Regine Hersche schreef:
I thought that when you knit in the round in stockinette you knit every row but the pattern mentions knit and purl so I am confused, don't know what to do,please help
08.07.2020 - 22:53DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Hersche, you are right, when you work stocking stitch in the round you have to knit all rounds, but when you work garter stitch in the round you will alternately knit 1 round and purl 1 round. In this pattern you will work some stitches knit and some other will be purled - as shown in diagrams. Happy knitting!
09.07.2020 - 09:36
Enrica schreef:
Buongiorno Sto provando a fare il modello per una taglia S, non riesco a capire come fare l’aumento raglan. Perché nel giro successivo mi trovo con una maglia gettata di troppo. Come posso fare? Grazie dell’aiuto
09.05.2020 - 11:00DROPS Design antwoorde:
Buonasera Enrica, le spiegazioni sono corrette, e non è semplice capire perchè si ritrova con una maglia in più: ha contato correttamente e lavorato gli aumenti come descritto? Ci rispieghi nel dettaglio il suo problema. Buon lavoro!
11.05.2020 - 22:22
Nidaa schreef:
After I finish the raglan YOs increases , still I continue doing the YOs between A.1 and A.2 as described at yoke part? Thanks for u r time replying to my Question :)
20.02.2020 - 22:26DROPS Design antwoorde:
Dear Nidaa, when all increases for raglan are done, continue in pattern without yarn overs on each side of each A.1 until piece measures 17 cm. The yarn overs explained under yoke were for raglan increases, you do not need them anymore now. Happy knitting!
21.02.2020 - 08:32
Nidaa schreef:
All the YOs before and after the sleeve cap are always worked at Stocking stitch? they aren't recorded at a diagram?
16.02.2020 - 16:57DROPS Design antwoorde:
Dear Nidaa, the yarn overs worked for the increases on sleeves are worked in stocking stitch, the yarn overs worked for the increases on front and back pieces are worked as shown in diagramA.2. Happy knitting!
17.02.2020 - 09:29
Nicole schreef:
Genauso hab ich's gemacht, danke! Eine Frage noch: die 56 M, die ich in Gr. M für den Ärmel stillgelege, sind das die M, die ich für die Armkugel zugenommen habe plus 2x A1? Ich habe leider nur 54. Ist das dramatisch?
07.11.2019 - 20:09DROPS Design antwoorde:
Liebe Nicole, für den 1. Ärmel legen Sie: 8 M A.1 + 38 M + 8 M A.1 + 2 M = 56 M, dh die 2 ersten (und 2 letzten) Zunahmen von Vorder bzw Rückenteil werden mit den Ärmeln stillgelegt. Beachten Sie ob Sie die richtige Zunahmenanzahl gestrickt haben, sonnst wird die Arbeit zu klein. Viel Spaß beim stricken!
08.11.2019 - 08:51
Nicole schreef:
Gibt es ein Problem mit meiner Frage? Ich würde so gerne weiterstricken... ☺️
02.11.2019 - 21:57DROPS Design antwoorde:
Liebe Nicole, Ihre letzte Frage wurde als Kommentar veröffentlicht, wir beantworten gleich. :)
04.11.2019 - 16:31
Nicole schreef:
Ich verstehe nicht ganz was gemeint ist mit ": Wenn A.2 zu Ende gestrickt wurde, im Muster ebenso weiterstricken, jedoch die nächsten zugenommenen Maschen beidseitig jedes A.1 werden glatt rechts gestrickt." Heißt das statt eines Lochs stricke ich die Zunahme in der Folgerunde verschränkt? Oder was ist mit glatt rechts gemeint?
28.10.2019 - 20:11DROPS Design antwoorde:
Liebe Nicole, die Zunahmen sollen wie zuvor gestrickt werden, dh wie unter RAGLANZUNAHMEN, Löchter sollen entstehen. Viel Spaß beim stricken!
04.11.2019 - 16:35
Nicole schreef:
Sind bei der Passe-beschreibung die Raglanzunahmen bereits mitangeben? Dort ist vor und nach A1 ein Umschlag beschrieben. Oder müssen die Raglanzunahmen zusätzlich eingearbeitet werden? Dann müssten aber zwei Umschläge nacheinander gemacht werden, das kommt mir komisch vor...Ausserdem: werden alle Umschläge im Muster als Loch gestrickt oder auch welche verschränkt?
21.10.2019 - 17:05DROPS Design antwoorde:
Liebe Nicole, die erste Raglanzunahmen sind unter der Passe beschrieben, so nehmen Sie weiter zu - siehe RAGLANZUNAHMEN dh die Umschläge werden rechts gestrickt, so daß Löcher entstehen. Diese Umschläge sind nicht im Diagram gezeichnet, aber A.2 zeigt wie man die neuen Maschen strickt. Viel Spaß beim stricken!
22.10.2019 - 10:30
Pamela schreef:
Hola, quisiera saber cómo tengo que medir la talla, el patrón muestra números, pero no especifica unidad de medida; además tengo la duda si estas medidas son en plano(ej: sólo delantero) o en redondo. Ya tuve problemas con las tallas de otro chaleco que venía indicado del mismo modo, traté de seguir la lógica de las medidas, pero queda gigante :( o sea, mi talla era 1 o 2 menor; por eso que preferí preguntar antes de comenzar éste. Muchas gracias!
