DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 39.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Irish Sea

Gebreide DROPS trui in ribbelst met strepen van 1 draad “Alpaca” en 1 draad “Kid-Silk”. Maat: S - XXXL.

DROPS 168-17
DROPS design: Model nr. z-737
Garengroep A en A of C
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS ALPACA van Garnstudio
150-150-150-150-200-200 gr. kleur nr. 100, naturel
150-150-150-150-200-200 gr. kleur nr. 7120, lichtgrijs/groen
En gebruik:
DROPS KID-SILK van Garnstudio
50-75-75-75-75-100 gr. kleur nr. 01, naturel
50-75-75-75-75-100 gr. kleur nr. 06, lichtgrijs/groen

DROPS RONDBREINLD (80 cm) 5,5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 16 st x 34 nld met 1 draad van elke kwaliteit samen in ribbelst = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 39.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

STREPEN:
Brei strepen met 1 draad “Alpaca” en 1 draad ”Kid-Silk” als volgt:
VOORPAND:
Brei in ribbelst met lichtgrijs/groen tot het werk 28-29-30-31-32-33 cm meet. Brei dan * 1 ribbel naturel en 1 ribbel lichtgrijs/groen *, herhaal van *-* 16-16-17-17-18-18 cm lang (zorg dat u de draden losjes meevoert als u van kleur wisselt). Brei in ribbelst met naturel tot het werk 63-65-67-69-71-73 cm meet (= midden bovenkant van de schouder).

ACHTERPAND:
Ga verder in ribbelst met naturel tot het werk 19-20-20-21-21-22 cm meet. Brei dan * 1 ribbel lichtgrijs/groen en 1 ribbel naturel *, herhaal van *-* 16-16-17-17-18-18 cm lang (zorg dat u de draden losjes meevoert als u van kleur wisselt). Brei in ribbelst met naturel tot het werk 63-65-67-69-71-73 cm meet.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder naast de kant st. Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt!
Minder als volgt voor 1 kant st: 2 r samen.
Minder als volgt na 1 kant st: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder naast de kant st. Meerder 1 st door een omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid recht (dus brei in de achterste lus van de st).
----------------------------------------------------------

TRUI:
Wordt heen en weer gebreid, brei eerst het voorpand van onderen naar boven en brei dan vanaf de schouders het achterpand naar beneden. Brei de hele trui in 1 draad “Alpaca” en 1 draad ”Kid-Silk”.

VOORPAND:
Zet 70-77-83-94-101-114 st op (incl. 1 kant st aan elke kant) met rondbreinld 5,5 mm en 1 draad lichtgrijs/groen Kid-Silk en 1 draad lichtgrijs/groen Alpaca. Brei in RIBBELST en STREPEN - zie uitleg boven. Minder bij een hoogte van 10 cm 1 st aan elke kant van het werk - LEES TIP VOOR HET MINDEREN! DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Herhaal dit minderen elke 6-5-5-5-5-5 cm nog 3-4-4-4-4-4 keer = 62-67-73-84-91-104 st. Meerder bij een hoogte van 34-34-35-35-36-36 cm 1 st aan elke kant van het werk - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN! Herhaal dit meerderen bij een hoogte van 39-39-41-41-43-43 cm = 66-71-77-88-95-108 st. Ga verder in ribbelst en met strepen. Meerder bij een hoogte van 43-44-45-46-47-48 cm in totaal - pas zo aan dat de volgende nld aan de goede kant is - 1 st aan elke kant van het werk voor de mouwen = 68-73-79-90-97-110 st. Herhaal dit meerderen elke nld aan de goede kant nog 7 keer = 82-87-93-104-111-124 st. Zet dan nieuwe st op aan elke kant voor de mouwen aan het einde van elke nld als volgt: 2 keer 14-14-13-12-11-9 st en 1 keer 15-14-14-12-13-11 st = 168-171-173-176-181-182 st.
Kant bij een hoogte van 55-57-57-59-59-61 cm af voor de hals als volgt – pas zo aan dat de volgende nld aan de goede kant is – en brei de eerste 72-73-74-75-77-77 st (= linker schouder/mouw) en zet deze op een hulpdraad, kant de volgende 24-25-25-26-27-28 st af voor de hals en brei de rest van de nld (= 72-73-74-75-77-77 st op de rechterschouder/mouw).

RECHTERSCHOUDER/MOUW:
Ga verder en kant 1 st af aan het begin van de volgende 2 nld aan de goede kant (langs de hals) = 70-71-72-73-75-75 st over op de schouder/mouw. Brei tot het werk 63-65-67-69-71-73 cm meet en plaats een markeerder in het werk (= midden bovenkant schouder). Ga verder in ribbelst en strepen als hiervoor. Meerder bij een hoogte van 2 cm vanaf de markeerder op de bovenkant van de schouder 1 nieuwe st voor de hals aan het einde van de volgende 2 nld richting de hals = 72-73-74-75-77-77 st. Pas zo aan dat de volgende nld aan de goede kant is en zet dan de st op een hulpdraad.

