Gebogen (wit) No. 522
BestelAls u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Hobbydoos.nl website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
Shades of Grey Cardigan / DROPS Extra 0-1325
Change language:
Nederlands
-------------------------------------------------------
Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger
-------------------------------------------------------
Gebogen (wit) No. 522
BestelAls u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Hobbydoos.nl website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
Dit patroon is gecorrigeerd. Klik hier om de correcties te bekijken.
Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.
Deze stap-voor-stap instructie kan tevens behulpzaam zijn:
Waarom is de stekenverhouding zo belangrijk?
De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.
De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.
De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.
Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet
Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt
Hoe weet ik hoeveel bollen ik nodig heb?
De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.
Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.
LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Wat zijn de garengroepen?
Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.
Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep
Hoe gebruik ik de garenvervanger?
Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).
Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.
Waarom staan er garens in de patronen die niet meer leverbaar zijn?
Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.
Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.
De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.
What size should I knit?
Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.
U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.
Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen
Waarom krijg ik de verkeerde stekenverhouding met de aangegeven naalddikte?
De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.
Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.
Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding
Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding
Waarom wordt het patroon van boven naar beneden gereid?
Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.
In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.
Hoe brei ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.
Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.
Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?
Hoe haak ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.
Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.
Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.
Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.
Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken
Hoe brei/haak je verschillende telpatronen tegelijkertijd op dezelfde naald/toer
Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.
De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest
Waarom zijn de mouwen korter in de grotere maten?
De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.
Waar op het kledingstuk wordt de lengte gemeten??
De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.
Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.
Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen
Wat is een herhaling?
Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.
Waarom begint het werk met meer lossen dan waarmee gehaakt wordt?
Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.
Waarom meerderen voor de boord als het werk van boven naar beneden gebreid wordt?
De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.
Waarom meerderen in de afkantrand?
Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.
Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen
Hoe meerder/minder je afwisselend op elke 3e en 4e naald/toer?
Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.
Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend
Hoe kan ik een vest in de rondte breien, in plaats van heen en weer?
Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.
Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen
Kan ik een trui heen en weer breien in plaats van in de rondte?
Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?
Waarom is het patroon een beetje anders dan wat ik op de foto zie?
Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.
Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!
Hoe verander ik een kledingstuk voor dames in eentje voor heren?
Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.
Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.
Hoe voorkom ik dat een harig kledingstuk gaat pillen of pluizen?
Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.
Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:
1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt
2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.
3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.
4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.
Waarom pilt mijn kledingstuk?
Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.
U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.
Shades of Grey Cardigan |
|
|
|
Gebreid vest van 2 draden DROPS Alpaca met ronde pas, strepen en kantpatroon, wordt van boven naar beneden gebreid. Maat: S - XXXL.
DROPS Extra 0-1325 |
|
RIBBELST (in de rondte gebreid): 1 ribbel = 2 nld. * brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*. RIBBELST (heen en weer gebreid): Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r. ELEVATION AAN HET ACHTERPAND: LET OP: haal elke keer dat u het werk keert 1 st af en trek dan de draad goed aan voor u verder breit. Brei een ronding in tricotst aan de achterpand (zodat de hals voor lager wordt dan achter) als volgt, begin aan de verkeerde kant: 4 r (= voorbies), av over de volgende 52-54-58-60-62-69 st, plaats een markeerder hier (= middenachter), ga verder over de volgende 8-9-10-11-11-12 st, keer het werk, trek de draad aan en brei 16-18-20-22-22-24 st, keer het werk, trek de draad aan en brei 29-31-33-35-35-37 st, keer het werk, trek de draad aan en brei 42-44-46-48-48-50 st, keer het werk, trek de draad aan en brei 50-52-54-56-56-58 st, keer het werk, trek de draad aan en brei 58-60-62-64-64-66 st. Keer en brei av tot er 4 st over zijn op de nld, 4 r. STREPEN: Brei alle strepen met 2 draden Alpaca. Als ongeveer 1 cm in 1e-5e streep over is, brei dan een GAATJESRAND - zie uitleg onder. Streep 1: 9-9-9-10-10-10 cm met 2 draden naturel. Streep 2: 9-9-10-10-10-11 cm met 1 draad naturel en 1 draad licht parelgrijs. Streep 3: 9-9-10-10-10-11 cm met 1 draad licht parelgrijs en 1 draad lichtgrijs. Streep 4: 9-10-10-10-11-11 cm met 1 draad lichtgrijs en 1 draad grijs. Streep 5: 9-10-10-10-11-11 cm met 2 draden grijs. Streep 6: 1 draad grijs en 1 draad donker grijs tot het werk klaar is. GAATJESRAND: Als er nog ongeveer 1 cm te breien is op streep 1-5, brei dan een gaatjesrand als volgt, begin aan de goede kant: Brei 4 voorbies st in ribbelst, * 2 r samen, 1 omsl *, herhaal van *-* tot er 4 st over zijn, 4 voorbies st in ribbelst. LET OP: als er 1 st overblijft op de nld voor de laatste 4 voorbies st op deze nld, brei deze st dan recht. Brei op de volgende nld de omsl av zodat gaatjes ontstaan. LET OP: brei de gaatjesrand op de mouwen in de rondte. Brei de omsl de volgende nld recht zodat er gaatjes ontstaan. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (gelijkmatig verdeeld): Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden: neem het totale aantal st op de nld (bijv. 96 st) minus de voorbiezen (bijv 8 st) en deel dit door het aantal te meerderen st (bijv. 16) = 5,5. Dus meerder in dit voorbeeld 1 st afwisselend voor elke 5e en 6e st en meerder niet over de voorbiezen. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (pas): Meerder als volgt aan de goede kant: Meerder 1 st door een omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid av om gaatjes te voorkomen. Meerder als volgt aan de verkeerde kant: Meerder 1 st door een omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid r om gaatjes te voorkomen. Meerder afwisselend links en rechts van elke markeerder gezien aan de goede kant. Dus meerder de eerste keer aan de rechterkant van alle markeerders en de tweede keer aan de linkerkant van alle markeerders, etc. TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (lijf): Alle meerderingen worden gemaakt aan de goede kant. Brei tot er 2 st overblijven voor de markeerder, 1 omsl, 4 r (markeerder staat tussen deze st), 1 omsl. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid av om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MINDEREN: Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt! Brei tot er 4 st over zijn voor de markeerder, 2 r samen, 4 r (markeerder staat in midden tussen deze st), 1 r afh, 1 r, afgeh st overh. LET OP: pas het minderen zo aan dat het niet op een gaatjesrand is. TIP VOOR HET AFKANTEN: Om een strakke afkantrand te voorkomen kunt u afkanten met een nld die ½ maat dikker is. KNOOPSGATEN: Maak knoopsgaten op de rechtervoorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Maak ze aan de goede kant als er 3 st over zijn op de nld als volgt: maak 1 omsl, brei de volgende 2 st r samen, brei de laatste st r. Brei op de volgende nld de omsl r zodat een gaatje ontstaat. maak het 1e knoopsgat bij een hoogte van 2 cm (gemeten langs de voorbies). Maak de volgende 5 knoopsgaten op dezelfde nld en als de gaatjesrand. Maak het 7e knoopsgat (= laatste knoopsgat) bij een hoogte van 57-59-61-63-65-67 cm. ---------------------------------------------------------- VEST: Wordt van boven naar beneden gebreid, heen en weer op de rondbreinld. Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop. PAS: Zet 96-100-103-107-111-117 st op (incl. 4 voorbies st aan elke kant middenvoor) met 2 draden naturel en rondbreinld 4,5 mm. Brei 2 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Brei 1 nld recht aan de goede kant en meerder 16-16-21-21-21-23 st gelijkmatig - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (gelijkmatig), meerder niet over de voorbiezen = 112-116-124-128-132-140 st. Ga verder met rondbreinld 5 mm. Brei voor een beter pasvorm een ronding op het achterpand, zie uitleg boven, in tricotst. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei nu in tricotst met 4 voorbies st in ribbelst aan elke kant en plaats 6 markeerders als volgt: brei 13-13-14-14-15-15 st, plaats een markeerder, brei 17-18-19-20-20-22 st, plaats een markeerder, brei 17-18-19-20-20-22 st, plaats een markeerder, brei 18-18-20-20-22-22 st, plaats een markeerder, brei 17-18-19-20-20-22 st, plaats een markeerder, brei 17-18-19-20-20-22 st, plaats een markeerder, brei de overgebleven 13-13-14-14-15-15 st. DENK OM DE KNOOPSGATEN! Ga verder heen en weer met STREPEN en GAATJESRANDEN - zie uitleg boven. Meerder in de volgende nld aan de goede kant 1 st bij elke markeerder – Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (pas). Meerder zo elke nld 13-17-19-20-21-21 keer, dan om de nld 8-8-8-10-12-14 keer (= 21-25-27-30-33-35 keer in totaal) = 238-266-286-308-330-350 st. Brei 1 nld aan de goede kant en meerder TEGELIJKERTIJD 2-4-2-2-4-2 st gelijkmatig = 240-270-288-310-334-352 st. Brei nu de volgende nld aan de verkeerde kant als volgt: Brei de eerste 38-42-44-48-53-57 st (= linkervoorpand), zet de volgende 48-55-60-63-65-66 st op een hulpdraad (= mouw), zet 6-6-8-8-10-12 st op onder de mouw, brei de volgende 68-76-80-88-98-106 st (= achterpand), zet de volgende 48-55-60-63-65-66 st op een hulpdraad (= mouw), zet 6-6-8-8-10-12 st op onder de mouw, brei de overgebleven 38-42-44-48-53-57 st (= rechtervoorpand). LIJF: Er zijn nu 156-172-184-200-224-244 st voor het lijf. Plaats een markeerder in het midden tussen de nieuwe 6-6-8-8-10-12 st die opgezet zijn onder elke mouw (= 3-3-4-4-5-6 nieuwe st aan elke kant van elke markeerder). MEET NU HET WERK VAN HIER. Ga verder heen en weer met 4 voorbies st aan elke kant middenvoor, strepen, in tricotst en met de gaatjesrand als hiervoor. Brei tot een hoogte van 4 cm en minder dan 1 st aan elke kant van de markeerder aan elke zijkant - LEES TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo elke 2 cm in totaal 4 keer = 140-156-168-184-208-228 st. Brei tot een hoogte van 15-15-16-16-16-16 cm, meerder dan 1 st aan elke kant van de markeerders aan elke zijkant – zie TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (lijf). Meerder zo elke 2 cm in totaal 7 keer = 168-184-196-212-236-256 st. Brei tot een hoogte van 39-39-40-40-40-40 cm, ga dan verder met rondbreinld 4,5 mm. Brei 2 ribbels in ribbelst en kant af - LEES TIP VOOR HET AFKANTEN. Het werk meet 60-62-64-66-68-70 cm in totaal vanaf de schouder. MOUW: Brei de mouwen in de rondte op breinld zonder knop. MEET NU HET WERK VANAF HIER. Zet de st van een hulpdraad terug op breinld zonder knop 5 mm (= 48-55-60-63-65-66 st). Neem 1 st op in elke van de 6-6-8-8-10-12 st die opgezet zijn onder de mouw, plaats een markeerder in het midden tussen deze st (= 3-3-4-4-5-6 nieuwe st aan elke kant van de markeerder) = 54-61-68-71-75-78 st. Ga verder in tricotst, strepen en gaatjesranden als op het lijf. Brei tot een hoogte van 4 cm, minder 1 st aan elke kant van de markeerder midden onder de mouw. Minder zo ongeveer elke 4-3-2-2-2-2 cm 9-12-15-15-16-17 keer in totaal = 36-37-38-41-43-44 st. Brei TEGELIJKERTIJD in maat S, M en L de 3e, 4e en 5e streep 2-2-1 cm langer dan op het lijf (zodat straks de laatste strepen niet veel langer zijn dan de andere). Brei voor maat XL, XXL en XXXL de strepen als op het lijf. Als de strepen klaar zijn, ga dan verder met de kleuren van de laatste streep (= 6e streep) tot het werk klaar is. Brei tot een hoogte van 48-47-46-44-43-41 cm en brei een gaatjesrand. Ga verder met breinld zonder knop 4,5 mm. Brei 2 ribbels en kant alle st af. Brei nog een mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de knopen op de linkervoorbies. |
|
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 27 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site Heeft u dit patroon gemaakt? |
Met meer dan 40 jaar ervaring in brei- en haakdesign biedt DROPS Design één van de meest uitgebreide collecties van gratis patronen aan op internet vertaald in 309 talen. Tot en met vandaag hebben wij 11643 boeken en 11350 patronen gepubliceerd.