06.05.2019 - 05:19DROPS Design antwoorde:
Hola Pamela. Todas las medidas están en cm. El número en en el diagrama es la mitad de la medida de la prenda p.e. en el pecho o en las caderas. No son las medidas completas de estas partes del cuerpo. Tienes que tomar tus medidas y elegir la talla correspondiente, dado que las medidas actuales para las tallas S-M-L-XL-XL-XXL-XXXL pueden variar de entre países,
07.05.2019 - 10:40
Solana Godeau schreef:
Hello in your answer you mentioned that doing A.2 2 times would give me 70 sts but I’m working on the XL Size, meaning I was working from the other A.2 chart which is 41 stitches across (x2=82). Should I just work from the S+M+L A.2 chart instead? Thank you so much for you help!
15.02.2019 - 19:55DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Godeau, in size XL you are working the 118 sts as follows: A.1 (= 8 sts x 4 (raglan line) ) + 2 sts for each sleeve x 2 sleeves + A.2 (= 41 sts x 2 = 82 sts) = 32 + 4 + 82 = 118 sts and increase 1 st on each side of A.1 (= 8 sts inc on 1st round) = 118 + 8 = 126 sts after 1st round. Happy knitting!
18.02.2019 - 08:53
Belle Époque Sweater#belleepoquesweater |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||||||||||||
Aansluitende trui met kantpatroon, raglan en ¾ mouwen, gebreid van boven naar beneden. Maat: S - XXXL Het werk wordt gebreid in DROPS Big Merino.
DROPS 186-6 |
|||||||||||||||||||||||||
INFORMATIE VOOR HET PATROON: RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid): 1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht. TIP VOOR HET MEERDEREN-1: Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 88 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 18) = 4.9. In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer iedere 5e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.4. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.2 en A.3). RAGLAN: Meerder voor de raglan aan elke kant van A.1 in iedere overgang tussen het lijf en de mouwen (= 8 steken gemeerderd op iedere meerdernaald). Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, brei op de volgende naald de omslagen recht zodat er gaatjes ontstaan. Brei de gemeerderde steken in tricotsteek op de mouwen en volgens telpatroon op het voor- en achterpand. TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de zijkanten op het lijf en midden onder de mouwen): Begin 4 steken voor de markeerdraad en brei 2 recht samen, 4 recht (de markeerdraad zit tussen deze 4 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd). TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (geldt voor de averechte delen op het lijf): Meerder 1 steek in ieder averecht deel door 1 omslag te maken voor alle 2 steken averecht. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. Op de volgende meerdering maakt u 1 omslag na iedere 3 steken averecht. Ga verder met meerderen door afwisselend te meerderen op het begin en het einde van het averechte deel. TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (geldt voor de zijkanten van het lijf): Begin 3 steken voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 6 recht (de markeerdraad is in het midden van deze 6 steken), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MEERDEREN-4 (geldt voor de delen in tricotsteek over A.3 op het lijf): Als A.3 klaar is, brei dan in tricotsteek over de 9-9-9-11-11-11 steken met kantpatroon. Meerder over deze 9-9-9-11-11-11 steken als volgt: Brei 1 steek in tricotsteek, maak 1 omslag, brei in tricotsteek tot er 1 steek in tricotsteek over is, maak 1 omslag, brei 1 steek in tricotsteek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. ---------------------------------------------------------- TRUI: Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald van boven naar beneden. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald, van boven naar beneden. HALSRAND: Zet 88-92-96-100-104-108 steken op een korte rondbreinaald 4 mm met Big Merino. Brei 2 ribbels in RIBBELSTEEK in de rondte - zie uitleg hierboven. Brei 1 naald recht en meerder 18-14-10-18-14-10 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 106-106-106-118-118-118 steken. Brei 1 naald recht. Ga verder met rondbreinaald 5 mm en brei de pas zoals uitgelegd hieronder. PAS: Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald en brei de eerste naald als volgt: Brei A.1 (= 8 steken), maak 1 omslag, brei 2 steken in tricotsteek (= mouwkop), maak 1 omslag, brei A.1, maak 1 omslag, brei A.2 (= 35-35-35-41-41-41 steken), maak 1 omslag, brei A.1, maak 1 omslag, brei 2 steken in tricotsteek (= mouwkop), maak 1 omslag, brei A.1, maak 1 omslag, brei A.2 (= 35-35-35-41-41-41 steken), maak 1 omslag = 118-118-118-130-130-130 steken (inclusief de omslagen in A.1). Ga zo verder in patroon. Meerder TEGELIJKERTIJD in iedere tweede naald voor de RAGLAN - zie uitleg hierboven, totdat het meerderen 14-18-20-21-24-26 keer aan elke kant van A.1 is gedaan (inclusief de meerderingen op de eerste naald na de halsrand). DENK OM DE STEKENVERHOUDING! LET OP! Als A.2 is