DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS Air yarn
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 3.92 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 23.52€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425

Frozen Lake Cardigan

Gebreid vest met zadelschouders in DROPS Air. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid. Maten S - XXXL.

Markeer maat:
DROPS 215-30

#frozenlakecardigan

DROPS Design: Patroon nr. ai-290
Garengroep C of A + A

-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS AIR van garnstudio (behoort tot garengroep C)
300-300-350-400-400-450 g kleur 27, zeegroen

STEKENVERHOUDING:
16 steken in de breedte en 20 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5.5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 5.5 MM: Lengte 80 cm voor tricotsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4.5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 4.5 MM: Lengte 80 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

DROPS KNOPEN, Marmer NR 629: 6-6-7-7-7-7 stuks.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 3.92 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 23.52€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel in de hoogte = Brei 2 naalden recht.

TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert/mindert, tel het totaal aantal steken op de naald (dus 87 steken), minus de biezen (dus 10 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken meerderingen/minderingen (dus 20) = 3.85. In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer elke 4e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Bij het minderen, breit u ongeveer elke 3e en 4e steek recht samen.

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de meerderingen voor de zadelschouder):
AAN DE GOEDE KANT:
VOOR DE MARKEERDRAAD:
De nieuwe steek wordt gedraaid, leunend richting rechts.
Gebruik de linker naald om de draad op te nemen tussen 2 steken van de naald eronder, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus.
NA DE MARKEERDRAAD:
De nieuwe steek wordt gedraaid, leunend richting links.
Gebruik de linker naald om de draad op te nemen tussen 2 steken van de naald eronder, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus.

OP DE VERKEERDE KANT:
VOOR DE MARKEERDRAAD:
De nieuwe steek wordt gedraaid, leunend richting rechts.
Gebruik de linker naald om de draad op te nemen tussen 2 steken van de naald eronder, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek averecht in de achterste lus.
NA DE MARKEERDRAAD:
De nieuwe steek wordt gedraaid, leunend richting links.
Gebruik de linker naald om de draad op te nemen tussen de 2 steken van de naald eronder, neem de draad op vanaf achter en brei de steek averecht in de voorste lus.


TIP VOOR HET MINDEREN (voor midden onder de mouw):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

KNOOPSGATEN:
Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als er 3 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, 2 recht samen en brei 1 recht. Brei op de volgende naald (verkeerde kant), de omslag recht om een gaatje te maken.
Het eerste knoopsgat wordt gebreid als de boordsteek op de hals 3 cm meet. Brei dan de andere 5-5-6-6-6-6 knoopsgaten met ongeveer 9½-10-8½-9-8-8 cm tussen elke.

TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat. Als de rand nog steeds strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer elke 4e steek terwijl u tegelijkertijd afkant; de omslagen worden als normale steken afgekant.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De hals en de pas worden heen en weer gebreid met rondbreinaald vanaf midden voor en van boven naar beneden. Er worden steken gemeerderd voor de schouders en dan voor de mouwen. De pas wordt verdeeld voor het lijf en mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop, van boven naar beneden.

HALS:
Zet 83-87-91-95-101-105 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant) met rondbreinaald 4.5 mm en Air. Brei 1 naald averecht (= verkeerde kant).
De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant:
Brei 1 steek in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, * 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 2 steken over zijn op de naald, 1 recht en eindig met 1 steek in ribbelsteek.
Ga verder met deze boordsteek voor 8 cm.
Als de boordsteek klaar is, brei dan 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 20-20-28-32-36-38 steken verdeeld meerdert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 103-107-119-127-137-143 steken.
Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant.
Ga verder met rondbreinaald 5.5 mm en voeg 1 markeerdraad in na de voorbies op het begin van de naald; de pas wordt gemeten vanaf deze markeerdraad!

