DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS BabyAlpaca Silk yarn
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
Product image DROPS Kid-Silk yarn
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 3.69 € /25g
DROPS AW2425

Galatea

Gebreide trui in 1 draad DROPS Kid-Silk en 1 draad DROPS BabyAlpaca Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan en kantpatroon. Maten S - XXXL.

Markeer maat:
DROPS 220-3

#galateasweater

DROPS Design: Patroon nr. bs-161
Garengroep A + A of C
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS BABY ALPACA SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
250-300-300-350-350-400 g kleur 1101, wit
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
100-125-125-150-150-175 g kleur 01, naturel

STEKENVERHOUDING:
17 steken in de breedte en 22 naalden in de hoogte met patroon en 1 draad van elke kwaliteit = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 5 MM: Lengte 40 cm en 60 cm of 80 cm voor tricotsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 MM.
DROPS RONDBREINAALD 4 MM: Lengte 40 cm en 80 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
Product image DROPS Kid-Silk yarn
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 3.69 € /25g

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3

TIP VOOR HET MINDEREN-1 (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraadsteek, 2 recht samen, 3 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd).


TIP VOOR HET MINDEREN-2 (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 50 steken) en deel deze door het aantal te maken minderingen (dus 8) = 6.25.
In dit voorbeeld breit u ongeveer elke 5e en 6e steek recht samen.

TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat. Als de rand nog steeds strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer elke 4e steek terwijl u tegelijkertijd afkant; de omslagen worden als normale steken afgekant.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De hals en de pas worden in de rondte gebreid met rondbreinaald, van boven naar beneden. De naald begint tussen de linker mouw en het achterpand. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden.
Het werk wordt gebreid met 1 draad Baby Alpaca Silk en 1 draad Kid-Silk (= 2 draden).

HALS:
Zet 72-72-84-84-96-96 steken op met rondbreinaald 4 mm en 1 draad Kid-Silk en 1 draad Baby Alpaca Silk (= 2 draden). Brei 1 naald recht. Brei dan 4 cm boordsteek (1 recht, 1 averecht). Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald. De pas wordt gemeten vanaf deze markeerdraad. Ga verder met rondbreinaald 5 mm. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

PAS:
Ga verder als volgt: Brei 1 steek in tricotsteek, brei A.1 (= 4 steken), A.2 over de volgende 12-12-18-18-24-24 steken (= 2-2-3-3-4-4 herhalingen van 6 steken), A.3 (= 3 steken), 2 steken in tricotsteek, A.1, A.2, A.3, 2 steken in tricotsteek, A.1, A.2 over de volgende 12-12-18-18-24-24 steken (= 2-2-3-3-4-4 herhalingen van 6 steken), A.3, 2 steken in tricotsteek, A.1, A.2, A.3, 1 steek in tricotsteek.

Ga verder met dit patroon; alle meerderingen zijn aangegeven in A.1 en A.3. U meerdert 8 en 16 steken afwisselend, iedere 2e naald. Elke keer dat A.1 en A.3 een keer in de hoogte is gebreid, zijn er nog 2 herhalingen van A.2 in de breedte. Meerder iedere 2e naald in totaal 18-20-20-22-24-26 keer = 288-312-324-348-384-408 steken. Het werk meet ongeveer 16-18-19-20-21-24 cm. Ga verder met het patroon maar zonder verdere meerderingen; de steken die niet in het patroon passen in de zijkanten worden gebreid in tricotsteek. Brei verder tot het werk 21-23-26-28-32-35 cm meet vanaf de markeerdraad op de hals.

Verdeel nu de pas voor het lijf en mouwen op de volgende naald als volgt (brei verder in patroon): Brei 75-81-87-93-105-111 steken (= achterpand), plaats de volgende 69-75-75-81-87-93 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 9 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei 75-81-87-93-105-111 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 69-75-75-81-87-93 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 9 steken op. Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. Knip de draad af.

