DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 39.92€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Sigrid Jacket

Gebreid DROPS vest met valse raglan, split en structuurpatroon van ”Air”. Maat: S - XXXL.

DROPS 166-11
DROPS design: Model nr. ai-020
Garengroep C of A en A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS AIR van Garnstudio
400-450-450-500-550-600 gr. kleur nr. 10, mist

DROPS RONDBREINLD (60 cm) 5,5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 16 st x 20 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (60 cm) 5 mm – voor de boordsteek.
DROPS PARELMOER KNOOP: rond (blauw), NR. 612: 6 stuks voor alle maten
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 39.92€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.6. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 st door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid (dus brei achter in de steek in plaats van voor in de steek) om gaatjes te voorkomen. LET OP: Brei de gemeerderde st gaandeweg mee in telpatroon A.4.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 st als volgt: alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt!
Minder als volgt na A.3: 2 r samen.
Minder als volgt voor A.3: brei tot 2 st voor A.3, 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.

KNOOPSGATEN:
Maak knoopsgaten op de rechtervoorbies. 1 knoopsgat = brei de derde en vierde st vanaf de kant samen en maak 1 omsl.
Maak knoopsgaten bij een hoogte van:
MAAT S: 25, 33, 41, 49, 57 en 65 cm.
MAAT M: 25, 33, 42, 50, 59 en 67 cm.
MAAT L: 27, 35, 44, 52, 61 en 69 cm.
MAAT XL: 28, 37, 45, 54, 62 en 71 cm.
MAAT XXL: 28, 37, 46, 55, 64 en 73 cm.
MAAT XXXL: 30, 39, 48, 57, 66 en 75 cm.
----------------------------------------------------------

VEST:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld en later in elkaar genaaid.

ACHTERPAND:
Zet 95-98-101-107-113-116 st op met rondbreinld 5 mm en Air. Brei boordsteek als volgt: A.1 (= 8 st), 1 r, * 2 av, 1 r *, herhaal van *-* tot er 8 st over zijn op de nld, A.2 (= 8 st). Ga zo verder heen en weer tot het werk 4 cm meet. Ga in de volgende nld aan de goede kant verder met rondbreinld 5,5 mm en brei als volgt: A.1, tricotst over de volgende 79-82-85-91-97-100 st, minder TEGELIJKERTIJD 15-14-15-17-21-20 st gelijkmatig, A.2 = 80-84-86-90-92-96 st op de nld in totaal. Ga verder in tricotst en met A.1 en A.2 aan elke zijkant als eerder tot het werk 22 cm meet in alle maten. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Zet aan het einde van de volgende 2 nld 2 nieuwe st op (deze markeren de splitten) = 84-88-90-94-96-100 st. Brei nu A.3 (= 9 st) boven A.1 en A.2. dus naast de kant st in RIBBELST - zie uitleg boven - aan elke kant. Begin bij een hoogte van 26-24-24-23-23-23 cm met het verschuiven van A.3 richting middenachter. Brei 1 kant st in ribbelst, meerder 1 st - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN, A.3, minder 1 st - LEES TIP VOOR HET MINDEREN, tricotst tot er 2 st over zijn voor de volgende A.3, minder 1 st, A.3, meerder 1 st, 1 kant st in ribbelst. Herhaal dit verschuiven van A.3 elke 4e nld nog 17-19-20-21-22-24 keer. LET OP: Meerder altijd naast de kant st in ribbelst aan elke kant. Zet TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 60-61-62-63-64-65 cm 1 nieuwe st op aan het einde van de volgende 2 nld voor de armsgaten = 86-90-92-96-98-102 st. Ga verder in patroon als hiervoor naast de kant st in ribbelst en 1 st in tricotst aan elke kant. Brei de 82-86-88-92-94-98 middelste st in patroon als hiervoor.
Kant bij een hoogte van 74-76-78-80-82-84 cm de middelste 24-24-24-26-26-26 st af voor de hals en eindig elke schouder apart. Kant in de volgende nld langs de hals 1 st af = 30-32-33-34-35-37 st over op elke schouder. Brei bij een hoogte van 76-78-80-82-84-86 cm 1 ribbel over alle st. Kant alle st af. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

