DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 39.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 115-32
DROPS design: Model nr. Z-433.
-----------------------------------------------------------
Maat: S/M – L/XL
Muts: hoofdomtrek: 52/56 – 57/60 cm
Materiaal: DROPS ALPACA
Kleur nr. 100, naturel:
MUTS: 100 gr voor beide maten
SCHOUDERWARMER: 100 gr voor beide maten
En gebruik: DROPS KID-SILK
Kleur nr. 01, naturel:
MUTS: 50 gr voor beide maten
SCHOUDERWARMER: 50 gr voor beide maten

DROPS BREINLD 3.5 mm – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 20 st x 40 nld in ribbelst met 1 draad van iedere kwaliteit = 10 x 10 cm

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 39.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.
PATROON:
Zie telpatroon M.1 en M.2 – De telpatronen bevatten 1 patroonherhaling en geven de goede kant van het werk weer (eerste nld = VERKEERDE kant).
----------------------------------------------------------
----------------------------------------------------------
BARET:
VERKORTE TOEREN: Om de baret wijder te krijgen aan de bovenkant voor de echte baretvorm. Trek als er gekeerd wordt in het werk, de draad stevig aan om gaatjes te voorkomen in de overgangen.
Brei verkorte toeren als volgt – zie Fig-1 (begin bij A):
* brei de nld tot markeerdraad-4, keer het werk, brei de nld tot markeerdraad-1, keer het werk, brei de nld tot markeerdraad-3, keer het werk, brei de nld tot markeerdraad-2, keer het werk, brei de nld tot markeerdraad-5, keer het werk, brei alle st op de nld (= tot A), keer het werk,brei de nld tot markeerdraad-4, keer het werk,brei de nld tot markeerdraad-1, keer het werk,brei de nld tot markeerdraad-3, keer het werk,brei de nld tot markeerdraad-2, keer het werk,brei alle st op de nld (= tot B), keer het werk,brei alle st op de nld (= tot A) *, herhaal van *-*.
Dus 1 herhaling = 12 nld in het midden van het werk, 4 nld aan de rechterkant van het werk en 2 nld aan de linkerkant van het werk.

MUTS: Wordt zijdelings heen en weer gebreid op de nld. Zet losjes 58-62 st op met 1 draad van iedere kwaliteit en nld 3.5 mm. Plaats 5 markeerders in het werk als volgt vanaf de onderkant:
MARKEERDRAAD-1 na 32-32 st,
MARKEERDRAAD-2 na in totaal 40-40 st,
MARKEERDRAAD-3 na in totaal 46-48 st,
MARKEERDRAAD-4 na in totaal 52-56 st en
MARKEERDRAAD- 5 na in totaal 56-60 st
= 2 st over na de laatste markeerdraad.
Brei de eerste nld als volgt (aan de goede kant): 12 st recht, 2 st av, 2 st recht, 4 st av, 4 st recht, 4 st av, 2 st recht, 2 st av en 26-30 st recht. Brei de volgende nld als volgt (aan de verkeerde kant): 26-30 ribbelst, M.1 (= 20 st), M.2 (= 6 st), 5 tricotst en 1 ribbelst (de onderste 6 st = vouwrand).
Ga zo verder in patroon en brei TEGELIJKERTIJD VERKORTE TOEREN – zie boven.
Ga verder tot de muts ongeveer 48-54 cm meet langs de onderkant (bij A) – pas zo aan dat de laatste nld de naald is bij de pijl in het telpatroon. Kant losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht.

AFWERKING: Naai de muts samen middenachter met de zijkanten tegen elkaar. Haal een draad door de st aan de bovenkant van de muts, trek de draad stevig aan en zet vast. Vouw de onderrand naar de verkeerde kant langs de vouwrand en zet vast – zorg voor een nette naad.
----------------------------------------------------------
SCHOUDERWARMER:

VERKORTE TOEREN: Om het werk wijder te maken aan de onderkant breit u verkorte toeren als volgt (begin aan de goede kant – trek als u het werk keert de draad stevig aan om een gaatje te voorkomen in de overgangen):
* Brei 2 nld over alle st, brei de nld tot markeerdraad-2, keer het werk,brei de teruggaande naald, brei de nld tot markeerdraad-1, keer het werk,brei de teruggaande naald *, herhaal van *-*.
Dus 1 herhaling = 6 nld langs de onderkant en 2 nld aan de bovenkant.

