get 38 stitches. Does this essentially mean to make 1 (M1)?

31.03.2025 - 11:37

DROPS Design antwoorde:

Dear Biance, you pick up 1 stitch in each of the 37 rows worked on back piece + 1 stitch in the next stitch at the edge of back piece = this is the edge stitch on left front shoulder and you now get 38 sts for shoulder. The edge stitch will be worked in garter stitch until it will be decreased just before putting stitches aside. Happy knitting!

31.03.2025 - 12:42

country flag Iris schreef:

Hallo, in der Anleitung fängt man für das Rückenteil in Größe L mit 33 Maschen an. Gibt es keine Randmaschen? Wie strickt man denn dann die erste und letzte Masche?

30.03.2025 - 17:08

DROPS Design antwoorde:

Liebe Iris, man braucht nur 33 Maschen in L und die 2 ersten + die 2 letzten Maschen werden dann glattrechts gestrickt (und die anderen Maschen werden im Bündchen 1 re, 3 links gestrickt). Viel Spaß beim Stricken!

31.03.2025 - 09:07

country flag Devon schreef:

This pattern appears to be missing the yarn info and knitting gauge. How much of what kind of yarn is required?

14.03.2025 - 10:07

DROPS Design antwoorde:

Dear Devon, thanks for noticing, US pattern will be updated asap - please take a look at the English /UK pattern for all these info until pattern is updated. thank you. Happy knitting!

14.03.2025 - 16:01

Drops Design logo

Summer's Whisper Wrap

#summerswhisperwrap

Summer's Whisper Wrap / DROPS 257-21 - Gebreid vest in DROPS Belle. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met boordsteek, Europeaanse pas en boordsteek. Maten S - XXXL.
 Summer's Whisper Wrap / DROPS 257-21 - Gebreid vest in DROPS Belle. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met boordsteek, Europeaanse pas en boordsteek. Maten S - XXXL.

Gebreid vest in DROPS Belle. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met boordsteek, Europeaanse pas en boordsteek. Maten S - XXXL.

DROPS 257-21
DROPS Design: Patroon vs-121
Garengroep B
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

GAREN:
DROPS BELLE van garnstudio (behoort tot garengroep B)
400-450-500-550-600-650 g kleur 01, wit

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 4 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig.

STEKENVERHOUDING:
21 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte, met tricotsteek op naald 4 mm = 10 x 10 cm.
23 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte, met boordsteek (3 recht, 1 averecht) op naald 4 mm = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.


-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht, aan zowel de goede als de verkeerde kant.
1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
Het meerderen geeft 1 steek welke aan de goede kant recht gebreid wordt en averecht aan de verkeerde kant:
MEERDER EEN STEEK RICHTING LINKS:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei recht in de achterste lus.
MEERDER EEN STEEK RICHTING RECHTS:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
Het meerderen geeft 1 steek welke averecht gebreid wordt aan de goede kant en recht aan de verkeerde kant:
MEERDER EEN STEEK RICHTING LINKS:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei averecht in de voorste lus.
MEERDER EEN STEEK RICHTING RECHTS:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei averecht in de achterste lus.

V-HALS:
Meerder voor de V-HALS op elk voorpand in het boordpatroon iedere 3e naald, aan de binnenkant van 2 tricotsteken zoals beschreven in de volgende paragraaf. Meerder afwisselend aan de goede en de verkeerde kant – de eerste meerdering is aan de goede kant. Meerderingen 1 tot 3 worden aan de goede kant recht gebreid, meerdering 4 wordt averecht gebreid aan de goede kant.
Brei meerderingen 1 tot 4 in totaal 3-3-4-4-4-4 keer (=12-12-16-16-16-16 meerderingen voor de V-hals aan elke kant).

Meerder als volgt:
MEERDERING 1 (aan de goede kant en zie TIP VOOR HET MEERDEREN-1):
2 recht, meerder 1 steek richting links, brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht.
Brei 2 naalden met recht boven recht en averecht boven averecht.
MEERDERING 2 (aan de verkeerde kant en zie TIP VOOR HET MEERDEREN-2):
2 averecht, meerder 1 steek richting rechts, brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting links, 2 averecht.
Brei 2 naalden met recht boven recht en averecht boven averecht.

MEERDERING 3 (aan de goede kant en zie TIP VOOR HET MEERDEREN-1):
2 recht, meerder 1 steek richting links, brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht.
Brei 2 naalden met recht boven recht en averecht boven averecht.
MEERDERING 4 (aan de verkeerde kant en zie TIP VOOR HET MEERDEREN-1, deze steek wordt averecht gebreid aan de goede kant):
2 averecht, meerder 1 steek richting rechts, brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting links, 2 averecht.
Brei 2 naalden met recht boven recht en averecht boven averecht.

