DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS Fabel yarn
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.53 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.59€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425
DROPS Extra 0-1241

#acquadimareshawl

DROPS design: Model nr. fa-331
Garengroep A
----------------------------------------------------------
Maten:
Ongeveer 50 cm hoog, gemeten langs de middelste steek
Ongeveer 150 cm breed gemeten aan de bovenkant.
Materiaal:
DROPS FABEL van Garnstudio
100 gr. kleur nr. 100, naturel
50 gr. kleur nr. 914, shoreline

Of gebruik:
DROPS FLORA van Garnstudio
100 gr. kleur nr. 01, naturel
50 gr. kleur nr. 13, denimblauw

DROPS RONDBREINLD (80 cm) 3,5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 23 st x 45 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
DROPS 2 BREINLD ZONDER KNOP 3,5 mm – voor de kanten rand
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.53 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.59€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.3. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

STREPEN:
* 6 nld naturel, 6 nld shoreline *, herhaal van *-*.
----------------------------------------------------------

OMSLAGDOEK:
Wordt heen en weer gebreid op een rondbreinld zodat alle st goed op de nld passen. Brei van boven naar beneden.
Zet 7 st op met rondbreinld 3,5 mm en naturel Fabel of Flora. Plaats 1 markeerder in de 4e st op de nld (= middelste st) en neem de markeerder gaandeweg mee naar boven.
Brei als volgt: 2 kant st in RIBBELST - zie uitleg boven, A.1A over 1 st, 1 st in tricotst (= mid st), A.1B over 1 st en 2 kant st in ribbelst = 11 st.

Ga verder met A.1A en A.1B aan elke kant van de mid st (brei mid st in tricotst tot het werk klaar is). Als het telpatroon een keer in de hoogte is gebreid, staan er 35 st op de nld (dus 17 st aan elke kant van de mid st). Ga verder in ribbelst en meerder op dezelfde manier tot er 275 st op de nld staan (het werk meet nu ongeveer 27 cm langs de mid st en 108 cm langs de rand aan de bovenkant). DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Brei dan STREPEN - zie uitleg boven - en brei TEGELIJKERTIJD in patroon volgens telpatroon A.2 als volgt: 2 kant st in ribbelst, A.2A over 2 st, brei A.2B over de volgende 130 st (= 10 patroonherhalingen van 13 st), A.2C over 2 st, 3 st in tricotst (= de middelste van deze 3 = mid st), A.2D over 2 st, A.2B over de volgende 130 st (= 10 patroonherhalingen van 13 st), A.2E over 2 st en 2 kant st in ribbelst. Ga zo verder in patroon. Als A.2B een keer in de hoogte is gebreid, staan er 407 st op de nld (dus 203 st aan elke kant van de mid st).

Brei de volgende nld als volgt: 2 kant st in ribbelst, A.2A over 2 st, brei A.2F over de volgende 187 st (= 11 patroonherhalingen van 17 st), ga verder en brei A.2C als hiervoor (dus brei op deze nld 11 st tricotst, 1 omsl), 3 st tricotst (= mid st), ga verder met A.2D als hiervoor (dus brei op deze nld 1 omsl, brei dan 11 st tricotst), brei A.2F over de volgende 187 st (= 11 patroonherhalingen van 17 st), brei A.2E over 2 st en eindig met 2 kant st in ribbelst. Ga zo verder in patroon. Zodra A.2C/A2D gemeerderd zijn tot 17 st is er ruimte voor nog 1 herhaling van A.2F aan elke kant van de 3 mid st (A.2C/A.2D gaat verder als hiervoor met 1 omsl aan elke kant van de 3 mid st). Als er 7 strepen in totaal klaar zijn, staan er 475 st op de nld en de laatste streep is in naturel, houd de st op de nld.

KANTEN RAND:
Brei een kanten rand langs de onderkant van de omslagdoek. Verbind de kanten rand aan de goede kant met de omslagdoek door steeds de 2 eerste/volgende st op de nld van de omslagdoek recht samen te breien met de eerste st op de kanten rand als volgt:
Zet 12 st op met breinld zonder knop 3,5 mm en shoreline en brei in patroon heen en weer op de nld volgens telpatroon A.3 – brei TEGELIJKERTIJD aan het begin van elke nld aan de goede kant op de kanten rand de twee eerste/volgende st op de nld van de omslagdoek recht samen met de eerste st in A.3. Ga zo verder langs de hele rand van de omslagdoek, maar brei over de middelste 9 st op de omslagdoek de eerste st in A.3 samen met slechts één st van de omslagdoek (dus niet met twee st van de omslagdoek) – zo krijgt de rand langs de punt aan de onderkant wat meer ruimte en zal hij niet omkrullen.

Knip de draad af en zet vast. Maak het werk op en rek het op tot de juiste afmetingen. Laat drogen.

Telpatroon

recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant<br />
= recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
r aan de verkeerde kant <br />
= r aan de verkeerde kant
1 r afh, 1 r, afgeh st overh<br />
= 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
2 r samen (zowel aan de goede kant als aan de verkeerde kant)<br />
= 2 r samen (zowel aan de goede kant als aan de verkeerde kant)
1 dubbele omsl tussen 2 st, laat in de volgende nld een omsl van de nld glijden en brei de andere omsl r<br />
= 1 dubbele omsl tussen 2 st, laat in de volgende nld een omsl van de nld glijden en brei de andere omsl r
1 omsl tussen 2 st, brei de omsl in de volgende nld gedraaid r<br />
= 1 omsl tussen 2 st, brei de omsl in de volgende nld gedraaid r
1 omsl tussen 2 st, brei de omsl in de volgende nld r<br />
= 1 omsl tussen 2 st, brei de omsl in de volgende nld r
1 dubbele omsl tussen 2 st, 2 r samen<br />
= 1 dubbele omsl tussen 2 st, 2 r samen
kant 1 st af<br />
= kant 1 st af
brei de twee eerste/volgende st op omslagdoek r samen met deze st <br />
= brei de twee eerste/volgende st op omslagdoek r samen met deze st
Diagram for DROPS Extra 0-1241
Diagram for DROPS Extra 0-1241
Diagram for DROPS Extra 0-1241
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS Extra 0-1241

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (34)

country flag Elisabeth schreef:

Hvordan skal jeg strikke blondekanten? Skal mønsteret leses fra høyre eller venstre? Og skal kanten festes til sjalet på høyre eller venstre side av diagrammet?

