DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS Big Merino yarn
DROPS Big Merino
100% wol
vanaf 2.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 36.40€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Belle Époque Sweater

Aansluitende trui met kantpatroon, raglan en ¾ mouwen, gebreid van boven naar beneden. Maat: S - XXXL Het werk wordt gebreid in DROPS Big Merino.

Markeer maat:
DROPS 186-6

#belleepoquesweater

DROPS design: Patroon mb-044
Garengroep C of A + A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS BIG MERINO van garnstudio (behoort tot garengroep C)
650-700-800-850-950-1050 g kleur 06, vergeet-me-niet

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
“Alternatief garen (garengroep C)” - zie link hieronder.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP EN RONDBREINAALD (40 + 60 of 80 cm) MAAT 5 mm – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 17 steken en 22 naalden in tricotsteek = breedte 10 cm en 10 cm in de hoogte.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP en RONDBREINAALD (40 cm) MAAT 4 mm - voor de rand in ribbelsteek in de hals en op de onderkant rondom beide mouwen.

DROPS RONDBREINAALD (80 cm) MAAT 4.5 mm – voor de rand in ribbelsteek op de onderkant van het lijf.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Big Merino
DROPS Big Merino
100% wol
vanaf 2.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 36.40€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 88 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 18) = 4.9.
In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer iedere 5e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.4. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.2 en A.3).

RAGLAN:
Meerder voor de raglan aan elke kant van A.1 in iedere overgang tussen het lijf en de mouwen (= 8 steken gemeerderd op iedere meerdernaald). Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, brei op de volgende naald de omslagen recht zodat er gaatjes ontstaan.
Brei de gemeerderde steken in tricotsteek op de mouwen en volgens telpatroon op het voor- en achterpand.

TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de zijkanten op het lijf en midden onder de mouwen):
Begin 4 steken voor de markeerdraad en brei 2 recht samen, 4 recht (de markeerdraad zit tussen deze 4 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd).

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (geldt voor de averechte delen op het lijf):
Meerder 1 steek in ieder averecht deel door 1 omslag te maken voor alle 2 steken averecht. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen.
Op de volgende meerdering maakt u 1 omslag na iedere 3 steken averecht. Ga verder met meerderen door afwisselend te meerderen op het begin en het einde van het averechte deel.

TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (geldt voor de zijkanten van het lijf):
Begin 3 steken voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 6 recht (de markeerdraad is in het midden van deze 6 steken), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MEERDEREN-4 (geldt voor de delen in tricotsteek over A.3 op het lijf):
Als A.3 klaar is, brei dan in tricotsteek over de 9-9-9-11-11-11 steken met kantpatroon. Meerder over deze 9-9-9-11-11-11 steken als volgt: Brei 1 steek in tricotsteek, maak 1 omslag, brei in tricotsteek tot er 1 steek in tricotsteek over is, maak 1 omslag, brei 1 steek in tricotsteek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.
----------------------------------------------------------

TRUI:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald van boven naar beneden. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald, van boven naar beneden.

HALSRAND:
Zet 88-92-96-100-104-108 steken op een korte rondbreinaald 4 mm met Big Merino. Brei 2 ribbels in RIBBELSTEEK in de rondte - zie uitleg hierboven. Brei 1 naald recht en meerder 18-14-10-18-14-10 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 106-106-106-118-118-118 steken. Brei 1 naald recht. Ga verder met rondbreinaald 5 mm en brei de pas zoals uitgelegd hieronder.