Als alle meerderingen voor de V-hals klaar zijn, begint en eindigt de naald met 1 averecht aan de binnenkant van twee rechte steken (aan de goede kant).

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraadsteek als volgt:
Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraadsteek, brei 3 recht/averecht samen (2 steken geminderd). Deze steek zit midden onder de mouw.
Het patroon past niet onder de mouw tot u 4 keer heeft gemeerderd.


-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel wanneer nodig.
Het werk wordt eerst heen en weer gebreid, zet steken op aan de achterkant van de hals en brei het achterpand van boven naar beneden. Meerder steken aan elke kant voor de schouders, welke ietwat diagonaal worden.
De voorpanden worden apart gebreid, neem steken op over 1 schouder achter en brei naar beneden. Dit wordt herhaald op de andere schouder. Neem nu steken op voor de mouwen langs de zijkanten van de voorpanden. De steken van het achterpand worden terug gezet op de naald. U gaat verder heen en weer gebreid over de hele pas, meerder voor de mouwen en de V-hals. U meerdert later voor de voor- en achterpanden. Als de pas klaar is wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen. Het lijf wordt verder heen en weer gebreid terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden van boven naar beneden en in de rondte gebreid.
Op het einde wordt 1 koord gebreid op elk voorpand.

ACHTERPAND:
Het werk wordt heen en weer gebreid met de rondbreinaald. Zet 25-25-33-33-33-33 steken op met rondbreinaald 4 mm en DROPS Belle.
NAALD 1 (verkeerde kant): 2 averecht, brei boordsteek (1 recht, 3 averecht) tot er 3 steken over zijn op de naald, 1 recht, 2 averecht.

U meerdert nu aan elke kant, aan de binnenkant van 2 tricotsteken, meerder in het deel in boordsteek (1 averecht, 3 recht aan de goede kant gezien) als volgt:

NAALD 2 (goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. 2 recht, meerder 1 steek richting links, recht boven recht en averecht boven averecht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht.
NAALD 3 (verkeerde kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. 2 averecht, meerder 1 steek richting links, recht boven recht en averecht boven averecht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 averecht.
NAALD 4 (goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. 2 recht, meerder 1 steek richting links, recht boven recht en averecht boven averecht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht.
NAALD 5 (verkeerde kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (deze steek wordt averecht gebreid aan de goede kant). 2 averecht, meerder 1 steek richting links, recht boven recht en averecht boven averecht tot er 2 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 2 averecht.
Brei NAALDEN 2 tot 5 in totaal 8-9-9-9-10-11 keer (32-36-36-36-40-44 naalden gebreid). Na de laatste meerdering zijn er 89-97-105-105-113-121 steken. Knip de draad af en plaats de steken op een hulpdraad.

RECHTER VOORKANT SCHOUDER:
Vind de rechter schouder achter als volgt: Leg het achterpand plat neer met de goede kant naar boven, met de hulpdraad naar u toe; goede kant van het werk = rechter schouder.
Begin aan de goede kant bij de schouder en neem 1 steek op aan de buitenkant op de schouder (deze kantsteek wordt in RIBBELSTEEK gebreid – lees beschrijving hierboven, dan later geminderd en gebruikt om steken op te nemen voor de mouw), neem 1 steek op in elke gebreide naald, aan de binnenkant van 1 steek, tot de hals (33-37-37-37-41-45 steken) = 34-38-38-38-42-46 steken.
Alle afmetingen op het voorpand worden vanaf deze opneemnaald genomen
Brei boordsteek als volgt aan de verkeerde kant:
2 averecht, boordsteek (1 recht, 3 averecht) tot er 4 steken over zijn, 1 recht, 2 averecht en brei 1 kantsteek in ribbelsteek.
Aan de goede kant brei dan als volgt:
1 kantsteek in ribbelsteek, 2 recht, brei boordsteek (1 averecht, 3 recht) tot er 3 steken over zijn, 1 averecht en 2 recht.
Brei heen en weer gebreid met recht boven recht en averecht boven averecht + 1 kantsteek in ribbelsteek.
Als het werk 10½-10½-10½-10½-12½-12½ cm meet vanaf de opneemnaald naald, brei dan de laatste naald aan de verkeerde kant en minder de kantsteek door de laatste 2 steken averecht samen te breien = 33-37-37-37-41-45 steken. Knip de draad af en plaats de steken op een hulpdraad. Brei de linker schouder voor.