Wij werken hard om u het beste van haken en breien te bieden; patronen, inspiratie, advies en natuurlijk garens van uitstekende kwaliteit voor de allerbeste prijzen! Wilt u onze patronen gebruiken voor meer dan privégebruik? U kunt lezen wat wel en niet is toegestaan is in de Copyright tekst, die u onderaan elk patroon kunt vinden. Veel handwerkplezier!
Opmerkingen / Vragen (18)
Cathie Castaneda schreef:
I just sent you a question about the yarn list. I answered my own question by reading how to do the stripes. Thank you!
05.10.2024 - 10:40Cathie Castaneda schreef:
The picture appears to show 6 color.s. The yarn list shows 5 colors. Is there list missing a color on the list?
05.10.2024 - 10:34Patty Walk schreef:
What are the bust measurements for each size of this sweater pattern?
16.04.2024 - 20:38DROPS Design antwoorde:
Dear Patty, you can find all the relevant measurments of the sweater on the schematic drawing at the bottom of the pattern. The measurements are given in cm's. We suggest, you take a similar sweater that fits the intented wearer and compare. Happy Crafting!
16.04.2024 - 21:31Kathy Rogers schreef:
I have followed the directions exactly a written and the yoke increases do no work out. Having the three sections at the back and increasing as directed makes the back huge! and much larger than the front.
06.03.2021 - 16:52DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Rogers, we are sorry to hear you are having some worries, do you want us to help you? Please let us know which size you are working on so that we can help you to understand how to work and increase for the yoke. Happy knitting!
08.03.2021 - 09:55Donica schreef:
I previously posted as a comment. My question is: can this pattern be knit with a single strand of alpaka yarn to create a lighter weight sweater? My understanding is that this sweater is heavy and made to be worn outdoors.
30.08.2018 - 06:02DROPS Design antwoorde:
Hi Donica, If you wish to use a lighter garn you will have to work out the knitting tension and then adjust the number of rows and stitches on a row so that the piece has the right measurements. It takes some work, but can be done! Happy knitting!
30.08.2018 - 08:18Donica schreef:
I am told that alpak a yarn knit with double strands will make a very warm sweater. I have the yarn in this array of gray but wish the sweater to be a lighter weight to be worn indoors as part of an outfit. I love the pattern. Can I knit this sweater with a single strand of each color? How would I convert?
30.08.2018 - 05:48DROPS Design antwoorde:
Dear Donica, we use here 2 strands to get smoother stripes. You can use instead of 2 strands yarn group A 1 strand yarn group C - read more about alternatives here. Happy knitting!
06.09.2018 - 09:56A HERVE schreef:
Bonjour, Pour les augmentations 2 (empiècement), faut-il augmenter 1 maille sur les rangs endroits uniquement ou 1m sur l'endroit et 1m sur l'envers? Merci
23.07.2018 - 13:36DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Herve, on augmente pour l'empiècement d'abord tous les rangs (et non tours, correction faite), puis tous les 2 rangs, quand on augmente tous les rangs, on va augmenter alternativement sur l'endroit et sur l'envers, quand on augmente tous les 2 rangs, on augmente seulement sur les rangs sur l'endroit. Bon tricot!
23.07.2018 - 14:40A HERVE schreef:
Lorsque vous parlez de TOURS pour les augmentations , page 5,est_ce qu' un tour signifie un aller_retour,c'est à dire 2 rangs?1 jeté sur l'endroit tricoté en maille torse sur l'envers? Merci pour votre réponse
16.04.2018 - 10:33DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Hervé, l'empiècement se tricote en allers et retours, quand on augmente, on va tricoter en rangs et non en tours (seules les manches se tricotent en rond ensuite). La correction sera bientôt faite, merci. Bon tricot!
16.04.2018 - 12:18A HERVE schreef:
Lorsque pour les augmentations p5 vous parlrez de TOURS , est-ce que un tour =un aller retour? Jeté à l'endroit et maille torse tricotée sur l'envers Merci
16.04.2018 - 10:28Iwona schreef:
Dziękuję!
30.08.2017 - 16:55