DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS BabyAlpaca Silk yarn
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
Product image DROPS Kid-Silk yarn
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 3.54 € /25g
DROPS AW2425
DROPS Children 27-12

#alvinajacket

Maat 3 - 12 jaar
DROPS design: Model nr. bs-008-bn
Garengroep A en A of C
----------------------------------------------------------
Maat: 3/5 - 6/8 - 9/10 - 11/12 jaar
Maat in cm: 98/110 - 116/128 - 134/140 - 146/152
Materiaal:
DROPS BABYALPACA SILK van Garnstudio
200-200-250-250 gr. kleur nr. 8112, ijsblauw
DROPS KID SILK van Garnstudio
75-100-100-125 gr. kleur nr. 07, lichtgrijsblauw

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (60 of 80 cm) 5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 17 st keer 34 nld in ribbelst met 2 draden = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
Product image DROPS Kid-Silk yarn
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 3.54 € /25g

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.2. Zie het telpatroon voor de juiste maat.

RIBBELST (in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 nld. * brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*.

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.
----------------------------------------------------------

ACHTERPAND:
Zet 8 st op met 1 draad BabyAlpaca Silk en 1 draad Kid-Silk (= 2 draden) en verdeel ze over 4 breinld zonder knop 5 mm (= 2 st per nld). Brei volgens A.1 (= 8 patroonherhalingen van A.1 in de rondte). Als de eerste 15-15-19-19 nld van A.1 zijn gebreid, verschuif dan het begin van de nld 1 st naar links, eerst om de nld en dan elke 4e nld – dus begin van de nld is altijd voor de eerste omsl in het telpatroon zodat het minder opvalt. Uiteindelijk is het begin van de nld in het midden van de eerste herhaling van A.1. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Ga verder met de rondbreinld indien nodig. Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, zijn er 144-144-176-176 st op de nld en meet het werk ongeveer 22-22-28-28 cm in diameter. Plaats 8 markeerders in het werk, plaats de 1e markeerder in 1e st op de nld, plaats dan 7 markeerders met steeds 17-17-21-21 st ertussen – de markeerders zijn direct boven de punt van elk blaadje. Brei in RIBBELST - zie uitleg boven – en meerder TEGELIJKERTIJD in de eerste nld 1 st aan elke kant van de markeerders. Meerder met 1 omsl aan elke kant van de st met markeerder – brei op de volgende nld de omsl gedraaid av om gaatjes te voorkomen = 16 st gemeerderd per nld. Meerder zo om de nld in totaal 1-2-1-2 keer = 160-176-192-208 st. Ga verder in ribbelst tot het werk 26-28-32-34 cm meet in diameter.

Brei op de volgende nld recht en kant TEGELIJKERTIJD alle st af tussen de 2e en 3e markeerder en de 7e en 8e markeerder en 1 st aan elke kant van de markeerders voor de armsgaten (= kant 23-25-27-29 st af aan elke kant). Brei de volgende nld av en zet TEGELIJKERTIJD losjes 23-25-27-29 nieuwe st op boven de afgekante st tussen de 2e en 3e markeerder en de 7e en 8e markeerder. Als alle st weer zijn opgezet, staan er 160-176-192-208 st op de nld.

Brei dan als volgt: brei A.2 over alle st en meerder TEGELIJKERTIJD 1 st aan elke kant van de st met de markeerder elke nld met ster (= 16 st gemeerderd per keer). Brei A.2 twee keer in de hoogte = 288-304-320-336 st. Het werk meet ongeveer 56-58-62-64 cm in diameter.

LINKERVOORPAND:
Brei dan als volgt: houd de st tussen de 2e en 4e markeerder op de nld, zet de overgebleven st op een hulpdraad = 72-76-80-84 st op de nld. Brei in RIBBELST - zie uitleg boven - heen en weer over deze st en zet TEGELIJKERTIJD aan het einde van elke nld de laatste 2 st op een hulpdraad (brei de st niet, keer het werk). LET OP: ga verder met meerderen aan elke kant van de 3e markeerder elke 4e nld. Ga zo verder tot er nog 32 st over zijn op de nld. Zet de laatste 32 st op een hulpdraad.

RECHTERVOORPAND:
Zet de st tussen de 6e en 8e markeerder op de rondbreinld 5 mm en brei op dezelfde manier als voor het linkervoorpand.

