DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 5 prachtige garens!
Product image DROPS Baby Merino yarn
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 2.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 5.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS Baby 21-8

#juniorvest

DROPS design: Patroon nr. BM-036-by
Garengroep A
--------------------------------------------------------
Maat: 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2 - 3/4) jaar
Maat in cm: 56/62 - 68/74 - 80/86 (92 - 98/104)
Materiaal: DROPS BABY MERINO van Garnstudio
100-100-100 (100-150) kleur nr. 19, grijs

Of gebruik:
Materiaal: DROPS BABYALPACA SILK van Garnstudio
100-100-100 (150-150) kleur nr. 8465, grijs

DROPS RONDBREINLD 3 mm (60 of 80 cm) - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 24 st x 32 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD 2.5 mm (60 of 80 cm) - voor de boordsteek.
DROPS PARELMOER KNOPEN NR. 521: 4 stuks
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 2.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 5.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

DUBBELE GERSTEKORREL:
Nld 1: * 2 st r, 2 st av *, herhaal van *-*.
Nld 2: recht boven recht en averecht boven averecht.
Nld 3: av boven recht en recht boven av.
Nld 4: Als de 2e nld.
Herhaal nld 1 tot en met 4.

KNOOPSGATEN:
Maak knoopsgaten op de rechter voorbies. 1 Knoopsgat = brei de 2e en 3e st vanaf de kant samen en maak 1 omsl. Maak knoopsgaten bij een hoogte van:
MAAT 1/3 MAANDEN: 2, 6, 10 en 14 cm.
MAAT 6/9 MAANDEN: 2, 7, 11 en 16 cm.
MAAT 12/18 MAANDEN: 2, 7, 12 en 17 cm.
MAAT 2 JAAR: 2, 8, 13 en 19 cm.
MAAT 3/4 JAAR: 2, 8, 14 en 20 cm.

MINDER VOOR DE V-HALS EN ARMSGATEN IN DUBBELE GERSTEKORREL:
Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt!
MINDER ALS VOLGT VOOR DE VOORBIES/MOUWRAND:
Als de laatste st recht gebreid zou worden: 2 st recht samen.
Als de laatste st av gebreid zou worden: 2 st av samen.
MINDER ALS VOLGT NA DE VOORBIES/MOUWRAND:
Als de eerste st recht gebreid zou worden: 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh.
Als de eerste st av gebreid zou worden: 2 st av gedraaid samen (dus brei achter in de st in plaats van voor in de st).
--------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld van middenvoor naar middenvoor.
Zet 148-168-184 (204-224) st op met rondbreinld 2.5 mm en Baby Merino. Brei de eerste nld als volgt aan de goede kant: 5 st in RIBBELST (= voorbies) - zie uitleg boven, * 2 st r, 2 st av *, herhaal van *-* tot er 7 st over zijn en eindig met 2 st r en 5 st in RIBBELST (= voorbies). Ga zo verder in boordsteek met 5 st in ribbelst aan iedere kant tot het werk 3-3-4 (4-5) cm meet - DENK OM DE KNOOPSGATEN op de voorbies - zie uitleg boven. Ga verder met rondbreinld 3 mm en brei in tricotst maar ga verder met de voorbiezen in ribbelst als hiervoor. Minder TEGELIJKERTIJD in de eerste nld na de boordsteek 32-36-40 (44-52) st gelijkmatig (minder niet over de voorbiezen) = 116-132-144 (160-172) st. Plaats een markeerder 31-35-39 (43-45) st vanaf iedere kant middenvoor om de zijkanten aan te geven (= 54-62-66 (74-82) st tussen de markeerders voor het achterpand). DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Brei bij een hoogte van 7-7½-8 (9-10) cm de volgende nld als volgt aan de goede kant: 5 st in ribbelst, 21-21-27 (27-31) st in tricotst, zet de laatste 16-16-20 (20-24) st die net gebreid zijn op een hulpdraad voor de zakrand, brei tot er 10-10-12 (12-12) st over zijn op de nld, zet de laatste 16-16-20 (20-24) st die net gebreid zijn op een hulpdraad voor de zakrand, brei 5-5-7 (7-7) st in tricotst en eindig met 5 st in ribbelst. Zet in de volgende nld 16-16-20 (20-24) nieuwe st op boven iedere van de twee hulpdraden met st voor de zakranden = 116-132-144 (160-172) st. Ga verder in tricotst en in ribbelst tot het werk 13-14-16 (16-18) cm meet. Brei nu 4 nld recht over alle st (= 2 ribbels). Brei dan verder in DUBBELE GERSTEKORREL - zie uitleg boven (ga verder met de voorbiezen in ribbelst als hiervoor).

LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT!
Brei bij een hoogte van 15-17-18 (20-21) cm 2 nld in ribbelst over alleen de eerste 5 st op de nld (brei niet over de andere st op de nld), brei dan 1 nld over alle st en brei dan 2 nld in ribbelst over de eerste 5 st op de nld aan de andere kant van het werk (zo valt de V-hals straks mooier). Minder vanaf nu voor de V-hals - zie uitleg boven: Minder 1 st om de nld (dus iedere nld aan de goede kant) in totaal 12-13-16 (16-16) keer. Brei TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 16-17-19 (20-22) cm 4 nld in ribbelst over de middelste 18-20-20 (20-20) st aan iedere kant (dus over 9-10-10 (10-10) st aan iedere kant van beide markeerders) – brei de andere st als hiervoor. Kant in de volgende nld de middelste 8-10-10 (10-10) st aan iedere kant af voor de armsgaten en brei de voorpanden en het achterpand apart verder.

ACHTERPAND:
= 46-52-56 (64-72) st. Brei dubbele gerstekorrel met 5 st in ribbelst aan iedere kant (= mouwranden). Minder TEGELIJKERTIJD voor de armsgaten - zie uitleg boven: Minder 1 st om de nld (dus elke nld aan de goede kant) in totaal 5-6-6 (6-6) keer = 36-40-44 (52-60) st. Ga verder in dubbele gerstekorrel en in ribbelst tot het werk 24-26-29 (31-34) cm meet. Brei nu in ribbelst over alle st tot het werk klaar is. Kant TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 25-27-30 (32-35) cm de middelste 16-18-20 (20-24) st af voor de hals = 10-11-12 (16-18) st over op elke schouder. Eindig nu iedere schouder apart. Ga verder in ribbelst tot het werk 26-28-31 (33-36) cm meet, kant dan alle st af.

LINKER VOORPAND:
Ga verder met dubbele gerstekorrel en ribbelst en minder TEGELIJKERTIJD voor de armsgaten aan de zijkant als op het achterpand en ga verder met minderen voor de V-hals als hiervoor. Na de laatste mindering zijn er 10-11-12 (16-18) st over op de nld. Brei ribbelst over alle st tot het werk 26-28-31 (33-36) cm meet en kant dan alle st af.

RECHTER VOORPAND:
Brei als het linker voorpand maar in spiegelbeeld.

ZAKRAND:
Zet de 16-16-20 (20-24) st van de hulpdraad op een voorpand terug op de nld 2.5 mm. Brei boordsteek 2 st r/2 st av met 1 st in ribbelst en 2 st r aan iedere kant (gezien aan de goede kant). Kant als de zakrand 2½-2½-3 (3-3) cm hoog is losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. Naai de zijkanten van de zakrand onzichtbaar vast aan het voorpand. Naai de zakopening aan de onderkant van de zakrand (waar de st op een hulpdraad zijn gezet) aan de achterkant van het werk. Brei nog een zakrand op dezelfde manier op het andere voorpand.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de knopen aan.

