DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 28.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 215-31
DROPS design: Patroon z-903
Garengroep A + A of C
-------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS ALPACA van garnstudio (behoort tot garengroep A)
200-250-250-300-300-350 g kleur 100, naturel
200-250-250-300-300-350 g kleur 7323, zeemist

STEKENVERHOUDING:
17 steken in de breedte en 22 naalden in de hoogte in tricotsteek en 2 draden = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5 mm : Lengte 60 of 80 cm voor tricotsteek.
DROPS RONDBREINAALD 4 mm : Lengte 40 en 60 of 80 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 28.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = brei 2 naalden recht.

TIP VOOR HET MINDEREN (verdeeld):
Zo berekent u hoe vaak er geminderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 96 steken), en deel deze door het aantal te maken minderingen (dus 16) = 6. In dit voorbeeld mindert u door iedere 5e en 6e steek recht samen te breien.

TIP VOOR HET MEERDEREN (geldt voor de mouwen):
Meerder door 1 omslag te maken aan de binnenkant van de 1 kantsteek, brei op de volgende naald de omslag gedraaid om gaatjes te voorkomen.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Brei het voor- en achterpand apart heen en weer op de rondbreinaald. Brei de mouwen heen en weer op de rondbreinaald. Brei de halsrand in de rondte aan het einde.


ACHTERPAND:
Brei het werk heen en weer gebreid op de rondbreinaald.
Zet 96-104-112-120-132-144 steken op (inclusief 1 kantsteek aan elke kant) op rondbreinaald 4 mm met 1 draad wit en 1 draad zeemist. Brei 1 naald recht aan de goede kant en 1 naald recht op de verkeerde kant. Ga verder met boordsteek als volgt (1e naald = goede kant): 1 kantsteek in RIBBELSTEEK - lees uitleg hierboven, * 2 averecht, 2 recht *, brei van *-* tot er 3 steken over zijn, eindig met 2 averecht en 1 kantsteek in ribbelsteek. Als de boordsteek 4 cm meet, ga dan verder met rondbreinaald 5 mm. Ga verder in tricotsteek en kantsteken zoals hiervoor – minder TEGELIJKERTIJD op de 1e naald 16-18-18-18-22-24 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MINDEREN in de uitleg hierboven = 80-86-94-102-110-120 steken.
DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Minder bij een hoogte van 10 cm, 1 steek aan de binnenkant van de 1 kantsteek aan elke kant. Herhaal het minderen iedere 5 cm 4 keer in totaal = 72-78-86-94-102-112 steken. Kant bij een hoogte van 31-32-33-34-35-36 cm, af voor het armsgat op het begin van iedere naald aan elke kant: 1-1-1-1-2-2 keer 3 steken, 0-0-1-3-3-4 keer 2 steken, en 1-3-4-3-3-5 keer 1 steek = 64-66-68-70-72-74 steken. Kant dan bij een hoogte van 48-50-52-54-56-58 cm, de middelste 26-26-26-28-28-28 steken voor de hals af. Eindig elk schouder apart. Minder dan 1 steek op de volgende naald vanaf de hals =18-19-20-20-21-22 steken op de schouder. Kant af bij een hoogte van 50-52-54-56-58-60 cm. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

VOORPAND:
Brei het werk heen en weer op de rondbreinaald.
Zet 96-104-112-120-132-144 steken op (inclusief 1 kantsteek aan elke kant) op rondbreinaald 4 mm met 1 draad wit en 1 draad zeemist. Brei 1 naald recht aan de goede kant en 1 naald recht op de verkeerde kant. Ga verder met boordsteek als volgt (1e naald = goede kant): 1 kantsteek in RIBBELSTEEK - lees uitleg hierboven, * 2 recht, 2 averecht *, brei van *-* tot er 3 steken over zijn, eindig met 2 recht en 1 kantsteek in ribbelsteek. Als de boordsteek 4 cm meet, ga dan verder met rondbreinaald 5 mm. Ga verder in tricotsteek en kantsteken zoals hiervoor – minder TEGELIJKERTIJD op de 1e naald 16-18-18-18-22-24 steken verdeeld = 80-86-94-102-110-120 steken.
DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Minder bij een hoogte van 10 cm, 1 steek aan de binnenkant van de 1 kantsteek aan elke kant. Herhaal het minderen iedere 5 cm 4 keer in totaal = 72-78-86-94-102-112 steken. Kant bij een hoogte van 31-32-33-34-35-36 cm, af voor het armsgat op het begin van iedere naald aan elke kant: 1-1-1-1-2-2 keer 3 steken, 0-0-1-3-3-4 keer 2 steken, en 1-3-4-3-3-5 keer 1 steek = 64-66-68-70-72-74 steken. Kant dan bij een hoogte van 44-46-48-50-52-54 cm, de middelste 16-16-16-18-18-18 steken af voor de hals. Eindig elk schouder apart. Kant af voor de hals op het begin van iedere naald vanaf de hals: 1 keer 2 steken en dan 4 keer 1 steek = 18-19-20-20-21-22 steken voor de schouder. Kant af bij een hoogte van 50-52-54-56-58-60 cm. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

