DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS Baby 19-20
DROPS design: Model nr. BM-024-by
--------------------------------------------------------
Maat: 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2 - 3/4) jaar
Maat in cm: 50/56- 62/68- 74/80 (86/92-98/104)
Materiaal: DROPS BABY MERINO
100-100-100 (100-150) gr. kleur nr. 10, turkoois.

DROPS RONDBREINLD (40 cm) 3 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 24 st x 32 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS breinld zonder knop EN RONDBREINLD (40 cm) 2.5 mm – voor de boordsteek.
DROPS HOUTEN KNOOP LICHT, nr. 503:
2-2-2 (3-3) stuks.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

SPENCER:

PATROON:
Zie telpatronen M.1 en M.2. De goede kant van het patroon is weergegeven. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

DUBBELE GERSTEKORREL:
Nld 1: * 2 st recht, 2 st av *, herhaal van *-*.
Nld 2: recht boven recht en averecht boven averecht.
Nld 3: averecht boven recht en recht boven averecht.
Nld 4: Als nld 2.
Herhaal nld 1-4.

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld): brei alle nld recht.
--------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------

SPENCER:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld.
Zet 136-148-164 (188-196) st op met rondbreinld 2.5 mm en Baby Merino. Brei 1 nld recht en ga verder in boordsteek 2 st recht/2 st av. Minder als de boordsteek 4 cm meet 26-24-24 (32-32) st gelijkmatig = 112-124-140 (156-164) st. Plaats een markeerdraad aan het begin van de naald en na 56-62-70 (78-82) st. Ga verder met rondbreinld 3 mm in tricotst. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Brei bij een hoogte van 13-14-15 (18-20) cm M.1 over alle st. Ga na 1 vertikale herhaling van M.1 verder in DUBBELE GERSTEKORREL – zie boven - over alle st.
Kant bij een hoogte van 19-20-22 (26-30) cm 6 st af aan iedere kant (dus 3 st aan iedere kant van de markeerdraad) voor de armsgaten en brei de voorpand en achterpand delen apart verder.

ACHTERPAND:
= 50-56-64 (72-76) st. Ga verder heen en weer gebreid op de nld in dubbele gerstekorrel. Kant TEGELIJKERTIJD af voor de armsgaten aan iedere kant om de nld: 4 x 2 st en 1 x 1 st = 32-38-46 (54-58) st.
Ga na het minderen voor de armsgaten verder in M.2 over alle st. Ga na 1 vertikale herhaling van M.2 verder in dubbele gerstekorrel. Kant TEGELIJKERTIJD 4 nld na M.2 de middelste 6-6-6 (6-6) st af voor de split en brei iedere schouder apart verder.

RECHTER SCHOUDER:
= 13-16-20 (24-26) st. Ga verder heen en weer gebreid op de nld in dubbele gerstekorrel tot het werk 26-28-31 (36-41) cm meet. Kant nu 6-8-9 (10-12) st af langs de hals en kant 1 st af aan iedere kant in de volgende nld = 6-7-10 (13-13) st over voor iedere schouder. Kant af bij een hoogte van 28-30-33 (38-43) cm.

LINKER SCHOUDER:
Als de rechter schouder maar in spiegelbeeld.

VOORPAND:
= 50-56-64 (72-76) st. Ga verder heen en weer gebreid op de nld in dubbele gerstekorrel. Kant TEGELIJKERTIJD af voor de armsgaten aan iedere kant als beschreven voor het achterpand = 32-38-46 (54-58) st.
Ga na het minderen voor de armsgaten verder in M.2 over alle st. Ga na 1 vertikale herhaling van M.2 verder in dubbele gerstekorrel. Kant bij een hoogte van ongeveer 24-25-28 (32-37) cm de middelste 10-14-16 (18-22) st af voor de hals en brei iedere schouder apart verder.

RECHTER SCHOUDER:
= 11-12-15 (18-18) st. Ga verder heen en weer gebreid op de nld in dubbele gerstekorrel, kant TEGELIJKERTIJD af voor de hals aan het begin van iedere nld vanaf middenvoor: 2 x 2 st en 1 x 1 st = 6-7-10 (13-13) st over voor iedere schouder. Kant af bij een hoogte van 28-30-33 (38-43) cm.

LINKER SCHOUDER:
Als de rechter schouder maar in spiegelbeeld.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden dicht.