PAS:
Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald en brei de eerste naald als volgt: Brei A.1 (= 8 steken), maak 1 omslag, brei 2 steken in tricotsteek (= mouwkop), maak 1 omslag, brei A.1, maak 1 omslag, brei A.2 (= 35-35-35-41-41-41 steken), maak 1 omslag, brei A.1, maak 1 omslag, brei 2 steken in tricotsteek (= mouwkop), maak 1 omslag, brei A.1, maak 1 omslag, brei A.2 (= 35-35-35-41-41-41 steken), maak 1 omslag = 118-118-118-130-130-130 steken (inclusief de omslagen in A.1).
Ga zo verder in patroon. Meerder TEGELIJKERTIJD in iedere tweede naald voor de RAGLAN - zie uitleg hierboven, totdat het meerderen 14-18-20-21-24-26 keer aan elke kant van A.1 is gedaan (inclusief de meerderingen op de eerste naald na de halsrand). DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
LET OP! Als A.2 is gebreid, ga dan verder in patroon op dezelfde manier, maar brei de volgende gemeerderde steken aan elke kant van A.1 in tricotsteek. In maat S zijn de meerderingen voor de raglan klaar als er 3 naalden over zijn in A.2, ga verder in patroon zonder te meerderen zoals uitgelegd hieronder.
Na de laatste meerdering voor de raglan zijn er 230-262-278-298-322-338 steken op de naald als het op een naald is met 8 steken in A.1 of 234-266-282-302-326-342 steken als het op een naald is met 9 steken in A.1.
Ga verder in patroon zoals hiervoor zonder meerderingen voor de raglan tot het werk 17-19-21-23-25-27 cm meet vanaf de opzetrand midden voor, maar eindig zo, dat de laatste naald een naald met 8 steken in A.1 is.
Brei de volgende naald als volgt: Brei 0-0-0-0-0-1 steken in tricotsteek, zet de volgende 48-56-60-62-67-68 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), ga verder met tricotsteek en patroon zoals hiervoor over de volgende 65-73-77-85-93-101 steken (= voorpand), zet de volgende 50-58-62-64-68-68 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), ga verder met tricotsteek en patroon zoals hiervoor over de volgende 65-73-77-85-93-100 steken (= achterpand) en zet de overgebleven 2-2-2-2-1-0 steken op de hulpdraad voor de eerste mouw. Brei het lijf en de mouwen apart verder. MEET NU HET WERK VANAF HIER!

LIJF:
= 142-158-170-186-206-226 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken die opgezet zijn onder de mouw aan elke kant. Begin de naald op een van de markeerdraad en neem de markeerdraden mee tijdens het breien.
Brei de eerste naald als volgt: Brei in tricotsteek over de eerste 7-11-14-13-18-23 steken, brei A.3 over de volgende 55-55-55-65-65-65 steken (= 5 herhalingen van 11-11-11-13-13-13 steken, ga verder op de juiste naald in het telpatroon), 2 averecht, 14-22-28-26-36-46 steken in tricotsteek, A.3 over de volgende 55-55-55-65-65-65 steken, 2 averecht en brei in tricotsteek over de overgebleven 7-11-14-13-18-23 steken. Ga zo verder in patroon– LEES DE REST VAN HET LIJF VOORDAT U VERDER GAAT!

MINDERINGEN IN DE ZIJKANTEN:
Bij een hoogte van 1 cm vanaf de scheiding, mindert u 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MINDEREN (= 4 steken geminderd). Minder zo om de naald 5 keer in totaal aan elke kant = 122-138-150-166-186-206 steken.

MEERDERINGEN IN DE AVERECHTE DELEN:
Bij een hoogte van 6 cm vanaf de scheiding, meerdert u 1 steek in ieder averecht deel (= 12 steken gemeerderd op de naald) – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Meerder zo iedere 5 cm 6 keer in totaal in ieder averecht deel (er zijn nu 8 steken in elk van deze averechte delen).

MEERDERINGEN IN DE ZIJKANTEN:
Meerder tegelijkertijd bij een hoogte van 7 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 6 cm 3 keer in totaal aan elke kant.

MEERDERINGEN IN DE DELEN MET TRICOTSTEEK:
Tegelijkertijd bij een hoogte van ongeveer 15 cm vanaf de scheiding, breit u A.3 af. Brei dan recht boven recht en averecht boven averecht over deze steken. Meerder op de volgende naald 2 steken in elk deel met tricotsteek over A.3 - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-4 (= 20 steken gemeerderd).
Herhaal dit meerderen na 2 cm (= 20 steken gemeerderd).

