DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 11.96€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS Baby 20-11
DROPS design: Model nr. FA-031-by
--------------------------------------------------------
Maat: 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2 - 3/4) jaar
Maat in cm: 50/56- 62/68- 74/80 (86/92-98/104)
Materiaal: DROPS FABEL
kleur nr. 623, rose mist:
200-200-200 (250-250) gr.

DROPS RONDBREINLD 3 mm (60 cm) - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 24 st x 32 nld tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD 2.5 mm – voor de ribbelst rand.
DROPS HAAKNLD 2 mm – voor de gehaakte rand.
DROPS KOKOS KNOPEN NR. 516: 4 stuks.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 11.96€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 st door 2 st in één st te breien.

VERKORTE TOEREN:
* Brei 2 nld heen en weer over 24-24-26 (28-28) voorbies st, brei 2 nld over alleen de eerste 12-12-13 (14-14) st.* LET OP: Haal als u keert midden in het werk de eerste st recht af, trek de draad aan en brei de teruggaande nld. Dit doet u om een gaatje te voorkomen in de overgang.

KNOOPSGATEN:
Het vest heeft een dubbele knopenrij met 4 knoopsgaten op de rechter voorbies (De foto is in spiegelbeeld getoond).

1 KNOOPSGAT = brei de 4e en 5e st vanaf de kant samen en maak 1 omsl. Brei in dezelfde nld ook de LAATSTE 4e en 5e st op de voorbies samen en maak 1 omsl.
Maak 2 knoopsgaten bij een hoogte van:
MAAT 1/3 maanden: 10 en 14 cm.
MAAT 6/9 maanden: 11 en 15 cm.
MAAT 12/18 maanden: 14 en 18 cm.
MAAT 2 jaar: 17 en 21 cm.
MAAT 3/4 jaar: 19 en 23 cm.
--------------------------------------------------------

VEST:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Begin met het voorpand, meerder st voor de mouw en brei omhoog tot de schouder. Brei het andere voorpand, zet de 2 voorpand delen samen op de nld en brei het achterpand naar beneden.

LINKER VOORPAND:
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT! Zet 43-47-51 (56-59) st op (inclusief 1 kant st aan de zijkant en 24-24-26 (28-28) voorbies st richting middenvoor) met nld 2.5 mm en Fabel. Brei 6 nld ribbelst - zie uitleg boven. Ga verder met rondbreinld 3 mm en brei tricotst, maar brei de 24-24-26 (28-28) voorbies st richting middenvoor steeds in ribbelst. Brei bij een hoogte van 4 cm VERKORTE TOEREN - zie boven (Nld 1 = aan de verkeerde kant). Herhaal van *-* iedere 4 cm tot een hoogte van 19-21-24 (27-30) cm, herhaal dan van *-* iedere 2 cm tot het werk klaar is.
Zet TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 16-17-20 (23-25) cm nieuwe st op aan het einde van iedere nld aan de verkeerde kant (richting de zijkant voor de mouw): 2-2-3 (3-3) x 6 st, 1-1-1 (2-3) x 8 st en 1 x 21-22-22 (25-26) st = 84-89-99 (115-127) st voor de schouder/mouw. De gemeerderde st worden in tricotst gebreid. Ga als alle nieuwe st voor de mouw opgezet zijn verder in tricotst en brei TEGELIJKERTIJD als hiervoor de voorbies in ribbelst en brei nu ook de laatste 10 st op de mouw in ribbelst. Plaats bij een hoogte van 27-29-33 (37-40) cm 1 markeerdraad = midden van de schouder. Zet nu de 24-24-26 (28-28) voorbies st op een hulpdraad. Zet in de volgende nld 2 nieuwe st op aan het einde van de nld aan de goede kant (langs de hals), herhaal dit meerderen in de volgende nld langs de hals = 64-69-77 (91-103) st op de nld. Brei 1 nld aan de verkeerde kant. Laat het werk rusten.

RECHTER VOORPAND:
Zet op en brei als het linker voorpand maar in spiegelbeeld. Maak ook KNOOPSGATEN op de voorbies - zie boven. LET OP! Zet de st op een draad na de laatste keer meerderen voor de hals (dus de laatste nld = aan de verkeerde kant).

