DROPS Daisy
DROPS Daisy
100% wol
vanaf 3.79 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.32€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Christmas Calendar

Reindeer Dance Sweater

Gebreide trui voor kinderen in DROPS Daisy. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met dubbele halsrand, ronde pas en veelkleurig rendierpatroon. Maten 2 – 14 jaar.

Markeer maat:
DROPS Children 47-18

#reindeerdancesweater

DROPS Design: Patroon da-004-bn
Garengroep B
-------------------------------------------------------

MATEN:
2 - 3/4 - 5/6 - 7/8 - 9/10 - 11/12 - 13/14 jaar
Hoogte van het kind in cm:
92 - 98/104 - 110/116 - 122/128 - 134/140 - 146/152 - 158/164

GAREN:
DROPS DAISY van garnstudio (behoort tot garengroep B)
200-250-300-350-400-450-500 g kleur 02, marsepein
50-50-50-50-50-50-50 g kleur 13, amandel
50-50-50-50-50-50-50 g kleur 17, mosgroen
50-50-50-50-50-50-50 g kleur 21, karmijnrood
50-50-50-50-50-50-50 g kleur 25, papegaaigroen

NAALDEN VOOR MATEN 2 - 3/4 - 5/6 - 7/8 jaar:
DROPS RONDBREINAALD MAAT 4 MM: Lengte 40 cm en 60 cm.
DROPS RONDBREINAALD MAAT 3 MM: Lengte 40 cm en 60 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig in elke maat.

NAALDEN VOOR MATEN 9/10 - 11/12 - 13/14 jaar:
DROPS RONDBREINAALD MAAT 4 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD MAAT 3 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
21 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

DROPS Daisy
DROPS Daisy
100% wol
vanaf 3.79 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.32€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:
-------------------------------------------------------

VERHOGING:
Om de trui ietwat hoger te maken op de achterkant als u een ronde pas, breit u zoals hieronder beschreven. Sla dit deel over als u geen verhoging wilt.
Begin aan de goede kant en brei 11-12-13-14-15-16-17 steken recht voorbij de markeerdraad op het begin van de naald (midden achter), keer het werk, trek de draad aan en brei 22-24-26-28-30-32-34 averecht.
Keer het werk, trek de draad aan en brei 33-36-39-42-45-48-51 recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 44-48-52-56-60-64-68 averecht.
Keer het werk, trek de draad aan en brei 55-60-65-70-75-80-85 recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 66-72-78-84-90-96-102 averecht.
Keer het werk, trek de draad aan en brei recht tot de markeerdraad midden achter. Ga verder met de pas.

PATROON:
Zie telpatroon A.1. Kies het telpatroon voor uw maat. Het hele patroon wordt gebreid in tricotsteek.

TIP VOOR HET BREIEN:
Om te voorkomen dat het werk haar elasticiteit verliest wanneer u in patroon breit, is het belangrijk dat de draden aan de achterkant niet te strak zijn. Gebruik een naald in een maat groter wanneer u in patroon breit en het wordt wat te strak.

TIP VOOR HET MEERDEREN (verdeeld):
Meerder 1 steek door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd).

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK.
De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, vanaf midden achter en van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop.

DUBBELE HALSRAND:
Zet 80-84-86-88-90-94-96 steken op met kleur marsepein DROPS Daisy, met korte rondbreinaalden maat 3 en 4 mm samen gehouden. Verwijder naald 4 mm (In de kleinste maten moet u misschien breinaalden zonder knop gebruiken als een korte rondbreinaald te lang is). Deze methode zorgt voor een elastische opzetrand.
Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) in de rondte voor 7 cm. Vouw de hals dubbel naar de binnenkant en brei nog 1 naald in boordsteek, brei iedere 2e steek samen met zijn corresponderende steek op de opzetrand.
U heeft nu een dubbele halsrand.

PAS:
Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald (midden achter). Neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte.
Brei 1 naald recht en meerder 24-26-28-30-32-32-34 steken verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN = 104-110-114-118-122-126-130 steken.
Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de naald (midden voor). De pas wordt gemeten vanaf deze markeerdraad.
U kunt nu een VERHOGING breien op de achterkant – lees beschrijving hierboven. Sla dit deel over als u geen verhoging wilt.

Brei in tricotsteek in de rondte. DENK OM DE STEKENVERHOUDING.
Als de pas 2-2-3-3-4-4-5 cm meet vanaf de markeerdraad, meerder dan 24-26-30-34-38-42-46 steken verdeeld = 128-136-144-152-160-168-176 steken. Brei verder tot de pas 3-3-4-4-5-5-6 cm meet vanaf de markeerdraad. Brei nu A.1 en meerder zoals beschreven hieronder – lees TIP VOOR HET BREIEN en PATROON hierboven.

