DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 3.85 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.10 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 43.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

It's time to vote!

Cable Heart

Gebreide trui in DROPS Air en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met Europeaanse/diagonale schouders en kabels. Maten S-XXXL.

Markeer maat:
DROPS 255-15

#cableheartsweater

DROPS Design: Patroon ai-503
Garengroep A + C of D
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

GAREN:
DROPS AIR van garnstudio (behoort tot garengroep C)
300-350-400-400-450-500 g kleur 02, tarwe
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
125-125-150-150-175-175 g kleur 56, marsepein

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 5 MM: Lengte 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5.5 MM.
DROPS KABELNAALD.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
15 steken in de breedte en 20 naalden in de hoogte, met tricotsteek en 1 draad van elke kwaliteit op de naald 5.5 mm = 10 x 10 cm.
16 steken in de breedte en 21 naalden in de hoogte, met tricotsteek en 1 draad van elke kwaliteit op de naald 5 mm = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 3.85 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.10 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 43.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:
-------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3. De telpatronen tonen het patroon aan de goede kant.
Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.3).

TIP VOOR HET MEERDEREN:
MEERDER 1 STEEK RICHTING LINKS – aan de goede kant:
Gebruik de linker naald om de voorste draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, brei recht in de achterste lus.
MEERDER 1 STEEK RICHTING RECHTS – aan de goede kant:
Gebruik de linker naald om de achterste draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, brei de steek recht in de voorste lus.

AFKANTEN IN PUNNIKRAND:
Aan het einde van de naald, nadat de laatste steek wordt gebreid:
Zet 3 steken op, op de rechter naald aan de goede kant.
Zet de 3 steken op de linker naald, zodat de draad aan de binnenkant van deze 3 steken zit (de breidraad trekt het werk dan aan om een kleine tube te vormen).
NAALD 1 (goede kant):
2 recht, brei 2 steken gedraaid recht samen.
NAALD 2 (goede kant):
Zet de 3 steken van de rechter naald terug op de linker naald, 2 recht, brei 2 steken gedraaid recht samen.
Herhaal NAALD 2 tot er 3 steken over zijn op de rechter naald. Zet deze 3 steken op de linker naald. Kant af.
Naai een kleine steek, om het begin en einde van de PUNNIKRAND samen te naaien.

TIP VOOR HET BREIEN:
Als u verkorte toeren breit, ontstaat er een klein gaatje elke keer nadat u het werk keert – dit gaatje kan gesloten worden door de draad aan te trekken of de techniek Duitse Verkorte toeren te gebruiken als volgt:
Haal de eerste steek averecht af, leg de draad over de rechter naald en trek goed aan vanaf de achterkant. Er zijn nu 2 lussen op de naald, welke samen worden gebreid op de volgende naald.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt:
Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd).



-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK.
Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig.
Het werk wordt eerst heen en weer gebreid op de rondbreinaald. Begin door steken op te zetten aan de achterkant van de hals en brei het achterpand heen en weer gebreid, van boven naar beneden, en meerder steken aan elke kant voor de schouders, welke ietwat diagonaal worden. Het achterpand wordt tot de armsgaten gebreid.
Het voorpand wordt eerst in 2 delen gebreid, er worden steken opgenomen langs de schouders aan de achterkant en naar beneden gebreid in patroon en gemeerderd voor de halslijn, herhaal dit dan op de andere schouder. De 2 delen worden samengevoegd als de meerderingen voor de halslijn klaar zijn en het voorpand wordt verder heen en weer gebreid tot de armsgaten klaar zijn.
De voor- en achterpanden worden samengevoegd op dezelfde rondbreinaald en het lijf wordt verder in de rondte gebreid.
Er worden steken opgenomen rondom de armsgaten voor de mouwen, welke eerst heen en weer gebreid worden voor de mouwkop en dan verder in de rondte.
Er worden steken opgenomen rondom de halslijn en de hals wordt in de rondte gebreid.
Als er een «0» in uw gekozen maat staat, sla dan de informatie over en ga gelijk verder met de volgende instructie.