MOUW:
Brei het werk heen en weer gebreid op de rondbreinaald.
Zet 42-46-46-50-50-50 steken op (inclusief 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant) op rondbreinaald 4 mm met 2 draden zeemist. Brei 1 naald recht aan de goede kant en 1 naald recht op de verkeerde kant. Brei verder met 1 draad wit en 1 draad zeemist. Brei boordsteek met 2 recht/2 averecht met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant. Als de boordsteek 4 cm meet, ga dan verder met rondbreinaald 5 mm. Brei in tricotsteek met 1 kantsteek in ribbelsteek – minder TEGELIJKERTIJD op de 1e naald 4-6-4-6-4-4 steken verdeeld = 38-40-42-44-46-46 steken. Meerder bij een hoogte van 12-12-12-12-11-11 cm, 1 steek aan de binnenkant van de kantsteek aan elke kant - lees TIP VOOR HET MEERDEREN in uitleg hierboven. Herhaal het meerderen iedere 3½-3-3-2½-2½-2 cm in totaal 11-12-12-13-14-16 keer = 60-64-66-70-74-78 steken. Kant bij een hoogte van 50-49-48-47-46-44 cm (minder voor de grotere maten vanwege een langere mouwkop en bredere schouders), af voor de mouwkop op het begin van iedere naald aan elke kant: 1 keer 3 steken, 3 keer 2 steken, 0-1-2-3-4-5 keer 1 steek, en dan 2 steken aan elke kant tot het werk 55 cm meet. Kant nu 1 keer 3 steken af aan elke kant. Kant de overgebleven steken af, het werk meet ongeveer 56 cm in alle maten. Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden dicht, rand tegen rand. Naai de mouwen in de trui. Naai de naad onder de mouwen dicht en naai de naad naar beneden in een keer dicht langs de zijkanten aan de binnenkant van de 1 kantsteek.

HALSRAND:
Gebruik een korte rondbreinaald 4 mm en 1 draad wit en 1 draad zeemist. Begin op de schoudernaad en neem ongeveer 80-88 steken op rondom de hals, het aantal steken moet deelbaar zijn door 4.
Brei boordsteek in de rondte met 2 recht en 2 averecht tot de boordsteek ongeveer 3 cm meet. Brei verder met 2 draden zeemist en 1 naald averecht. Kant dan losjes af met recht op de volgende naald.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 215-31

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (15)

country flag Chantal TS wrote:

Bonjour, Je fais une taille 40, quelle taille de pull dois-je choisir, SVP? Merci d'avance

27.11.2023 - 16:28

DROPS Design answered:

Bonjour Chantal, pour trouver votre taille, mesurez un pull similaire que vous avez et dont vous aimez la forme et comparez ces mesures à celles du schéma. Retrouvez plus d'infos ici. Bon tricot!

28.11.2023 - 08:27

country flag Lotta wrote:

Jag har köpt Drops alpaca mix, grupp A. Tycker om detta mönster till tröja, innebär det att jag måste sticka med två nystan samtidigt eller kan jag sticka med enbart ett nystan. Hade tänkt sticka mönstret halvpatent. Hur ska jag gå till väga?

06.09.2022 - 23:11

DROPS Design answered:

Hej Lotta, ja, vi har stickat denna med 2 tråder DROPS Alpaca. För att få måttet enligt måttskissen nederst i opskriften, måste du göra ett stickprov så du är säker på att du har 17 maskor på 10 cm i bredden :)

07.09.2022 - 09:15

country flag Linda-Maria Vidkær wrote:

Når der står: Garntype: A+A eller C, betyder det så, at det er to salgs typer garn fra A ELLER en type fra C? 🫣

15.05.2022 - 14:31

DROPS Design answered:

Hei Linda-Maria. Denne genseren er strikket med 2 tråder DROPS Alpaca og denne kvaliteten tilhører garngruppe A. Derfor står det A+A (1 tråd+ 1 tråd). Om du ønsker å strikke denne genseren i kun 1 tråd (men da ensfarget), kan du velge en garnkvalitet fra garngruppe C. DROPS Garn er delt inn i Garngrupper etter tykkelsen på tråden og strikkefastheten. Garngruppe A er tynnest og Garngruppe F er tykkest. Innefor hver av disse Garngruppene kan garn byttes om hverandre, og passer til hverandres oppskrifter. Ulikt garn har ulik struktur - og man får flere nye og flotte teksturer :) mvh DROPS Design

