DROPS Symphony
DROPS Symphony
65% wol, 35% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale

Gentle Hug

Gebreid DROPS vest, wordt van boven naar beneden gebreid met extra wijdte aan de onderkant van ”Symphony”. Maat: S - XXXL.

DROPS 128-20
DROPS design: Model nr. WW-041
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS SYMPHONY
Kleur nr. 17, grijsbruin:
550-600-650-750-800-900 gr.

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD 7 mm (40 en 80 cm) - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 14 st x 19 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS PARELMOER KNOOP NR. 540:
1 knoop voor alle maten.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Symphony
DROPS Symphony
65% wol, 35% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer op de rondbreinld):
brei alle nld recht.

RIBBELST (in de rondte op breinld zonder knop):
* brei 1 nld recht, brei 1 nld av *, herhaal van *-*.

VERKORTE TOEREN:
Brei verkorte toeren over de buitenste 6 st middenvoor als volgt:
Linker voorpand (= aan de goede kant):
Brei 6 st recht aan de goede kant, keer het werk en brei 6 st av aan de verkeerde kant. Brei 4 st recht, keer het werk en brei 4 st av aan de verkeerde kant, 2 st r, keer en brei 2 st av aan de verkeerde kant.
Rechter voorpand (= aan de verkeerde kant):
Brei 6 st av aan de verkeerde kant, keer het werk en brei 6 st recht aan de goede kant. Brei 4 st av, keer het werk en brei 4 st recht aan de goede kant. Brei 2 st av, keer en brei 2 st r aan de goede kant.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 st op de kraag door de 9e en 10e st recht/av samen te breien vanaf middenvoor.

TIP VOOR HET METEN:
Meet vanwege het gewicht van het garen het werk terwijl het hangt omdat het anders te lang wordt tijdens het dragen.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
Meerder 1 st door 2 st te breien in de buitenste st op de nld.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
Meerder door 1 omsl te maken aan iedere kant van de 2 st in tricotst aan iedere kant. Begin 1 st voor de markeerdraad als volgt: 1 omsl, 1 st in tricotst, markeerdraad, 1 st in tricotst, 1 omsl. Brei de omsl in de volgende nld gedraaid, dus brei achter in de st in plaats van voor in de st om een gaatje te voorkomen.

KNOOPSGAT:
Maak een knoopsgat op de rechter voorbies. 1 Knoopsgat = kant de 5e voorbies st vanaf middenvoor af. Zet in de volgende nld 1 nieuwe st op boven de afgekante st.
--------------------------------------------------------
Wordt van boven naar beneden gebreid, begin aan de bovenkant van de sjaalkraag. De voorpanden en het achterpand worden dan apart heen en weer gebreid tot en met de armsgaten. Alle st worden dan op dezelfde rondbreinld gezet. Brei dan heen en weer over alle st tot het werk klaar is. LEES TIP VOOR HET METEN!

LINKER KRAAG/VOORPAND:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet 24-25-26-27-28-29 st op met rondbreinld 7 mm en Symphony voor de kraag. 1e Nld = aan de goede kant: Brei 8 st in RIBBELST - zie uitleg boven, brei de overgebleven st in tricotst, brei de teruggaande nld aan de verkeerde kant (de 8 st in ribbelst = voorbies). Brei de volgende nld aan de goede kant als volgt: * Brei VERKORTE TOEREN over de buitenste 6 voorbies st middenvoor - zie uitleg boven! Brei als de verkorte toeren eenmaal in de hoogte zijn gebreid 4 nld heen en weer over alle st met 8 st in ribbelst op de voorbies en brei de overgebleven st in tricotst *, herhaal van *-* tot het werk 8-8-9-9-10-10 cm meet aan de korte kant – pas zo aan dat het na 1 hele herhaling van verkorte toeren is. Zet nu 17-18-17-18-18-19 nieuwe st op voor de schouder aan het einde van de volgende nld aan de goede kant = 41-43-43-45-46-48 st. MEET NU HET WERK VANAF HIER. Ga verder in tricotst en verkorte toeren over de voorbies st als hiervoor. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT:
Minder bij een hoogte van 5 cm (gemeten vanaf de schouder), 1 st naast de voorbies st van de kraag - LEES TIP VOOR HET MINDEREN! Herhaal dit minderen iedere 3e nld (van de nld die over alle st worden gebreid) in totaal 14-15-16-17-18-19 keer. Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 18-18-16-15-12-9 cm 1 st aan het einde van de nld richting de zijkant aan de goede kant (meerder niet voor Maat S) - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN 1! Herhaal dit meerderen aan het einde van iedere nld richting de zijkant (= aan de goede kant) in totaal 0-2-5-7-10-14 keer, zet dan 6 nieuwe st op aan het einde van de volgende nld aan de goede kant in alle maten (het minderen voor de kraag is nog niet klaar maar wordt later voortgezet). Brei 1 nld av aan de verkeerde kant. Het werk meet nu ongeveer 19-20-21-22-23-24 cm. Laat het werk rusten.

RECHTER KRAAG/VOORPAND:
Zet op en brei als het linker voorpand maar in spiegelbeeld, dus de 8 st in ribbelst worden aan het einde van de nld aan de goede kant gebreid en de verkorte toeren beginnen aan de verkeerde kant - zie uitleg boven! Zet nieuwe st op voor de schouder en kant af aan de verkeerde kant, eindig aan de goede kant. Laat het werk rusten.

