Davina schreef:
When increasing on the 21sts for the yoke, do we carry on increasing these 2 sts on the next rounds, or is this only for the first round. Thank you
23.02.2024 - 18:44DROPS Design antwoorde:
Dear Davina, these increases are worked only on the first round on yoke; then you will only increase for raglan before/after A.1. Happy knitting !
26.02.2024 - 07:19
Debora schreef:
Buonasera, nella spiegazione del collo non manca la parte a coste? Bel modello, grazie
11.02.2024 - 23:51DROPS Design antwoorde:
Buonasera Debora, grazie per la segnalazione: abbiamo aggiornato il modello. Buon lavoro!
13.02.2024 - 21:52
Joske schreef:
Ik zou graag een verhoogde achterhals breien. Hoe pas ik dit toe in dit patroon, ivm siersteken in de raglan. Mvg Joske
11.02.2024 - 09:24DROPS Design antwoorde:
Dag Joske,
Helaas is het voor ons niet mogelijk om patronen aan te passen naar persoonlijke wensen. Je zou verkorte toeren kunnen breien en er rekening mee houdend dat het patroon op de verkeerde kant andersom gebreid moet worden.
14.02.2024 - 20:21
KAROLINA schreef:
FIERY KISS
21.01.2024 - 11:26
LOHR Frédérique schreef:
Baiser volé
18.01.2024 - 19:46
Ann-Christine Corneliusson schreef:
Rosenblomma
18.01.2024 - 16:34
Raisa schreef:
Red beauty
18.01.2024 - 14:22
Red Sunrise#redsunrisesweater |
|||||||
![]() |
![]() |
||||||
Gebreide trui in DROPS Daisy. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan, reliëfpatroon, split in de zijkanten en punnikrand. Maten S - XXXL.
DROPS 248-10 |
|||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- PATROON: Zie telpatroon A.1. Kies het telpatroon voor uw maat. PUNNIKRAND: EERSTE 2 STEKEN: Worden als volgt gebreid op iedere naald: Haal 1 steek averecht af met het garen aan de voorkant, 1 recht. LAATSTE 2 STEKEN: Worden als volgt gebreid op iedere naald: Brei tot er 2 steken over zijn op de naald, haal 1 steek averecht af met het garen aan de voorkant, 1 recht. TIP VOOR HET MEERDEREN (verdeeld): Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, welke gedraaid wordt gebreid op de volgende naald om een gaatje te voorkomen. RAGLAN: Meerder 1 steek voor/na A.1 in elke overgang tussen het lijf en de mouwen. Meerder door 1 omslag te maken, welke als volgt wordt gebreid op de volgende naald. De nieuwe steken worden vervolgens in tricotsteek gebreid. VOOR A.1: Haal de omslag af en zet hem gedraaid terug op de naald (voeg de linker naald in vanaf de achterkant als u hem terug zet). Brei de steek recht in de voorste lus. Geen gaatje. NA A.1: Brei recht in de achterste lus, geen gaatje. TIP VOOR HET MINDEREN-1 (voor de zijkanten van het lijf): Minder aan elke kant van het lijf, op beide kanten van het deel in tricotsteek tussen A.1 op de voor- en achterpanden: Begin gelijk na A.1 op het voorpand, haal 1 steek recht af, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek, brei tot er 2 steken over zijn voor de volgende A.1, 2 recht samen. Herhaal op de andere kant van het lijf (4 steken geminderd). TIP VOOR HET MINDEREN-2 (voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Het patroon gebruikt zowel lange als korte rondbreinaalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, vanaf de rechter schouder achter, van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid terwijl de mouwen wachten. Het lijf wordt verdeeld voor de split aan elke kant en de voor- en achterpanden worden apart heen en weer verder gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid. HALS: Zet 108-112-116-124-128-132 steken op met rondbreinaald 3 mm en DROPS Daisy. Brei 1 naald recht. Brei dan boordsteek (1 averecht, 1 recht) in de rondte voor 4 cm. Voeg 1 markeerdraad in. De pas wordt vanaf hier gemeten. PAS: Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei dan als volgt vanaf de rechter schouder achter: Brei 21 tricotsteken en meerder 2-2-2-4-4-4 steken verdeeld over deze steken – lees TIP VOOR HET MEERDEREN (mouw), brei A.1, 15-17-19-19-21-23 tricotsteken en meerder 0-0-0-2-2-4 steken verdeeld over deze steken, brei A.1 (voorpand), 21 tricotsteken en meerder 2-2-2-4-4-4 steken verdeeld over deze steken (mouw), brei A.1, 15-17-19-19-21-23 tricotsteken en meerder 0-0-0-2-2-4 steken verdeeld over deze steken, brei A.1 = 112-116-120-136-140-148 steken. Ga verder met dit patroon in de rondte en begin tegelijkertijd met meerderen voor de RAGLAN – lees beschrijving hierboven. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Meerder voor de raglan na/voor A.1 in elke overgang tussen het lijf en de mouwen (8 gemeerderde steken) iedere 2e naald in totaal 5-6-10-13-12-11 keer = 152-164-200-240-236-236 steken. Ga verder met meerderen voor de raglan, maar iedere 2e meerdering is alleen op de voor- en achterpanden, dus meerder op de voor- en achterpanden iedere 2e naald en op de mouwen iedere 4e naald (afwisselend 4 en 8 steken gemeerderd). Meerder zo 24-26-24-22-26-30 keer op de voor- en achterpanden (12-13-12-11-13-15 keer op de mouwen). Na de laatste meerdering zijn er 296-320-344-372-392-416 steken en de pas meet ongeveer 21-23-24-25-27-29 cm vanaf de markeerdraad. Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen: Plaats de eerste 57-61-67-73-75-77 steken op 1 hulpdraad voor de mouw (deze worden de steken tussen A.1 op het achterpand en A.1 op het voorpand), zet 10-10-12-16-18-20 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei 91-99-105-113-121-131 steken zoals hiervoor (voorpand), plaats de volgende 57-61-67-73-75-77 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-16-18-20 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 91-99-105-113-121-131 steken zoals hiervoor (achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten. LIJF: = 202-218-234-258-278-302 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 10-10-12-16-18-20 opgezette steken onder elke mouw. Neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden gebruikt om de split aan te geven aan elke kant. Brei in tricotsteek in de rondte, ga verder met A.1 op de voor- en achterpanden en brei de 10-10-12-16-18-20 opgezette steken onder elke mouw in tricotsteek. Als het lijf 6 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken aan elke kant – lees TIP VOOR HET MINDEREN-1. Herhaal het minderen als het lijf 12 cm meet = 194-210-226-250-270-294 steken. Brei tot het lijf 20-20-20-21-21-21 cm meet vanaf de scheiding. Verdeel nu het werk op elke markeerdraad en eindig elke deel apart. VOORPAND: = 97-105-113-125-135-147 steken. Brei 1 naald zoals hiervoor aan de goede kant en meerder 2-2-3-3-4-5 steken aan elke kant tussen de markeerdraden en A.1 en 16-18-18-20-18-20 steken verdeeld tussen elke A.1 = 117-127-137-151-161-177 steken. Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei dan als volgt aan de verkeerde kant: 2 kantsteken in PUNNIKRAND – lees beschrijving hierboven, * 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 3 steken over zijn, 1 recht, 2 kantsteken in punnikrand. Ga verder met deze boordsteek heen en weer gebreid voor 6 cm. Kant af. De trui meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm vanaf de schouder. ACHTERPAND: Brei op dezelfde manier als het voorpand. MOUWEN: Plaats de 57-61-67-73-75-77 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 10-10-12-16-18-20 opgezette steken onder de mouw = 67-71-79-89-93-97 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 10-10-12-16-18-20 steken onder de mouw. Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 4-4-4-3-2-2 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN-2. Minder zo iedere 7-5½-3½-2½-2½-2 cm in totaal 5-6-9-13-14-15 keer = 57-59-61-63-65-67 steken. Brei tot de mouw 39-37-38-37-36-34 cm meet vanaf de scheiding. Er is 6 cm over. Pas de trui op en brei tot de gewenste lengte voor de boordsteek. Brei 1 naald recht en meerder 11-11-13-13-13-13 steken verdeeld = 68-70-74-76-78-80 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3 mm. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) voor 6 cm. Kant af. De mouw meet ongeveer 45-43-44-43-42-40 cm vanaf de scheiding. |
|||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||
|
|||||||
![]() |
|||||||
![]() |
|||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #redsunrisesweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 29 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 248-10
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.