PAS:
Voeg nu 4 markeerdraden in het werk, zonder de steken te breien, als volgt:
Voeg markeerdraad 1 na 20-21-22-24-26-27 steken in (= voorpand), sla de volgende 16-16-20-20-22-22 steken over, voeg markeerdraad 2 hier in (= schoudersteken), sla de volgende 31-33-35-39-41-45 steken over, voeg markeerdraad 3 hier in (= achterpand), sla de volgende 16-16-20-20-22-22 steken over, voeg markeerdraad 4 hier in (= schoudersteken), er zijn 20-21-22-24-26-27 steken over na de laatste markeerdraad (= voorpand). Neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden gebruikt bij het meerderen.

MEERDERINGEN VOOR DE SCHOUDER:
Brei verder in tricotsteek met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant. Meerder op de volgende naald aan de goede kant voor de zadelschouders als volgt:
Meerder 1 steek VOOR markeerdraden 1 en 3 en NA markeerdraden 2 en 4 – lees TIP VOOR HET MEERDEREN (= 4 steken gemeerderd); Dus er zijn meerderingen op het achterpand en het voorpand en het aantal schoudersteken dat over is blijft hetzelfde.
Meerder op de volgende naald aan de verkeerde kant voor de zadelschouder als volgt:
Meerder 1 steek VOOR markeerdraden 4 en 2 en meerder 1 steek NA markeerdraden 3 en 1. Dus de meerderingen zijn verschillend aan de goede kant en verkeerde kant. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Meerder zo iedere naald in totaal 14-16-16-18-20-22 keer = 159-171-183-199-217-231 steken.
Het werk meet ongeveer 7-8-8-9-10-11 cm vanaf de markeerdraad op de hals.

MOUWMEERDERINGEN:
Brei verder in tricotsteek met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant.
Meerder op de volgende naald aan de goede kant voor de mouwen als volgt:
Meerder 1 steek NA markeerdraden 1 en 3 en VOOR markeerdraden 2 en 4 (= 4 steken gemeerderd) dus meerder in de schoudersteken en het aantal steken op het achterpand en de voorpanden dat over is, blijft hetzelfde.
Meerder zo op iedere naald aan de goede kant in totaal 9-10-9-12-12-13 keer = 195-211-219-247-265-283 steken.
Het werk meet ongeveer 16-18-17-21-22-24 cm.
Brei verder in tricotsteek met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant tot het werk 16-18-18-21-22-24 cm meet.

MEERDERINGEN VOOR DE PAS:
Meerder op de volgende naald aan de goede kant 1 steek aan elke kant van alle markeerdraden als volgt:
Brei tot er 1 steek over is voor markeerdraden 1 en 3, meerder 1 steek VOOR de markeerdraden, brei 1 steek, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald en meerder 1 steek NA de markeerdraden.
Brei tot markeerdraden 2 en 4, meerder 1 steek VOOR de markeerdraden, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, brei 1 steek en meerder 1 steek NA de markeerdraden (= in totaal 8 steken gemeerderd).
Meerder zo op iedere naald aan de goede kant in totaal 4-4-5-5-6-6 keer = 227-243-259-287-313-331 steken.
Als de meerderingen klaar zijn, meet het werk ongeveer 20-22-23-26-28-30 cm vanaf de markeerdraad op de hals.
Verdeel nu het werk voor het lijf en mouwen op de volgende naald als volgt:
Brei de eerste 38-41-43-47-53-55 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 42-44-48-54-56-60 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-12-12 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei 67-73-77-85-95-101 steken in tricotsteek (= achterpand), plaats de volgende 42-44-48-54-56-60 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-12-12 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw) en brei de laatste 38-41-43-47-53-55 steken zoals hiervoor (= voorpand).
Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN.