Brei A.1 16-17-18-19-20-21-22 keer op de naald.
TEGELIJKERTIJD op elke naald met een pijl in het telpatroon meerder als volgt:
PIJL-1: Meerder 32-32-32-40-40-40-48 steken verdeeld = 160-168-176-192-200-208-224 steken.
PIJL-2: Meerder 32-32-32-32-40-40-40 steken verdeeld = 192-200-208-224-240-248-264 steken.
PIJL-3: Meerder 16-16-16-16-16-16-16 steken verdeeld = 208-216-224-240-256-264-280 steken.
PIJL-4: Meerder 0-4-8-4-0-4-0 steken verdeeld = 208-220-232-244-256-268-280 steken.

Als A.1 is klaar, ga dan verder met tricotsteek in marsepein.

VERDEEL HET WERK VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN:
Als de pas 13-14-15-16-17-18-19 cm meet vanaf de markeerdraad, brei dan als volgt: 31-33-35-37-39-41-43 recht (helft van het achterpand), plaats de volgende 42-44-46-48-50-52-54 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei 62-66-70-74-78-82-86 recht (voorpand), plaats de volgende 42-44-46-48-50-52-54 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 31-33-35-37-39-41-43 steken recht (helft van het achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten.

LIJF:
= 140-148-156-164-172-180-188 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de opgezette steken onder een mouw. Knip de draad af en begin de volgende naald op de markeerdraad, of brei tot de markeerdraad met marsepein. Ga verder met tricotsteek in de rondte met kleur marsepein voor nog een 15-18-21-24-25-26-27 cm.
Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei 1 naald recht en meerder 12-14-14-16-16-18-20 steken verdeeld = 152-162-170-180-188-198-208 steken.
Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) voor 4 cm. Kant ietwat losjes af. De trui meet ongeveer 36-40-44-48-50-52-54 cm vanaf de schouder.

MOUWEN:
Plaats de 42-44-46-48-50-52-54 steken van de hulpdraad op de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop maat 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 8 opgezette steken onder de mouw met kleur marsepein = 50-52-54-56-58-60-62 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de nieuwe steken onder de mouw en neem deze mee tijdens het breien in de hoogte, het wordt gebruikt voor het minderen onder de mouw.
Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte.
Als de mouw 2-2-3-4-4-4-4 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3-3½-4-4½-5-6-7cm in totaal 6 keer = 38-40-42-44-46-48-50 steken. Brei verder tot de mouw 18-22-26-30-34-38-41 cm meet vanaf de scheiding (of tot de gewenste lengte. Er is ongeveer 4 cm over). Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3 mm. Brei 1 naald recht en meerder 4-4-4-4-4-6-6 steken verdeeld = 42-44-46-48-50-54-56 steken. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) voor 4 cm. Kant ietwat losjes af. De mouw meet ongeveer 22-26-30-34-38-42-45 cm vanaf de scheiding.
Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Telpatroon

symbols = marsepein
symbols = amandel
symbols = karmijnrood
symbols = papegaaigroen
symbols = mosgroen
symbols = meerdernaald
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS Children 47-18

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (5)

country flag Chantal schreef:

Quand vous dites : Terminer le dos/le devant et les manches séparément. Est ce que je dois faire un Rang et tricoter jusqu’à mon demi dos???? Merci

01.07.2024 - 20:12

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Chantal, le début des tours peut rester au milieu dos lors de la division, vous tricotez simplement le tour indiqué en mettant les mailles des manches en attente et vous montez les mailles sous les manches pour les remplacer et continuez en rond le bas du pull (à la fin du tour de division, coupez le fil et reprenez en rond au milieu des mailles montées sous la manche) vous tricoterez les manches à la fin. Retrouvez cette façon de faire dans cette leçon, la division se fait à partir de la photo 9). Bon tricot!

02.07.2024 - 10:07

country flag Patricia schreef:

Puedo ver el patron en español,por favor...

30.04.2024 - 02:39

country flag Murielle Pham schreef:

Bonjour Quand on fait une rehausse, la prise de mesure se fait avant ou seulement après ? Merci pour votre reponse

04.12.2023 - 18:19

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Pham, on mesure l'ouvrage à partir du marqueur placé au milieu devant, ainsi, sans la réhausse dos. Bon tricot!

05.12.2023 - 08:42

country flag Vanessa schreef:

Wird die Nase wirklich mit eingestrickt? Dann habe ich 3 Farben in einer Reihe oder stickt man am Ende mit Maschenstich die rote Nase auf? Ansonsten komme ich super zurecht, die Anleitung ist toll!

02.12.2023 - 14:57

DROPS Design antwoorde:

Liebe Vanessa, hier wurden die Nasen eingestrickt, aber gerne können Sie sie auch danach mit Maschenstich aufsticken, je nach Wunsch. Viel Spaß beim stricken!

04.12.2023 - 07:51

country flag Gertraud Lindlacher schreef:

Habe die Nackenerhöhung gestrickt, sollte ich den Markierer jetzt nach unten versetzen? Sonst stimmt es ja nicht mehr? Oder denke ich zu kompliziert?

31.10.2023 - 21:20

DROPS Design antwoorde:

Liebe Frau Ländlicher, nach der Erhöhung beginnen die Runden immer noch in der Mitte vom Rückenteil. Viel Spaß beim stricken!

02.11.2023 - 17:04