Kelly Crane schreef:
The design just draws me in and soothes me. It's no overwhelming no does it overpower the wearer. It envelops me in a soothing but interesting way.
03.07.2020 - 19:53
Geli schreef:
Jacke paßt gut zu Jeans
04.06.2020 - 15:36
Geli schreef:
Pulli ist sehr schön und bestimmt nich so schwer zu stricken !
04.06.2020 - 15:34
Scent of Pine Jacket#scentofpinejacket |
|||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Alpaca. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met ronde pas en Scandinavisch patroon op de pas en op de onderkant van de mouwen. Maten S - XXXL.
DROPS 215-7 |
|||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel in de hoogte = Brei 2 naalden recht. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 111 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 37) = 3. In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na elke 3e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Als er een rand is of voorbiessteken aan elke kant, haal deze dan van het totaal aantal steken af voordat u verdeeld meerdert. Meerder niet op biezen/kantsteken. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.3. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.1 en A.2). Het hele patroon wordt gebreid in tricotsteek. TIP VOOR HET BREIEN: Om te voorkomen dat de stekenverhouding strakker wordt als u in patroon breit is het belangrijk dat de draden aan de achterkant niet te strak zijn. Gebruik een naald in een maat groter wanneer u in patroon breit als dit een probleem is. VERHOGING (achterkant van de hals): Om het vest ietwat hoger te maken aan de achterkant van de hals als u de pas breit, kunt u een verhoging breien zoals hier beschreven. Sla dit deel over als u geen verhoging wilt. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de naald. Begin aan de goede kant met zeemist en brei 14-15-16-16-17-18 steken recht voorbij de markeerdraad, keer het werk, trek de draad aan en brei 28-30-32-32-34-36 steken averecht terug. Keer het werk, trek de draad aan en brei 42-45-48-48-51-54 steken recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 56-60-64-64-68-72 steken averecht terug. Keer het werk, trek de draad aan en brei 70-75-80-80-85-90 steken recht, keer het werk, trek de draad en brei 84-90-96-96-102-108 steken averecht terug. Keer het werk, trek de draad aan, brei recht tot het einde van de naald, keer het werk en brei 1 naald averecht terug (de biezen worden in ribbelsteek gebreid). Brei dan de PAS zoals beschreven in de tekst. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de zijkanten van het lijf): Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad zit tussen deze 4 steken) maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd op elke markeerdraad). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN (voor midden onder de mouw): Minder 1 steek aan elke kant van de steek met de markeerdraad als volgt: Brei tot er 2 steken over zijn voor de steek met de markeerdraad, brei 2 recht samen, brei de steek met de markeerdraad, 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd). KNOOPSGAT: Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als zijn er 3 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, 2 recht samen en 1 recht. Brei op de volgende naald de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt gebreid als de boordsteek op de hals ongeveer 1½-2 cm meet. Brei dan de andere 6-6-6-7-7-7 knoopsgaten met ongeveer 7½-8-8-7½-7½-8 cm tussen elk. TIP VOOR HET AFKANTEN: Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat. Als de rand nog steeds strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer elke 6e steek terwijl u tegelijkertijd afkant; de omslagen worden als normale steken afgekant. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De hals en de pas worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald vanaf midden voor en van boven naar beneden. De delen van de biezen worden apart gebreid en op het einde vast genaaid. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf worden verder heen en weer gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden. HALS: Zet 121-125-131-135-139-145 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant) met rondbreinaald 2.5 mm en zeemist. Brei 1 naald averecht (= verkeerde kant). De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 5 voorbiessteken in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, * 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 6 steken over zijn op de naald, 1 recht en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek voor 3 cm, maar denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies – lees beschrijving hierboven. Eindig de boordsteek na een naald aan de verkeerde kant. De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: Brei 5 voorbiessteken zoals hiervoor en dan plaats ze op een hulpdraad of extra naald, zet 1 nieuwe steek op (= kantsteek voor de naad), brei 111-115-121-125-129-135 steken recht en meerder 37-38-40-42-43-45 steken verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1, zet 1 nieuwe steek op (= kantsteek voor de naad), en plaats de laatste 5 voorbiessteken op 1 hulpdraad of extra naald = 150-155-163-169-174-182 steken op de naald. (De biezen worden later af gemaakt en dan op de voorpanden genaaid). Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant (de omslagen worden averecht gedraaid gebreid en de kantsteken worden gebreid in ribbelsteek). Voeg 1 markeerdraad in na de kantsteek op het begin van de naald; de pas wordt gemeten vanaf deze markeerdraad! U kunt een VERHOGING breien aan de achterkant van de hals– lees beschrijving hierboven. Als u geen verhoging wilt, ga dan gelijk verder met de PAS. PAS: Lees het hele deel voordat u begint! Brei tricotsteek heen en weer gebreid met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant richting midden voor en gebruik zeemist. Als het werk 1½-2-2-3-3-3 cm meet vanaf de markeerdraad op de hals, meerder dan 49-52-54-56-57-59 steken verdeeld = 199-207-217-225-231-241 steken. Als het werk 2-3-3-4-4-5 cm meet vanaf de markeerdraad op de hals begin dan met het patroon op de volgende naald aan de goede kant als volgt: 1 kantsteek in ribbelsteek, brei A.1 tot er 2 steken over zijn op de naald (de 14 steken passen niet op de naald tot na het meerderen op de naald met pijl-1 (S, M, en L) en pijl-2 (XL, XXL en XXXL), brei de eerste steek in A.1 zodat het patroon hetzelfde is op beide voorpanden en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Lees TIP VOOR HET BREIEN en ga verder met dit patroon (als A.1 klaar is in de hoogte, brei dan A.2 op dezelfde manier). Meerder TEGELIJKERTIJD op elke naald gemarkeerd met een pijl in A.1 en A.2 zoals beschreven hieronder – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1! S, M en L: Pijl-1: Meerder 42-48-52 steken verdeeld = 241-255-269 steken (er is nu ruimte voor 17-18-19 herhalingen van A.1 met 14 steken). Pijl-2: Meerder 50-48-58 steken verdeeld = 291-303-327 steken (er is nu ruimte voor 24-25-27 herhalingen van A.1 met 12 steken). Pijl-3: Meerder 36-40-48 steken verdeeld = 327-343-375 steken (er is nu ruimte voor 40-42-46 herhalingen van A.2 met 8 steken, brei dan de eerste 5 steken in A.2 zodat het patroon hetzelfde is op beide voorpanden). Pijl-4: Meerder 12-20-24 steken verdeeld = 339-363-399 steken (er is nu ruimte voor 28-30-33 herhalingen van A.2 met 12 steken). Brei tot en met de naald voor pijl-5 in A.2. XL, XXL en XXXL: Pijl-1: Meerder 30-40-50 steken verdeeld = 255-271-291 steken. Pijl-2: Meerder 28-40-48 steken verdeeld = 283-311-339 steken (er is nu ruimte voor 20-22-24 herhalingen van A.1 met 14 steken). Pijl-3: Meerder 28-32-36 steken verdeeld = 311-343-375 steken. Pijl-4: Meerder 28-32-36 steken verdeeld = 339-375-411 steken (er is nu ruimte voor 28-31-34 herhalingen van A.2 met 12 steken). Pijl-5: Meerder 52-56-60 steken verdeeld = 391-431-471 steken (er is nu ruimte voor 48-53-58 herhalingen van A.2 met 8 steken, brei dan de eerste 5 steken in A.2 zodat het patroon hetzelfde is op beide voorpanden). Pijl-6: Meerder 44-40-36 steken verdeeld = 435-471-507 steken (er is nu ruimte voor 36-39-42 herhalingen van A.2 met 12 steken). Brei tot en met de naald voor pijl-7 in A.2. ALLE MATEN: Laat de pas op de naald staan en brei de biezen: Plaats de 5 voorbiessteken van de hulpdraad op het linker voorpand op naald 3 mm. Brei ribbelsteek heen en weer gebreid met zeemist voor ongeveer 17-18-18-22-22-23 cm – zorg ervoor dat de lengte overeenkomt met de pas; de voorbies dient een klein beetje uitgerekt te worden. Plaats de steken op 1 hulpdraad of extra naald. Brei de rechter voorbies op dezelfde manier maar denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies. Brei dan de naald gemarkeerd met pijl-5 in A.2 (S, M en L) en pijl-7 in A.2 (XL, XXL en XXXL) als volgt: Plaats de 5 voorbiessteken van het linker voorpand op de rondbreinaald en brei deze 5 steken in ribbelsteek zoals hiervoor, kant de 1 kantsteek af, brei recht met zeemist over de volgende 337-361-397-433-469-505 steken, terwijl u TEGELIJKERTIJD 3-11-3-7-7-7 steken verdeeld meerdert over deze steken, kant de 1 kantsteek af en brei de 5 voorbiessteken op de rechter voorbies in ribbelsteek = 350-382-410-450-486-522 steken op de naald. Eindig A.2. Het werk meet nu 19-20-20-24-24-25 cm vanaf de markeerdraad op de hals. Ga verder