ACHTERPAND:
Brei het linker voorpand op de rondbreinld, zet 16-16-18 (20-20) nieuwe st op (=hals middenachter) en brei het rechter voorpand op de rondbreinld = 144-154-172 (202-226) st.
MEET NU HET WERK VANAF DE MARKEERDERS OP DE SCHOUDERS! Ga verder in tricotst en ribbelst aan het einde van iedere mouw heen en weer gebreid op de nld.
Begin bij een hoogte van 8½-9½-10 (10-11) cm met het afkanten van de mouw st. Kant af aan het begin van iedere nld aan iedere kant als volgt: 1 x 21-22-22 (25-26) st, 1-1-1 (2-3) x 8 st en 2-2-3 (3-3) x 6 st = 62-70-76 (84-90) st op de nld. Brei tricotst met 1 kant st aan iedere kant. Vouw bij een hoogte van ongeveer 26-28-32 (36-39) cm het werk dubbel bij de markeerders op de schouders en kijk of het achterpand dezelfde lengte heeft als het voorpand tot de ribbelst onderrand. Ga verder met nld 2.5 mm en brei 6 nld ribbelst. Kant alle st af.

SJAALKRAAG:
Zet de 24-24-26 (28-28) st van de hulpdraad op het linker voorpand terug op de nld. Brei ribbelst en ga verder met verkorte toeren elke 2 cm tot de kraag 7-7-8-9-9 cm meet (gemeten op het kortste deel). Kant alle st af. Herhaal met de st op de hulpdraad van het rechter voorpand.

AFWERKING:
Naai de mouw- en zijnaden dicht in de kant st. Naai de knopen aan. Naai de kraag samen middenachter en naai de kraag aan de hals.

GEHAAKTE RAND:
Haak een rand langs de voorbies, langs de rand van de kraag en naar beneden langs de voorbies aan de andere kant.
Begin aan de onderkant van het rechter voorpand en haak met haaknld 2 mm als volgt: haak 1 v, * 1 l, sla over ongeveer ½ cm over, 1 v in de volgende st *, herhaal van *-*.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 26.11.2014
Onder KNOOPSGATEN. Kant af voor de knoopsgaten bij een hoogte van: MAAT 1/3 maanden: 10 en 14 cm, MAAT 6/9 maanden: 11 en 15 cm, MAAT 12/18 maanden: 14 en 18 cm, MAAT 2 jaar: 17 en 21 cm en MAAT 3/4 jaar: 19 en 23 cm.

Telpatroon

diagram measurements
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 20-11

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (58)

country flag Flo wrote:

Bonjour Je propose Télio pour le nom du modèle

13.03.2024 - 11:58

country flag Flo wrote:

Bonjour Je propose Télio pour le nom du modèle

13.03.2024 - 11:57

country flag Linda wrote:

Hi I’m currently knitting baby patter pattern FA-031-by (the striped double breasted shawl collar cardigan 0-3 size) I’ve got to the part shortened rows it says, repeat every 4cm until price measures 19cm (for me) then every 2cm to finished measurement? What is that, still 19cm? Next line says when piece measures 16cm cast on new stitches. I’m totally confused, I’m not sure what measurements I’m working to, hope you can help! Linda

25.11.2023 - 13:56

DROPS Design answered:

Dear Linda, you will work shortened rows up to the end of the front piece. So, until the piece measures 27 cm. So you will repeat every 2cm until the piece measures 27cm. At the same time as you are working the shortened rows, you need to start casting on stitches. Specifically, when the piece measures 16cm. So you will be casting on stitches and working shortened rows simultaneously. Happy knitting!

26.11.2023 - 22:19

country flag Jenni wrote:

Hallo! In der oberen Anleitung steht für die Krausrippe eine andere Nadelstärke als bei der glatt rechten Fläche. Inwieweit lässt sich dieses umsetzen? Bleibt nicht alles auf einer rundnadel?

26.10.2022 - 15:48

DROPS Design answered:

Liebe Jenni, die untere Kante wird mit den kleineren Nadeln gestrickt, aber die Blende wird mit der Nadel Nr 3 (wie beim glatt rechts) gestrickt. Viel Spaß beim stricken!

