Adelaide schreef:
Bom dia. Adoro o modelo mas é difícil. Na carreira 1 encurtadas quando dizem para arrematar o fio deve recomeçar-se a maio das costas? O primeiro losango de A2fica diferente nos dois ombros? Muito obrigada.
31.08.2018 - 11:21DROPS Design antwoorde:
Bom dia. Na 1.ª carreira encurtada, puxa o fio, vira a peça e continua, tricotando a 2.ª carreira. O primeiro losango de A.2 fica igual nos dois ombros. Bom tricô!
31.08.2018 - 12:10
Gaelle.f schreef:
Bonjour, Augmentation arrondi des manches = faire un 1 jeté à 4 mailles du marqueur + 3 mailles mousses + 1 m Jersey + A2 après marqueur Est-ce exact ?
26.08.2018 - 23:27DROPS Design antwoorde:
Bonjour Gaëlle, les augmentations pour l'arrondi des manches ont été récemment modifiées. Vous augmentez avec 1 jeté avant les 2 m env de A.2 et après les 2 m env de A.2 (il n'y a pas de mailles au point mousse). Bon tricot!
05.09.2018 - 12:37
Ellinor Olsson schreef:
Jag har stickat tom varv 13 och har 142 maskor. Det står att framstycket ska ha 54 maskor och bakstycket 62 maskor, det blir 116 maskor. Jag har betydligt fler än 2 maskor som inte är stickade i de förkortade varven.
23.06.2018 - 23:21DROPS Design antwoorde:
Hei Ellinor. Du har helt rett i at det er betydelig fler masker som det ikke er strikket forkortede pinner over. Bare se bort ifra dette punktet, det er nå fjernet fra oppskriften. Takk for beskjed og god fornøyelse.
26.06.2018 - 13:32
Gaelle F. schreef:
Bonjour,suis arrivée au rang avec flèche (S). Sur ce rang, je continue augm. épaule et pointfantaisie A2. Puis au rang suivant (env) augm. arrondi manches: (4 m avant le marqueur , 1 jeté puis 2 m mousse,1 m torse end (augm. épaule de rang précédent) et 1 m env puis A2). + 4 mailles à la fin du rang. est-ce correct ? Merci
12.06.2018 - 03:31DROPS Design antwoorde:
Bonjour Gaëlle, les augmentations pour les épaules se font comme avant (continuez-les comme avant juqu'à ce qu'elles soient toutes terminées), et augmentez maintenant pour l'arrondi des manches 1 m avant A.2 et 1 m après A.2 à chaque épaule/manche (= 2 m augmentées pour chaque épaule/manche). Bon tricot!
12.06.2018 - 08:51
Anne Gjestvang schreef:
Jeg har fått beskjed om at det har kommet et svar på mitt spørsmål fra 19/5. Det stemmer ikke....
09.06.2018 - 18:49DROPS Design antwoorde:
Hei Anne. Takk for beskjed, det hadde skjedd en feil i posting av svaret ditt. Nå skal det være i orden og svaret er synlig. Beklager dette og god fornøyelse
25.06.2018 - 10:56
Gaëlle F. schreef:
Bonjour , encore moi . Ok pour les augmentations (2x2 + 9x1 = dos ) et ( 6x2 + 5x1= devant) mais ca fait 11 rangs d'augmentation. Je me fis sur le diagramme pour compter mes rangs . Si le 11e rang du diagramme correspond au dernier rang raccourci , le 12ème rang jusqu'au 31e ( 1ère flèche) , je ne compte que 10rg ou l'on peut augmenter ...y'a sûrement quelques chose que je n'ai pas saisie je suis désolée 😐.
05.06.2018 - 05:26DROPS Design antwoorde:
Bonjour Gaëlle, on augmente pour l'arrondi des manches avant la fin des augmentations du dos et du devant = vous continuez à augmenter pour le devant et le dos et au rang avec la flèche dans A.2, vous commencez à augmenter pour l'arrondi des manches. Bon tricot!