ACHTERPAND:
Linker schouder:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet 17-18-17-18-18-19 st op met rondbreinld 7 mm en Symphony. Brei in tricotst. Meerder bij een hoogte van 2 cm 1 st richting de hals aan het einde van de volgende nld aan de goede kant = 18-19-18-19-19-20 st. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant. Knip de draad af en laat het werk rusten.
Rechter schouder: Zet op en brei als de linker schouder. Meerder bij een hoogte van 2 cm, 1 st richting de hals aan het einde van de volgende nld aan de verkeerde kant. Brei 1 nld aan de goede kant. Zet dan 14-14-16-16-18-18 st op voor de hals aan het einde van de volgende nld aan de verkeerde kant = 32-33-34-35-37-38 st. Zet de st van de linker schouder op dezelfde nld = 50-52-52-54-56-58 st. Ga verder in tricotst, start aan de goede kant. Meerder bij een hoogte van 18-18-16-15-12-9 cm 1 st op aan het einde van de volgende 2 nld (meerder niet voor Maat S). Herhaal dit meerderen aan het einde van iedere nld aan iedere kant in totaal 0-2-5-7-10-14 keer, brei dan 2 nld zonder te meerderen = 50-56-62-68-76-86 st. Het werk meet ongeveer 19-20-21-22-23-24 cm.

LIJF:
Zet de st van ieder voorpand op dezelfde rondbreinld als het achterpand en brei nu heen en weer over alle st, begin vanaf middenvoor. Plaats een markeerdraad in het midden van de 6 nieuwe st op het laatst gemeerderd op elk voorpand aan de zijkant = 56-62-68-74-82-92 st tussen de markeerders voor het achterpand. Ga verder in tricotst en met verkorte toeren over de voorbiezen en het minderen voor de kraag als hiervoor. Als alle minderingen zijn gemaakt, staan er 116-128-138-150-164-184 st op de nld. Brei na de laatste mindering voor de kraag, de 8 st middenvoor aan iedere kant in ribbelst, zonder verkorte toeren. Maak TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 28-29-30-31-33-34 cm 1 KNOOPSGAT op de rechter voorbies - zie uitleg boven! Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 29-30-31-32-33-34 cm 1 st aan iedere kant van de markeerdraad aan elke kant aan de goede kant - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN 2! Herhaal dit meerderen elke nld aan de goede kant tot het werk klaar is (= ongeveer 26-27-28-29-29-30 nld met meerderen). Brei TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 55-57-59-62-63-65 cm, 4 nld recht over alle st. Er staan nu ongeveer 220-236-250-266-280-304 st op de nld. Kant LOSJES alle st af. Het werk meet nu ongeveer 56-58-60-63-64-66 cm.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop. Zet 30-32-34-36-38-40 st op met breinld zonder knop 7 mm. Brei 4 nld in RIBBELST - zie uitleg boven! Plaats een markeerdraad in het werk. Brei dan in tricotst. Meerder bij een hoogte van 8 cm, 1 st aan iedere kant van de markeerdraad. Herhaal dit meerderen iedere 5-4½-4-4-3-3 cm in totaal 8-9-10-10-11-12 keer = 46-50-54-56-60-64 st. Kant bij een hoogte van 49-49-48-47-45-44 cm (LET OP! Minder cm voor de grootste maten voor een grotere mouwkop en bredere schouders) 6 st af midden onder de mouw (kant 3 st af aan iedere kant van de markeerdraad). Brei dan verder heen en weer op de nld en kant af voor de mouwkop aan het begin van iedere nld aan elke kant als volgt: 2 keer 2 st, 1-2-3-4-6-8 keer 1 st. Kant dan 2 st af aan iedere kant tot het werk 55-56-57-57-57-58 cm meet, kant dan 1 keer 3 st af aan iedere kant. Kant alle st af. Het werk meet nu ongeveer 56-57-58-58-58-59 cm.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden dicht. Naai de mouwen in het vest. Naai de kraagdelen samen middenachter en naai de kraag aan langs de hals op het achterpand. Naai de knoop op de linker voorbies.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 128-20

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (14)

country flag Angelika wrote:

Klopt het dat je aan de linker en rechter zijde van de hals na de ruches moet minderen? Moet je hier iet meerderen?

13.11.2012 - 19:07

DROPS Design answered:

Nee, het patroon is correct. Je moet inderdaad eerst minderen en later meerderen.

14.11.2012 - 13:41

country flag Kristin Risborg wrote:

Stilig jakke.

26.01.2011 - 19:46

country flag DULHOSTE wrote:

J'attends avec impatience les explications de ce très joli gilet si doux et féminin !

25.01.2011 - 14:30

country flag Lena Linder wrote:

Underbar! Vill göra så fort mönstret kommer!

23.01.2011 - 21:30

country flag Anna wrote:

Ser jätteskön ut!

22.01.2011 - 21:46

country flag Jacqueline Sörenson wrote:

Underbar tröja som jag skall sticka så fort mönstret kommer ut.

20.01.2011 - 09:52

country flag Eldri wrote:

Jeg titter og venter på at denne skal komme. Lekker!

16.01.2011 - 11:55

country flag Dominique wrote:

Veste très confortable et utilisable à toutes saisons.

15.01.2011 - 19:50

country flag Helle wrote:

Hvilke lækker jakke, den glæder jeg mig til at strikke

13.01.2011 - 17:56

country flag Marianne Herrström wrote:

Fantastiskt fin kofta, jag hoppas verkligen att ni tar med den i vår.

13.01.2011 - 08:55