LINKERSCHOUDER/MOUW:
Zet de st van de linkerschouder/mouw terug op de nld (1e nld = verkeerde kant). Ga verder en minder 1 st aan het einde van de volgende 2 nld aan de goede kant (langs de hals) = 70-71-72-73-75-75 st over op de schouder/mouw. Brei tot het werk 63-65-67-69-71-73 cm meet en plaats een markeerder in het werk (pas de plaats aan de rechterschouder/mouw aan = midden bovenkant schouder). MEET NU HET WERK VANAF HIER! Ga verder in ribbelst en strepen als hiervoor. Meerder bij een hoogte van 2 cm vanaf de markeerder op de bovenkant schouder 1 nieuwe st voor de hals aan het einde van de volgende 2 nld richting de hals = 72-73-74-75-77-77 st. Zet in de volgende nld aan de goede kant 24-25-25-26-27-28 nieuwe st op aan het einde van de nld en brei dan de st van de rechterschouder/mouw op de hulpdraad terug op de nld = 168-171-173-176-181-182 st op de nld.

ACHTERPAND:
Brei nu het achterpand verder naar beneden in ribbelst en STREPEN - zie uitleg boven. Kant bij een hoogte van 14-15-16-17-18-19 cm st af voor de mouwen aan het begin van elke nld aan elke kant als volgt: 1 keer 15-14-14-12-13-11 st en 2 keer 14-14-13-12-11-9 st = 82-87-93-104-111-124 st. Minder in de volgende nld aan de goede kant 1 st aan elke kant van het werk en herhaal dit minderen elke nld aan de goede kant nog 7 keer = 66-71-77-88-95-108 st. Zorg dat de strepen op dezelfde hoogte komen op het achterpand en op het voorpand. Minder dan 1 st aan elke kant bij een hoogte van 24-26-26-28-28-30 cm en 29-31-32-34-35-37 cm = 62-67-73-84-91-104 st. Meerder bij een hoogte van 35-35-37-39-41-43 cm 1 st aan elke kant in de volgende nld aan de goede kant. Herhaal dit meerderen elke 6-5-5-5-5-5 cm nog 3-4-4-4-4-4 keer = 70-77-83-94-101-114 st. Kant losjes af bij een hoogte van 63-65-67-69-71-73 cm vanaf de markeerder op de bovenkant van de schouder.

AFWERKING:
Naai de onderarmnaden en zijnaden dicht in de buitenste lusjes van de kant st.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 168-17

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (7)

country flag Jennie Brindley wrote:

Hi, thank you for your post answering my first questions. I love this jumper in the colours illustrated. Could you kindly let me know, as this pattern is written for knitting this jumper using 1 strand of Alpaca and 1 strand of Kid Silk, the names of the colours in 100 % Alpaca I need to use with the Kid Silk to get the jumper as shown in the picture? So far as I see, ‘Light Grey Green’ is only available in Alpaca Nepal (no 7120). Thanks.

27.01.2022 - 09:03

DROPS Design answered:

Dear Mrs Brindley, this colour is now discontinued, but please feel free to contact your DROPS store for any individual assistance choosing the best matching colour, they will help you, even per mail or telephone. Happy knitting!

28.01.2022 - 10:31

country flag Jennie Brindley wrote:

I ordered the wool for this pattern through a uk website called Ritohobby, who have been very helpful. However, the link on their website automatically sent me Drops Alpaca 100% which is a 4 ply wool. 2 questions: 1. Pls can you let me know if this pattern should state Alpaca NEPAL,, which is an Aran - the colours and numbers seems to match, and my tension sample is appropriate with this wool. 2. Is there any reason not to use a circular needle when knitting this pattern? Thanks

26.01.2022 - 10:21

DROPS Design answered:

Dear Mrs Brindley, this jumper is worked with 2 strands of yarn group A, ie 1 strand Alpaca + 1 strand Kid-Silk and then you get approximately the thickness of a yarn like aran (= yarn group C like Nepal) - so you can work either with 2 strands yarn group A or 1 strand yarn group C (= Nepal for example). You work here back and forth on circular needle to have enough room for all stitches. Happy knitting!

26.01.2022 - 13:18

country flag Natasa Papadopoulou wrote:

Hi, I'm new in knitting and I really enjoy it. But I have some troubles in following the pattern. I don't understand how to do the following demand: 'Then cast on new sts in each side for sleeves at the end of every row as follows: 14-14-13-12-11-9 sts 2 times and 15-14-14-12-13-11 sts 1 time = 168-171-173-176-181-182 sts.' I can't find the explanation in any video. Thanks in advance

13.12.2020 - 08:13

DROPS Design answered:

Dear Mrs Papadopoulou, this video shows how to cast on new stitches at the end of a row from wrong side - in this pattern you need to cast on the new stitches on each side, ie you will cast on new stitches at the end of a row from right side as well as at the end of a row from wrong side (for sleeves). Happy knitting!

14.12.2020 - 08:52

country flag Susanne wrote:

Guten Tag Ich bin nicht so erfahren im Stricken. Kann ich aus dieser Anleitung eine A-linie machen? Liebe Grüsse susanne

01.10.2018 - 10:37

DROPS Design answered:

Liebe Suzanne, wenn Sie nicht so erfahren im Stricken sind, suchen Sie vielleicht am besten einen trapezförmigen Pullover. Viel Spaß beim stricken!

01.10.2018 - 12:33

country flag Bea wrote:

Ich liebe streifenpullis!

22.12.2015 - 17:58

country flag Roswitha wrote:

Schlicht und doch ein Hingucker!

18.12.2015 - 13:47

country flag Ylva Gustafsson wrote:

Enkel och snygg, lätt att variera själv!

17.12.2015 - 15:55