Rosa Alvarez schreef:
Buenos días, tengo un problema con este patrón. Después de hacer las vueltas corta como indica el patrón y teniendo los 14 puntos indicados en el delantero de la labor. Hay que recoger todos los puntos en ese momento? O seguimos haciendo la segunda parte de aumentos? Por otra parte al hacer vueltas cortas y tejer el dibujo A2 en el hombro trasero derecho va con una fila de retraso con respecto al hombro trasero izquierdo.
13.11.2024 - 12:26DROPS Design antwoorde:
Hola Rosa, después de terminar las vueltas cortas trabajamos en redondo sobre todos los puntos y continuamos con los aumentos. En principio, A.2 debería igualarse después de trabajar las filas cortas de ida y vuelta.
18.11.2024 - 00:02
Małgorzata schreef:
Cześć Drops, mam pytanie o dodawanie oczek na ramiona. Robię rozmiar XXXL, więc dodaję 10x2 oczka i 18x1 oczko na tył, co daje 76 dodanych oczek, plus 42 początkowe, to razem 118 oczek. A w opisie jest napisane, że po dodaniu wszystkich oczek na ramiona ma być ich 142- skąd taka liczba?
13.09.2024 - 11:08DROPS Design antwoorde:
Witaj Małgosiu, przed rozpoczęciem dodawania oczek, o którym piszesz, czyli po rzędach skróconych, w rozmiarze XXXL było 150 o. (13x2= schematy na ramieniu + 58 o. na przód i 66 o. na tył). Dodawanie oczek na tył: 10 razy 2 oczka (dodanych 40 o.) i 18 razy 1 o. (dodanych 36 o.). Wyjściowe 66 o. + dodanych 76 o. =142 oczka. Pozdrawiamy!
17.09.2024 - 13:45
Małgorzata schreef:
Drogi Drops- czy mogłabym otrzymać odpowiedź na moje pytanie z 30.08? Bardzo proszę, bo stoję z robotą
04.09.2024 - 10:22DROPS Design antwoorde:
Witaj Małgosiu, wysyłając zapytanie zaznaczyłaś pole komentarz, a nie pytanie, dlatego nie było widoczne. Dziś lub jutro otrzymasz odpowiedź. Pozdrawiamy!
04.09.2024 - 12:24
Małgorzata schreef:
Cześć Drops, ja nadal nie rozumiem dodawania oczek na rękaw- o dodanych oczkach z boków A.2 jest mowa, że mają być na lewo (potem one są na bieżąco wchłaniane przez ażur- dobrze rozumiem?), a potem jest mowa, że pierwszych 21 dodanych oczek ma być na prawo- nie rozumiem tego miejsca. Po drugie- te dodane na bokach A.2 oczka kończą się szybciej niż jest potrzeba rozszerzania ażuru- skąd brać nowe oczka? bo moje zachodzą już na tył/przód, czyli przekraczają znaczniki...
30.08.2024 - 11:07DROPS Design antwoorde:
Witaj Małgorzato, dodawane oczka są na bieżąco wchłaniane przez ażur, aż schemat A.2 zostanie zakończony. Pozostałe dodane oczka będą oczkami lewymi rękawa, które znajdują się na środku pod rękawem. Schemat A.2 będzie miał taką sama liczbę oczek na końcu we wszystkich rozmiarach. Będzie różniła się za to liczba oczek lewych na środku pod rękawem. Pozdrawiamy!
04.09.2024 - 13:42
Małgorzata schreef:
Cześć, ja nie rozumiem momentu dodawania oczek na zaokrąglenie rękawów. Czy mam je dodawać po pierwszych oczkach lewych i przed drugimi oczkami lewymi w schemacie A.2? Jak to zrobić, żeby rozszerzał się ażur na rękawie?