Brei dan alle st recht aan de goede kant en brei de st van de hulpdraden terug op de rondbreinld 5 mm – neem in elke overgang waar st op een hulpdraad zijn gezet de dwarsdraad op de nld (dus steeds tussen 2 st om gaatjes te voorkomen in de overgangen) = ongeveer 352-376-400-424 st. Brei 2 ribbels.

Kant losjes af met rechte steken aan de goede kant als volgt: 1 r, ((** steek de rechternld in tussen de eerste 2 st op de linkernld (dus tussen st op de nld, niet door de st), maak 1 omsl op de rechternld, haal omsl naar voren tussen de st door en zet omsl op de linkernld **, herhaal van **-** nog 2 keer (= 3 nieuwe st op de linkernld). * brei de eerste st op de linkernld recht, haal eerste st op rechternld over laatst gebreide st *)), herhaal van *-* 6 keer in totaal en herhaal van ((-)) langs de hele rand van het vest tot er 1 st overblijft, knip de draad af en haal deze door laatste st.

MOUWEN:
Worden in de rondte gebreid op breinld zonder knop.
Zet 30-30-32-34 st op met breinld zonder knop 5 mm en 1 draad BabyAlpaca Silk en 1 draad Kid-Silk (= 2 draden). Brei 4 ribbels, brei dan in tricotst. Plaats 1 markeerder midden onder de mouw. Meerder bij een hoogte van 6 cm 1 st aan elke kant van de markeerder onder de mouw. Meerder zo elke 4-3½-3½-4 cm in totaal 7-9-10-10 keer = 44-48-52-54 st. Brei tot het werk 35-40-44-48 cm meet, kant dan alle st af. Brei nog een mouw.

AFWERKING:
Naai de mouwen in het vest.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 19.09.2016
ACHTERPAND:...Brei dan als volgt: brei A.2 over alle st en meerder TEGELIJKERTIJD 1 st aan elke kant van de st met de markeerder elke nld met ster (= 16 st gemeerderd per keer). Brei A.2 twee keer in de hoogte = 288-304-320-336 st. Het werk meet ongeveer 56-58-62-64 cm in diameter.
Gewijzigd online: 21.12.2016
Nieuwe telpatronen A.1 (beide maten) toegevoegd.

Telpatroon

r <br />
= r
av<br />
= av
1 omsl tussen 2 st<br />
= 1 omsl tussen 2 st
1 r afh, 2 r samen, afgeh st overh<br />
= 1 r afh, 2 r samen, afgeh st overh
1 r afh, 1 r, afgeh st overh<br />
= 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
2 r samen<br />
= 2 r samen
nld met meerderingen<br />
= nld met meerderingen
Diagram for DROPS Children 27-12
Diagram for DROPS Children 27-12
Diagram for DROPS Children 27-12
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS Children 27-12

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (76)

country flag Hupfer schreef:

Ich bin bis zu den Vorderteilen gekommen und nun komme ich klar,wieso in Reihen weiterstricken. Wo ist da Anfang und Ende, irgendwie verstehe ich die Anleitung da nicht ganz. Vielleicht können Sie mir helfen.

15.08.2018 - 16:07

DROPS Design antwoorde:

Liebe Frau Hupfer, Sie werden zuerst für einpaar cm die Vorderteile separat hin und zurück stricken : die Maschen zwischen den 2. und 4. Markierer zuerst für den linken Vorderteil hin und zurückstricken, gleichzeitig stricken Sie verkürtzen Reihen = die 2 letzten Maschen am Ende jeder Reihe werden nicht gestrickt (die Zunahmen wie zuvor weiterstricken). Dann stricken den rechten Vorderteil zw. 6. und 8. Markierer und dann wieder einpaar cm rum die ganze Jacke in der Runde stricken. Viel Spaß beim stricken!

16.08.2018 - 10:13

country flag Pia schreef:

Hvor meget garn skal jeg bruge til str 9/10,i garn gruppe c,vil gerne strikke i Drops bomull-Lin. Mvh Pia

14.06.2018 - 22:17

DROPS Design antwoorde:

Hej Pia, Hvis du vil strikke str 9/10 skal du bruge ca 10 nøgler DROPS Bomull-Lin. God fornøjelse!

