DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 17.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Lost in the Sky Top

Gebreide trui met ¾ mouwen in DROPS Alpaca. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan en kantpatroon. Maat: S - XXXL

DROPS 230-48
DROPS design: Patroon z-955
Garengroep A
----------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS ALPACA van garnstudio (behoort tot garengroep A)
250-300-300-350-400-400 g kleur 6205, lichtblauw

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 3 mm: Lengte 40 en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 2.5 mm: Lengte 40 en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3 mm
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 2.5 mm
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – in dat geval heeft u alleen een rondbreinaald nodig van 80 cm in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
24 steken in de breedte en 32 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.
LET OP! De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 17.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

----------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.7.

RAGLAN:
Meerder voor/na de steek met de markeerdraad. Meerder 1 steek door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad en brei 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Brei de pas in de rondte op de rondbreinaald vanaf de rechterschouder op het achterpand, van boven naar beneden. Verdeel nu de pas voor het lijf en de mouwen. Brei het lijf in de rondte op de rondbreinaald. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald.

PAS:
Zet 120-120-120-140-140-140 steken op een korte rondbreinaald 2.5 mm met DROPS Alpaca. Brei 1 naald recht.
Brei de volgende naald als volgt: A.1 (voeg 1 markeerdraad in, in de eerste steek), A.2, A.3 (voeg 1 markeerdraad in, in de laatste steek – de steken tussen deze 2 steken horen bij de rechter mouw), A.4, brei A.2 3-3-3-4-4-4 keer in totaal, A.5 (deze steken horen bij het voorpand), A.1 (voeg 1 markeerdraad in, in de eerste steek), A.2, A.3 (voeg 1 markeerdraad in, in de laatste steek – de steken tussen deze 2 markeerdraden horen bij de linker mouw), A.4, brei A.2 3-3-3-4-4-4 keer in totaal, A.5 (deze steken horen bij het achterpand).

Ga zo verder in patroon - de 4 steken met de markeerdraden geven de raglanlijnen aan.
Als er 2 naalden zijn gebreid, brei dan verder met een korte rondbreinaald 3 mm, ga dan verder in patroon zoals hiervoor - DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als A.1 tot A.5 in de hoogte zijn gebreid, zijn er 192-192-192-208-208-208 steken op de naald.

Brei dan in tricotsteek in de rondte over alle steken - brei daarnaast A.6 in het midden van elke mouw – de steek met de ster in A.6 moet overeenkomen met de steek met de ster in A.2.
Meerder TEGELIJKERTIJD op de volgende naald voor de RAGLAN – zie uitleg hierboven. Meerder 1 steek aan elke kant van de 4 steken met de markeerdraden (8 steken gemeerderd– LET OP: Het meerderen voor de eerste markeerdraad moet aan het einde van de naald gedaan worden).
Meerder voor de raglan iedere andere naald 16-20-24-27-30-35 keer in totaal.
Na de laatste meerdering voor de raglan zijn er 320-352-384-424-448-488 steken op de naald en meet het werk ongeveer 18-21-23-25-27-30 cm vanaf de opzetrand. Als het werk korter is dan dit, ga dan zo verder met meerderingen tot de juiste afmetingen.

Op de volgende naald verdeelt u het werk voor het lijf en de mouwen als volgt: Brei 2-4-3-2-4-7 steken in tricotsteek, zet de volgende 69-73-83-91-93-97 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (in de zijkant onder de mouw), brei 91-103-109-121-131-147 steken in tricotsteek, zet de volgende 69-73-83-91-93-97 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (in de zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 89-99-106-119-127-140 steken in tricotsteek. Brei het lijf en de mouwen apart verder.

LIJF:
= 198-222-238-262-286-318 steken. Brei in tricotsteek over de steken op het achterpand tot het midden van de 8-8-10-10-12-12 steken die opgezet zijn onder de mouwen – de naald begint hier. Brei in tricotsteek in de rondte.
Bij een hoogte van 22-21-21-21-21-20 cm vanaf de scheiding, brei 1 naald recht en meerder 20-22-24-26-28-32 steken verdeeld = 218-244-262-288-314-350 steken.
Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm. Brei boordsteek 1 recht gedraaid/1 averecht voor 3 cm. Kant dan losjes af. De trui meet ongeveer 48-50-52-54-56-58 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUW:
Zet de 69-73-83-91-93-97 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op breinaalden zonder knop of een korte rondbreinaald 3 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 8-8-10-10-12-12 nieuw opgezette steken onder de mouw = 77-81-93-101-105-109 steken.
Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 8-8-10-10-12-12 steken die opgezet zijn onder de mouwen. Neem de markeerdraad mee in de hoogte tijdens het breien.
Begin de naald op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte, maar ga verder met A.6 in het midden op de bovenkant van de mouw zoals hiervoor.
Als de mouw 2-2-2-3-3-1 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3½-2½-1½-1-1-1 cm 6-8-10-14-12-14 keer in totaal = 65-65-73-73-81-81 steken.
Brei tot de mouw 24-22-21-19-17-15 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 9 cm over tot de juiste afmetingen, pas de trui en brei tot de gewenste lengte
Brei 1 naald recht en minder 1 steek onder de mouw (op de rechter mouw breit u de laatste 2 steken op de naald gedraaid recht samen, op de linker mouw breit de eerste 2 steken op de naald recht samen) = 64-64-72-72-80-80 steken. Brei A.7 8-8-9-9-10-10 keer in totaal om de mouw - A.7 moet mooi aansluiten op A.6 midden op de bovenkant van de mouw.
Als A.7 is gebreid, brei dan verder met breinaalden zonder knop maat 2.5 mm.
Ga verder in boordsteek over de steken in A.7 met 1 gedraaid recht, 1 averecht.
Als de boordsteek 1 cm meet (gemeten na A.7), meerder dan iedere vierde 1 averecht naar 2 averecht (dus meerder iedere 8e steek naar 2 averecht) = 72-72-81-81-90-90 steken. Als de boordsteek 2 cm meet, meerder dan op dezelfde manier maar verplaats het meerderen om te voorkomen dat u over de vorige meerderingen meerdert = 80-80-90-90-100-100 steken. Als de boordsteek 3½ cm meet, meerder dan op dezelfde manier en verplaats naar de volgende 1 averecht = 88-88-99-99-110-110 steken en als de boordsteek 5 cm meet, meerder dan de overgebleven 1 averecht naar 2 averecht = 96-96-108-108-120-120 steken.
Kant ietwat losjes af als de boordsteek 6 cm meet. De mouw meet ongeveer 33-31-30-28-26-24 cm vanaf de scheiding.
Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

