Lille Trille#lilletrilleset |
||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||
Gebreid vest met ronde pas en kabels, muts met pompons, wanten en sokken in DROPS Alpaca voor baby en kinderen. Maat 1 tot 3 jaar.
DROPS Baby 14-2 |
||||||||||
Motief: zie de teltekeningen M.1 tot M.3. De teltekeningen geven het motief weer op de goede kant. Ribbelst: alle naalden r breien. Ribbelst (rondbreien): 1 tr r, 1 tr av. Knoopsgat: kant af voor de knoopsgaten in het rechtervoorpand in een heeng nld als volgt: brei de 2e en 3e st r samen, maak 1 omsl (in de volgende nld deze omsl r breien). Kant af voor de knoopsgaten bij een hoogte van: Maat 1/3 maanden: 5, 12, 19 en 26,5 cm. Maat 6/9 maanden: 7, 14, 21 en 28,5 cm. Maat 12/18 maanden: 8, 16, 24 en 32,5 cm. Maat 2/3 jaar: 9, 16, 23, 30 en 37,5 cm. JASJE: Rug- en voorpand: het jasje wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld vanaf middenvoor naar middenvoor. Vergeet niet de knoopsgaten in het rechter voorpand – zie beschrijving hierboven. Zet met rondbreinld nr. 2,5 en Alpaca 179-199-213 (246) st op (incl. 5 voorkantst voor de biezen aan beide kanten). Brei 6 nld ribbelst (1e nld = heeng nld), en brei vervolgens 1 nld tricotst, blijf de de 5 kantst aan beide kanten steeds in ribbelst breien - en meerder in deze nld tegelijkertijd 15-15-17 (20) st (niet tussen de voorkantbiezen meerderen) = 194-214-230 (266) st. Brei de volgende terugg nld als volgt: 5 kantst, M.1B (= 4 st), M.1A over de volgende 180-200-216 (252) st (kijk op het diagram voor de juiste maat en lees bij een terugg nld het diagram van links naar rechts). Eindig met 5 kantst. Brei door volgens het motief op de zo juist beschreven manier. Minder tegelijkertijd bij een hoogte van 4-5-5 (6) cm 1 st in elk av-stukje door de 2 middelste st av samen breien (op de goede kant). Herhaal het minderen bij elke 3,5.-3,5.-4,5. (5.) cm nog 3 keer = 10-12-10 (10) av st in elk av-stukje = 154-174-182 (210) st op de nld. Brei bij een hoogte van 17-18-20 (23) cm de volgende nld als volgt: Brei 39-43-45 (52) st (= voorpand), kant 6-8-8 (8) st af voor het armsgat, brei 64-72-76 (90) st (= rugpand), kant 6-8-8 (8) st af voor het armsgat en brei de overige 39-43-45 (52) st (= voorpand). Leg het werk terzijde en brei de mouwen. Mouw: zet met sokkenbreinld nr. 2,5 en Alpaca 40-42-44 (48) st op en brei ribbelst in het rond. Plaats bij een hoogte van 5 cm 1 merkdraad – vanaf hier het werk meten! Brei door in ribbelst tot het werk een hoogte van 5 cm heeft, en brei vervolgens 1 tr tricotst en meerder tegelijkertijd 4-6-18 (20) st gelijkmatig verdeeld in deze tr = 44-48-62 (68) st. Brei de volgende tr als volgt – kies de juiste teltekening voor elke maat: Maat 1/3 maanden: M.2B (= 4 st), 4 av, M.2A over de volgende 28 st, M.2B (= 4 st) en 4 av. Maat 6/9 maanden: M.2B (= 4 m), 4 av, M.2A over de volgende 32 st, M.2B (= 4 st) en 4 av. Maat 12/18 maanden: 1 av, M.2A over de volgende 56 st, M.2B (= 4 st), en 1 av. Maat 2/3 jaar: M.2B (= 4 st), 2 av, M.2A over de volgende 56 st, M.2B (= 4 st) en 2 av. Plaats 1 merkdraad aan het begin van de tr en voer deze draad al breiend mee naar boven (voor maat 1/3 maanden + 6/9 maanden + 2/3 jaar de merkdraad in het midden van de eerste kabel van de tr plaatsen) = het midden van de ondermouw. Brei het motief door als hierboven beschreven – en meerder tegelijkertijd vanaf een hoogte van 6 cm 2 st in het midden van de ondermouw (voor Maat 1/3 maanden + 6/9 maanden + 2/3 jaar 1 st meerderen aan beide kanten van de kabel in het midden van de onder mouw).5-8-5(9) x 2 st in totaal 5-8-5 (9) keer in Maat 1/3 maanden: in elke 6e tr. Maat 6/9 maanden: in