DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 21.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Tulip Ring

Gebreide trui met ronde pas in DROPS Air. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met kantpatroon en trompet-mouwen. Maten S - XXXL.

DROPS 212-3
DROPS Design: Patroon nr. ai-261
Garengroep C van A + A
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS AIR van garnstudio (behoort tot garengroep C)
250-300-300-350-350-400 g kleur 01, naturel

STEKENVERHOUDING:
16 steken in de breedte en 20 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5.5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 5.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm voor tricotsteek/patroon.
DROPS RONDBREINAALD 4.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 21.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.1).

TIP VOOR HET MEERDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 76 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 4) = 19.
In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na elke 19e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat. Als de rand nog steeds strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer elk 4e steek terwijl u tegelijkertijd afkant en de omslagen worden als normale steken afgekant.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden vanaf midden achter. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt veder in de rondte gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden.

HALS:
Zet 76-80-84-88-92-96 steken op met rondbreinaald 4.5 mm en Air. Brei 1 naald recht, brei dan 3 cm boordsteek (= 2 recht / 2 averecht) in de rondte.
Als de boordsteek klaar is, brei dan 1 naald recht terwijl u 4-8-0-3-6-9 steken verdeeld meerdert - lees TIP VOOR HET MEERDEREN = 80-88-84-91-98-105 steken. Brei 1 naald recht (de omslagen worden gedraaid gebreid).
Ga verder met rondbreinaald 5.5 mm en voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald (na de boordsteek); de pas wordt gemeten vanaf deze markeerdraad!

PAS:
Brei A.1 (kies het telpatroon voor uw maat) in totaal 10-11-12-13-14-15 keer op de naald. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.1 klaar is, zijn er 210-231-252-273-294-315 steken op de naald. Het werk meet ongeveer 20 cm vanaf de markeerdraad. Ga verder met tricotsteek en brei in de verschillende maten als volgt:

Maat S:
Brei 1 naald recht terwijl u 6 steken verdeeld meerdert = 216 steken. Brei verder tot het werk 21 cm meet vanaf de markeerdraad. Brei dan zoals beschreven hieronder:

Maten M, L, XL, XXL en XXXL:
Brei in tricotsteek in de rondte. Als het werk 21-22-23-24-25 cm meet, meerder dan 7-10-9-16-17 steken verdeeld = 238-262-282-310-332 steken. Brei verder tot het werk 22-24-26-28-30 cm meet vanaf de markeerdraad. Brei dan zoals beschreven hieronder.

Alle maten:
Verdeel nu de pas voor het lijf en mouwen. In de maten M, XL en XXXL zijn er een oneven aantal steken van A.1 op de naald; om het patroon symmetrisch te maken midden-voor verplaatst u het begin van de naald zodat deze niet langer midden achter is in deze maten.
Brei de volgende naald als volgt: Brei de eerste 31-25-37-31-45-41 steken (= ongeveer de helft van het achterpand), plaats de volgende 46-50-56-60-64-66 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-8-10-10-10 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei de volgende 62-69-75-81-91-100 steken (= voorpand), plaats de volgende 46-50-56-60-64-66 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-8-10-10-10 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei de overgebleven 31-44-38-50-46-59 steken (= ongeveer de helft van het achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN.

LIJF:
= 140-154-166-182-202-220 steken. Brei in tricotsteek in de rondte. Als het werk 23-24-24-24-24-24 cm meet vanaf de scheiding, brei dan 1 naald recht terwijl u 16-18-18-18-22-24 steken verdeeld meerdert = 156-172-184-200-224-244 steken.
Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm en brei 4 cm boordsteek (= 2 recht / 2 averecht). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN. De trui meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUW:
Plaats de 46-50-56-60-64-66 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 5.5 mm en neem 1 steek op in elk van de 8-8-8-10-10-10 steken = 54-58-64-70-74-76 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 8-8-8-10-10-10 steken onder de mouw (4-4-4-5-5-5 nieuwe steken aan elke kant van de hulpdraad). Neem de draad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt bij het minderen onder de mouw. Brei in tricotsteek in de rondte.
Als de mouw 4-4-4-2-2-2 cm meet vanaf de scheiding, begin dan met minderen onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 5-5-1½-1-1-1 cm in totaal 2-3-6-9-7-5 keer = 50-52-52-52-60-66 steken.
Als de mouw 14-14-12-10-9-7 cm meet vanaf de scheiding (kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een langere pas), brei dan 1 naald recht terwijl u het aantal steken aanpast naar 52-52-52-52-56-60 steken (dus in maat S meerdert u 2 steken, in maten M, L, XL meerdert of mindert u niet en in de maten XXL en XXXL mindert u 4-6 steken). Brei nu in patroon in de rondte als volgt: * Brei 0-0-0-0-1-2 recht, brei A.2 *, brei van *-* in totaal 4 keer op de naald. Als A.2 klaar is in de hoogte zijn er 68-68-68-68-72-76 steken op de naalden.
Brei 1 naald recht terwijl u 4 steken verdeeld meerdert in alle maten = 72-72-72-72-76-80 steken. Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm en brei 3 cm boordsteek (= 2 recht / 2 averecht). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht. De mouw meet 34-34-32-30-29-27 cm. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Telpatroon

symbols = recht
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken. Brei op de volgende naald de omslag recht – zodat er een gaatje ontstaat
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om een gaatje te voorkomen
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = 1 steek recht afhalen, 2 recht samen en haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Tulip Ring

Maaike De Grande, Belgium

Tulip Ring

Sylwia, Norway

Tulip Ring

Annalisa, Italy

Laat een opmerking achter voor DROPS 212-3

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (31)

country flag Floriana wrote:

Buongiorno, io sto facendo questo bellissimo modello ed eseguo una taglia M...devo dividere il lavoro x il corpo e le maniche e c'è scritto che devo spostare l'inizio del giro...cosa vuol dire? Che devo spostare qualche punto dal segnapunti iniziale o che devo trovarmi le 31 maglie iniziali x fare circa la metà del dietro? Grazie mille

28.10.2023 - 14:03

DROPS Design answered:

Buongiorno Floriana, per la taglia M saranno 25 le maglie iniziali, può procedere come indicato. Buon lavoro!

