Georgette schreef:
Prachtige trui geworden! Twee draden gebreid met heerlijk zacht materiaal. Patroon is duidelijk beschreven maar het is geen breiwerk voor iemand die net begint met breien. Door van boven naar beneden te breien is de lengte goed aan te passen. En het rondbreien met de rondbreinaald is fijn en achteraf geen enkele naad te sluiten. Eindresultaat is geweldig.
13.07.2021 - 14:54
Marion Peitz schreef:
Wo finde ich das Diagramm von Modell 223-7? Ich kann es in der Anleitung nicht finden. Danke
25.05.2021 - 20:24DROPS Design antwoorde:
Liebe Frau Peitz, Diagram A.1 finden Sie zwischen den Zeichenerklärungen und der Maßskizze, es wird über 2 Maschen und 4 Reihen gestrickt. Viel Spaß beim stricken!
26.05.2021 - 10:25
Annarita schreef:
Buongiorno, non ho capito bene se il lavoro è fatto tutto con un capo di Delight e un capo di Kid-Silk, come mai le quantità di filato che occorre non sono uguali? Oppure vanno usati entrambi i filati solo per una parte del lavoro? È possibile avere qualche chiarimento? Grazie!
04.05.2021 - 12:26DROPS Design antwoorde:
Buonasera Annarita, il maglione è lavorato con 1 capo per qualità: la quantità dei due filati è diversa perchè è diverso il loro metraggio. Buon lavoro!
04.05.2021 - 21:23
Alexandra Bühler schreef:
Stripes of Harmony
09.01.2021 - 15:44
Liz Barlow schreef:
Love the colour combination
07.01.2021 - 20:50
April Love#aprillovesweater |
|||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||
Gebreide trui in DROPS Delight en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan, kantpatroon en split in de zijkanten. Maten S - XXXL.
DROPS 223-7 |
|||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid): 1 ribbel in de hoogte = 2 naalden; Brei 1 naald recht en 1 naald averecht. RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel in de hoogte = Brei 2 recht naalden. PATROON: Zie telpatroon A.1. Het telpatroon laat alle de naalden in het patroon aan de goede kant zien. TIP VOOR HET MEERDEREN (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 69 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 3) = 23. In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na elke 23e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. RAGLAN: Meerder voor de raglan aan elke kant van de markeerdraadsteek als volgt: Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraadsteek, 1 omslag, 3 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 3 steken), 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek tot er genoeg steken zijn om een nieuwe herhaling van A.1 in de breedte te breien. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 1 recht (de markeerdraad zit in deze steek), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). De steken die niet in het patroon passen na het minderen worden recht gebreid. TIP VOOR HET AFKANTEN: Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat. Als de rand nog steeds strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer elke 4e steek terwijl u tegelijkertijd afkant; de omslagen worden als normale steken afgekant. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden vanaf de overgang tussen het achterpand en de rechterschouder. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid met de rondbreinaald naar beneden tot de split. Dan wordt het lijf verdeeld en de voor- en achterpanden worden apart heen en weer verder gebreid op de naald. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop. HALS: Zet 69-72-75-80-83-88 steken op met korte rondbreinaald 5.5 mm en 1 draad Delight en 1 draad Kid-Silk (= 2 draden). Brei 3 RIBBELS – lees beschrijving hierboven. Brei 1 naald recht terwijl u 3-4-21-28-29-32 steken verdeeld meerdert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN = 72-76-96-108-112-120 steken. Brei 1 naald recht (de omslagen worden gedraaid gebreid om gaatjes te voorkomen). Voeg hier 1 markeerdraad in; de pas wordt gemeten vanaf deze markeerdraad! PAS: Ga verder met rondbreinaald 6 mm. Voeg nu nog 4 markeerdraden in zonder de steken te breien. Gebruik een andere kleur om ze van de markeerdraad op de hals te onderscheiden. Voeg een markeerdraad in de eerste steek op de naald (= overgang tussen het achterpand en de rechter mouw), sla 12-12-16-16-16-16 steken over, voeg