18.06.2018 - 11:06

Ruth Elms schreef:

Ok it’s me again, how do I pick up and TWIST my yarn between every time st on st holder in each side is slipped on needle. I.e. between every other st to avoid holes in transition. It is a very confusing pattern. If I didn’t have so much done I would toss it, but I am a very determined person. Please can you explain it a bit better for me? Thanks in advance.

01.06.2018 - 22:09

DROPS Design antwoorde:

Dear Mrs Elms, when you pick up yarn in transition, pick up this yarn with left needle and work it twisted = into back loop of this stitch instead into front loop of the st (like when you are making a "M1 increase") so that you will avoid holes. Happy knitting!

04.06.2018 - 08:38

country flag Ruth Elms schreef:

I’ve got this sweater almost done, but I’m having trouble with understanding how to do the left front. I find it’s very confusing. Can you help me please? Thanks

30.05.2018 - 20:14

DROPS Design antwoorde:

Dear Mrs Elms, left front piece is worked back and forth over the sts between 2nd and 4th marker (= ie slip all remaining sts on a thread). Work now over the 72-84 sts on needle in garter st at the same time slip the last 2 sts at the end of every row (= both from RS and from WS) on a thread, ie you will work 2 sts less on every row until 32 sts remain on needle and slip these sts on a thread. Now work right front piece over the sts between 6th and 8th marker the same way. Then slip all sts around the circle back on needle, work 2 ridges and bind off with a picot edge. Happy knitting!

31.05.2018 - 08:04

country flag Debbie schreef:

Sorry to worry you. I have now found it. Thank you. I look forward to the challenge.

02.03.2018 - 11:49

Debbie schreef:

Is this pattern available in English?

02.03.2018 - 11:44

country flag Linda Stein schreef:

In making Alvina, I notice corrections. There is also a box stating "new chart". I cannot have access to a new chart, if there is one. Please help.

20.02.2018 - 20:18

DROPS Design antwoorde:

Dear Linda, yes, we made some correction on this pattern, included chart A.1 - both corrections are from 2016 and we made them online, directly in the pattern text and chart. (Info is useful for people who print old version of pattern, before correction.) So pattern and chart you can now see on our page is correct :-). Happy knitting!

20.02.2018 - 21:40

country flag Jackie Garrett schreef:

Hi. I'm finding it really hard to get the correct number of stitches at the same time as the correct number of rows, i.e. 17st X 34rows. I'm using one strand of a yarn group C (Drops You 8) which I believe should be equivalent and have tried 5, 4.5 and 4mm needles. Please can you confirm that this is the correct tension to be aiming for. Thank you.

07.02.2018 - 21:56

DROPS Design antwoorde:

Dear Mrs Garrett, 17 sts x 34 rows is a usual tension for a yarn group C or 2 strands yarn group A - read more about knitting tension here. Happy knitting!

08.02.2018 - 08:58

country flag Marin schreef:

Bonjour Je ne comprends pas comment fonctionne les côtes mousse. Est ce deux rang endroit puis un envers pour une cote mousse ? Oubjuste deux rangs endroit ce qui correspondrait à deux rang de jersey ? Merci de votre aide !

04.02.2018 - 22:52

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Marin, quand on tricote en allers et retours, on tricote 2 rangs endroit (1 sur l'endroit, 1 sur l'envers) pour avoir 1 côte mousse. Quand on tricote en rond, on va tricoter (1 tour endroit, 1 tour envers) pour avoir 1 côte mousse - cf vidéos ci-dessous. Bon tricot!

05.02.2018 - 10:00

country flag Reveillaud schreef:

Bonjour, je viens vers vous car j'ai fais les deux devant mais je ai du mal avec la suite, lorsqu'on tricote les mailles en attente on reprend toutes les mailles du tour ou seulement celle des devants ? Et on relève le fil en tricotent les groupes de deux mailles ou non ? Et si je comprends bien avec les jetés on augmente une maille entre les groupes de deux mailles ? Voilà je espère que vous pourrez me éclairer car les explications ne sont pas très clairs merci d'avance

01.10.2017 - 22:47

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Reveillaud, c'est tout à fait ça, on va augmenter 1 maille entre chaque groupe de mailles mis en attente, mais sans faire un jeté en relevant simplement le fil entre les mailles mises en attente et en le tricotant torse à l'endroit (on augmente avec cette technique). Bon tricot!

02.10.2017 - 10:49