LINKER SCHOUDER VOOR:
Vind de linker schouder achter als volgt: Leg het achterpand plat neer met de goede kant naar boven, met de hulpdraad naar u toe; de linkerkant van het werk = linker schouder.
Brei aan de goede kant op de linker schouder achter, neem 1 steek op in elke gebreide naald vanaf de hals tot de schouder (aan de binnenkant van 1 steek = 33-37-37-37-41-45 steken), neem dan 1 kantsteek op aan de buitenkant op de schouder (deze kantsteek wordt altijd in ribbelsteek gebreid, dan later geminderd en gebruikt om steken op te nemen voor de mouw) = 34-38-38-38-42-46 steken.
Alle afmetingen op het voorpand worden vanaf deze opneemnaald genomen.
Brei boordsteek als volgt aan de verkeerde kant:
1 kantsteek in ribbelsteek, 2 averecht, brei boordsteek (1 recht, 3 averecht) tot er 3 steken over zijn, 1 recht en 2 averecht.
Aan de goede kant brei dan als volgt:
2 recht, brei boordsteek (1 averecht, 3 recht) tot er 4 steken over zijn, 1 averecht, 2 recht en brei 1 kantsteek in ribbelsteek.
Brei heen en weer gebreid met recht boven recht en averecht boven averecht + 1 kantsteek in ribbelsteek.
Als het werk 10½-10½-10½-10½-12½-12½ cm meet vanaf de opneemnaald, brei dan de laatste naald aan de verkeerde kant en minder de kantsteek door de eerste 2 steken gedraaid averecht samen te breien = 33-37-37-37-41-45 steken.
De voor- en achterpanden worden nu samen gevoegd en er worden steken opgenomen voor de mouwen.

PAS:
Begin op het linker voorpand en brei aan de goede kant als volgt:
Brei zoals hiervoor over het linker voorpand (= 33-37-37-37-41-45 steken), voeg 1 markeerdraad in, neem 25-25-25-25-29-29 steken op over de zijkant van het linker voorpand (= mouwsteken, opgenomen aan de binnenkant van de 1 ribbelsteek), voeg 1 markeerdraad in, brei over het achterpand zoals hiervoor aan de goede kant (= 89-97-105-105-113-121 steken), voeg 1 markeerdraad in, neem 25-25-25-25-29-29 steken op langs de zijkant van het rechter voorpand (= mouwsteken, opgenomen aan de binnenkant van de 1 ribbelsteek), voeg 1 markeerdraad in en brei over het rechter voorpand zoals hiervoor aan de goede kant (= 33-37-37-37-41-45 steken) = 205-221-229-229-253-269 steken.

Brei dan als volgt aan de verkeerde kant:
Recht boven recht en averecht boven averecht tot de eerste markeerdraad (= rechter voorpand), verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, brei de volgende 24-24-24-24-28-28 steken met boordsteek (1 recht, 3 averecht), 1 recht (= 25-25-25-25-29-29 mouw-steken), verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, brei recht boven recht en averecht boven averecht over het achterpand, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, brei de volgende 24-24-24-24-28-28 steken met boordsteek (1 recht, 3 averecht), 1 recht (= 25-25-25-25-29-29 mouwsteken), verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, brei recht boven recht en averecht boven averecht over het rechter voorpand.

Ga verder heen en weer gebreid over alle steken met recht boven recht en averecht boven averecht. De markeerdraden verdelen de mouwen vanaf de voor- en achterpanden – de boordsteek op de mouwen staat los van de boordsteek op het lijf.
U meerdert nu voor de mouwen en aan elke kant voor de V-HALS – lees beschrijving hierboven.

Meerder 2 steken op elke mouw, aan de binnenkant van de markeerdraden, op elke naald aan de goede kant (= 4 gemeerderde steken). De boordsteek (3 recht, 1 averecht aan de goede kant) meerderingen – zie TIP VOOR HET MEERDEREN-1 en meerder 1 rechte steek, zie TIP VOOR HET MEERDEREN-2 en meerder 1 averechte steek als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei zoals hiervoor tot markeerdraad-1 (= voorpand), * verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links (mouwmeerdering), brei tot de volgende markeerdraad, meerder 1 steek richting rechts (mouwmeerdering), verplaats de markeerdraad naar de rechter naald *, brei tot de volgende markeerdraad (= achterpand), brei van *-* 1 keer en brei zoals hiervoor tot het EINDE VAN DE NAALD (= voorpand).
NAALD 2 (verkeerde kant): Recht boven recht en averecht boven averecht, zorg ervoor dat de nieuwe steken in het boordsteek patroon worden gebreid op de mouwen.

Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 18-20-24-24-20-20 keer (36-40-48-48-40-40 naalden gebreid) – denk ook om het meerderen voor de V-hals.