LIJF:
= 168-180-192-204-228-240 steken. Ga verder met A.2 over alle steken; zorg ervoor dat het patroon doorloopt op de pas. Brei verder tot het werk 25-25-24-24-22-21 cm meet vanaf de scheiding (er is ongeveer 6 cm over tot de gewenste lengte, u kunt de trui passen en breien tot de gewenste lengte). Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) voor 6 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN! De trui meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUWEN:
Plaats de 69-75-75-81-87-93 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 5 mm en neem 1 steek op in elk van de 9 opgezette steken onder de mouw = 78-84-84-90-96-102 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 9 steken onder de mouw. Neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt bij het minderen onder de mouw.
Ga verder in patroon A.2 in de rondte, zorg ervoor dat het patroon doorloopt op de pas. Als de mouw 3 cm meet vanaf de scheiding in alle maten, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN-1. Minder zo iedere 2½-2-1½-1½-1-1 cm in totaal 14-16-16-17-19-20 keer = 50-52-52-56-58-62 steken; de steken die niet in het patroon onder de mouw passen worden in tricotsteek gebreid. Brei verder tot de mouw 37-36-32-31-26-24 cm meet vanaf de scheiding (er is ongeveer 5 cm over tot de gewenste lengte, u kunt de trui passen en tot de gewenste lengte breien). LET OP: Kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een bredere hals en een langere pas.
Brei 1 naald recht terwijl u 10 steken verdeeld mindert in alle maten – lees TIP VOOR HET MINDEREN-2 = 40-42-42-46-48-52 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm en brei 5 cm boordsteek (1 recht, 1 averecht). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – denk om TIP VOOR HET AFKANTEN! De mouw meet ongeveer 42-41-37-36-31-29 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Telpatroon

recht = recht
2 recht samen = 2 recht samen
1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek = 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
1 steek recht afhalen, 2 recht samen en haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken = 1 steek recht afhalen, 2 recht samen en haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken
maak 1 omslag tussen 2 steken; brei op de volgende naald de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat = maak 1 omslag tussen 2 steken; brei op de volgende naald de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat
maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht - GEEN gaatje = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht - GEEN gaatje
Diagram for DROPS 220-3

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 220-3

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (89)

country flag Rikke Richtendorff schreef:

Det her afsnit i opskriften er ret forvirrende. Der står at udtagningerne er medregnet, men også at man skal øge med 2 A2 i bredden? Altså er det så på ryg og forstykke en gang hver eller er det for 2 ekstra for hver gang (mellem hver raglan udtagning = 8 ekstra A2 på en omgang)? Så er der nogle udtagninger på hver anden pind i siderne??? Hvor? Er der nogen der kan hjælpe med et svar.

12.08.2021 - 19:13

DROPS Design antwoorde:

Hej Rikke, hvilken størrelse strikker du, hvor er du i opskriften? Gælder det udtagningen til raglan, strikker du de nye masker løbende ind i mønsteret :)

25.08.2021 - 10:16

country flag Ela schreef:

Zrobilam flora i kid silk piękny polecam dziejcie ! Dziękuję za cudny wzór!

11.08.2021 - 14:45

country flag Claudia Göbel schreef:

Guten Tag , meine Frage bezieht sich gleich auf den Anfang zur Passe. Und zwar soll man jede 2.Runde abwechselnd 8 und 16 Machen zunehmen . Wenn ich dies tue bleiben bei mir am Ende der darauffolgenden Runde genau diese 8 Maschen übrig , da diese bei der Abfolge von " 1 M re, A1,2xA2,A3, 2Mre usw" nicht reinpassen. Soll ich diese 8 Maschen glatt rechts stricken ? Oder nochmal ein A2 irgendwo mehr stricken ? Aber dann kommt das Muster doch durcheinander. Mfg

08.07.2021 - 11:02

DROPS Design antwoorde:

Liebe Frau Göbel, die Raglanzunahmen sind im Diagram gezeichnet, dh bei A.1 und A.3, 1. und 5. Reihe nehmen Sie je 1 Masche zu und bei 3. und 7. Reihe nehmen Sie je 2 Maschen zu. Die Zunahmen stricken Sie jeweils wie bei der nächsten Runde gezeigt (entwder rechts (= Löcher) oder rechts verschränkt (kein Loch)). Kann es Ihnen helfen? Viel Spaß beim stricken!

08.07.2021 - 13:38

country flag Jannie schreef:

Kunne det ikke være muligt at få et diagram som viser hvorledes mønsteret strikkes efter man er færdig med udtagninger til bærestykke? Jeg har prøvet flere gange nu, og hver gang går jeg gal i det….