ACHTERPAND:
Het werk wordt heen en weer gebreid. Zet 28-28-28-30-30-30 steken op met rondbreinaald 5.5 mm, 1 draad DROPS Air en 1 draad DROPS Kid-Silk (= 2 draden).
NAALD 1 (= verkeerde kant): Averecht.
NAALD 2 (= goede kant): Brei recht, zet 2 steken op aan het einde van de naald.
NAALD 3 (= verkeerde kant): Brei averecht, zet 2 steken op aan het einde van de naald.
Brei NAALDEN 2 en 3 in totaal 11-12-13-14-15-17 keer (= 22-24-26-28-30-34 naalden), na de laatste meerdering zijn er 72-76-80-86-90-98 steken.
Voeg 1 markeerdraad in aan de buitenkant aan een kant. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten!
Ga verder met tricotsteek tot het werk 12-13-13-13-13-14 cm meet vanaf de markeerdraad, gemeten langs de buitenkant van het armsgat. Denk om de stekenverhouding. Meerder nu voor de armsgaten aan elke kant.

MEERDEREN VOOR DE ARMSGATEN:
NAALD 1 (= goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN, 3 recht en meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 3 recht.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Averecht.
Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 2-2-3-4-4-4 keer = 76-80-86-94-98-106 steken.
Brei verder tot het werk 14-15-16-17-17-18 cm meet vanaf de markeerdraad, gemeten over het armsgat en eindig met een naald aan de verkeerde kant. Knip de draad af, plaats de steken op een hulpdraad. Brei de linkerschouder en het voorpand als volgt:

LINKER VOORPAND:
Vind de linkerschouder op het achterpand als volgt: Leg het werk plat neer met de goede kant naar boven, met de hulpdraad naar u toe; de linkerkant van het werk = linker schouder.
Beginnend aan de goede kant, neem steken op langs de linker schouder achter, vanaf de hals tot het armsgat als volgt:
Neem 1 steek op in elke steek, aan de binnenkant van de buitenste steek = 22-24-26-28-30-34 steken.
Alle afmetingen voor het werk worden vanaf deze opneemnaald gedaan.
Brei dan als volgt aan de verkeerde kant:
14-16-18-20-22-26 averecht, *maak 1 omslag, 1 averecht *, brei van *-* 1 keer, 3 recht, brei van *-* 2 keer, 1 recht = 26-28-30-32-34-38 steken. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.
Brei de volgende naald aan de goede kant als volgt: Brei A.1a over de eerste 12 steken, brei tricotsteek tot het EINDE VAN DE NAALD.
Ga verder heen en weer gebreid met tricotsteek en A.1a.
Als het werk 8-8-9-10-11-12 cm meet, meerder dan richting de hals als volgt:
NAALD 1 (= goede kant): Brei zoals hiervoor.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Brei zoals hiervoor en zet 2 steken op aan het einde van de naald – deze nieuwe steken worden verder in tricotsteek gebreid.
Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 2 keer (= 4 naalden) = 30-32-34-36-38-42 steken.
Brei 2 naalden zoals hiervoor zonder te meerderen (met de volgende naald aan de goede kant).
Knip de draad af, plaats de steken op een stekenhouder, onthoud op welke naald in A.1 u klaar bent. Brei nu het rechter voorpand.

RECHTER VOORPAND:
Beginnend aan de goede kant, neem steken op langs de rechter schouder achter vanaf het armsgat tot de hals als volgt:
Neem 1 steek op in elke steek, aan de binnenkant van de buitenste steek = 22-24-26-28-30-34 steken.
Alle afmetingen voor het werk worden vanaf deze opneemnaald gedaan.
Brei dan als volgt aan de verkeerde kant:
1 recht, * maak 1 omslag, 1 averecht *, brei van *-* 1 keer, 3 recht, brei van *-* 2 keer, 14-16-18-20-22-26 averecht = 26-28-30-32-34-38 steken. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.

Brei dan als volgt aan de goede kant: Tricotsteek over de eerste 14-16-18-20-22-26 steken, brei A.2a tot het EINDE VAN DE NAALD.
Brei heen en weer gebreid met tricotsteek en A.2a.
Als het werk 8-8-9-10-11-12 cm meet en er zijn 4 naalden over in het patroon tot het rechter voorpand overeenkomt met het linker voorpand, meerder dan richting de hals als volgt:
NAALD 1 (= goede kant): Brei de naald zoals hiervoor, zet 2 steken op aan het einde van de naald – deze nieuwe steken worden verder in tricotsteek gebreid.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Brei de naald zoals hiervoor.
Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 2 keer (= 4 naalden) = 30-32-34-36-38-42 steken (met de volgende naald aan de goede kant).
Nu worden de 2 voorpanden samengevoegd – het is belangrijk dat het patroon dezelfde lengte heeft op beide voorpanden, zodat de kabels symmetrisch zijn op het lijf.