Als alle meerderingen klaar zijn, zijn er 246-262-274-290-310-330 steken op de naald. Ga verder met recht boven recht en averecht boven averecht tot het werk ongeveer 59-61-63-65-67-69 cm meet vanaf de schouder naar beneden.
Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm. Brei 2 ribbels in de rondte. Ga verder met rondbreinaald 5 mm en kant af met recht. De trui meet ongeveer 60-62-64-66-68-70 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUW:
Zet de 50-58-62-64-68-68 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op breinaalden zonder knop of een korte rondbreinaald 5 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 6-6-8-8-10-12 nieuw opgezette steken onder de mouw = 56-64-70-72-78-80 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 6-6-8-8-10-12 steken onder de mouw en begin de naald hier. Brei in tricotsteek in de rondte.
Minder bij een hoogte van 2-2-2-2-3-3 cm vanaf de scheiding, 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3½-2½-2-1½-1-1 cm 7-10-12-12-14-14 keer in totaal = 42-44-46-48-50-52 steken.
Ga verder tot de mouw 26-25-24-21-20-19 cm meet (minder voor de grotere maten vanwege een langere pas).
Brei 1 naald recht terwijl u het aantal steken aanpast naar 40-40-48-48-48-48. Brei A.4 in de rondte (= 5-5-6-6-6-6 herhalingen van 8 steken). Als A.4 is gebreid, brei dan verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Brei 2 ribbels in de rondte. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 5 mm en kant af met recht. De mouw meet ongeveer 30-29-28-25-24-23 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

Telpatroon

recht = recht
averecht = averecht
maak 1 omslag tussen 2 steken = maak 1 omslag tussen 2 steken
2 recht samen = 2 recht samen
1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek = 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
haal 1 steek recht af, brei 2 steken recht samen, haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken = haal 1 steek recht af, brei 2 steken recht samen, haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken
3 recht, haal de eerste steek over de andere 2, zodat deze steek om de laatste 2 steken zit = 3 recht, haal de eerste steek over de andere 2, zodat deze steek om de laatste 2 steken zit
geen steek, sla dit vierkant over = geen steek, sla dit vierkant over
Diagram for DROPS 186-6
Diagram for DROPS 186-6
Diagram for DROPS 186-6
Diagram for DROPS 186-6

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #belleepoquesweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 186-6

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (44)

country flag Solana Godeau schreef:

Hello, I’ve been trying to get past the first row of the yoke and I’m stuck. I run out of stitches befor the pattern is done. I’ve done the math and I need 126 stitches to complete the pattern and it would turn into 146 stitches. The pattern calls for 118 stitches and the stitch count at the end of the row is 130. What am I missing?

15.02.2019 - 06:19

DROPS Design antwoorde:

Hi Solana, The first round on the yoke includes 1 yarn over in each A.1 ( 9 x 4 = 36 stitches from the 4 x A.1). Then you have 8 more yarn overs on the round, 4 stitches in stockinette and 2 x A.2 = 70 stitches. This all adds up to 118 stitches as mentioned in the pattern. I hope this helps and happy knitting!

15.02.2019 - 08:03

country flag Kat schreef:

Do I continue the yarn over between A1 and A2 as I work past the first row of the yoke? I understand the yarn overs for the raglan after and before A1, but am not clear about between A1 & A2. Thanks for your help.

12.02.2019 - 09:32

DROPS Design antwoorde:

Dear Kat, the YOs after and before A.1 are the increases for the raglan, on the sleeves work the new stitches in stocking stitch and on body work the new stitches in A.2. Continue increasing with a YO after and before A.1 as explained on first row as many times as required for your size. Happy knitting!

12.02.2019 - 09:38

country flag Jenny Strick schreef:

Ich überlege gerade, dieses wunderschöne Modell zum Kleid zu verlängern. Hierzu tendiere ich allerdings zu einer leichteren Wolle und überlege, das Muster ab unter der Brust in einfaches rechts-links abzuändern. Ob das wohl funktioniert?

09.02.2019 - 10:48

country flag Nadine schreef:

Hallo, ich habe mit dem Pullover begonnen. Kann es sein, dass in der XXL Version von A2 einen kleinen Fehler gibt? Ab Reihe 9 müsste am Ende ebenfalls ein Umschlag gemacht werden, genau wie im Beginn von A2. Weil ich sonst immer eine Masche abnehme, aber keine zunehme und nicht auf die Maschen Anzahl der nächsten Reihe komme. Liebe Grüße

02.02.2019 - 18:33

DROPS Design antwoorde:

Liebe Nadine, Sie sind ja recht, die Umschläge fehlen bei der 9., 11. 13. und 15. Reihe am Ende A.2 - Diagram wird korrigiert. Danke für den Hinweis. Viel Spaß beim stricken!