SCHOUDERWARMER: Wordt zijdelings heen en weer gebreid op de nld. Zet losjes 52-56 st op met nld 3.5 mm en 1 draad van iedere kwaliteit. Plaats 2 markeerders in het werk als volgt (aan de goede kant):
MARKEERDRAAD-1 na 27-27 st,
MARKEERDRAAD-2 na in totaal 37-39 st
= 15-17 st over aan de bovenkant na de laatste markeerdraad. Laat de markeerders gaadeweg het werk volgen. Brei VERKORTE TOEREN - zie boven (LET OP: brei aan de onderkant 4 st steeds met 2 draden Alpaca en 1 draad Kid-Silk, dus met 3 draden), brei TEGELIJKERTIJD patroon als volgt - eerste nld = goede kant: 4 st recht, 2 st av, 2 st recht, 4 st av, 4 st recht, 4 st av, 2 st recht, 2 st av en 28-32 st recht.
Brei de volgende nld als volgt aan de verkeerde kant: 28-32 ribbelst, M.1 (= 20 st) en 4 ribbelst. Ga zo verder in patroon tot het werk 35-40 cm meet aan de bovenkant (= ongeveer 105-120 cm langs de onderkant, de tegengestelde kant) – pas zo aan dat de laatste nld de naald is bij de pijl in het telpatroon. LET OP: Meet alle maten als het werk plat ligt.Kant losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht.
Naai de schouderwarmer samen middenachter, zijkant tegen zijkant.


Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = Averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 2 st av, 2 st recht van de kabelnld.
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 2 st recht, 2 st av van de kabelnld.
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 2 st recht, 2 st recht van de kabelnld
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 2 st recht, 2 st recht van de kabelnld.
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Twine Love

Edit, Hungary

115-32 a Twine Love Hat

Guilaine, France

Laat een opmerking achter voor DROPS 115-32

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (58)

country flag Delrue Maryse wrote:

Bonjour Je ne comprends pas très bien le diagramme des rangs raccourcis Pouvez vs m en dire un peu plus Cordialement Mme Delrue

19.12.2023 - 21:46

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Delrue, le schéma montre les rangs raccourcis, vus sur l'endroit, autrement dit, tricotez jusqu'au 4ème marqueur, tournez et tricotez jusque'(au 1er marqueur, tournez et tricotez jusqu'au 3ème marqueur, tournez et tricotez jusqu'au 2ème marqueur, tournez e tricotez jusqu'au 5ème marqueur, tournez, tricotez jusqu'au 1er marqueur, etc... Quand vous avez tricoté tous les rangs raccourcis du schéma, reprenez au début. En même temps, tricotez bien les mailles comme indiqué, point mousse, jersey et diagramme. Bon tricot!

20.12.2023 - 08:04

country flag Carole wrote:

Dans les explications des rangs raccourcis du chauffe épaules, après avoir tricoté jusqu’au marqueur 2 et tourné je ne comprends pas : - Faut-il tricoter le rang suivant jusqu’au bout puis le rang suivant jusqu'au marqueur 1 ? - ou bien le rang suivant après avoir tourné au marqueur 2 est tricoté jusqu’au marqueur 1 ? Ensuite, quand on tourne après le marqueur 1 on tricoté bien le rang jusqu’à la fin du rang ? Merci de m’éclairer

01.08.2021 - 15:04

DROPS Design answered:

Bonjour Carole, tricotez les rangs raccourcis ainsi: 2 rangs sur toutes les mailles, 2 rangs sur les mailles du début du rang sur l'endroit jusqu'au 2ème marqueur (1 rang sur l'endroit jusqu'au 2ème marqueur, tournez et tricotez ces mailles sur l'envers), 2 rangs sur les mailles du début du rang sur l'endroit jusqu'au 1er marqueur (= tricotez sur l'endroit jusqu'au 1er marqueur, tournez et tricotez ces mailles sur l'envers) = vous avez tricoté 2 rangs sur les mailles à gauche, vu sur l'endroit et 6 rangs sur les mailles à droite, vu sur l'endroit. Bon tricot!

02.08.2021 - 07:32

country flag Celine Francoeur wrote:

J'ai monté les mailles, placé les marqueurs en même temps. quand je commence le 2ième rang côté endroit les marqueurs se trouvent à gauche c'est ok? quand je me rends au 4e marqueur je tourne tricote jusqu'au 1er marqueur comment suivre le diagramme à ce moment? apres le 4e marqueur en tournant c'est M2...suis-je dans la bonne direction?

15.07.2021 - 21:53

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Francoeur, avez-vous regardé le schéma Fig.1? Il montre plus simplement comment tricoter les rangs raccourcis, en même temps, suivez attentivement les diagrammes en tricotant le rang suivant de ces mêmes diagrammes comme il se doit. Les diagrammes M.1 et M.2 se trouvent avant le 1er marqueur, vu sur l'endroit, vous les tricoterez donc à chaque fois que vous devez tricoter ces mailles; autrement dit, le 1er rang = flèche start, 2ème rang (envers) = 6ème des rangs raccourcis, 3ème rang = 7ème des rangs raccourcis etc... Bon tricot!