05.06.2018 - 09:00
Gaëlle F. schreef:
Bonjour merci pour votre aide . J'ai fini les rangs raccourcis. Coupé le fil et recommencé au milieu du dos . Maintenant et jusqu'au rang du diagramme où il y a la flèche de la taille choisie (S), j'augmente seulement d' 1 maille côté dos et devants (de chaque côté des manches = 4 m par rangs , tous les 2 rangs ( 9x4 )? Ensuite j'y ajoute les augmentations de l'arrondi des manches ? Est ce exact ? Je préfère demander avant de tout devoir défaire ... :)
03.06.2018 - 05:52DROPS Design antwoorde:
Bonjour Gaëlle, en taile S vous augmentez sur le dos: 2 x 2 m et 9x 1 m tous les 2 tours (soit 26m augmentées pour le dos) et sur le devant: 6x 2 m et 5x 1 m tous les 2 tours (soit 34 m augmentées pour le devant) . Et, quand vous arrivez au tour avec la flèche, vous augmentez pour l'arrondi des manches: 1x tous les tours et 25x tous les 2 tours (soit 52 m augmentées pour chaque manche) = soit 306 m quand toutes les augmentations sont faites. Bon tricot!
04.06.2018 - 09:13
Gaëlle F. schreef:
Bonjour,\r\nMerci pour votre réponse. Néanmoins si je continue sur le rang 5 , je me rends au marqueur 1, continuer A2 = rang 3 du diagramme encore ou passer au rang 5 directement ? Puis au rang 6 du tricot , A2 = rang 4 sachant qu\'on est sur l\'env ? Rang 4 du diagramme que je refais sur l\'autre épaule, du côté du marqueur 4 ?? Ai-je bien compris le principe ? Ou je suis dans le champs ?! Merci beaucoup pour votre aide
01.06.2018 - 05:09DROPS Design antwoorde:
Bonjour Gaëlle, les rangs impairs se font sur l'endroit = rangs ajourés de A.2 et les rangs pairs se font sur l'envers (= on tricote les mailles de A.2 à l'envers). Au rang 4, on tricote d'abord le rang 2 de A.2 puis après le marqueur 4, on tricote le rang 2 du diagramme. Bon tricot!
01.06.2018 - 09:00
Gaëlle F. schreef:
Bonjour , Je suis encore aux rangs raccourcis et oui j'ai déjà des questions :) Rang 5: tricoter A.2 = sachant qu'au rang précédent il fallait commencer au rang 2 du diagramme pour l'envers , pour ce rang dois-je tricoter le rang 1 ou le rend 3 du diagramme ? Merci beaucoup
30.05.2018 - 04:01DROPS Design antwoorde:
Bonjour Gaëlle, au rang 5, vous tricotez le rang 3 de A.2. Bon tricot!
30.05.2018 - 08:56
Anne Gjestvang schreef:
Hei. Har strikket mye,men dette mønsteret forstår jeg ikke. Ser at jeg ikke er alene om det. Står at en skal begynne å øke til ermetopp ved pilen. Og at disse maskene skal strikkes vrangt og inn i mønsteret. men på bildet er det da ikke mer økning enn det som blir av mønster A2. (og øking til skulder) . Forstår det slik at disse økte,vrange maskene er de som blir under ermet. ... Uforståelig.... Anne
19.05.2018 - 08:08DROPS Design antwoorde:
Hei Anne. Du skal, som du sier, begynne å øke til ermtopp ved pilen for din størrelse, som anvist i oppskriften. De økte maskene strikkes vrangt. Disse vil inngå i diagrammet etterhvert som A.2 øker utover. Som du kan se er det lagt til en rettelse om at oppskirften er skrevet om i sin helhet: bildet av genseren er derfor ikke nødvendigvis helt identisk med oppskriften i den størrelsen du strikker. Følg anvisningen i oppskriften så skal du se at det blir fint. God fornøyelse
29.05.2018 - 13:48
Vanilla Kiss#vanillakisssweater |
||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||
Gebreide trui met kantpatroon op de schouders en de mouwen, van boven naar beneden gebreid. Maten S - XXXL. Het werk wordt gebreid in DROPS Puna of DROPS Sky.