Telpatroon

symbols = recht
symbols = averecht
symbols = gedraaid recht
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag recht om een gaatje te maken
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht zoals te zien is in het telpatroon om gaatjes te voorkomen
symbols = dit is geen steek, ga gelijk verder met het volgende symbool in het telpatroon
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = haal 2 steken samen recht af, 1 recht, haal de 2 afgehaalde steken over de gebreide steek
symbols = steek met ster in A.6 moet aansluiten met de steek met de ster in A.2
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 230-48

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (9)

country flag Karin wrote:

Hej! Jag tror d har kommit in ett fel.. sticka de sista 89-99-106-119-127-140 maskorna i slätstickning. Fram- och bakstycke och ärmar stickas sedan var för sig. .. Sen så står d ju på storlek M..att fram o bakstycke ska vara 222 m.. Så d ska nog stå 103 där d står 99 på storlek M Säkert bara ett tryckfel..😊

10.03.2024 - 08:24

country flag Yvonne wrote:

Hallo Drops Team, gleich eine Frage zur Passe. Folge der Diagramme in Kurzform : A1, A2,A3,A4,A2,A1,A5 dann wieder A1,A2,A3,A4,A2,A5 so im Text Gehört hier zwischen A2 und A5 ebenfalls auch noch A1? Sonst bleibt mir ja gleich 1 Masche übrig! Wenn ja müsste diesbezüglich Anleitung korregiert werden. Viele Grüße

17.08.2023 - 20:10

DROPS Design answered:

Liebe Yvonne, für Die Ärmel strickt man: A.1, A.2, A.3 und für Rücken bzw Vorderteil stricken Sie: A.4, A.2 (3 oder 4 Mal), A.5 so haben Sie 21 M in S z.B. für Die Ärmel und 39 M für Vorder- und Rückenteil (und dann 120 M insgesamt). Viel Spaß beim stricken!

18.08.2023 - 08:39

country flag Jennifer Carvalho wrote:

What does it mean "this is no stitch, go to next symbol". What do you do? Do we leave that stitch alone?

04.04.2023 - 23:59

DROPS Design answered:

Hi Jennifer, This means the next stitch on the round is worked according to the next symbol (the blank square is ignored). Happy Easter!

05.04.2023 - 06:46

country flag Charlotte Lützen wrote:

Undskyld. Jeg troede ikke den første besked var gået igennem. Tak for hurtig respons og god weekend 🧶😊☀️

22.04.2022 - 14:13

country flag Charlotte Lützen wrote:

Hej igen. Det ser ud til at der er forskel i den danske og engelske opskrift. Den sorte markering i den engelske siger at masken ikkecskal strikkes. I den danske står der at der skal slåes en maske op??? Mvh Charlotte

22.04.2022 - 13:09

DROPS Design answered:

Hej igenigen :) Det er blevet rettet :)

22.04.2022 - 13:55

country flag Charlotte Lützen wrote:

Hej. Der er forskel i den dansk og den engelske udgave. Den sorte markering står i den engelske som om man ikke skal strikke den. I den danske står der at man skal lave et opslag og strikke det drejet på næste omgang. Så der ikke kommer hul ???

22.04.2022 - 10:50

DROPS Design answered:

Hej Charlotte, tak for information, det er rettet :)

22.04.2022 - 12:37

country flag Charlotte Lützen wrote:

Hej. \r\nJeg har strikket mønsterdelen på bærestykket og har nu 236 m. I opskriften står der at jeg skal have 208???\r\nJeg har taget 12x8 m ud i raglanen =96 m + de 140 m fra start = 236 m. Hvad har jeg overset i opskriften?\r\nMvh Charlotte Lützen

21.04.2022 - 10:07

DROPS Design answered:

Hej Charlotte, har du trukket maskerne fra som er taget ind ifølge diagram A.2, A.3 og A.5? I A.2 har du 8 masker istedet for 10 masker. Og i A.3 og A.5 har du taget 2 masker ind i hvert diagram :)

22.04.2022 - 10:31

country flag Hanne wrote:

Hej, prøv liiige at tjekke tjekke tallene, når diagrammerne A1-A5 er strikket i højden giver det 206 og ikke 208, der bliver taget 8 masker ind på hver 2. omgang og det kan aldrig give 208 men 206, ellers en fin opskrift PS også de andre tal i,op Mvh Hanne

01.04.2022 - 12:57

country flag Janice Hansen wrote:

Summer cloud

13.03.2022 - 23:14