04.02.2019 - 11:53

country flag Nadine schreef:

Hallo, ich habe mit dem Pullover begonnen. Kann es sein, dass in der XXL Version von A2 einen kleinen Fehler gibt? Ab Reihe 9 müsste am Ende ebenfalls ein Umschlag gemacht werden, genau wie im Beginn von A2. Weil ich sonst immer eine Masche abnehme, aber keine zunehme und nicht auf die Maschen Anzahl der nächsten Reihe komme. Liebe Grüße

02.02.2019 - 18:31

country flag Hanne Rørbech schreef:

Jeg strikken denne sweater i small og er nået til bærestykket ; har 106 masker.kan ikke fåå maskeantallet til at gå op ? Der står strik A1 = 8 masker, det bliver da 9m når man skal lavet et omslag ? o.s.v. antallet kommer ikke til at passe ?

15.01.2019 - 16:22

DROPS Design antwoorde:

Hei Hanne. Ja, maskeantallet i hvert diagram endrer seg underveis. Men når det står Strikk A.1 (=8 masker) er det fordi du strikker A.1 over 8 masker akkurat på den omgangen. Kastet du lager teller ikke med i dette maskeantallet, siden det lages mellom 2 masker. Når omgangen er ferdig, teller kastene du lagde med i maskeantallet, for de strikkes som masker på neste omgang. Du har altså 106 masker, du øker med kast totalt 12 ganger på omgangen (1 gang på hver side av hver A.1, og 1 gang midt i hver A.1) = 118 masker på pinnen når omgangen er ferdig. God fornøyelse.

23.01.2019 - 13:48

country flag Francesca schreef:

If I want to make it longer as if to do a dress in size M (let\'s say a short one, above the knee), how much yarn would you suggest to add?

07.12.2018 - 19:08

DROPS Design antwoorde:

Hello Francesca. For any question regarding yarn amount, please contact your DROPS store via mail or phone. Happy knitting!

07.12.2018 - 21:16

country flag Simona schreef:

Hej! Jag stickar just nu oket, och har en fråga ang en formulering i beskrivningen. Det jag inte förstår är detta: ”Nästa varv stickas så här: Sticka 0-0-0-0-0-1 maskor slätstickning” Vad betyder det att jag ska sticka 0-0-0-0-0-1 maskor? Jättevackert mönster och tröjan kommer bli fantastisk! Hoppas ni kan hjälpa mig förstå. Tack på förhand! Vänliga hälsningar, Simona

19.09.2018 - 14:55

DROPS Design antwoorde:

Hei Simona. For at mønsteret skal gå opp i alle størrelser blir det noen ganger lagt inn elementer som kun skal strikkes i visse størrelser. Her gjelder det den største størrelsen (hvor det skal strikkes 1 maske glattstrikk). Alle størrelsene blir likevel vist, for ordens skyld. Hvis du strikker en av de andre størrelsene skal du ikke strikke noen masker glattstrikk så bare gå videre til å sette masker på en tråd til erme. God fornøyelse.

20.09.2018 - 08:39

country flag Jolanta schreef:

Witam.Nie widzę teraz żadnego zdjęcia Jak korzystać ze strony Dropsa

10.09.2018 - 12:42

DROPS Design antwoorde:

Witam, sytuacja już jest naprawiona. Pozdrawiamy!

10.09.2018 - 17:00

country flag Daiana schreef:

Dag, Ik heb de meerderingen gedaan 14 keer. Er zijn 230 steken op de naald. Nu begrijp ik niet hoe ik verder in patroon zal breien, want als ik dat doe worden meer dan 230 steken op de naald. Plus als de 30e naad gebreid is, hoe kan ik verder in patroon breien als A2 niet 35 steken zijn maar eigenlijk veel meer? Bedankt! Mvg, Daiana

23.05.2018 - 21:03

DROPS Design antwoorde:

Hallo Daiana, Als je klaar bent met de 14 keer meerderen voor de raglan, kun je gewoon A.2 blijven volgen tot de gewenste lengte. Het aantal steken in A.2 blijft namelijk nu hetzelfde, omdat je geen meerderingen meer maakt voor de raglan.

31.05.2018 - 16:35