Incoming Tide#incomingtidecardigan |
||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||
Gebreid vest in DROPS BabyAlpaca Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met ronde pas, raglan, ruches, kantpatroon en ¾-lengte mouwen. Maten S - XXXL.
DROPS 222-22 |
||||||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel in de hoogte = Brei 2 recht naalden. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.4. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert/mindert, tel het totaal aantal steken op de naald (dus 131 steken), minus de biezen (dus10 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken meerderingen/minderingen (dus 36) = 3.4. In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na afwisselend elke 3e en 4e steek (meerder niet op de biezen). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Bij het minderen breit u, afwisselend elke 2e en 3e steek en elke 3e en 4e steek recht samen. RAGLAN: Meerder 1 steek aan elke kant van de markeerdraden, in elke overgang tussen het lijf en de mouwen als volgt: Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad, 1 omslag, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 omslag. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. Er zijn in totaal 8 steken gemeerderd op elke meerdernaald. KNOOPSGATEN: Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als er 3 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, 2 recht samen en 1 recht. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt gebreid als de boordsteek op de hals ongeveer 2 cm meet. Brei dan de andere 4-5-5-5-5-6 knoopsgaten met ongeveer 9-8-8½-9-9½-8 cm tussen elk. TIP VOOR HET AFKANTEN: Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat. Als de rand nog steeds strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer elke 4e steek terwijl u tegelijkertijd afkant; de omslagen worden als normale steken afgekant. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK. De hals en de pas worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald vanaf midden voor en van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald, van boven naar beneden. Er worden rucheranden aan het einde gehaakt en aan het vest en de mouwen gehaakt/genaaid. HALS: Zet 131-135-139-145-149-155 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant richting midden voor) met rondbreinaald 2.5 mm en Baby Alpaca Silk. Brei 1 naald averecht (= verkeerde kant). De volgende naald wordt als volgt aan de goede kant gebreid: Brei 5 voorbiessteken in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, * 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 6 steken op de naald zijn, 1 recht en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek voor 3 cm – denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies – lees beschrijving hierboven. Als de boordsteek klaar is, brei dan 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 36-36-36-38-38-40 steken verdeeld meerdert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 167-171-175-183-187-195 steken. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant (de omslagen worden gedraaid gebreid en de biezen worden in ribbelsteek gebreid). Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Voeg 1 markeerdraad in na de voorbies op het begin van de naald; de pas wordt gemeten vanaf deze markeerdraad! PAS: Brei nu in patroon als volgt: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, A.1 over de volgende 156-160-164-172-176-184 steken (= 39-40-41-43-44-46 herhalingen van 4 steken), A.2 over de volgende steek, 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga zo verder heen en weer gebreid. Tegelijkertijd op de naalden met pijlen in A.1 meerdert u steken verdeeld als volgt: Pijl-1: Meerder 28-28-28-32-36-36 steken = 195-199-203-215-223-231 steken. Pijl-2: Meerder 52-54-56-56-66-64 steken = 247-253-259-271-289-295 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.1 en A.2 klaar zijn in de hoogte ga dan verder als volgt: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, 1 recht, A.3A over de volgende 3 steken, A.3B over de volgende 228-234-240-252-270-276 steken (= 38-39-40-42-45-46 herhalingen van 6 steken), A.3C over de volgende 4 steken, 1 recht en 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met dit patroon heen en weer gebreid tot A.3A - A.3C 2-2-2-3-3-3 keer in de hoogte zijn gebreid, brei dan de eerste 6 naalden in de telpatronen. Ga nu verder als volgt: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, 1 recht, A.4A over de volgende 3 steken, A.4B over de volgende 228-234-240-252-270-276 steken (= 38-39-40-42-45-46 herhalingen van 6 steken), A.4C over de volgende 4 steken, 1 recht en 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Als A.4A tot A.4B klaar zijn in de hoogte, meet het werk ongeveer 13-13-13-15-15-15 cm vanaf de markeerdraad op de hals. Meerder op de volgende naald (goede kant) 31-41-51-63-61-67 steken verdeeld = 278-294-310-334-350-362 steken. Voeg 4 markeerdraden in zonder de steken te breien, als volgt: Markeerdraad 1: Tel 47-50-52-56-60-63 steken, voeg de markeerdraad hier in (= in de overgang tussen het linker voorpand en de linkermouw). Markeerdraad 2: Tel 50-52-56-60-60-60 steken, voeg de markeerdraad hier in (= in de overgang tussen de linkermouw en het achterpand). Markeerdraad 3: Tel 84-90-94-102-110-116 steken, voeg de markeerdraad hier in (= in overgang tussen het achterpand en de rechter mouw). Markeerdraad 4: Tel 50-52-56-60-60-60 steken, voeg de markeerdraad hier in (= in de overgang tussen de rechter mouw en het rechter voorpand). Er zijn 47-50-52-56-60-63 steken over na markeerdraad 4 (= rechter voorpand). Brei tricotsteek met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant. Begin tegelijkertijd op de volgende naald aan de goede kant met meerderen voor de RAGLAN – lees beschrijving hierboven. Meerder zo iedere 2e naald (elke naald aan de goede kant) in totaal 10-11-14-15-18-19 keer = 358-382-422-454-494-514 steken. Brei verder zonder verdere meerderingen tot het werk 20-22-24-26-28-30 cm meet. Verdeel nu de pas voor het lijf en de mouwen op de volgende naald als volgt: Brei de eerste 57-61-66-71-78-82 steken (= voorpand), plaats de volgende 70-74-84-90-96-98 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-8-10-10-12 steken op (= in de zijkant onder de mouw), brei de volgende 104-112-122-132-146-154 steken (= achterpand), plaats de volgende 70-74-84-90-96-98 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-8-10-10-12 steken op (= in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 57-61-66-71-78-82 steken. Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN. LIJF: = 230-250-270-294-322-342 steken. Brei tricotsteek heen en weer gebreid met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant. Als het werk 22 cm meet vanaf de scheiding, meerder dan 45-49-53-59-65-69 steken verdeeld = 275-299-323-353-387-411 steken. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm en brei boordsteek als volgt: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, * 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 6 steken over zijn, 1 recht en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Als de boordsteek 3 cm meet, kant dan af met recht boven recht en averecht boven averecht - lees TIP VOOR HET AFKANTEN. Het vest meet ongeveer 48-50-52-54-56-58 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUWEN: Plaats de 70-74-84-90-96-98 steken van de hulpdraad op de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 3 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-8-8-10-10-12 opgezette steken onder de mouw = 76-82-92-100-106-110 steken. Begin in het midden van de 6-8-8-10-10-12 steken onder de mouw en brei in tricotsteek in de rondte tot de mouw 17-15-14-12-11-9 cm meet vanaf de scheiding (er is ongeveer 6 cm over tot de gewenste lengte, u kunt het vest passen en tot de gewenste lengte breien). LET OP: Kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een bredere hals en een langere pas. Brei 1 naald recht terwijl u 14-18-24-30-34-36 steken verdeeld mindert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 62-64-68-70-72-74 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 2.5 mm en brei 6 cm boordsteek in de rondte (1 recht, 1 averecht). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – denk om TIP VOOR HET AFKANTEN! De mouw meet ongeveer 23-21-20-18-17-15 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. RUCHERAND, PAS: Haak 284-291-298-312-333-340 lossen (inclusief 5 lossen om het werk mee te keren) met haaknaald 3.5 mm en Baby Alpaca Silk. Keer het werk en brei dan als volgt: Brei 1 stokje in de 6e losse vanaf de haaknaald, * 2 lossen, 1 stokje in de volgende losse *, brei van *-* tot het einde van de naald. Leg de rucherand op de goede kant van het werk zodat het verdeeld wordt over de onderrand van het kantpatroon, dus A.4A - A.4C. Rijg de ruche vast. De ruche moet bevestigd worden met de lossenrand richting de goede kant van het kledingstuk en kan zowel genaaid als gehaakt worden aan de pas als volgt: Bevestigen met naaien: Brei aan de verkeerde kant als volgt: Hecht de draad aan in de buitenste mindering richting de voorbies (dus A.4A) en naai een steek tussen de 2 buitenste stokjes op de ruche, * rijg langs de onderrand van het kantpatroon (naai niet in de ruche) tot de volgende mindering in het patroon (dus de driehoek in A.4B), naai een steek om de mindering en tussen het 6e en 7e stokje na de laatste keer dat de ruche vastgemaakt was aan het werk *, herhaal van *-* tot de voorbies op de andere kant, eindig met een steek in de laatste mindering voor de voorbies (= A.4C); het is belangrijk dat de naad niet strak is omdat dit het kledingstuk minder elastisch maakt. Bevestigen met haken: Haak aan de verkeerde kant met haaknaald 3.5 mm als volgt: Hecht de draad aan met een vaste in de buitenste mindering richting de voorbies (dus A.4A), voeg de haaknaald in bij het kledingstuk (aan de verkeerde kant naar de goede kant - de draad blijft op de verkeerde kant), voeg dan de haaknaald in tussen de 2 buitenste stokjes op de ruche en naar achteren naar de verkeerde kant van het kledingstuk, maak 1 omslag en haal de draad door de lussen op de haaknaald zodat de ruche bevestigd wordt aan de pas *, haak 8 lossen (op de verkeerde kant van het kledingstuk), sla over tot de volgende mindering op de pas (driehoek in A.4B), voeg de haaknaald in bij het kledingstuk (aan de verkeerde kant naar de goede kant - de draad blijft op de verkeerde kant), voeg dan de haaknaald in tussen het 6e en 7e stokje na de laatste keer dat de ruche aan het kledingstuk was bevestigd, en dan terug naar de verkeerde kant van het kledingstuk, maak 1 omslag en haal de draad door de lussen op de haaknaald zodat de ruche bevestigd wordt aan de pas *, herhaal van *-* tot de voorbies op de andere kant, eindig door de draad in de laatste mindering voor de voorbies te bevestigen (= A.4C); het is belangrijk dat de naad niet strak is omdat dit het kledingstuk minder elastisch maakt. RUCHERAND, MOUW: Haak 67-67-74-74-81-81 lossen (inclusief 5 lossen om het werk mee te keren) met haaknaald 3.5 mm en Baby Alpaca Silk. Keer het werk en haak dan als volgt: Haak 1 stokje in de 6e losse vanaf de haaknaald, * 2 lossen, 1 stokje in de volgende losse *, haak van *-* tot het einde van de toer. De ruche kan zowel genaaid als gehaakt worden aan de bovenkant van de toer van de boordsteek op de mouw. Naai of haak op dezelfde manier als op de pas, en sla 7 stokjes over op de ruche en ongeveer 7 steken tussen elke keer dat de ruche bevestigd is aan de mouw. U kunt de draad beter om een steek bevestigen dan om een mindering zoals op de pas. Zorg ervoor dat de naad niet strak is. AFWERKING: Naai de knopen op de linker voorbies. |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #incomingtidecardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 33 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 222-22
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.