elke 5e tr. Maat 12/18 maanden: in elke 8e tr en in Maat 2/3 jaar: in elke 7e tr = 54-64-72 (86) st – de nieuwe st av breien. Kant bij een hoogte van 15-17-17 (24) cm – zorg ervoor dat de volgende nld gelijk is aan die voor de panden, zodat het motief doorloopt als de panden en mouwen op dezelfde nld gezet worden. Kant 6-8-8 (8) st af op het midden van de ondermouw = 48-56-64 (78) st op de breinld. Plaats de st op 1 draad (of hulpnld) en brei nog 1 mouw. Bovenstuk: zet de mouwen op dezelfde rondbreinld als de panden, boven de armsgaten = 238-270-294 (350) st. Er moeten nu 10-12-10 (10) av-st zijn (op de goede kant) tussen elke kabel. Brei het motief door. Brei 3 of 4 nld voordat u begint te minderen (voor Maat 2/3 jaar 7 of 8 nld breien) – zorg ervoor dat de 1e nld met minderingen een heeng nld is. Minder vervolgens 1 st in elk av-stukje door de 2 middelste st av samen breien in een heeng nld. Minderen in elke 6e nld: 0-0-6 (8) keer, in elke 4e nld: 8-8-2 (0) keer en uiteindelijk in elke 2e nld: 0-2-0 (0) keer. Als het minderen voltooid is, zijn er 2 av-st tussen elke kabel in het werk, en staan er in totaal 110-110-134 (158) st op de nld. Rond het motief af 1 nld na een nld met kabel. Brei 1 nld r op de heeng nld en minder tegelijkertijd gelijkmatig naar een totaal van 63-65-69 (73) st (niet tussen de voorbiezen minderen). Brei 3 nld r, en brei vervolgens een gaatjesrand in een heeng nld als volgt: 5 r, * 1 omsl, 2 st r sam.br *, herhaal steeds *-* tot er 4 st over zijn, en brei deze 4 st r. Brei nog 2 nld r en kant vervolgens losjes r af op een terugg nld. Afwerken: sluit de openingen onder de armen. Naai de knopen aan. Vouw de eerste 5 cm van elke mouw naar buiten om en naai deze omslag vast met een paar steken. MUTS: Maat: 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2/4) jaar Voor een hoofdomtrek van ca: 40/42 - 42/44 - 44/46 (48/50) cm. Muts: deze muts wordt in het rond gebreid. Zet met sokkenbreinld nr. 2,5 en Alpaca 104-109-114 (120) st losjes op en brei ribbelst. Plaats bij een hoogte van 5-6-6 (7) cm 1 merkdraad in het werk (hier omvouwen) – vanaf hier het werk meten! Brei bij een hoogte van 5-6-6 (7) cm 1 tr r en meerder in deze nld tegelijkertijd gelijkmatig naar een totaal van 112-128-126 (140) st . Brei door volgens teltekening M.2A (kies de juiste teltekening voor elke maat). Minder bij een hoogte van 12-12-14 (16) cm 1 st in elke av-stukje door de 2 middelste st av samen breien in elke tr (de laatste keer wordt de 1 av samen met 1 r gebreid) totdat er 32-32-36 (40) st op de nld zijn. Rijg een dubbele draad door de overige st, trek stevig aan en hecht af. De muts heeft een hoogte van ca 15-16-17 (19) cm gemeten vanaf de merkdraad. De ribbelst rand omvouwen naar de goede kant bij de merkdraad en deze omslag vastnaaien met een paar steken aan elke zijde van de muts – naai op de binnenkant van de omslag, zodat de steken onzichtbaar zijn. Pompoen: maak 1 pompoen met een doorsnede van ca 5 tot 6 cm en zet deze aan het puntje van de muts. WANTEN: De 2 grote maten met een duim breien, en de 2 kleine maten zonder duim breien. Want: deze want wordt in het rond gebreid. Zet met sokkenbreinld nr. 2,5 en Alpaca 34-36-36 (38) st losjes op en brei ribbelst – zie beschrijving hierboven – tot een hoogte van 2 cm. Brei 1 tr r en minder tegelijkertijd gelijkmatig 6-4-4 (2) st = 28-32-32 (36) st. Brei door in boordsteek met 2 r/ 2 av. Brei bij een hoogte van 4-4-5 (6) cm 1 tr r en meerder tegelijkertijd gelijkmatig naar een totaal van 32-36-36 (40) st – plaats 1 merkdraad aan het begin van de tr en nog 1 na 16-18-18 (20) st – vanaf hier het werk meten! Brei door in av en