LIJF:
= 163-175-187-203-225-235 steken.
Ga verder met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant en tricotsteek over de andere steken.
Als het werk 26-26-26-25-24-24 cm meet vanaf de scheiding, meerder dan 20 steken verdeeld op de volgende naald aan de goede kant (meerder niet op de biezen) = 183-195-207-223-245-255 steken.
Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm.
De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de verkeerde kant:
5 voorbiessteken in ribbelsteek, * 1 averecht, 1 recht *, brei van *-* tot er 6 steken over zijn op de naald, 1 averecht en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek.
Als de boordsteek 5 cm meet, kant dan af met recht boven recht en averecht boven averecht, en kant af met recht over de ribbelsteken - lees TIP VOOR HET AFKANTEN.
Het vest meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUW:
Plaats de 42-44-48-54-56-60 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 5.5 mm en neem 1 steek op in elk van de 10-10-12-12-12-12 opgezette steken onder de mouw = 52-54-60-66-68-72 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 10-10-12-12-12-12 steken onder de mouw. Brei in tricotsteek in de rondte.
Als het werk 3 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 0-0-1-1-1-1 steek aan elke kant van de markeerdraad - lees TIP VOOR HET MINDEREN.
Minder zo iedere 0-0-10-7-6-4 cm in totaal 0-0-2-4-4-5 keer = 52-54-56-58-60-62 steken.
Brei verder tot de mouw 34-33-32-30-28-27 cm meet vanaf de scheiding.
Brei 1 naald recht terwijl u 18 steken verdeeld mindert = 34-36-38-40-42-44 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 4.5 mm en brei boordsteek (= 1 recht, 1 averecht) voor 5 cm.
Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – denk om TIP VOOR HET AFKANTEN.
Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de knopen op de linker voorbies.

Telpatroon

breirichting = breirichting
meerdering voor de zadelschouder = meerdering voor de zadelschouder
mouwmeerdering = mouwmeerdering
meerdering voor de pas = meerdering voor de pas
Diagram for DROPS 215-30
Diagram for DROPS 215-30

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #frozenlakecardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 215-30

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (28)

country flag Annette schreef:

Bei „Zunahmen für die Passe“ - wie gerichtet muss jeweils vor und nach den Markierern zugenommen werden, oder reicht es, zwei Maschen aus einer zuzunehmen?

05.02.2023 - 21:28

DROPS Design antwoorde:

Liebe Annette, unter "Zunahmen für die Passe" werden 8 Maschen zugenommen: 1 Masche vor + 1 Masche nach jeder Markierung - nehmen Sie am besten wie zuvor zu: 1 Masche vor der Masche mit der Markierung + 1 Masche nach der Masche mit der Markierung auffassen - siehe auch dieses Video. Viel Spaß beim stricken!

06.02.2023 - 10:18

country flag Viviane schreef:

Puis-je réaliser ce modèle en "Brushed alpaca silk "?

17.10.2022 - 14:20

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Viviane, effectivement, Air et Brushed Alpaca Silk sont du même groupe, notez juste que la texture sera différente car les laines sont différentes; utilisez notre convertisseur pour connaître la nouvelle quantité correspondante, et rappelez-vous de bien vérifier votre échantillon. Bon tricot!

17.10.2022 - 17:06

country flag Gasparetto schreef:

Après avoir tricoté le col et place les marqueurs comment faire les augmentations pour les épaules les manches et l’empiètement. J’ai compris qu’il fallait avant le marqueur 1 faire une maille torse à droite pour l’augmentation des épaules et après le marqueur 1 une maille torse a gauche pour l’augmentation des manches mais je n’ai pas compris pour l’augmentation de l’empiètement pour le marqueur 1.

12.10.2022 - 12:37

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Gasparetto, vous augmentez d'abord 4 mailles pour les épaules (1 avant le marqueur-1, 1 après le marqueur 2 +1 avant le marqueur-3 et 1 après le marqueur 4), puis vous augmentez 4 m pour les manches ( après le marqueur-1 et avant le marqueur-2 + après le marqueur-3 et avant le marqueur-4) et enfin 8 m pour l'empiècement (8 m au total ): 1 m avant le marqueur-1 et -3, glissez le marqueur, tricotez 1 m et augmentez 1 m; augmentez comme indiqué sous AUGMENTATIONS et dans la 1ère vidéo listée en bas des explications. Bon tricot!

12.10.2022 - 13:34

country flag Gitte schreef:

Hej Spm 1: Ærmeudtag: Arbejdet måler ca 16-18-17-21-22-24 cm. 'Arbejdet' = det totale mål ? Eller fra dér, hvor jeg satte et mærke og bærestykket måles fra ? Spm 2: Bærestykket Forstår slet ikke Strik til der er 1 maske tilbage før 1. og 3.mærke, tag 1 maske ud FØR mærket, strik 1 maske, løft mærket over på højre pind og tag 1 maske ud EFTER mærket. Er det: strik til 1m før mærke, ta 1 m ud, strik 1 m, løft mærke, ta 1 m ud ?