heen en weer gebreid in tricotsteek met zeemist en 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant (maat S: brei alleen verder als het werk minder dan 19 cm meet als A.2 klaar is). Als het werk 19-21-23-25-27-29 cm meet vanaf de markeerdraad op de hals, verdeel dan de pas voor het lijf en de mouwen op de volgende naald als volgt: Brei 55-60-63-69-76-83 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 70-76-84-92-96-100 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei 100-110-116-128-142-156 steken in tricotsteek (= achterpand), plaats de volgende 70-76-84-92-96-100 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 55-60-63-69-76-83 steken zoals hiervoor (= voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! LIJF: = 222-242-258-282-314-342 steken. Voeg 1 markeerdraad in 58-63-67-73-81-88, steken vanaf elke kant (= zijkanten van het lijf). Er zijn 106-116-124-136-152-166 steken tussen de hulpdraden op het achterpand. Neem de hulpdraden mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden gebruikt bij het minderen in de zijkanten. Ga verder heen en weer gebreid met zeemist, tricotsteek en 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant. Als het werk 5 cm meet vanaf de scheiding, meerder dan 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 5 cm in totaal 4 keer = 238-258-274-298-330-358 steken. Brei verder tot het werk 26 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 4 cm tot de gewenste lengte; u kunt het vest passen en tot de gewenste lengte breien. Brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 59-65-69-75-83-89 steken verdeeld meerdert = 297-323-343-373-413-447 steken (dit wordt gedaan om te voorkomen dat de boordsteek te strak is). Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm en brei dan als volgt aan de verkeerde kant: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, * 1 averecht, 1 recht *, brei van *-* tot er 6 steken over zijn op de naald, brei 1 averecht en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek voor 4 cm. Kant af met ribbelsteek over ribbelsteek, recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN! Het vest meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Plaats de 70-76-84-92-96-100 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 3 mm en neem 1 steek op in elk van de 6-6-8-8-10-10 opgezette steken onder de mouw = 76-82-92-100-106-110 steken. Voeg nu 2 markeerdraden in het werk (zonder de steken te breien). Begin midden onder de mouw in het midden van de 6-6-8-8-10-10 steken en voeg 1 markeerdraad in, in de eerste steek na het midden, tel 37-40-45-49-52-54 steken, voeg 1 markeerdraad in, in de volgende steek = 37-40-45-49-52-54 over op de naald na de markeerdraad. De markeerdraad onder de mouw wordt gebruikt bij het minderen, degene op de bovenkant van de mouw is om het begin van het patroon aan te geven. Neem de markeerdraden gaandeweg mee tijdens het breien in de hoogte. Begin onder de mouw met de steek met de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte met zeemist. Als het werk 3-3-3-3-2-2 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3-2½-2-1½-1½-1 cm in totaal 12-14-17-20-22-23 keer = 52-54-58-60-62-64 steken. Brei tot de mouw 36-35-33-31-29-28 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 9 cm tot de gewenste lengte; u kunt het vest passen en tot de gewenste lengte breien; denk erom dat in sommige maten, de minderingen onder de mouw nog niet klaar zijn. LET OP: Kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een bredere hals en een langere pas. Brei nu A.3 (tel naar buiten vanaf de markeerdraad op de bovenkant van de mouw tot waar het patroon begint – de steek gemarkeerd met een ster in A.3 komt overeen met de steek met de markeerdraad). Als A.3 klaar is, meet de mouw ongeveer 41-40-38-36-34-33 cm vanaf de scheiding. De rest van de mouw wordt met zeemist gebreid. Brei 1 naald recht terwijl u 12-12-14-14-16-16 steken verdeeld meerdert = 64-66-72-74-78-80 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 2.5 mm en brei 4 cm boordsteek (= 1 recht, 1 averecht). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – denk om TIP VOOR HET AFKANTEN. De mouw meet ongeveer 45-44-42-40-38-37 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de biezen netjes aan de binnenkant van de 1 kantsteek op de pas. Naai de knopen op de linker voorbies. |
|||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
![]() |
|||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #scentofpinejacket of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 34 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 215-7
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.