RECHTERVOORPAND:
Zet 55-55-58-61-64-64 st op met rondbreinld 5 mm en Air. Brei boordsteek als volgt: A.5 (= voorbies), 1 r, * 2 av, 1 r *, herhaal van *-* tot er 8 st over zijn, A.2. Ga zo verder heen en weer tot het werk 4 cm meet. Ga in de volgende nld aan de goede kant verder met rondbreinld 5,5 mm en brei als volgt: A.5 (= 7 st), tricotst tot er 8 st over zijn, minder TEGELIJKERTIJD 8-6-8-9-11-9 st gelijkmatig over deze st, A.2 = 47-49-50-52-53-55 st. Ga verder in tricotst en brei A.5 over de voorbies en A.2 aan de zijkant als eerder tot het werk 22 cm meet. Zet nu 2 nieuwe st op aan de zijkant (= markeert de split) = 49-51-52-54-55-57 st. DENK OM DE KNOOPSGATEN!
Brei nu A.3 boven A.2 en de een na laatste st op de nld en brei 1 kant st in ribbelst aan de zijkant. Begin bij een hoogte van 26-24-24-23-23-23 cm met het verschuiven van A.3 middenvoor. Minder 1 st voor A.3 en meerder 1 st voor de laatste st op de nld. Herhaal dit verschuiven van A.3 elke 4e nld nog 17-19-20-21-22-24 keer. LET OP: meerder altijd naast de kant st in ribbelst aan de zijkant. Zet TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 60-61-62-63-64-65 cm 1 nieuwe st op aan het einde van de volgende nld aan de goede kant voor het armsgat = 50-52-53-55-56-58 st. Ga verder in patroon als hiervoor met 1 kant st in ribbelst en 1 st in tricotst aan de zijkant. Zet bij een hoogte van 64-66-68-69-71-73 cm de eerste 14-14-14-15-15-15 st op een hulpdraad voor de hals. Kant dan af elke nld langs de hals als volgt: 1 keer 3 st, 1 keer 2 st en 1 keer 1 st = 30-32-33-34-35-37 st over voor de schouder. Brei de kant st langs de hals in ribbelst. Brei bij een hoogte van 76-78-80-82-84-86 cm 1 ribbel over alle st. Kant alle st af.

LINKERVOORPAND:
Zet op en brei als het rechtervoorpand maar in spiegelbeeld. Dus brei als volgt in de eerste nld: A.1, 1 r, * 2 av, 1 r *, herhaal van *-* tot er 7 st over zijn, A.6 (= voorbies). Zet bij een hoogte van 22 cm 2 nieuwe st op aan de zijkant (markeert de split). Brei nu A.3 over de 2e st op de nld en A.1. verschuif vanaf een hoogte van 26-24-24-23-23-23 cm A.3 middenvoor. Meerder 1 st na de 1 kant st in ribbelst aan de zijkant en minder 1 st na A.3. Ga verder en verschuif op dezelfde manier als op het rechtervoorpand en zet TEGELIJKERTIJD 1 nieuwe st op voor het armsgat - pas aan het rechtervoorpand aan. Zet bij een hoogte van 64-66-68-69-74-73 cm de eerste 14-14-14-15-15-15 st gezien aan de verkeerde kant op een hulpdraad voor de hals. Kant dan af st elke nld langs de hals als volgt: 1 keer 3 st, 1 keer 2 st en 1 keer 1 st = 30-32-33-34-35-37 st. Brei de kant st langs de hals in ribbelst. Brei bij een hoogte van 76-78-80-82-84-86 cm 1 ribbel over alle st. Kant alle st af.

MOUW:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet 39-41-43-43-43-45 st op met rondbreinld 5 mm en Air. Brei boordsteek als volgt: 1 kant st in ribbelst, 1 r, * 1 av, 1 r *, herhaal van *-* tot er 1 st overblijft, 1 kant st in ribbelst. Ga als de boordsteek 4 cm meet verder met rondbreinld 5,5 mm en in patroon als volgt: 1 kant st in ribbelst, brei de laatste st in A.4, herhaal A.4 tot er 1 st overblijft, 1 kant st in ribbelst. Meerder bij een hoogte van 10 cm 1 st naast de kant st in ribbelst aan elke kant. Brei de gemeerderde st in patroon A.4. Herhaal dit meerderen elke 5½-4½-4½-3½-3-3 cm nog 6-7-7-9-11-11 keer = 53-57-59-63-67-69 st. Brei als de mouw 46 cm meet in alle maten een mouwkop met verkorte toeren als volgt, begin aan de goede kant: brei tot er 8-9-9-10-11-12 st over zijn, keer en brei tot er 8-9-9-10-11-12 st over zijn, keer en brei tot er 17-19-19-21-22-23 st over zijn, keer en brei tot er 17-19-19-21-22-23 st over zijn, keer en brei over alle st. Kant alle st af aan de goede kant. Brei nog een mouw.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de mouwen in het lijf naast de kant st in ribbelst. Naai de onderarmnaden en zijnaden samen naast de kant st in ribbelst maar laat 22 cm los voor de split aan de onderkant van het lijf. Naai de knopen op de linkervoorbies.