01.02.2022 - 17:41

DROPS Design antwoorde:

Hej Gitte, du måler fra hvor der står "herfra måles arbejdet". ja det stemmer før 1. og3. mærke :)

04.02.2022 - 12:25

country flag Cecilie J schreef:

Hej, jeg synes det er et problem, at der ikke står noget i selve opskriften om knapper. "Tips", som står over "Start arbejdet her" er som regel noget, der bliver henvist til i opskriften. Som mindstemål burde der stå: " ...* 1 ret, 1 vrang *, strik fra *-* til der er 2 masker tilbage på pinden, strik 1 ret og afslut med 1 maske retstrik. Fortsæt ribben således. Efter 3½ cm begyndes knaphuller SE KNAPHUL. Fortsæt rib til arbejdet er 8 cm fra kanten.

09.11.2021 - 11:17

country flag Nancie Robbins schreef:

Hi I’m asking about the frozen lake cardigan. I’m very confused about starting the sweater. Confused with the 5band stitches and what it means to work 1 stitch in garter and then k1 p1. I just need more detail to start. Thanks.

17.05.2021 - 14:09

DROPS Design antwoorde:

Dear Mrs Robbins, at the very beginning you work neck edge in rib K1, P1 with 1 edge stitch in garter stitch on each side, then work the first and the last 5 sts in garter stitch for the front band edges. Hope this will help. Happy knitting!

17.05.2021 - 14:27

country flag Veronika schreef:

Sehr schöne und detaillierte Anleitung, die Weste passt sehr gut. Habe die Knopflöcher zwei Maschen vor der Randmasche gestrickt, sind aber wie in der Anleitung beschrieben auch kein Problem.

09.01.2021 - 13:06

country flag Annette Velardi schreef:

Die Jacke wird mit zwei verschiedenen Nadelstärken gestrickt. Welche Nadelgrösse muss ich für die Maschenprobe als Maßstab nehmen?

08.12.2020 - 11:55

DROPS Design antwoorde:

Liebe Frau Velardi, die Maschenprobe sollen Sie mit den grösseren Nadeln haben = mit den Nr 5,5 - hierlesen Sie mehr über die Maschenprobe/Nadelgröße. Viel Spaß beim stricken!

08.12.2020 - 16:48

country flag Emelie schreef:

Hej undrar om det är fel i beskrivningen sadelaxelökning? När jag sitter med sticket framför mig hamnar ökningarna från avigsidan just i axelpartiet om jag följer er beskrivning, där ska de INTE vara (antalet axelmaskor ska förbli oförändrade står det...)🤔 eller tänker jag helt fel? Skulle istället vilja sticka enligt rätsidans ökningsschema alla varv ut... Tack på förhand! Mvh Emelie

15.11.2020 - 19:23

DROPS Design antwoorde:

Hej Emelie. Har du sett vår video om ökning till sadelaxel? Kanske den kan vara till hjälp.. Mvh DROPS Design

24.11.2020 - 10:44

country flag Malin schreef:

Hej! Jag får inte ihop det med antalet maskor. Väldigt otydligt när man ska räkna med framkantsmaskorna. Jag stickar M och la upp 87st maskor, efter resåren ska jag öka 20 maskor - ÖKNINGS-/MINSKNINGSTIPS = 107 maskor. Sedan skall jag fästa mina markörer efter 5, 21, 16, 33, 16, 21 & 5 maskor men det blir 117 maskor och skulle ju enligt mönstret endast ha 107 efter ökning. Tänker jag fel?

11.11.2020 - 23:40

DROPS Design antwoorde:

Hej Malin. Du ska inte först räkna bort de 5 framkantmaskorna när du sätter markörerna, utan du räknar direkt från första maskan. Dvs 21+16+33+16+21=107 m. Mvh DROPS Design

12.11.2020 - 08:35