30.12.2023 - 12:56

country flag Leone wrote:

Veel te wijde kraag en veel te korte mouwen!

23.09.2022 - 11:37

country flag Vaillant Isabelle wrote:

Bonjour voilà j ai encore petit souci mon ouvrage mesure 23 cm pour taille L on me demande augmenter 9 mailles mais cela ne correspond pas au total qui est 282m en sachant que j ai 252m après le dessin A1 merci pour votre réponse désolée de vous solliciter encore 1 fois isabelle

26.02.2022 - 05:12

DROPS Design answered:

Bonjour Isabelle, après A.1 vous avez 252 mailles, et dans le paragraphe Tailles M, L, XL, XXL et XXXL:, la taille L est désormais la 2ème taille, vous allez augmenter 10 mailles et vous aurez ainsi 262 mailles. Au paragraphe suivant Toutes les tailles, la taille L est de nouveau la 3ème taille. Bonne continuation!

28.02.2022 - 09:07

country flag Vaillant Isabelle wrote:

Bonsoir je fais la taille L j ai un doute avec le diagramme au 19 rg est-ce normal de faire au début du rang 1 jeté et 2 maille ensemble et au rang suivant le tricoter comme une maille torse pour une augmentation !!! Et non une maille pour former un trou !! Merci pour vous lire très vite cordialement isabelle

20.02.2022 - 23:06

DROPS Design answered:

Bonjour Isabelle, tout à fait, on doit continuer le point ajouré au milieu (= les 2 jetés qui vont se tricoter à l'endroit au 20ème tour), et les jetés au début/à la fin de A.1 vont se tricoter eux torse. Bon tricot!

21.02.2022 - 10:12

country flag Vaillant Isabelle wrote:

Bonjour j ai un doute pour la taille sachant que je mesure 1m62 te je met la taille 40 qu'elle taille que je dois tricoter M ouL merci beaucoup

16.02.2022 - 16:00

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Vaillant, mesurez un vêtement similaire que vous avez et dont vous aimez la forme, et comparez ces mesures à celles du schéma, ce sera le meilleur moyen de trouver votre taille - retrouvez plus d'infos ici. Bon tricot!

16.02.2022 - 17:04

country flag Florence wrote:

Bjr, lors de la séparation des manches les 10 mailles sont elles à tricoter avec la manche ou avec le corps du tricot ?

03.01.2022 - 19:05

DROPS Design answered:

Bonjour Florence, les 10 mailles montées lors de la division de l'ouvrage appartiennent au dos/devant = bas du pull; vous relèverez plus tard 1 maille dans chacune de ces 10 mailles lorsque vous tricoterez les manches. Retrouvez ces étapes dans cette leçon: division de l'ouvrage à la fin de l'empiècement photo 10 et manches à partir de la photo 18 A/B. Bon tricot!

04.01.2022 - 07:08

country flag Ingmarie Eriksson-peck wrote:

To my question ,i found the misstake,it is in the yoke part. Size L. when A is done there is 252 m, at 23cm add 9 even spaced = 261. but pattern reads 282 for size L. To make pattern even I added 10. to a total of 262m.

08.12.2021 - 09:19

DROPS Design answered:

Dear Mrs Eriksson-peck, after diagram A.1 has been worked, there are 252 sts in size L, then you increase 10 sts in size L - in this section, size L is the 2nd size, so that there are 252+10=262 sts. Hope it will help. Happy knitting!

08.12.2021 - 13:57

country flag Ingmarie Eriksson-peck wrote:

Stickar storlek M.alla ökningar gjorda= 282 maskor, för at kolla maskantalet så räknade jag bara m

06.12.2021 - 13:47

DROPS Design answered:

Hej Ingmarie. Vad är frågan? Var i mönsteret är du?

08.12.2021 - 08:26

country flag Giuseppina Luongo wrote:

Buongiorno,purtroppo mi trovo con il n di maglie in 10 cm ma non con il n di ferri, come posso ovviare al problema? Io con 20 ferri arrivo a 8,5cm ! GRAZIE

04.12.2021 - 11:18

DROPS Design answered:

Buonasera Giuseppina, dovrebbe rifare il campione cercando di avvicinarsi a quello indicato, altrimenti il suo lavoro non risulterà come quello riportato. Buon lavoro!

06.12.2021 - 19:48

country flag Haanriitta wrote:

Hei! 312-3 ss238puolikas taka 31+46hiha+etu62+hiha46+puolikas taka 31, jää yli 22ss. Miten 238 jaetaan hihoille ,etu-ja takaosaan. Ohjeessa täytyy olla virhe. Terveisin Riitta

25.08.2021 - 10:42