KNOOPBIES OP HET ACHTERPAND:
Neem 12-16-16 (20-20) st op aan de goede kant met nld 2.5 mm langs de rechterkant van de split op het achterpand. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: 1 RIBBELST – zie boven - * 2 st recht/2 st av *, herhaal van *-* 2-3-3 (4-4) keer en eindig met 2 st recht en 1 RIBBELST. Ga zo verder tot de bies ongeveer 1 cm meet. Maak nu 1-1-1 (2-2) knoopsgaten als volgt (aan de goede kant):

MAAT 1/3 maanden: 1 ribbelst, 2 st recht, 2 st av, kant 2 st af, 2 st av, 2 st recht en 1 ribbelst.
MAAT 6/9 en 12/18 maanden: 1 ribbelst, 2 st recht, 2 st av, 2 st recht, kant 2 st af, 2 st recht, 2 st av, 2 st recht en 1 ribbelst.
MAAT 2 en 3/4 jaar: 1 ribbelst, 2 st recht, 2 st av, kant 2 st af, 2 st av, 2 st recht, 2 st av, kant 2 st af, 2 st av, 2 st recht en 1 ribbelst.

Zet 2 nieuwe st op boven de afgekante st in de teruggaande naald. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht als de bies ongeveer 2 cm meet.
Herhaal langs de linkerkant van de split, maar maak geen knoopsgaten.

HALS:
Neem 88 tot 128 st op (deelbaar door 4) aan de goede kant rond de hals (neem ook st op boven de knoopbiezen op het achterpand) met rondbreinld 2.5 mm.
Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en ga verder als volgt aan de goede kant: 1 ribbelst, * 2 st recht/2 st av *, herhaal van *-* en eindig met 2 st recht en 1 ribbelst.
Maak als de boordsteek ongeveer 1 cm meet 1 knoopsgat in lijn met de anderen op de knoopbies op het achterpand. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht als de boordsteek ongeveer 2-2-2 (3-3) cm meet.

RAND ROND DE ARMSGATEN:
Begin midden onder de arm. Neem 52 tot 84 st op (deelbaar door 4) aan de goede kant rond de armsgaten met breinld zonder knop 2.5 mm. Brei 1 nld av en ga verder in boordsteek 2 st recht/2 st av tot de rand ongeveer 2-2-2 (3-3) cm meet. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht.
Herhaal rond het andere armsgat.


AFWERKING:
Naai de knopen aan op de linkerkant van de split op het achterpand.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 19.05.2010
SPENCER: meerdere wijzigingen in het aantal steken van maat 1/3 maanden.

Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = Averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 19-20

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (48)

country flag Eila Nikitin wrote:

Garnmängden till storlek 86/92står 100 g, det går åt 150 g. Har stickat med rätt garn enl mönster.

30.01.2023 - 21:55

country flag Ruth wrote:

Liebes Drops-Team, ich verstehe nicht, wo ich bei der Knopfblende Maschen seitlich aufnehmen soll, denn es ist eigentlich ein runder Halsausschnitt und ich müsste bis zur Schulter hoch aufnehmen. Ein Foto von der Rückseite der Weste wäre wirklich hilfreich. Ich habe 6 Maschen im Rückenteil abgekettet und fast gleich anschließend für die Schulter jeweils die nötigen Maschen. Das ergibt eine „Rundung“, wo ich nirgends seitlich Maschen aufnehmen kann. Wie muss ich das stricken? Lg

07.10.2021 - 16:23

country flag Kathryn wrote:

The shoulder casting off seems confusing. Cast off six towards neckline then cast off one on the neckline on the next row. This would create a loop since one stitch is left on the other side of gap created by cast off. I see others are confused by this too. Please find another way to write this instruction to make it clearer? Thank you

20.09.2021 - 08:42

DROPS Design answered:

Dear Kathry, after you have cast off stitches for neck you continue each shoulder separately, let's say you cast off for neck on a RS row, you then work the right shoulder first casting off at the beg of next row from WS (back piece) = the row starting from neck. When you will work the left shoulder (back piece), you then cast off at the beg of row from WS. Hope this will help, happy knitting!

20.09.2021 - 11:25

country flag Karin Meier wrote:

Hallo, ich habe die Anleitung durchgelesen und bin überrascht, dass man am Anfang Maschen abnehmen muss. Normalerweise nimmt man doch Maschen auf nach dem Bund. Ist das richtig so oder ein Druckfehler?