29.08.2024 - 09:48DROPS Design antwoorde:
Witaj Małgosiu, dodajesz oczka przed 2 oczkami lewymi i za 2 oczkami lewymi, w ten sposób masz coraz więcej oczek na kolejne powtórzenia ażuru. Pamiętaj, aby cały czas były przerabiane tylko 2 oczka lewe na bokach schematu A.2. Pozdrawiamy!
29.08.2024 - 11:57
Rosa Alvarez schreef:
Buenas tardes , mi pregunta es.. Me suelo guiar para escoger una talla por el contorno del pecho y este patrón patrón no tiene. Como podría hacerlo gracias.
23.08.2024 - 22:54DROPS Design antwoorde:
Hola Rosa, en este caso, el contorno del pecho de la prenda es la secuencia de números superior en la barra inferior: 44-48-53-59-64-70.
25.08.2024 - 21:00
Edith Gendron schreef:
Oubliez ma question précédente. Je crois avoir compris. Pour le Rang 1, je tourne l'ouvrage après avoir fait le point faintaisie de la 2e épaule. C'est bien cela ? Merci de me confirmer.
16.03.2024 - 12:48DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Gendron, les rangs raccourcis commencent au milieu dos, au 1er rang vous tricotez uniquement la 1ère épaule, puis vous tricoterez la 2ème épaule à partir du rang 2, et vous terminerez les rangs raccourcis en tricotant la 2ème épaule jusqu'au milieu dos seulement (ainsi on a bien 6 rangs sur chaque épaule); Bon tricot!
18.03.2024 - 08:19
Edith Gendron schreef:
Bonjour, puisque c'est la première fois que j'utilise la technique des rangs raccourcis, je ne comprends pas tout à fait les explicattions après avoir terminé le col (2 rangs point mousse). Rang 1: pour le rang raccourci au-dessus des mailles du dos, est-ce que je tourne l'ouvrage avant le marqueur 1 ou après avoir fait le diagramme A.1A ? Après avoir tourné l'ouvrage, est-ce que je repars envers sur envers pour faire le tour complet jusqu'au marqueur du milieu du dos?Merci !!
15.03.2024 - 12:40
Edith Gendron schreef:
Est-ce que les rangs raccourcis pour ce modèle se font en point jersey ou en point mousse ? Autrement dit est-ce que la méthode des rangs raccourcis se fait toujours en point jersey? Merci, ce sera la première fois que j'utilise la méthode des rangs raccourcis.
11.03.2024 - 11:29DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Gendron, les rangs raccourcis se tricotent ici en jersey (à l'endroit sur l'endroit, à l'envers sur l'envers) et en point fantaisie en suivant les diagrammes (on les lit de droite à gauche sur l'endroit et de gauche à droite sur l'envers). Suivez attentivement la description des rangs raccourcis, il est bien indiqué quel diagramme tricoter à quel moment et si on doit tricoter à l'endroit ou à l'envers. Bon tricot!
11.03.2024 - 14:32
Glenda Barnwell schreef:
For the sleeve cap, I don’t understand which 21 increased stitches I am to knit? I made the yarn over and have purled it twisted in next row. In the future do I knit those increased and do I count until I have increased 21 and then purl the rest of the increases? I am confused! Thank you!
09.04.2023 - 18:11DROPS Design antwoorde:
Dear Glenda, the first 21 yarn overs that you increase will be knitted twisted; the following yarn overs will be purled twisted. Count until you have 21 yarn overs and starting from the 22nd, purl them twisted. Happy knitting!
10.04.2023 - 17:02
Vanilla Kiss#vanillakisssweater |
||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||
Gebreide trui met kantpatroon op de schouders en de mouwen, van boven naar beneden gebreid. Maten S - XXXL. Het werk wordt gebreid in DROPS Puna of DROPS Sky.