26.10.2022 - 17:03

country flag Thea wrote:

Weet iemand antwoord op mijn vraag? Bij het voorpand, als de voorbies op de hulpvraag staat, beginnen met meerderen voor de hals. Er staat tot 64 steken. Zijn dit alleen de steken van het meerderen? Er staan toch veel meer steken op de naald, ook van de mouwen. Ik begrijp niet wat ik moet tellen. Graag hulp!

03.05.2022 - 20:18

DROPS Design answered:

Dag Thea,

Na het meerderen voor de mouw heb je 84 steken op de naald in totaal. Je zet bij een hoogte van 27 cm de 24 voorbiessteken op een hulpdraad, dus dan heb je nog 60 steken op de naald staan om mee te breien. Je meerdert in totaal 4 steken, dus heb je daarna 64 steken op de naald staan.

10.05.2022 - 09:20

country flag Mindy wrote:

How do I "mirror" the right front? Do I knit backwards, or do I exchange purl for knit stitches (and vice versa)?

26.02.2022 - 01:13

DROPS Design answered:

Dear Mindy, for example, if the first row of the shortened rows is worked on the wrong side in the left front, you need to work the first row on the right side in the right front. When you cast on new stitches for the sleeve, in the left front you cast on at the end of every row on the wrong side, while on the right front you cast on at the end of every row on the right side. Happy knitting!

27.02.2022 - 17:46

country flag Lena wrote:

Hallo, ich habe eine Frage zum Rückenteil. „Das li Vorderteil auf eine Nadel legen und … M anschlagen“, also nach den 2x2 neuen Maschen am Ende der Seitenteile die neuen M anschlagen? Was bedeutet „Glatt mit den Krausrippen unten an den Ärmeln…“? Ist hiermit das Ende d. Ärmels, also das Bündchen gemeint? Ich kann mir glaube ich das fertige Rückenteil nicht vorstellen. Stricke ich quasi ab der Schultermarkierung „umgeklappt“ einfach das Rückenteil herunter? Vielen Dank!

21.02.2022 - 15:57

DROPS Design answered:

Bonjour Lena, Sie sind gerade beim Rückenteil, richtig? Jezt stricken Sie die Maschen vom linken Vorderteil, schlagen Sie neue Maschen für den Halsausschnitt an (siehe hier und stricken die Maschen vom rechten Vorderteil; jezt stricken Sie das Rückenteil von oben nach unten, mit den 10 krausrechten Maschen beidseitig wie zuvor und glatt rechts inzwischen. Nach 8,5-11 cm beginnen Sie, die Maschen der Ärmel beidseitig abzuketten. Viel Spaß beim stricken!

22.02.2022 - 09:59

country flag Grace wrote:

Hi, just wondered if you could tell me about leaving a marker in middle of shoulder, where exactly is the middle of the shoulder, could you tell me how many stitches in the marker would be, thanks grace

19.08.2021 - 12:52

DROPS Design answered:

Dear Grace, the marker should be in the middle of the row, this marker will be used later to measure from, ie this row should be on the top of shoulder, the number of stitches doesn't matter, it just will be used to measure from. Happy knitting!

19.08.2021 - 14:40

country flag Helen McInnes wrote:

I am needing help with the short rows. (i have just started the leftside) Are they worked on the garter stitch section or the bit that is at the side with the stocking stitch? Do I start the short row from the wrong side or the right side?

23.05.2021 - 19:55

DROPS Design answered:

Dear Helen, the hsort rows are only knitted on the collar stitches knitted with GARTER stitch, They always start from the outside (the front edge), please read the desciption in the pattern as well. Happy Knitting!

24.05.2021 - 03:25

country flag Ulla Lindblad wrote:

Jag antar att ni egentligen menar att man lägger upp 51 maskor och 26 av dem stickas i rätstickning . Dvs 77 maskor totalt. Om man lägger upp 51 + 26 stämmer inte maskantalet när det är dax att lägga arbetet åt sidan och koftan blir väldigt bred.

07.03.2021 - 07:06