gebreid, ga dan verder in patroon op dezelfde manier, maar brei de volgende gemeerderde steken aan elke kant van A.1 in tricotsteek. In maat S zijn de meerderingen voor de raglan klaar als er 3 naalden over zijn in A.2, ga verder in patroon zonder te meerderen zoals uitgelegd hieronder. Na de laatste meerdering voor de raglan zijn er 230-262-278-298-322-338 steken op de naald als het op een naald is met 8 steken in A.1 of 234-266-282-302-326-342 steken als het op een naald is met 9 steken in A.1. Ga verder in patroon zoals hiervoor zonder meerderingen voor de raglan tot het werk 17-19-21-23-25-27 cm meet vanaf de opzetrand midden voor, maar eindig zo, dat de laatste naald een naald met 8 steken in A.1 is. Brei de volgende naald als volgt: Brei 0-0-0-0-0-1 steken in tricotsteek, zet de volgende 48-56-60-62-67-68 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), ga verder met tricotsteek en patroon zoals hiervoor over de volgende 65-73-77-85-93-101 steken (= voorpand), zet de volgende 50-58-62-64-68-68 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), ga verder met tricotsteek en patroon zoals hiervoor over de volgende 65-73-77-85-93-100 steken (= achterpand) en zet de overgebleven 2-2-2-2-1-0 steken op de hulpdraad voor de eerste mouw. Brei het lijf en de mouwen apart verder. MEET NU HET WERK VANAF HIER! LIJF: = 142-158-170-186-206-226 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken die opgezet zijn onder de mouw aan elke kant. Begin de naald op een van de markeerdraad en neem de markeerdraden mee tijdens het breien. Brei de eerste naald als volgt: Brei in tricotsteek over de eerste 7-11-14-13-18-23 steken, brei A.3 over de volgende 55-55-55-65-65-65 steken (= 5 herhalingen van 11-11-11-13-13-13 steken, ga verder op de juiste naald in het telpatroon), 2 averecht, 14-22-28-26-36-46 steken in tricotsteek, A.3 over de volgende 55-55-55-65-65-65 steken, 2 averecht en brei in tricotsteek over de overgebleven 7-11-14-13-18-23 steken. Ga zo verder in patroon– LEES DE REST VAN HET LIJF VOORDAT U VERDER GAAT! MINDERINGEN IN DE ZIJKANTEN: Bij een hoogte van 1 cm vanaf de scheiding, mindert u 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MINDEREN (= 4 steken geminderd). Minder zo om de naald 5 keer in totaal aan elke kant = 122-138-150-166-186-206 steken. MEERDERINGEN IN DE AVERECHTE DELEN: Bij een hoogte van 6 cm vanaf de scheiding, meerdert u 1 steek in ieder averecht deel (= 12 steken gemeerderd op de naald) – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Meerder zo iedere 5 cm 6 keer in totaal in ieder averecht deel (er zijn nu 8 steken in elk van deze averechte delen). MEERDERINGEN IN DE ZIJKANTEN: Meerder tegelijkertijd bij een hoogte van 7 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 6 cm 3 keer in totaal aan elke kant. MEERDERINGEN IN DE DELEN MET TRICOTSTEEK: Tegelijkertijd bij een hoogte van ongeveer 15 cm vanaf de scheiding, breit u A.3 af. Brei dan recht boven recht en averecht boven averecht over deze steken. Meerder op de volgende naald 2 steken in elk deel met tricotsteek over A.3 - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-4 (= 20 steken gemeerderd). Herhaal dit meerderen na 2 cm (= 20 steken gemeerderd). Als alle meerderingen klaar zijn, zijn er 246-262-274-290-310-330 steken op de naald. Ga verder met recht boven recht en averecht boven averecht tot het werk ongeveer 59-61-63-65-67-69 cm meet vanaf de schouder naar beneden. Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm. Brei 2 ribbels in de rondte. Ga verder met rondbreinaald 5 mm en kant af met recht. De trui meet ongeveer 60-62-64-66-68-70 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Zet de 50-58-62-64-68-68 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op breinaalden zonder knop of een korte rondbreinaald 5 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 6-6-8-8-10-12 nieuw opgezette steken onder de mouw = 56-64-70-72-78-80 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 6-6-8-8-10-12 steken onder de mouw en begin de naald hier. Brei in tricotsteek in de rondte. Minder bij een hoogte van 2-2-2-2-3-3 cm vanaf de scheiding, 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3½-2½-2-1½-1-1 cm 7-10-12-12-14-14 keer in totaal = 42-44-46-48-50-52 steken. Ga verder tot de mouw 26-25-24-21-20-19 cm meet (minder voor de grotere maten vanwege een langere pas). Brei 1 naald recht terwijl u het aantal steken aanpast naar 40-40-48-48-48-48. Brei A.4 in de rondte (= 5-5-6-6-6-6 herhalingen van 8 steken). Als A.4 is gebreid, brei dan verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Brei 2 ribbels in de rondte. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 5 mm en kant af met recht. De mouw meet ongeveer 30-29-28-25-24-23 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde wijze. |
|||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #belleepoquesweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 28 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 186-6
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.