DROPS 178-16 |
||||||||||||||||||||||
RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid): 1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht. RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): 1 ribbel = 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.3. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. SCHOUDER: LET OP: Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt! Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Meerder 2 steken als volgt: MEERDER 2 STEKEN VOOR MARKEERDRADEN 1 EN 3: Begin 3 steken voor de markeerdraad, 1 omslag, 2 recht, 1 omslag, 1 recht, (= 2 steken gemeerderd). MEERDER 2 STEKEN NA MARKEERDRADEN 2 EN 4: 1 recht, 1 omslag, 2 recht, 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Meerder 1 steek als volgt: MEERDER 1 STEEK VOOR MARKEERDRADEN 1 EN 3: Begin 1 steek voor de markeerdraad, 1 omslag, 1 recht (= 1 steek gemeerderd). MEERDER 1 STEEK NA MARKEERDRADEN 2 EN 4: 1 recht, 1 omslag (= 1 steek gemeerderd). MOUWKOP: Meerder 1 steek door 1 omslag te maken (zorg ervoor dat de omslag niet te los is). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen - brei de eerste 21 gemeerde steken recht, brei de overige steken averecht. TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de zijkanten van de voor- en achterpanden): Meerder aan de binnenkant van de 4 buitenste steken aan elke kant (dus 3 kantsteken in ribbelsteek + 1 steek in tricotsteek). Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid om een gaatje te voorkomen (de gemeerderd steek wordt gebreid in tricotsteek). TIP VOOR HET MINDEREN (voor midden onder de mouw): Begin 3 steken voor de markeerdraad midden onder de mouw, 2 averecht samen, 2 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 2 steken), 2 averecht samen (= 2 steken geminderd). ---------------------------------------------------------- TRUI Het werk wordt in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden, tot onder de mouwen. Dan worden de voor- en achterpanden apart heen en weer gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid. De foto wijkt een beetje af van het patroon bij de meerderingen in de mouwkop (A.2) - de pasvorm is verbeterd. PAS: Zet 102-102-106-106-110-110 steken op met korte rondbreinaald 3 mm en Puna. De naald begint midden achter. Voeg hier een markeerdraad in welke u gaandeweg meeneemt tijdens het breien. Brei 2 RIBBELS in de rondte – zie uitleg hierboven. Voeg 4 nieuwe markeerdraden in het werk als volgt (zonder de steken te breien): Voeg markeerdraad 1 in na de eerste 19-19-20-20-21-21 steken (= ½ achterpand), markeerdraad 2 na de volgende 13 steken (= schouder/mouw), markeerdraad 3 na de volgende 38-38-40-40-42-42 steken (= voorpand), markeerdraad 4 na de volgende 13 steken (= schouder/mouw), er zijn nu 19-19-20-20-21-21 steken over na de laatste markeerdraad (= ½ achterpand). Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei nu verkorte toeren over de steken in de hals voor een betere pasvorm, terwijl u TEGELIJKERTIJD steken meerdert voor de schouder en in patroon breit op de schouders/mouwen (= 13 steken) als volgt: NAALD 1 (aan de goede kant): Brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1, meerder 2 steken voor de SCHOUDER – zie uitleg hierboven, brei A.1A (= 7 steken), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 2 (op de verkeerde kant): Brei A.1A, averecht tot markeerdraad 4, A.1B (= 7 steken – u leest het telpatroon van links naar rechts wanneer u aan de verkeerde kant breit), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 3: Brei A.1B, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1 en meerder 2 steken voor de schouder, brei A.2 (= 13 steken), markeerdraad 2 is hier, keer het werk en trek de draad aan. NAALD 4: Brei A.2, averecht tot markeerdraad 4, brei A.2 – begin op naald 2 in het telpatroon, markeerdraad 3 is hier, keer het werk en trek de draad aan. NAALD 5: Brei A.2, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1, meerder 2 steken voor de schouder, ga verder met A.2 en meerder 2 steken voor de schouder op het voorpand, (dus u breit dan als volgt na markeerdraad 2: 1 recht, 1 omslag, 2 recht, 1 omslag), 1 recht, (= 4 steken + 2 omslagen op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 6: Brei averecht tot markeerdraad 2 (=6 steken averecht op het voorpand), ga verder met A.2, brei averecht tot markeerdraad 4, ga verder met A.2, 4 steken averecht op het voorpand (= 4 steken voorbij markeerdraad 3) keer het werk en trek de draad aan. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! NAALD 7: 1 recht, meerder 2 steken voor de schouder (= 4 steken + 2 omslagen op het voorpand), ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1, meerder 2 steken voor de schouder, ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder op het voorpand en brei recht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 8 steken + 2 omslagen op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 8: Brei averecht tot markeerdraad 2 (= 10 averechte steken op het voorpand), ga verder met A.2, brei averecht tot markeerdraad 4, ga verder met A.2 en brei averecht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 8 steken op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 9: Brei recht tot 3 steken voor de markeerdraad, meerder 2 steken voor de schouder (= 8 gebreide steken + 2 omslagen op het voorpand), ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1, meerder 2 steken voor de schouder, ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder op het voorpand, brei recht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 12 steken + 2 omslagen op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 10: Brei averecht tot markeerdraad 2 (= 14 averechte steken op het voorpand), ga verder met A.2, brei averecht tot markeerdraad 4, ga verder met A.2 en brei averecht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 12 steken op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 11: Brei recht tot 3 steken voor de markeerdraad, meerder 2 steken voor de schouder (= 12 gebreide steken + 2 omslagen op het voorpand), ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1, meerder 2 steken voor de schouder, ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder op het voorpand, brei recht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 16 steken + 2 omslagen op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 12: Brei averecht tot markeerdraad 2 (= 18 averechte steken op het voorpand), ga verder met A.2, brei averecht tot markeerdraad 4, ga verder met A.2 en averecht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 16 steken op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 13: Brei recht tot 3 steken voor de markeerdraad, meerder 2 steken voor de schouder (= 18 steken voor de volgende markeerdraad), ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot midden achter (= begin van de naald). Ga verder in patroon maar zonder te meerderen tot markeerdraad 2. U heeft nu 11 naalden van A.2 gebreid. Knip de draad af. U heeft nu 4 keer 2 steken voor de schouder gemeerderd aan elke kant van het voorpand en 6 keer 2 steken voor de schouder aan elke kant van het achterpand = 142-142-146-146-150-150 steken (= 54-54-56-56-58-58 steken op het voorpand en 62-62-64-64-66-66 steken op het achterpand) De verkorte toeren zijn nu klaar en u gaat verder in de rondte met de rondbreinaald. Begin bij de markeerdraad midden achter. Ga op de volgende naald verder met de meerderingen voor de schouder (= brei de gemeerderde steken op het voor- en achterpand in tricotsteek) en brei A.2 zoals hiervoor, TEGELIJKERTIJD op de naald met een pijl in A.2 (dus voordat de meerderingen voor de schouder klaar zijn) begint u met de meerderingen voor de mouwkop (= brei de gemeerderde steken averecht en brei ze dan in A.2 als het patroon naar buiten toe groter wordt). Als A.2 klaar is in de hoogte, herhaal dan A.3 over A.2 tot de gewenste lengte. Meerder voor de schouder en voor de mouwkop zoals beschreven hieronder: MEERDER VOOR DE SCHOUDER ALS VOLGT: LET OP: U meerdert verschillend op de voor- en achterpanden en op de naalden na de meerderingen, worden de omslagen gedraaid gebreid om gaatjes te voorkomen - Denk om SCHOUDER! MEERDER OP HET ACHTERPAND (= tussen markeerdraden 4 en 1): Meerder 2 steken iedere 2e naald in totaal 2-3-5-7-8-10 keer, meerder dan 1 steek iedere 2e naald in totaal 9-11-12-14-16-18 keer. MEERDER OP HET VOORPAND (= tussen markeerdraden 2 en 3): Meerder 2 steken iedere 2e naald in totaal 6-7-9-11-12-14 keer, meerder dan 1 steek iedere 2e naald in totaal 5-7-8-10-12-14 keer. Na alle meerderingen voor de schouder zijn er 88-96-108-120-130-142 steken op zowel de voor- als de achterpanden. MEERDER VOOR DE MOUWKOP ALS VOLGT: Begin op de naald met een pijl in telpatroon A.2 met meerderen voor de MOUWKOP – zie uitleg hierboven. Meerder 1 steek op elke kant van A.2 op iedere schouder/mouw (= 4 steken gemeerderd op de naald). Meerder op deze manier iedere naald in totaal 1-4-6-4-4-2 keer en dan iedere 2e naald in totaal 25-26-28-32-34-38 keer. Er moeten op zijn minst altijd 2 averechte steken zijn op elke kant van het kantpatroon A.2 op de mouwen. Als alle meerderingen voor de mouwkop klaar zijn, zijn er 65-73-81-85-89-93 steken op elke mouw. Na alle meerderingen voor de schouder en de mouwkop zijn er 306-338-378-410-438-470 steken op de naald en meet het werk 31-33-35-37-38-41 cm (gemeten vanaf de schouder naar beneden). Er zijn nu 4-8-12-14-16-18 averechte steken aan elke kant van het kantpatroon (inclusief de 2 steken aan elke kant van A.2). Brei de volgende naald als volgt: Brei 44-48-54-60-65-71 steken tricotsteek (= ½ achterpand), plaats de volgende 65-73-81-85-89-93 steken op 1 hulpdraad (= mouw), zet 4 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei 88-96-108-120-130-142 steken tricotsteek (= voorpand), plaats de volgende 65-73-81-85-89-93 steken op 1 hulpdraad (= mouw), zet 4 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 44-48-54-60-65-71 steken in tricotsteek (= ½ achterpand). LIJF: = 184-200-224-248-268-292 steken. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! Verdeel nu het werk in het midden van de 4 nieuwe steken onder elke mouw en de voor- en achterpanden worden apart heen en weer verder gebreid op de rondbreinaald tot de gewenste lengte. ACHTERPAND: = 92-100-112-124-134-146 steken. Brei tricotsteek met 3 kantsteken in RIBBELSTEEK – zie uitleg hierboven, aan elke kant. Meerder bij een hoogte van 3 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant – lees TIP VOOR HET MEERDEREN (= 2 steken gemeerderd). Meerder op deze manier iedere 14e-14e-14e-14e-14e-14e naald in totaal 4 keer aan elke kant = 100-108-120-132-142-154 steken. Ga bij een hoogte van 24-24-24-24-25-24 cm vanaf de scheiding, verder met rondbreinaald 3 mm. Brei 3 ribbels, ga weer verder met rondbreinaald 4 mm en kant dan losjes af. De trui meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de bovenkant van de schouder naar beneden. VOORPAND: = 92-100-112-124-134-146 steken. Brei op dezelfde manier als het achterpand. MOUW: Plaats de 65-73-81-85-89-93 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 4 opgezette steken onder de mouw = 69-77-85-89-93-97 steken op de naald. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 4 nieuwe steken midden onder de mouw en neem de markeerdraad gaandeweg mee tijdens het breien. Ga verder met A.3 zoals hiervoor, brei 1 steek recht aan elke kant van de markeerdraad midden onder de mouw en brei de overgebleven steken op de naald averecht. Bij een hoogte van 3 cm vanaf de scheiding, mindert u 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Herhaal het minderen bij een hoogte van 8-8-7-7-6-6 cm = 65-73-81-85-89-93 steken. Brei verder tot het werk 14-12-11-11-11-12 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3 mm. Brei 3 ribbels over alle steken, ga verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm en kant af. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de zijnaden in de buitenste lus van de buitenste steek zodat de naad plat is, maar stop als er 6 cm over is aan elke kant (= split). |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #vanillakisssweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 33 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 178-16
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.