Telpatroon

Diagram measurements for DROPS Baby 21-8
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 21-8

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (216)

country flag EVANGELIA SYNODINOU schreef:

[RS: 5 sts in garter st, 21-21-27 (27-31) sts in stockinette st, slip the last 16-16-20 (20-24) sts that were worked on a stitch holder for pocket slit, work until 10-10-12 (12-12) sts remain on needle, slip the last 16-16-20 (20-24) sts that were worked on a stitch holder for pocket slit, work 5-5-7 (7-7) sts in stockinette st and finish with 5 sts in garter st. } I can't understand this.

12.10.2022 - 19:52

DROPS Design antwoorde:

Hi Evangelia, You are placing the pocket stitches on threads to be worked later. To avoid cutting the strand by each pocket, these stitches are worked first then placed on the threads before finishing the row. Hope this helps and happy knitting!

13.10.2022 - 06:57

country flag Margret schreef:

Habe Markierungen gesetzt ( Vorder u Rückenteil). - Wieso auf der rechten Nadel….ich stricke doch mit Rundnadel. - …bis nach (noch?) 10 M übrig sind. Wo? Und danach soll ich 16 M stilllegen? Merci für Antwort!

09.10.2022 - 17:20

DROPS Design antwoorde:

Liebe Margret, die Maschen für die Taschen werden zuerst gestrickt, dann stillgelegt, dh Sie stricken zuerst die ersten 5 M krausrippe, dann die nächsten 21 Maschen glatt und die 10 letzten gestrickten Maschen legen Sie still (es sind noch 11 Maschen glatt rechts auf der Nadel), dann Reihe bis 10 Maschen übrig sind und wieder die 10 letzten gestrickten Maschen stillleggen. Viel Spaß beim stricken!

10.10.2022 - 09:22

country flag Rachel schreef:

Mon travail n'est pas symétrique quand je fais les 4 rangs points mousse au dessus des 18mailles centrales. J'ai mis mes marqueurs en bas, mais je pense ne pas arriver à retrouver l'emplacement des marqueurs à ce niveau. Ce qui m'aiderait c'est d'avoir le nombre de mailles en double points de riz avant les 18 mailles. Merci

26.07.2022 - 13:08

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Rachel, vos marqueurs doivent être toujours au même endroit qu'au début de l'ouvrage, soit à 31 m du bord de chaque côté (le nombre de mailles ne change pas, on n'augmente pas de mailles sur les côtés). Autrement dit, en 1ère taille vous tricotez 27 m comme avant - les diminutions de l'encolure (à vérifier sur votre ouvrage, en fonction de votre tension en hauteur, ce nombre peut varier), 8 m point mousse, 46 m comme avant, 8 m point mousse, 27 m comme avant - les diminutions de l'encolure (le même que celles du 1er devant normalement). Bon tricot!

01.08.2022 - 11:17

country flag Rachel schreef:

Bonjour, Je suis bloquée à 16 cm pour trouver comment tricoter mes 18 mailles en points mousses. Mon travail n'est pas symétrique des deux côtés. Merci pour votre aide

24.07.2022 - 18:21

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Rachel, ou est-ce que votre trabail n'est pas symetrique?

26.07.2022 - 09:01

country flag Josie schreef:

Bonjour, merci beaucoup pour les renseignements sur les métrages. Je ne vais pas prendre le risque de manquer de matière. Bonne journée à vous.

07.07.2022 - 10:33

country flag Josie schreef:

Bonjour j'aimerais réaliser ce joli petit gilet mais je ne comprends pas le métrage. Pour un modèle 2 ans on me dit 3 pelotes en baby alpaca silk, c'est à dire 3 x 167 m = 501 m. Si je le fais en baby alpaca il me faut 2 pelotes de 175 m soit 350 m. Pouvez-vous svp m'expliquer cette différence de métrage ? Merci et bonne journée à vous tous

06.07.2022 - 08:03

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Josie, en 2 ans, il vous faut 2 pelotes Baby Merino soit 2 x 175 m (= 350 m), ce qui correspond à 2.09 pelotes Baby Alpaca Silk, autrement dit 105 g - vous pourriez avoir assez avec juste 2 pelotes comme vous risquez d'en manquer, à quelques grammes/mètres près, raison pour laquelle, on arrondi à 150 g pour être sûre que vous n'en manquiez pas. Utilisez le convertisseur si besoin, ou prenez le risque avec 2 pelotes si vous considérez que ça peut suffire. Bon tricot!