VOORPAND (samenvoegen rechter en linker voorpanden):
Brei dan als volgt aan de goede kant:
Brei de 30-32-34-36-38-42 steken op het rechter voorpand, zet 24-24-24-26-26-26 steken op voor de halslijn, brei de 30-32-34-36-38-42 steken van het linker voorpand = 84-88-92-98-102-110 steken.
De patronen op elk voorpand, dus, A.1a en A.2a, worden verder gebreid in A.1b en A.2b - u kabelt op iedere 4e naald.
Brei dan als volgt aan de verkeerde kant: Brei 14-16-18-20-22-26 tricotsteken, A.1b over de volgende 17 steken, 2 recht, * maak 1 omslag, 1 averecht *, brei van *-* 1 keer, 3-3-3-4-4-4 recht, 1 averecht, brei van *-* 7 keer, 3-3-3-4-4-4 recht, brei van *-* 2 keer, 2 recht, brei A.2b over de volgende 17 steken en tricotsteek tot het EINDE VAN DE NAALD = 95-99-103-109-113-121 steken. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.

Ga verder met tricotsteek en patroon. Alle telpatronen worden uitgelijnd zodat de kleine kabels op dezelfde naald worden gebreid (iedere 4e naald). Om te voorkomen dat de hals gaat krullen, kabelt u de eerste 3 naalden van A.3 niet.
Brei dan als volgt aan de goede kant:
Brei 14-16-18-20-22-26 tricotsteken, A.2b, A.3, A.1b en tricotsteek tot het EINDE VAN DE NAALD.
Ga verder met dit patroon en tricotsteek tot het werk 22-23-23-23-25-26 cm meet vanaf de opneemnaald. Meerder nu voor de armsgaten.

MEERDEREN VOOR DE ARMSGATEN:
NAALD 1 (= goede kant): Denk om TIP VOOR HET MEERDEREN. 3 recht, meerder 1 steek richting links, brei zoals hiervoor tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 3 recht.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Brei terug zoals hiervoor.
Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 2-2-3-4-4-4 keer = 99-103-109-117-121-129 steken.
Brei verder tot het werk 24-25-26-27-29-30 cm meet, eindig na een naald aan de verkeerde kant. De voor- en achterpanden worden samengevoegd voor het lijf. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten!

LIJF:
Brei de 99-103-109-117-121-129 steken van het voorpand zoals hiervoor, zet 2-4-6-4-8-8 steken op (in de zijkant midden onder de mouw), brei de 76-80-86-94-98-106 steken van het achterpand, zet 2-4-6-4-8-8 steken op (in de zijkant midden onder de mouw) = 179-191-207-221-235-251 steken.
Ga verder in de rondte met tricotsteek en patroon zoals hiervoor tot het werk ongeveer 33-34-35-35-36-37 cm meet vanaf het armsgat – pas aan zodat de laatste naald of naald 3 of naald 11 in A.3 is.
Brei 1 naald met recht boven recht en averecht boven averecht, brei TEGELIJKERTIJD, 2 recht samen over de gekabelde delen over alle rechte steken (= 23 geminderde steken) = 156-168-184-198-212-228 steken.
Lees AFKANTEN IN PUNNIKRAND en kant af met PUNNIKRAND. De voorkant van het werk meet ongeveer 58-60-62-64-66-68 cm gemeten vanaf de opneemnaald. Het voorpand is 2 cm langer dan de lengte zoals in de maattekening, omdat de opneemnaald niet op de bovenkant van de schouder zit, maar ietwat naar beneden op het achterpand. De trui meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm.