Begin nu ook met het meerderen op het lijf (= 8 gemeerderde steken), zorg ervoor dat de nieuwe steken in het boordsteekpatroon worden gebreid op de voor- en achterpanden – dus, u heeft 1 lijn van 2 tricotsteken richting elke mouw, brei als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn voor markeerdraad-1, meerder 1 steek richting rechts, brei 2 tricotsteken, * verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, meerder 1 steek richting links (= mouwmeerdering), brei zoals hiervoor tot de volgende markeerdraad, meerder 1 steek richting rechts (= mouwmeerdering), verplaats de markeerdraad naar de rechter naald *, 2 tricotsteken, meerder 1 steek richting links, brei tot er 2 steken over zijn voor markeerdraad-3, meerder 1 steek richting rechts, brei 2 tricotsteken , brei van *-* 1 keer, brei 2 tricotsteken, meerder 1 steek richting links, brei zoals hiervoor tot het EINDE VAN DE NAALD (= voorpand).
NAALD 2 (verkeerde kant): Recht boven recht en averecht boven averecht, zorg ervoor dat de nieuwe steken in het boordsteekpatroon worden gebreid op de mouwen en op de voor- en achterpanden.

Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 4-4-4-4-8-8 keer (8-8-8-8-16-16 naalden gebreid).

Alle meerderingen zijn nu klaar. U heeft 12-12-16-16-16-16 keer gemeerderd voor de V-hals, 22-24-28-28-28-28 keer voor elke mouw en 4-4-4-4-8-8 keer op de voor- en achterpanden = 333-357-389-389-429-445 steken. Er zijn 69-73-81-81-85-85 steken op elke mouw, 49-53-57-57-65-69 steken op elk voorpand en 97-105-113-113-129-137 steken op het achterpand.
De mouwen meten ongeveer 16-17-20-20-20-20 cm gemeten vanaf de opgenomen steken, naar beneden over het midden van de mouw. Als het vest dubbel gevouwen wordt op de schouder, meet het werk ongeveer, 21-22-25-25-26-26 cm gemeten over het armsgat.
Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen.

VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN:
Brei de eerste 49-53-57-57-65-69 steken zoals hiervoor, plaats de volgende 69-73-81-81-85-85 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 7-7-7-15-15-23 steken op (onder de mouw), brei de volgende 97-105-113-113-129-137 steken zoals hiervoor, plaats de volgende 69-73-81-81-85-85 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 7-7-7-15-15-23 steken op (onder de mouw), brei de laatste 49-53-57-57-65-69 steken zoals hiervoor.
Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid.

LIJF:
= 209-225-241-257-289-321 steken.
Ga verder met het boordsteekpatroon heen en weer gebreid (1 averecht, 3 recht aan de goede kant en dezelfde boordsteek op de opgezette steken onder elke mouw) tot het werk 28-29-28-30-31-33 cm meet vanaf het samenvoegen. Kant af met boordsteek.
De top meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm.

MOUWEN:
Plaats de 69-73-81-81-85-85 mouwsteken van een hulpdraad op rondbreinaald 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 7-7-7-15-15-23 opgezette steken onder de mouw = 76-80-88-96-100-108 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 7-7-7-15-15-23 steken onder de mouw.
Begin op de markeerdraad en ga verder met het gecreëerde boordsteekpatroon (1 averecht, 3 recht) in de rondte (inclusief de opgenomen steken onder de mouw).
Als de mouw 3 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 6-6-6-4-4-3 cm in totaal 8-8-8-12-12-16 keer = 60-64-72-72-76-76 steken (het patroon past weer als de minderingen klaar zijn). Brei verder tot de mouw 55-54-53-54-54-53 cm meet vanaf de opgenomen steken op de schouder en 39-37-33-34-34-33 cm vanaf de scheiding onder de mouw. Kant af met boordsteek.

KOORDEN:
Gebruik breinaalden zonder knop maat 4 mm. Neem 2 steken op aan een kant van de V-hals (bij de laatste meerdering voor de hals).
Brei beide steken recht. * Duw beide steken terug naar het begin van de naald, zonder het werk te keren, trek de draad aan en brei de 2 steken opnieuw recht *, brei van *-* tot het koord is 20 cm is of tot de gewenste lengte. Knip en hecht de draad af.
Herhaal op het andere voorpand.
Diagram for DROPS 257-21

Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien!

Heeft u hulp nodig voor dit patroon?

U vind 30 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com
Heeft u DROPS garen gekocht om dit patroon te maken? Dan kunt u aanspraak maken op hulp van de winkel waar u het garen heeft gekocht.

© 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site

Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #summerswhisperwrap of stuur ze naar de #dropsfan galerij.