10.04.2017 - 21:05

DROPS Design antwoorde:

Hei Elisabeth. Du strikker blondekanten etter diagram A.3 og man leser diagrammet fra høyre til venstre. Legg sjalet ned (det hvite) med retten opp, legg opp 12 masker, snu arb, strikk etter diagram A.3 (fra høyre) samtidig som de to første/neste maskene strikkes sammen. God fornøyelse!

20.04.2017 - 14:29

country flag Raquel Gaskell schreef:

Thank you for your help and prompt reply. Kind Regards.

10.08.2016 - 11:38

country flag Raquel Gaskell schreef:

Drops Extra 0-1241 / pattern fa-331 Acqua di Mare shawl. I have just completed 7 stripes, however, I have counted my stitches and they total 479 instead of 473. I'm not sure where I've gone wrong - please help. After 6th stripe I completed another repetition of rows 1-6 on chart A2.A, A.2F, A2.C, (3 mid sts), A2.D, A2.F & A2.E to make 7th stripe. I therefore cannot proceed with lace edging because the stitch count is incorrect.Thank you.

08.08.2016 - 17:24

DROPS Design antwoorde:

Dear Mrs Gaskell, there was a small mistake in the number of sts, ie you should have 475 sts: 2 edge sts, A.2 A (= 19 sts), A.2F (= 17 sts x 12), A.2C (= 11 sts), 3 sts (mid sts), A.2D (= 11 sts), A.2 F (= 17 sts x 12), A.2E (= 19 sts), 2 edge sts = 475 sts. Happy knitting!

10.08.2016 - 10:52

country flag Birgit Jürgens schreef:

Guten Tag, ich komme mit dem Rüschenrand nicht zurecht, wie stricke ich den doppelten Umschlag in der Rückreihe? Danke für eine Antwort! Gruß Birgit Jürgens

19.07.2016 - 12:01

DROPS Design antwoorde:

Liebe Birgit, lesen Sie die Rückreihen von links nach rechts (also in Leserichtung) und stricken die angegebenen Symbole nacheinander, auch die Umschläge zählen als Masche: also 3 re, 1 li, 4 re, 1 li etc.

20.07.2016 - 15:16

country flag Catherine schreef:

Bonsoir Merci beaucoup j'ai enfin compris mon erreur grâce a vos explications en faite en plus de ne pas comprendre la première maille j'étais rester sur le double jeté du châle je n'avais donc aucune augmentation évidemment je ne pouvais pas avoir le même rendu Merci beaucoup d'avoir répondu aussi vite .

11.07.2016 - 22:41

country flag Catherine schreef:

Bonsoir j'ai fini le châle mais je rencontre un problème je pense pour la première maille de la bordure que je n 'arrive pas a réaliser je ne la comprends pas en faite; celle avec le petit rond a l 'intérieur la toute première que l on doit rattacher au châle et je n'obtiens pas du tout le même rendu pourriez vous m'aider ? merci

08.07.2016 - 23:52

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Catherine, quand vous tricotez les 12 m de la bordure sur l'endroit, glissez 2 m du châle sur l'aiguille gauche et tricotez ces 2 m du châle avec la 1ère m de la bordure (= 3 m ens à l'end), tricotez les mailles restantes de A.3, puis le rang retour sur l'envers comme dans le diagramme et continuez ainsi en tricotant la 1ère m de A.3 (= bordure) avec les 2 m suivantes du châle (au milieu du châle, on tricote les 9 m centrales du châle une à une avec la 1ère m de A.3 et on continue ensuite de nouveau avec 2 m du châle). Bon tricot!

11.07.2016 - 08:55

country flag Amppeli schreef:

Pitsin yhdistäminen ja ne 7 s kavennukset ei mene tuon kuvion mukaan oikein. Siinähän lanka jäisi vasemmalle ja työ jatkuu oikealle kavennusten jälkeen..? Vaikea ohje tai vaikeasti selitetty?

19.06.2016 - 10:06

country flag Eija Appel schreef:

Asia ymmärretty! Tein itse 1:llä keskisilmukalla, ja siksi tämä hämäsi. Turha kysymys!

15.06.2016 - 08:28

country flag Eija Appel schreef:

Hei, raidoituksen keskiosa aiheuttaa ongelmia: *3 s sileää neuletta* (keskimmäinen näistä 3 s = keski-s), neulo piirroksen A.2D mallineuletta.. Tähdellä merkitty kohta: kun siinä ensin neulotaan 2 s ja yksi lisäys, niin se asettuu reikien kohtaan. Tuota 3 s sileää en ymmärrä, siinä keskikohta leviää?? Kiitos vastauksesta etukäteen!

15.06.2016 - 08:11

country flag Adeline schreef:

Bonjour, je pense qu'il ya une erreur sur le 4e rg du dernier diagramme, et un oubli de traduction pour le double jeté. Merci pour tous ces modèles..

08.06.2016 - 00:19

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Adeline et merci, la légende a été corrigée - et l'information sur A.3 transférée à nos stylistes. Bon tricot!

08.06.2016 - 08:53