16.05.2022 - 10:43

country flag Linda-Maria Vidkær wrote:

Hvordan finder jeg ud af, hvilken str. jeg skal bruge? Her tænker jeg mest på brystimplantater og ærmelængde

19.04.2022 - 13:23

DROPS Design answered:

Hei Linda-Maria. Ta en titt på målskissen nederst på oppskriften og mål på deg selv. Da finner du den størrelsen som vil passe deg best. mvh DROPS Design

19.04.2022 - 13:49

country flag Monique wrote:

Minder bij een hoogte van 10 cm, 1 steek aan de binnenkant van de 1 kantsteek aan elke kant. Kan iemand mij uitleggen wat ik hier precies moet gaan doen want ik snap de zin niet. Ik had gehoopt dat jier een video van was maar die is er niet.

24.02.2022 - 22:23

DROPS Design answered:

Dag Monique,

Je mindert naast de kantsteken, dus aan het begin van de naald brei je eerst een kantsteek en dan minder je en aan het eind van de naald minder je eerst en dan brei je een kantsteek. je kunt de minderingen aan de goede kant maken en aan het begin van de naald door 1 steek af te halen, 1 steek breien en dan de afgehaalde steek over de gebreide steek halen. Aan het eind van de naald kun je 2 steken samenbreien.

26.02.2022 - 15:14

country flag Ala'a wrote:

Can we use the length 80cm only of the circular needle size 4 mm for rib? I mean without using the length 40cm!

24.01.2022 - 13:48

DROPS Design answered:

Dear Ala'a, sure, but you will then need to work magic loop technique for the parts of the piece that will be too short for the 80 cm needle. Happy knitting!

24.01.2022 - 15:48

country flag Mariette wrote:

Kan ik in plaats van een rondbreinaald ook een gewone rechte naald gebruiken voor dit patroon? 21/31 Wat is een voordeel van een rondbreinaald?

04.01.2022 - 09:30

DROPS Design answered:

Dag Mariette,

Het voordeel van een rondbreinaald, in dit geval, is dat je geen naden hebt in de zijkant en onder de mouw.

Om een patroon aan te passen om op rechte naalden te breien hebben we een instructie gemaakt. Deze vind je hier.

06.01.2022 - 09:42

country flag Berta wrote:

Hola! Tengo una duda del patrón. He tejido la parte delantera, trasera y mangas. Ahora las estoy ensamblando y me he topado con un problema, cuando he unido la parte delantera con la trasera por los hombros, la cabeza no pasa por la abertura del cuello. Que puedo hacer para solucionarlo? Me aseguré que el número de puntadas fueran las correctas en todos los pasos. Me pueden ayudar? Muchas gracias

03.03.2021 - 23:26

DROPS Design answered:

Hola Berta, necesitas romper las costuras y rematar una orilla elástica en el escote (espalda y delantero del jersey) como asi: MIRA AQUI. Buen trabajo!

04.03.2021 - 15:17

country flag Joëlle Caron wrote:

Bonjour, Pour le dos après la diminution des 28 mailles centrales pour l'encolure il faut diminuer 1 maille au rang suivant à partir de l'encolure une maille suffit pour l'encolure? De chaque côté et on tricote les 18 19 20 20 21 ou22 mailles restantes pour l'épaule si j'ai bien compris merci

21.02.2021 - 14:26

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Caron, dans les 3 grandes tailles, vous rabattez les 28 mailles centrales pour l'encolure et terminez chaque épaule séparément. Au rang suivant à partir de l'encolure, vous rabattez encore 1 maille (pour l'encolure toujours), et continuez sur les 20-21-22 mailles restantes jusqu'à ce que l'ouvrage mesure 56-58-60 cm et vous rabattez ces mailles. Reprenez les mailles de la 1ère épaule et terminez la de la même façon. Bon tricot!

22.02.2021 - 08:47

country flag Roussel wrote:

Bonjour je tricote le modèle 215-31 j’ai un souci pour les manches au lieu de 56cm de longueur j’ai 58cm pourtant j’ai suivi les explications du modèle pouvez vous me renseigner s’il vous plaît? Merci

27.01.2021 - 19:21

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Roussel, il est possible que ceci vienne de votre tension, si vous n'avez pas les 22 rangs = 10 cm en hauteur, alors lorsque vous arrêtez de rabattre 2 m de chaque côté jusqu'à ce que la manche mesure 55 cm, et rabattez ensuite 1 x 3 m de chaque côté, il doit vous rester 1 cm à faire (= ces 2 rangs) et vous avez ainsi bien 56 cm de hauteur totale. Bon tricot!

28.01.2021 - 09:27