MOUWEN:
De mouwen worden gebreid vanaf het armsgat naar beneden met rondbreinaald 5.5 mm.
Leg het werk plat neer en voeg 1 markeerdraad in op de bovenkant van het armsgat = midden boven van de schouder (LET OP! Het midden boven van de schouder is niet dezelfde plaats als de opneemnaald voor het voorpand maar ongeveer 5 tot 6 cm naar beneden op het voorpand).
Met rondbreinaald 5.5 mm en beginnend in het midden van de opgezette steken onder de mouw, neem 60-64-68-70-76-80 steken op rondom het armsgat, zorg ervoor dat u een gelijk aantal steken opneemt aan elke kant van de markeerdraad.
Brei tricotsteek heen en weer gebreid, met verkorte toeren over de mouwkop om de mouwen een betere pasvorm te geven, beginnend midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET BREIEN:
NAALD 1 (= goede kant): Brei recht tot 6-7-6-7-6-5 steken voorbij de markeerdraad op de bovenkant van de schouder, keer het werk – lees TIP VOOR HET BREIEN.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Brei averecht tot 6-7-6-7-6-5 steken voorbij de markeerdraad, keer het werk.
NAALD 3 (= goede kant): Brei recht tot 6-7-6-7-6-5 steken voorbij de vorige keer dat u het werk keerde.
NAALD 4 (= verkeerde kant): Brei averecht tot 6-7-6-7-6-5 steken voorbij de vorige keer dat u het werk keerde.
Herhaal NAALDEN 3 en 4 tot u 6-6-8-8-10-12 keer heeft gekeerd (= 3-3-4-4-5-6 keer aan elke kant en de laatste naald is aan de verkeerde kant).

NA DE LAATSTE KEER KEREN:
Na de laatste herhaling van de naald 4, keert u het werk en brei terug aan de goede kant tot het begin van de naald (midden onder de mouw).
Voeg 1 markeerdraad in midden onder de mouw, welke gebruikt wordt voor het minderen. Neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte.
Brei in tricotsteek in de rondte, minder TEGELIJKERTIJD als volgt - lees TIP VOOR HET MINDEREN:
Als de mouw 1 cm meet, gemeten onder de mouw, minder dan 1-2-3-2-4-4 keer 2 steken op iedere 2e naald, minder dan 9-9-9-11-11-13 keer 2 steken iedere 4-3½-3½-3-2½-2 cm = 40-42-44-44-46-46 steken.
Brei verder tot de mouw 48-47-47-46-46-44 cm meet vanaf midden boven van de schouder.
Kant af met PUNNIKRAND.
De mouw meet ongeveer 49-48-48-47-47-45 cm vanaf midden boven van schouder.

HALS:
Met rondbreinaald 5 mm en 1 draad van elke kwaliteit (= 2 draden), begin aan de goede kant bij een opneemrand en neem ongeveer 74-74-76-80-82-84 steken op aan de binnenkant van 1 steek rondom de halslijn. Brei 1 naald recht en pas, indien nodig, het aantal steken aan, zodat het deelbaar is door 2. Brei in tricotsteek in de rondte voor 6 cm.
Brei 2 naalden boordsteek (1 recht, 1 averecht). Brei 4 naalden recht. Kant af met recht, maak 1 omslag na iedere 4e steek - welke als normale steken worden afgekant.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 07.11.2024
Telpatronen aangepast.
Gewijzigd online: 25.11.2024
Het patroon is aangepast. Correctie bij het achterpand, meerderingen voor de armsgaten.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = plaats 2 steken op een kabelnaald achter het werk, 2 recht, 2 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 2 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 2 recht, 2 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 5 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 4 recht, plaats de laatste averechte steek op de kabelnaald terug op linker naald en brei deze steek averecht, 4 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 5 steken op een kabelnaald achter het werk, 4 recht, plaats de laatste averechte steek op de kabelnaald terug op de linker naald en brei deze steek averecht, 4 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 5 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 5 recht, 5 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 5 steken op een kabelnaald achter het werk, 5 recht, 5 recht van de kabelnaald
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #cableheartsweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 255-15

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (9)

country flag Genevieve Cabrol schreef:

Dans le demi devant gauche "Tricoter 2 rangs comme avant sans augmenter " Ces deux rangs ne sont pas mentionnés sur l'autre demi devant => Décalage

25.11.2024 - 11:18

country flag Genevieve Cabrol schreef:

Dans le demi devant gauche "Tricoter 2 rangs comme avant sans augmenter " Ces deux rangs ne sont pas mentionnés sur l'autre demi devant => Décalage

25.11.2024 - 11:16

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Cabrol, lorsque vous tricotez le devant gauche, vous tricotez 2 fois les rangs 1 et 2 au total, puis vous tricotez encore 2 rangs de la même façon mais sans augmenter sur l'endroit = vous n'avez pas de décalage mais vous avez tricoté 6 rangs au total. Bon tricot!