DROPS 178-16 |
||||||||||||||||||||||
RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid): 1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht. RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): 1 ribbel = 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.3. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. SCHOUDER: LET OP: Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt! Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Meerder 2 steken als volgt: MEERDER 2 STEKEN VOOR MARKEERDRADEN 1 EN 3: Begin 3 steken voor de markeerdraad, 1 omslag, 2 recht, 1 omslag, 1 recht, (= 2 steken gemeerderd). MEERDER 2 STEKEN NA MARKEERDRADEN 2 EN 4: 1 recht, 1 omslag, 2 recht, 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Meerder 1 steek als volgt: MEERDER 1 STEEK VOOR MARKEERDRADEN 1 EN 3: Begin 1 steek voor de markeerdraad, 1 omslag, 1 recht (= 1 steek gemeerderd). MEERDER 1 STEEK NA MARKEERDRADEN 2 EN 4: 1 recht, 1 omslag (= 1 steek gemeerderd). MOUWKOP: Meerder 1 steek door 1 omslag te maken (zorg ervoor dat de omslag niet te los is). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen - brei de eerste 21 gemeerde steken recht, brei de overige steken averecht. TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de zijkanten van de voor- en achterpanden): Meerder aan de binnenkant van de 4 buitenste steken aan elke kant (dus 3 kantsteken in ribbelsteek + 1 steek in tricotsteek). Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid om een gaatje te voorkomen (de gemeerderd steek wordt gebreid in tricotsteek). TIP VOOR HET MINDEREN (voor midden onder de mouw): Begin 3 steken voor de markeerdraad midden onder de mouw, 2 averecht samen, 2 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 2 steken), 2 averecht samen (= 2 steken geminderd). ---------------------------------------------------------- TRUI Het werk wordt in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden, tot onder de mouwen. Dan worden de voor- en achterpanden apart heen en weer gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid. De foto wijkt een beetje af van het patroon bij de meerderingen in de mouwkop (A.2) - de pasvorm is verbeterd. PAS: Zet 102-102-106-106-110-110 steken op met korte rondbreinaald 3 mm en Puna. De naald begint midden achter. Voeg hier een markeerdraad in welke u gaandeweg meeneemt tijdens het breien. Brei 2 RIBBELS in de rondte – zie uitleg hierboven. Voeg 4 nieuwe markeerdraden in het werk als volgt (zonder de steken te breien): Voeg markeerdraad 1 in na de eerste 19-19-20-20-21-21 steken (= ½ achterpand), markeerdraad 2 na de volgende 13 steken (= schouder/mouw), markeerdraad 3 na de volgende 38-38-40-40-42-42 steken (= voorpand), markeerdraad 4 na de volgende 13 steken (= schouder/mouw), er zijn nu 19-19-20-20-21-21 steken over na de laatste markeerdraad (= ½ achterpand). Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei nu verkorte toeren over de steken in de hals voor een betere pasvorm, terwijl u TEGELIJKERTIJD steken meerdert voor de schouder en in patroon breit op de schouders/mouwen (= 13 steken) als volgt: NAALD 1 (aan de goede kant): Brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1, meerder 2 steken voor de SCHOUDER – zie uitleg hierboven, brei A.1A (= 7 steken), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 2 (op de verkeerde kant): Brei A.1A, averecht tot markeerdraad 4, A.1B (= 7 steken – u leest het telpatroon van links naar rechts wanneer u aan de verkeerde kant breit), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 3: Brei A.1B, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1 en meerder 2 steken voor de schouder, brei A.2 (= 13 steken), markeerdraad 2 is hier, keer het werk en trek de draad aan. NAALD 4: Brei A.2, averecht tot markeerdraad 4, brei A.2 – begin op naald 2 in het telpatroon, markeerdraad 3 is hier, keer het werk en trek de draad aan. NAALD 5: Brei A.2, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1, meerder 2 steken voor de schouder, ga verder met A.2 en meerder 2 steken voor de schouder op het voorpand, (dus u breit dan als volgt na markeerdraad 2: 1 recht, 1 omslag, 2 recht, 1 omslag), 1 recht, (= 4 steken + 2 omslagen op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 6: Brei averecht tot markeerdraad 2 (=6 steken averecht op het voorpand), ga verder met A.2, brei averecht tot markeerdraad 4, ga verder met A.2, 4 steken averecht op het voorpand (= 4 steken voorbij markeerdraad 3) keer het werk en trek de draad aan. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! NAALD 7: 1 recht, meerder 2 steken voor de schouder (= 4 steken + 2 omslagen op het voorpand), ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1, meerder 2 steken voor de schouder, ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder op het voorpand en brei recht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 8 steken + 2 omslagen op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 8: Brei averecht tot markeerdraad 2 (= 10 averechte steken op het voorpand), ga verder met A.2, brei averecht tot markeerdraad 4, ga verder met A.2 en brei averecht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 8 steken op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 9: Brei recht tot 3 steken voor de markeerdraad, meerder 2 steken voor de schouder (= 8 gebreide steken + 2 omslagen op het voorpand), ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1, meerder 2 steken voor de schouder, ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder op het voorpand, brei recht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 12 steken + 2 omslagen op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 10: Brei averecht tot markeerdraad 2 (= 14 averechte steken op het voorpand), ga verder met A.2, brei averecht tot markeerdraad 4, ga verder met A.2 en brei averecht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 12 steken op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 11: Brei recht tot 3 steken voor de markeerdraad, meerder 2 steken voor de schouder (= 12 gebreide steken + 2 omslagen op het voorpand), ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot 3 steken voor markeerdraad 1, meerder 2 steken voor de schouder, ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder op het voorpand, brei recht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 16 steken + 2 omslagen op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 12: Brei averecht tot markeerdraad 2 (= 18 averechte steken op het voorpand), ga verder met A.2, brei averecht tot markeerdraad 4, ga verder met A.2 en averecht over nog 2 steken meer dan op de vorige naald op het voorpand (= 16 steken op het voorpand), keer het werk en trek de draad aan. NAALD 13: Brei recht tot 3 steken voor de markeerdraad, meerder 2 steken voor de schouder (= 18 steken voor de volgende markeerdraad), ga verder met A.2, meerder 2 steken voor de schouder, brei recht tot midden achter (= begin van de naald). Ga verder in patroon maar zonder te meerderen tot markeerdraad 2. U heeft nu 11 naalden van A.2 gebreid. Knip de draad af. U heeft nu 4 keer 2 steken voor de schouder gemeerderd aan elke kant van het voorpand en 6 keer 2 steken voor de schouder aan elke kant van het achterpand = 142-142-146-146-150-150 steken (= 54-54-56-56-58-58 steken op het voorpand en 62-62-64-64-66-66 steken op het achterpand) De verkorte toeren zijn nu klaar en u gaat verder in de rondte met de rondbreinaald. Begin bij de markeerdraad midden achter. Ga op de volgende naald verder met de meerderingen voor de schouder (= brei de gemeerderde steken op het voor- en achterpand in tricotsteek) en brei A.2 zoals hiervoor, TEGELIJKERTIJD op de naald met een pijl in A.2 (dus voordat de meerderingen voor de schouder klaar zijn) begint u met de meerderingen voor de mouwkop (= brei de gemeerderde steken averecht en brei ze dan in A.2 als het patroon naar buiten toe groter wordt). Als A.2 klaar is in de hoogte, herhaal dan A.3 over A.2 tot de gewenste lengte. Meerder voor de schouder en voor de mouwkop zoals beschreven hieronder: MEERDER VOOR DE SCHOUDER ALS VOLGT: LET OP: U meerdert verschillend op de voor- en achterpanden en op de naalden na de meerderingen, worden de omslagen gedraaid gebreid om gaatjes te voorkomen - Denk om SCHOUDER! MEERDER