02.07.2021 - 17:51

DROPS Design antwoorde:

Hei Jannie. Det ville ha blitt et altfor stort diagram for å vise alle økningenefor deretter å få det tilpasset web vil det bli skalert ned slik at det vil være umulig å se. Anbefaler deg å bruke maskemarkør/merketråd mellom diagrammene. Da får man en bedre oversikt. mvh DROPS design

05.07.2021 - 12:58

country flag Fabienne Borel schreef:

Bjr, j ai fait un document avec toutes les explications qui me permettront de refaire ce magnifique modèle à nouveau sans être dans le doute de faire juste au raglan et sous les manches. Si cela vous intéresse, je peux vous l envoyer. Il est en français et en taille S seulement. Je pense que c est surtout le principe à suivre pour garder le motif intact que c est important de donner une explication claire. Merci pour vos superbes créations.

28.05.2021 - 11:03

country flag Dorte Schou-Hansen schreef:

Jeg har nu strikket A1 og A2 en gang i højden og skal strikke 2 rapporter mere af A2 i bredden. Jeg har nu 132 m. A2 vil nu med 2 rapporter mere øges fra 18 til at løbe over de næste 30m to gange i følge mønsteret. Det svarer i alt til 108m. Jeg har så 24m. På omgangen, der ikke er blevet strikket. Er det fordi, jeg skal øge med to rapporter hver gang, jeg i mønsteret strikker en A2? Altså også der hvor mønsteret skriver: A1, A2, A3?

25.05.2021 - 09:06

country flag Dorte Schou-Hanse schreef:

Jeg har selv fundet svaret på mit spørgsmål. Udtagningerne ligger logisk som en del af mønsteret i omslagene i A1 og A2.

23.05.2021 - 07:03

country flag Dorte Schou-Hansen schreef:

Hvordan laver jeg udtagninger så det passer med at strikke mønsteret over hinanden? Skal der udtages jævnt fordelt eller først og sidst på pinden? Hvordan kan jeg sikre at mønsteret passer over hinanden på hver anden pind? Jeg synes ikke det passer i A 1 og A 3, hvor der er et bolle symbol i starten af rapporten i A 1 eller et bolle symbol i slutningen af A 3. Hvis jeg starter eller slutter med at slå om, bliver der for mange masker.

22.05.2021 - 21:09

DROPS Design antwoorde:

Hej Dorthe. Så fint att det löste sig. Mvh DROPS Design

24.05.2021 - 08:02

country flag Anne Louise Bellaiche schreef:

Hej igen. Hvis man skal undgå udtagning, skal der vel være 4 masker i A1 og 3 masker i A3 på alle 8 omgange. Nu har jeg prøvet at strikke A1-A2-A3, som I siger, uden den første udtagning, men hvis det skal passe med mønstret, vil der komme flere masker. Videoen, som I henviser til, viser kun A2. Jeg kan se på de andre spørgsmål (på tysk og fransk), at andre har samme vanskeligheder som mig. Et diagram af A1 og A3 uden udtagning ville virkelig hjælpe!

20.05.2021 - 23:17

DROPS Design antwoorde:

Hej igen Anne Louise, vi skriver en ny video på ønskelistan, som viser hvordan man strikker diagrammerne uden udtagningerne :)

21.05.2021 - 10:26

country flag Anne Louise Bellaiche schreef:

Jeg forstår ikke, hvordan man kan strikke A1 og A3 uden at maskeantallet øges. Hvis jeg bare udelader en udtagning på hver omgang, øges maskeantallet jo alligevel, og hvordan kan jeg få mønstret til at passe, hvis jeg udelader nogle udtagninger? Hvordan gør jeg i øvrigt på omg. 3, hvor mønsteret er forskudt i forhold til de omg. 2? Det ville være rart med et diagram, som viser A1 og A3 uden udtagning! Med venlig hilsen Anne Louise

19.05.2021 - 21:41

DROPS Design antwoorde:

Hej Anne Louise, Har du set videoen som er lavet til dette mønster? Diagram til 220-3 Det er de yderste omslag (længst til højre i A.1 og længst til venstre i A.3) som bliver til udtagninger/nye masker. Når du undlader dem så tager du heller ikke ud.

20.05.2021 - 14:59