brei tegelijkertijd volgens M.3 over de middelste 12 st op de rg van de hand (de eerste 16-18-18 (20) st van de tr = de rug van de hand) – het pijltje op de teltekening wijst het midden van het werk aan. De 2 grootste maten: plaats tegelijkertijd na 1 (2) cm motief de laatste 5 (6) st van de tr op 1 draad voor de duim. Zet in de volgende nld 5 (6) nieuwe st op boven deze st. Alle maten: vanaf een hoogte van 6-7-8 (9) cm – er moeten 1 of 2 nld na de laatste kabel zijn gebreid - 8-9-9 (10) st gelijkmatig minderen in elke 2e tr totaal 3 keer = 8-9-9 (10) st op de breinld (1 st minderen door 2 st av sam.br). Rijg een dubbele draad door de overige st, trek stevig aan en hecht af. Duim: plaats de 5 (6) st van de draad op breinld nr. 2,5 en neem vervolgens hierna nog 7 (8) st op = 12 (14) st totaal. Brei av totdat de duim een hoogte van 3 (4) cm heeft. Brei vervolgens alle st 2 aan 2 samen. Rijg de draad door de overige st en hecht af. Brei nog 1 want, maar brei bij deze want de duim aan de andere kant (geldt voor de 2 grote maten). Koordje: zet met breinld nr. 2,5 en Alpaca 4 st op en brei een koordje als volgt: * 1 r, de draad voor het werk leggen (naar u toe). Haal 1 st av af de nld en de draad achter het werk leggen ( van uzelf af) *, herhaal steeds *-* in elke nld totdat het koordje dezelfde lengte heeft als de afstand van van pols naar pols van het kindje waarvoor u dit maakt = ca 62-67-74 (86 til 96) cm. Kant af en naai het koordje aan de binnenkant van elke want. SOKKEN: Maat: 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2/4) jaar Voetlengte van de sok: 10-11-12 (14) cm. Sok: deze sok wordt in het rond gebreid. Zet met sokkenbreinld nr. 2,5 en Alpaca 44-48-52 (56) st op. Brei 1 tr tricotst, en brei vervolgens een boordsteek met 2 r/ 2 av tot een hoogte van 8-8-9 (10) cm. Brei 1 tr tricotst en minder tegelijkertijd gelijkmatig verdeeld 4-8-8 (8) st = 40-40-44 (48) st. Brei de hiel als volgt: brei 3 –3½ - 3½ (4½ ) cm tricotst heen en weer over de middelste 16-16-16 (18) st aan de achterkant van het werk. Afkanten voor de hiel: (1e nld = heeng nld): brei 9-9-9 (10) r, 2 st verdraaid r sam.br, 1 r, keer het werk. 2e nld: 1 st afh, 3-3-3 (4) av, 2 st av sam.br, 1 av, keer het werk. 3e nld: 1 st afh, 4-4-4 (5) r, 2 st verdraait r sam.br, 1 r, keer het werk, 4e nld: 1 st afh, 5-5-5 (6) av, 2 av sam.br, 1 av, keer het werk. 5e nld: 1 st afh, 6-6-6 (7) r, 2 verdraait r sam.br, 1 r, keer het werk. 6e nld: 1 st afh, 7-7-7 (8) av, 2 st av sam.br, 1 av, keer het werk. 7e nld: 2 r sam.br, 6-6-6 (8) r, 2 st verdraaid r sam.br = 8-8-8 (10) st op de breinld (= totaal 32-32-36 (40) st). Neem 7-8-8 (11) st op aan beide kanten van de hiel en zet alle op dezelfde breinld = 46-48-52 (62) st. Brei door in tricotst over alle st. Minder tegelijkertijd aan elke kant van de bovenste 18-20-22 (26) st: 7 x 1 st in elke 2e tr = 32-34-38 (48) st. Als de voet een lengte van 8-9-9 (11) cm heeft (gemeten vanaf het begin van het afkanten voor de hiel) 1 merkdraad aan beide kanten plaatsen. Vervolgens st minderen in elke tr aan beide kanten van de merkdraden (= 4 st minderen per tr): 7-7-8-10 x 1 st . Rijg de draad door de overige 4-6-6 (8) st en hecht deze goed af. Dekentje: zie het patroon bij model B20-14 Rammelaar: zie het patroon bij model B14-30 of B13-32. |
||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||
|
||||||||||
![]() |
||||||||||
![]() |
||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #lilletrilleset of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 23 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 14-2
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.