06.07.2022 - 09:14

country flag Bouhail schreef:

Bonjour , Je voulais vous remercier pour votre merveilleux travail. Et aussi savoir pour ce modèle,au niveau des poches je n ai pas compris ,lorsque je mets en attente 16 mailles et qu ensuite j en remonte 16 pour continuer l ouvrage il y a un trou. doit on faire une couture ou ai je oublié quelque chose ?? Encore merci beaucoup.Marie

19.05.2022 - 15:39

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Bouhail, effectivement, au rang suivant (sur l'envers), vous monterez 16 mailles au-dessus des 16 mailles mises en attente pour les poches. Vous tricoterez ensuite une bordure pour les fausses poches (cf POCHE tout à la fin), et ces bordures seront ensuite cousues sur les devants = vous n'aurez plus de trou. Bon tricot!

19.05.2022 - 16:40

country flag Josie schreef:

Merci beaucoup de m'avoir répondu rapidement. Le cadeau pour le p'tit gars va pouvoir avancer et être offert. Bon week-end chère madame.

29.04.2022 - 18:22

country flag Josie schreef:

Bonjour madame, je suis arrivée au 8 cms. On me dit 5m point mousse, 27 m jersey,20m sur un arrêt de maille et continuez jusqu'à ce qu'il reste 12 m. Mais sur mon aig gauche j'ai tout le reste des mailles, je ne comprends pas bien. Quand je vois le nombre de questions qui ont été posées, je ne suis pas la seule dans l'incompréhension. Cela vient sans doute d'un problème de traduction. Pouvez-vous m'aider Svp ? Merci beaucoup.

29.04.2022 - 13:51

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Josie, Tricotez ainsi: 5 m point mousse, 27 m jersey et glissez les 20 dernières m tricotées en attente (= il reste sur l'aiguille droite les 5 m point mousse + 7 m jersey, et les 20 dernières m tricotées sont sur un fil), tricotez jusqu'à ce qu'il reste 12 m (= 100m4), glissez les 20 dernières mailles en attente (= il reste 80 m sur l'aiguille), tricotez les 7 m suivantes en jersey + 5 m point mousse, vous avez bien tricoté: 5+7+20+80+20+7+5=144 m - et vous avez sur votre aiguille: 5+7 + (mailles en attente), + 80 + (mailles en attente) + 7 +5 m. Au rang suivant, montez 20 mailles au-dessus des mailles en attente pour avoir de nouveau 144 m. Bon tricot!

29.04.2022 - 16:36

country flag Corinna schreef:

Für die Maße (6/9): ich habe die Maschen fr den Armausschnitt abgekettet und für den Ausschnitt insgesamt 13 Mal abgenommen. Am Ende sollen 11 Maschen übrig bleiben. Ich habe aber 17 Maschen auf der Nadel. Meine Rechnung ist: 35 Maschen pro Seitenteil - 5 Maschen für den Armausschnitt- 13 Maschen Abnahme für den Ausschnitt= 17 Maschen. Was habe ich falsch gemacht? Vielen Dank für die Hilfe

14.04.2022 - 18:37

DROPS Design antwoorde:

Liebe Corinna, es waren 52 M für den Rückenteil, man nimmt 1 M beidseitig 6 Mal insgesamt ab = 6 Maschen beidseitig x 2 Seiten = 12 Maschen = 40 Maschen sind noch übrig; dann kettet man die Mittleren 18 M für den Hals ab = es sind noch 11 M für jede Schulter. Beim Vorderteil sind es 35 M - 5 M Armausschnitt (abgekettet) - 6 M Armausschnitt (abgenommne)- 13 M Halsauschnitt = 11 Maschen übrig. Viel Spaß beim stricken!

19.04.2022 - 09:04