een markeerdraad in de volgende steek (= overgang tussen de rechter mouw en het voorpand), sla 22-24-30-36-38-42 steken over, voeg een markeerdraad in de volgende steek (= overgang tussen het voorpand en de linker mouw), sla 12-12-16-16-16-16 steken over, voeg een markeerdraad in de volgende steek (= overgang tussen de linker mouw en het achterpand), er zijn 22-24-30-36-38-42 steken over op de naald na de laatste markeerdraad. Brei nu in patroon als volgt: Brei A.1 in de rondte, met 3 rechte steken in elke overgang tussen het lijf en de mouwen (dus elke markeerdraadsteek en 1 steek aan elke kant). Begin TEGELIJKERTIJD op de eerste naald met meerderen voor de raglan – lees beschrijving hierboven. Meerder zo iedere 2e naald in totaal 16-18-18-18-20-24 keer = 200-220-240-252-272-312 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Ga verder met het patroon tot het werk 20-22-24-26-28-30 cm meet. Verdeel nu voor het lijf en de mouwen op de volgende naald als volgt: Plaats de eerste 44-48-52-52-56-64 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6 nieuwe steken op (= in de zijkant onder de mouw), brei de volgende 56-62-68-74-80-92 steken met patroon zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 44-48-52-52-56-64 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6 nieuwe steken op (= in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 56-62-68-74-80-92 steken met patroon zoals hiervoor (= achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN. LIJF: = 124-136-148-160-172-196 steken. Voeg een markeerdraad in op het begin van de naald = voor de 6 opgezette steken. Ga verder in de rondte met A.1. Het patroon moet overeenkomen met het patroon op de pas. Als het werk 13-13-12-12-12-10 cm meet vanaf de scheiding, brei dan ribbelsteken over de 8 steken in het midden van elke kant van het lijf. Als u 2 ribbels heeft gebreid over deze 8 steken, verdeel dan het werk voor de voor- en achterpanden in het midden van de 8 steken aan elke kant = 62-68-74-80-86-98 steken op het voorpand en 62-68-74-80-86-98 steken op het achterpand. Ga verder met elk deel apart heen en weer gebreid (splitten aan elke kant), met patroon zoals hiervoor en 4 steken in ribbelsteek aan elke kant. Als de split 13 cm meet – pas aan zodat u eindigt na een naald aan de verkeerde kant, brei dan 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 10-10-12-13-15-15 steken verdeeld meerdert (meerder niet over de 4 kantsteken aan elke kant) = 72-78-86-93-101-113 steken. Ga verder met rondbreinaald 5.5 mm en brei ribbelsteek heen en weer gebreid voor 2 cm. Kant af – lees TIP VOOR HET AFKANTEN. De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder naar beneden. Brei het andere deel op dezelfde manier. MOUW: Plaats de 44-48-52-52-56-64 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 6 mm en neem 1 steek op in elk van de 6 opgezette steken onder de mouw = 50-54-58-58-62-70 steken. Begin de naald tussen de opgenomen steken 2 en 3 onder de mouw en brei de eerste naald als volgt: Brei steken 3 en 4 recht samen (= 1 steek geminderd), 1 recht, brei in patroon zoals hiervoor over de volgende 46-50-54-54-58-66 steken, 1 recht = 49-53-57-57-61-69 steken. Er zijn nu 3 rechte steken onder de mouw. Ga verder in de rondte met A.1 en 3 rechte steken onder de mouw. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 3 rechte steken. Als de mouw 4 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2-2-1½-1½-1-1 cm in totaal 4-6-6-5-7-10 keer = 41-41-45-47-47-49 steken. Brei verder tot de mouw 37-35-34-32-31-30 cm meet vanaf de scheiding – pas aan zodat u eindigt na een rechte naald; u kunt de trui passen en tot de gewenste lengte breien (er is 2 cm over tot de gewenste lengte). Brei 1 naald recht terwijl u 5-7-7-7-7-7 steken meerdert = 46-48-52-54-54-56 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 5.5 mm en brei ribbelsteek voor 2 cm. Kant af – denk om TIP VOOR HET AFKANTEN. De mouw meet ongeveer 39-37-36-34-33-32 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. |
|||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #aprillovesweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 31 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 223-7
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.