HALSRAND:
Begin aan de goede kant op het rechtervoorpand en neem ongeveer 120-130 st op (incl. de st op de hulpdraden aan het voorpand). Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en pas het aantal st aan naar 90-90-90-96-96-96 st – minder niet over de voorbeizen maar brei deze als eerder. Brei nu boordsteek (1 r/2 av) naast de voorbies st aan elke kant, eindig met 1 r voor de laatste voorbies. Kant als de boordsteek 3 cm meet af met recht boven recht en averecht boven averecht.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 21.01.2016
RECHTERVOORPAND: (A.2 i.p.v. A.5) ...minder TEGELIJKERTIJD 8-6-8-9-11-9 st gelijkmatig over deze st, A.2 = 47-49-50-52-53-55 st.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 166-11

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (73)

country flag Eva Gustavson wrote:

Ska denna verkligen stickas i rätstickning alla varv : är det inte slätstickning ??? Instruktioner RÄTST (stickas fram och tillbaka): Maskorna stickas räta på alla varv.

06.07.2019 - 11:24

DROPS Design answered:

Hej. Det är bara en förklaring på hur man stickar rätstickning som vi har längst upp på mönstret. Hela koftan stickas inte i rätstickning (bara t.ex kantm, som det står i mönstret). Lycka till!

08.07.2019 - 08:54

country flag Kitty Neijssel wrote:

Sorry, ik heb een paar keer een vergissing gemaakt met de wijdtematen van het vest. Bij XXXL staat onder de patroontekening 60 cm. De wijdte van het vest wordt dan 120 cm. En dat is voor XXXL toch echt te krap. Bovendien is op de foto duidelijk te zien dat het vest een behoorlijke overwijdte heeft. Ik zie daar geen vertekening in. Ik heb voor de boeken van Stella Ruhe over Nederlandse visserstruien 5 truien gebreid. Dus ik ben geen beginneling op "breigebied".

05.05.2019 - 22:20

country flag Kitty Neijssel wrote:

Aanvulling op mijn vraag. Ik brei voor de zekerheid maat XXXL, heb de rug bijna klaar maar het bevalt me echt niet. Ik heb precies de juiste stekenverhouding. Daar let ik altijd goed op. Het vest geeft op deze manier niet voldoende overwijdte, ondanks de lange splitten. Kunt u mij uitleggen hoe dit zit?

05.05.2019 - 12:44

DROPS Design answered:

Dag Kitty,

Met de aangegeven stekenverhouding, zou je een vest moeten krijgen met de maten zoals die aangegeven zijn in de tekening onderaan het patroon. Het beeld op de foto kan altijd wat vertekend zijn, dus je moet kijken naar de maten in de schematekening.

05.05.2019 - 16:13

country flag Kitty Neijssel wrote:

Allereerst wil ik zeggen dat ik een enorme fan ben van Drops, zowel de garens als de patronen. Ik heb echter bij dit patroon een vraag. Ik heb maat 46/48. Meestal brei ik de XXL variant maar bij dit patroon heb ik mijn bedenkingen wat betreft de maten bij de patroontekening. Op de foto is te zien dat het vest een ruime overwijdte heeft. Bij de patroontekening staat bij XXL een wijdte van 58 cm, d.w.z. dat het vest 116 cm wijd wordt. Ik ben XXXL aan het breien maar dit wordt geen vest voor mij!

05.05.2019 - 12:08

DROPS Design answered:

Dag Kitty,

Zie mijn antwoord hierboven op je andere vraag. Hopelijk kun je nu verder.