25.11.2024 - 14:58

country flag Genevieve Cabrol schreef:

Dans la partie AUGMENTATIONS POUR LES EMMANCHURES: RANG 1 (= sur l'endroit): Voir AUGMENTATIONS, tricoter 1 maille endroit et augmenter 1 maille inclinée à gauche, il me semble qu'il y a une erreur . C'est 3 mailles qu'il faut tricoter avant l'augmentation

25.11.2024 - 11:14

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Cabrol, merci pour votre retour, correction faite. Bonne continuation!

25.11.2024 - 14:57

country flag Andrea schreef:

Hallo, in der Anleitung steht für Größe S beim Rückenteil 12 cm bis zu den Zunahmen für die Armausschnitte, beim Vorderteil aber 22 cm. Ist die Differenz von 10 cm richtig? Wenn nein, welches Maß stimmt? LG Andrea

18.11.2024 - 13:36

DROPS Design antwoorde:

Liebe Andrea, so stimmt es, die Schulterlinie wird etwas im Rücken sein - so haben Sie auch (10+22= 32/2 = 16 cm Armloch, wie in der Skizze). Siehe auch unter Tab Videos/Letkion wie man so einen Pullover mit europäsichen Schultern strickt. Viel Spaß beim Stricken!

18.11.2024 - 16:18

country flag Mona Robinson Webjørnsen schreef:

Genser Cable Heart: Har et spørsmål når jeg skal begynne på mønster A1. De 12 første m fra retten,strikkes mønster,resten av pinnen strikkes rett. Hvordan strikker jeg fra vrangsiden?

01.11.2024 - 17:22

DROPS Design antwoorde:

Hei Mona. Oppskriften er oversendt til design avd. slik at de kan dobbeltsjekke og evnt komme med en rettelse. Flettene bør / skal stikkes fra retten. mvh DROPS Design

04.11.2024 - 14:14

country flag Elisabeth Levin schreef:

Hej!\r\nStämmer flätmönstret? Om jag börjar på A1a från rätsidan så blir fjärde varvet från avigsidan. Då borde inte man sticka maskorna med flätstickan räta. För då blir det avigt i flätans första varv. Eller tänker jag fel?\r\n/Elisabeth

31.10.2024 - 21:01

country flag Ela schreef:

Dzień dobry Dlaczego w tym wzorze przy tym połączeniu włóczek użyte są druty nr 5,5? A w zakładce połączenia włóczek przy tych włóczkach zalecacie nr 7. Pozdrawiam

25.10.2024 - 22:32

DROPS Design antwoorde:

Witaj Elu, projektant mógł zaprojektować ten sweter na cieńszych drutach, ponieważ mogło mu zależeć na innym efekcie, sweter będzie bardziej zbity. Pamiętaj, że podany rozmiar drutów jest orientacyjny. Ważne, abyś otrzymała próbkę jaka jest we wzorze. Pozdrawiamy!

28.10.2024 - 09:06

country flag Soile schreef:

Hei, onko virhe olkapään neuleohjeessa? Langankierrot/lisäykset siirtävät erikohtaan palmikon? Kiitos vastauksesta.

24.10.2024 - 22:01

DROPS Design antwoorde:

Hei, palmikoiden kohdalla ei tehdä lisäyksiä. Mallineule jatkuu kuten aiemmin vaikka työhön luodaan uusia silmukoita pääntietä varten. Lisätyt silmukat neulotaan sileänä neuleena.

25.10.2024 - 17:53

country flag Andrews schreef:

Est il possible de tricoter ce modèle avec 2 Aiguilles et non avec une aiguille circulaire ? Et comment avoir le modèle ?

15.10.2024 - 07:43

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Andrews, vous trouverez sous les onglets Vidéos et Leçons comment ce pull se commence, pour les parties tricotées en rond, cette leçon pourra vous aider à faire les ajustements nécessaires (pensez par ex à ne pas faire la couture des côtés avant de relever les mailles des manches pour pouvoir les tricoter plus facilement. Bon tricot!

15.10.2024 - 10:30