16.07.2021 - 08:37

country flag Celine Francoeur wrote:

Comment placer les marqueurs? je comprends pas ''à partir du bas'' merci

15.07.2021 - 20:20

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Francoeur, le béret se tricote à partir du bas de la bordure (celle qui sera contre le front/en bas du béret porté), placez vos marqueurs en comptant les mailles à partir du début du rang: après 32 m, après 40 m, après 46-48 m, après 52-56 m et après 56-60 m, il vous reste 2 m après le dernier marqueur. Tricotez ensuite sur l'endroit comme indiqué en suivant bien les rangs raccourcis. Bon tricot!

16.07.2021 - 08:33

country flag Géraldine wrote:

Bonjour J'j'ai réalisé le béret taille S- donc 58 mailles aiguilles numéro 4 et je ne comprends pas j'ai user juste 1 pelotes de chaque en fermant à 48cm comme il disait. Mais je ne le trouve pas aussi volumineux que la photo pas aussi gonflant. Quand il est écrit tricoter sur toutes les mailles jusqu'à À c'est bien les 56 et 58 mailles ?? Comment ce fait il qu'il me reste une pelote de chaque ?

25.05.2021 - 12:21

DROPS Design answered:

Bonjour Géraldine, aviez-vous le bon échantillon, soit 20 m x 40 rangs point mousse avec 1 fil Kid-Silk + 1 fil Alpaca = 10 x 10 cm? Et bien tricoté ces 2 laines? Et pas exactement, jusqu'à A = la 1ère fois = vous partez du 5ème marqueur jusqu'à la fin du rang: la 2ème fois, oui vous tricotez toutes les mailles. Vérifiez bien que vous avez bien tricoté les rangs raccourcis = 4 rangs à droite, 12 au milieu et 2 à gauche, vu sur l'endroit. Bon tricot!

25.05.2021 - 14:14

country flag Kathy Pratl wrote:

How do I fit in the shortened rows? If I start on the right side of work, do I do all shortened rows A and B, which equals 12 shortened rows. And then do I do ONLY 2 rows of pattern and repeat shortened rows again. Am I suppose to end up with 12 rows of shortened rows to every 2 rows of pattern ?

07.04.2021 - 21:19

DROPS Design answered:

Dear Kathy, if you are wondering about the hat, then yes, you are almost right, you knit 2 rows of pattern for each 6 row repeat (the 1st on the RS and the 6th on the WS), which is 4 pattren rows for every double repeat (12 rows.) Happy Knitting!

07.04.2021 - 21:33

country flag Daria wrote:

Buongiorno, credo di aver capito come lavorare il modello. Il mio errore era inserire i segnapunti mentre montavo le maglie. Inoltre il motivo M1-M2 va lavorato solo da A fino a 26 maglie e poi si lavora a maglia legaccio. Grazie per l'aiuto :-)

19.01.2021 - 09:39

DROPS Design answered:

Buongiorno Daria, esatto, M.1 e M.2 si lavorano su 26 maglie, il resto come indicato nel testo. Buon lavoro!

19.01.2021 - 10:50

country flag Daria wrote:

Buongiorno,ho lavorato i primi due ferri (Row1(RS):k12,p2k2,p4,k4,p4,k2,p2,k26; Row 2(WS):p26,M1(k2,p2,k4,p4,k4,p2,k2) ; inserito i segnapunti;mi trovo a dover lavorare (al dritto del lavoro) a ferri accorciati M1 (dal secondo ferro) fino al segnapunti 4 ma mi trovo con solo 6 mg da lavorare anzichè 52.Non capisco dove sto sbagliando.

18.01.2021 - 14:00

DROPS Design answered:

Buonasera Daria, i segnapunti vanno inseriti appena dopo l'avvio delle maglie, senza lavorare le maglie. Il primo ferro è dal diritto del lavoro così come quello su cui iniziare a lavorare i ferri accorciati e il segnapunti 4 si trova dopo 52 maglie. Buon lavoro!

18.01.2021 - 19:15

country flag Daria wrote:

Leggendo lo schema m1 dal basso verso l"alto,a quale riga del motivo m1 corrisponde il primo ferro accorciato? Cosa significa quella freccia sulla sinistra dello schema m1(settima riga contando dal basso)?

17.01.2021 - 20:17

DROPS Design answered:

Buonasera Daria, nel basco il 1° ferro a ferro accorciati è sul 2° ferro di M.1. La freccia indica con quale ferro deve finire il lavoro una volta raggiunta la misura corretta, come indicato nelle spiegazioni. Buon lavoro!

17.01.2021 - 21:13

country flag Daria wrote:

Buonasera, lavorando il primo ferro accorciato (fino al segnapunto 4 ) il numero di maglie da lavorare sono 20+6 (motivo M1+M2)?

17.01.2021 - 18:19

DROPS Design answered:

Buongiorno Daria, il segnapunti 4 è posizionato a 52 maglie dall'inizio per la prima taglia. Se preferisce può mettere dei numerini ai segnapunti per identificarli durante i ferri accorciati. Buon lavoro!

17.01.2021 - 18:31