05.05.2019 - 16:14

country flag Vania wrote:

Hi jacket coming along nicely ☺️I was curious why for left front piece there is no decrease after you knit 8 3/4 length and there is a decrease evenly on right side?

26.07.2018 - 02:51

DROPS Design answered:

Dear Vania, when piece measures 8 3/4" you cast on 2 new sts on each side on back piece and only on one side (towards back piece) on each front piece. I may misunderstand your meaning seing no decrease at 8 3/4". Happy knitting!

26.07.2018 - 10:12

country flag V Wengel wrote:

When it says bind off 3 st one time, 2 st one time and 1 stitch 1 time, do you bind off 3 at the beginning of the RS after I slipped the stitches on holder then at the beginning of the ws row bind off 2 one time then on RS row bind off 1 st 1 time and then repeat until there are 30stitcnes?

06.07.2018 - 03:24

DROPS Design answered:

Deear Mrs Wengel, these sts are bound off for neck: work 1 row from RS (right front piece) slipping the first 14 sts on a st holder, then work row to the end, turn and work row from WS. At the beg of next row from RS bind off 3 sts, work row to the end, turn and work next row from WS. At the beg of next row from RS bind off 2 sts, and so on. i.e. you will bind off the sts for neck at the beg of each row from RS (towards neck) on right front piece (= at the beg of each row from WS for the left front piece). Happy knitting!

06.07.2018 - 08:27

country flag V Wengel wrote:

I’m finishing up the right front piece. I’m on RS. Do I slip the14 st into my holder or do I knit the 14 in pattern then put them on a holder? Thank you 🌷

04.07.2018 - 20:23

DROPS Design answered:

Dear Mrs Wengel, to avoid cutting the yarn, work these 14 sts first at the beg of the round and slip them on a st holder, then continue row as before. Happy knitting!

05.07.2018 - 07:34

country flag Vania wrote:

On right front piece, I did first row perfect, when doing ribbing on wrong side do I start with p1, *k2p1* in order for the ribbing to come out proper? Thank you

13.06.2018 - 16:35

DROPS Design answered:

Dear Vania, read diagram from the left towards the right from RS and work ribbing K over K and P over P, ie, the P2/K1 from RS will be worked P1/K2 from RS. Happy knitting!

14.06.2018 - 08:20

country flag Vania wrote:

Thank you very much. I wrote out exactly all 4 rows and I couldn’t fit it in this comment box . If row 1 is correct I can do row 1 first and then go from there. Let’s clarify row 1. 1 garter,yo purlwise,A3,knit 2 together,stockinette, slip knit wise, knit one,pass over stitch, yo knitwise, 1 garter?

23.05.2018 - 14:41

DROPS Design answered:

Dear Vania, you increase twice on row 1 with a YO and work this YO on row 2 as first st in A.1 (= P from WS), on row 2 you will work the first st in A.4 = K from RS. On row 3 you will work the new st as 1st st in A.4 (= P from RS) and on row 4 you will work this st P from WS. On row 5 you will inc one more st on each side and this st will be worked as 2nd st in A.4 (= K from RS and P from WS) and increase again 4 rows higher and these new sts will be now worked as the 1st st in A.4 (= new repeat of A.4), on next increase row you will work the 4th increase st as 2nd st in A.4 and so on. Happy knitting!

23.05.2018 - 14:55

country flag Vania wrote:

On row 3 are the one yo’s on Each side worked as purl.? Then when I get 2 or more yo’s on the sides do I work chart a 4 like this: 1 garter st, purl 1, k1,A3,stockinette,a3,k1 purl 1, 1garter st? I’m just thinking it will look the same. I’m just having trouble how A4 is worked on both sides. thank you 😊 hopefully I will have no more questions for a while

23.05.2018 - 00:59

DROPS Design answered:

Dear Vania, oops I think I was wrong yesterday, the first increase will be worked as the first st in A.4 = K from WS (= twisted to avoid a hole). The 2nd increase will be worked as the 2nd st in A.4, ie on row 3 you will K the first st in A.4, YO (= increase) and on row 4 you will work the YO as the 2nd st in A.4 (= P from WS ) and P the first st in A.4 (from WS read diagram from the left towards the right). Next increase will be worked as 1st st in A.4 and next increase will be worked as the 2nd st in A.4 and so on. Happy knitting!

23.05.2018 - 08:33