OP HET ACHTERPAND (= tussen markeerdraden 4 en 1): Meerder 2 steken iedere 2e naald in totaal 2-3-5-7-8-10 keer, meerder dan 1 steek iedere 2e naald in totaal 9-11-12-14-16-18 keer. MEERDER OP HET VOORPAND (= tussen markeerdraden 2 en 3): Meerder 2 steken iedere 2e naald in totaal 6-7-9-11-12-14 keer, meerder dan 1 steek iedere 2e naald in totaal 5-7-8-10-12-14 keer. Na alle meerderingen voor de schouder zijn er 88-96-108-120-130-142 steken op zowel de voor- als de achterpanden. MEERDER VOOR DE MOUWKOP ALS VOLGT: Begin op de naald met een pijl in telpatroon A.2 met meerderen voor de MOUWKOP – zie uitleg hierboven. Meerder 1 steek op elke kant van A.2 op iedere schouder/mouw (= 4 steken gemeerderd op de naald). Meerder op deze manier iedere naald in totaal 1-4-6-4-4-2 keer en dan iedere 2e naald in totaal 25-26-28-32-34-38 keer. Er moeten op zijn minst altijd 2 averechte steken zijn op elke kant van het kantpatroon A.2 op de mouwen. Als alle meerderingen voor de mouwkop klaar zijn, zijn er 65-73-81-85-89-93 steken op elke mouw. Na alle meerderingen voor de schouder en de mouwkop zijn er 306-338-378-410-438-470 steken op de naald en meet het werk 31-33-35-37-38-41 cm (gemeten vanaf de schouder naar beneden). Er zijn nu 4-8-12-14-16-18 averechte steken aan elke kant van het kantpatroon (inclusief de 2 steken aan elke kant van A.2). Brei de volgende naald als volgt: Brei 44-48-54-60-65-71 steken tricotsteek (= ½ achterpand), plaats de volgende 65-73-81-85-89-93 steken op 1 hulpdraad (= mouw), zet 4 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei 88-96-108-120-130-142 steken tricotsteek (= voorpand), plaats de volgende 65-73-81-85-89-93 steken op 1 hulpdraad (= mouw), zet 4 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 44-48-54-60-65-71 steken in tricotsteek (= ½ achterpand). LIJF: = 184-200-224-248-268-292 steken. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! Verdeel nu het werk in het midden van de 4 nieuwe steken onder elke mouw en de voor- en achterpanden worden apart heen en weer verder gebreid op de rondbreinaald tot de gewenste lengte. ACHTERPAND: = 92-100-112-124-134-146 steken. Brei tricotsteek met 3 kantsteken in RIBBELSTEEK – zie uitleg hierboven, aan elke kant. Meerder bij een hoogte van 3 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant – lees TIP VOOR HET MEERDEREN (= 2 steken gemeerderd). Meerder op deze manier iedere 14e-14e-14e-14e-14e-14e naald in totaal 4 keer aan elke kant = 100-108-120-132-142-154 steken. Ga bij een hoogte van 24-24-24-24-25-24 cm vanaf de scheiding, verder met rondbreinaald 3 mm. Brei 3 ribbels, ga weer verder met rondbreinaald 4 mm en kant dan losjes af. De trui meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de bovenkant van de schouder naar beneden. VOORPAND: = 92-100-112-124-134-146 steken. Brei op dezelfde manier als het achterpand. MOUW: Plaats de 65-73-81-85-89-93 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 4 opgezette steken onder de mouw = 69-77-85-89-93-97 steken op de naald. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 4 nieuwe steken midden onder de mouw en neem de markeerdraad gaandeweg mee tijdens het breien. Ga verder met A.3 zoals hiervoor, brei 1 steek recht aan elke kant van de markeerdraad midden onder de mouw en brei de overgebleven steken op de naald averecht. Bij een hoogte van 3 cm vanaf de scheiding, mindert u 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Herhaal het minderen bij een hoogte van 8-8-7-7-6-6 cm = 65-73-81-85-89-93 steken. Brei verder tot het werk 14-12-11-11-11-12 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3 mm. Brei 3 ribbels over alle steken, ga verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm en kant af. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de zijnaden in de buitenste lus van de buitenste steek zodat de naad plat is, maar stop als er 6 cm over is aan elke kant (= split). |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #vanillakisssweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 33 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 178-16
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.