22.07.2021 - 23:24

DROPS Design answered:

Liebe Frau Meier, für die gleiche Breite braucht man mehr Maschen, um Bündchen mit Nadeln Nr 2,5 als glattrechts mit Nadeln Nr3 zu stricken, deshalb muss man nach dem Bündchen abnehmen, damit die Bündchen nicht fester ziehen, und so hat man die richtige Breite. Viel Spaß beim stricken!

23.07.2021 - 08:30

country flag Heidi wrote:

Jeg strikker str. 12/18 mdr. Ved halskant står der “strik 88 op til 128 masker (delbart med 4)” - hvad betyder det ? Jeg har prøvet med 116 masker og det kan jeg se er for stort... Jeg forstår simpelthen ikke hvad det betyder, håber i kan hjælpe mig. Hilsen Heidi

12.01.2021 - 17:42

DROPS Design answered:

Hei Heidi. Du skal strikke opp et maskeantall mellom 88 og 128 masker. Har du strikket den minste størrelsen har nok 88 masker vært passe, men i den største størrelsen passer 128 masker bedre. Men maskeantallet må være delelig med 4 for av vrangborden skal gå opp. Ettersom du syns 116 masker ble for stort, kan du prøve 104 eller 108? mvh DROPS design

18.01.2021 - 14:09

country flag Monica Gyllborg wrote:

Hur stickar man ett sprund vid halskanten mitt bak ska det bara vara på själva halskanten?

10.08.2020 - 19:20

DROPS Design answered:

Hej Monica. Om du ser under BAKST så ser du där hur du ska maska av de mittersta 6 m till sprund när du har stickat 4 v efter M.2. Efter det stickas höger och vänster axel färdig för sig och det är här du senare stickar kant/knappkant. Mvh DROPS Design

14.08.2020 - 09:34

country flag Jana wrote:

Hi there, I just finish this adorable vest, but I'm not sure about those buttons. Where exactly they suppose to be? Or how it should look like? It doesn't make any sense to me... or did I got it wrong? Thank you

28.02.2019 - 05:51

DROPS Design answered:

Dear Jana, the top in buttonned on back piece, the buttons will be sewn on the button band you worked along left side on back piece and will be buttoned into the buttonholes you worked with the button band picked up along right side of back piece. Happy knitting!

28.02.2019 - 09:44

country flag Nadine wrote:

Kann es sein, dass sich im Perlmuster ein Fehler eingeschlichen hat? Müsste es nicht so sein, dass 4. R so wie 3. R gestrickt wird, wenn man in Runden strickt?

21.01.2019 - 14:14

DROPS Design answered:

Liebe Nadine, hier wird man doppeltes Perlmuster stricken, dh 2 Reihe werden gleich - siehe auch dieses Video. Viel Spaß beim stricken!

21.01.2019 - 16:27

country flag Nadine wrote:

Hallo, ich habe eine Frage zu den Abnahmen für die Arme. In der Anleitung steht: GLEICHZEITIG bei jeder 2. R. gegen das Armloch abk.: 2 M. 4 Mal und 1 M. 1 Mal = 32-38-46 (54-58) M. Bezieht sich das auf jede zweite R. generell oder auf die 2. R des Perlmusters? Bei ersterem würde man dann ja quasi in R2 und R4 des Perlmusters abketten, bei dem anderen nur immer in Muster R2... Da bin ich mir unsicher, wie genau ich das verstehen soll. Immerhin hängt davon ab, wie oft man Perlmuster strickt

23.12.2018 - 20:31

DROPS Design answered:

Liebe Nadine, Sie sollen für das Armlöcher die Maschen am Anfang jeder Reihe (also Hin sowie Rückreihe) abketten, damit 2 M x 4 + 1 M x 1 = 9 M auf beiden Seiten abgekettet wird und 18 M weniger sind. Viel Spaß beim stricken!

02.01.2019 - 08:54

country flag Betina wrote:

Jeg forstår ikke, at der skal strikkes 16 masker op til knappekanten i slidsen på det lille stykke slids - når min kant er færdig er den dobbelt så høj som slidsen, hvor jeg tog maskerne op. Er det en fejl?

14.09.2018 - 21:15

DROPS Design answered:

Hej Betina, hvis slidsen er ca 5 cm så stemmer det med ca 16 masker. Er din slids blevet lidt kortere så kan du ikke slå så mange masker op, du skal have ca 3 masker på pind 2,5 for hver cm slids. God fornøjelse!

20.09.2018 - 10:39