DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 2.00 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.60 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 48.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425

Sea Haze

Gebreide oversized trui in DROPS Alpaca en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met Europeaanse/diagonale schouders en kleur-op-kleur strepen. Maten XS - XXL.

Markeer maat:
DROPS 255-31

#seahazesweater

DROPS Design: Patroon z-1043
Garengroep A + A of C
-------------------------------------------------------

MATEN:
XS - S - M - L - XL - XXL

GAREN:
DROPS ALPACA van garnstudio (behoort tot garengroep A)
100-150-150-150-150-150 g kleur 2020 licht noga
50-50-100-100-100-100 g kleur 4010, licht lavendel
100-100-100-100-100-100 g kleur 9020, zeer licht grijs
50-100-100-100-100-100 g kleur 9035, bevroren lavendel
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
25-25-25-25-25-25 g kleur 12, beige
50-50-50-50-50-75 g kleur 40, parelroze
25-25-25-50-50-50 g kleur 41, poeder
50-50-50-50-50-50 g kleur 42, amandel
50-50-50-50-50-50 g kleur 54, helder zand

Als u het kledingstuk in één kleur wilt, heeft u nodig:
DROPS ALPACA van garnstudio (behoort tot garengroep A)
250-300-300-350-350-400 g
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
125-125-150-150-175-175 g

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 3.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3.5 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
17 steken in de breedte en 22 naalden in de hoogte, met tricotsteek en 1 draad van elke kwaliteit op naald 5 mm = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 2.00 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.60 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 48.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
MEERDER 1 STEEK RICHTING LINKS – aan de goede kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei recht in de achterste lus.
MEERDER 1 STEEK RICHTING RECHTS – aan de goede kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
MEERDER 1 STEEK RICHTING LINKS – op de verkeerde kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei averecht in de voorste lus.
MEERDER 1 STEEK RICHTING RECHTS – op de verkeerde kant:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei averecht in de achterste lus.

STREPEN LIJF:
De strepen worden in tricotsteek gebreid met 1 draad van elke kwaliteit (= 2 draden):
6 cm met 1 draad Alpaca licht lavendel en 1 draad Kid-Silk parelroze.
6 cm met 1 draad Alpaca licht lavendel en 1 draad Kid-Silk poeder.
6 cm met 1 draad Alpaca bevroren lavendel en 1 draad Kid-Silk poeder.
6 cm met 1 draad Alpaca bevroren lavendel en 1 draad Kid-Silk helder zand.
6 cm met 1 draad Alpaca licht noga en 1 draad Kid-Silk helder zand.
6 cm met 1 draad Alpaca licht noga en 1 draad Kid-Silk beige.
Brei tot de gewenste lengte met 1 draad Alpaca licht noga en 1 draad Kid-Silk amandel.

TIPS VOOR DE STREPEN:
Voor een mooie overgang bij het wisselen van kleuren, gaat u verder met de nieuwe kleur en brei 1 naald, brei dan de eerste steek op naald 2 als volgt:
Neem de eerste steek vanaf de vorige naald en brei deze recht samen met de eerste steek op de linker naald.

STREPEN MOUWEN:
De strepen worden gebreid in tricotsteek met 1 draad van elke kwaliteit (= 2 draden):
Brei 2-2-2-1-2-1 cm gemeten onder de mouw met 1 draad DROPS Alpaca zeer licht grijs en 1 draad Kid-Silk parelroze.
5-5-5-5-4½-4½ cm met 1 draad Alpaca licht lavendel en 1 draad Kid-Silk parelroze.
5-5-5-5-4½-4½ cm met 1 draad Alpaca licht lavendel en 1 draad Kid-Silk poeder.
5-5-5-5-4½-4½ cm met 1 draad Alpaca bevroren lavendel en 1 draad Kid-Silk poeder.
5-5-5-5-4½-4½ cm met 1 draad Alpaca bevroren lavendel en 1 draad Kid-Silk helder zand.
5-5-5-5-4½-4½ cm met 1 draad Alpaca licht noga en 1 draad Kid-Silk helder zand.
5-5-5-5-4½-4½ cm met 1 draad Alpaca licht noga en 1 draad Kid-Silk beige.
Brei tot de gewenste lengte met 1 draad Alpaca licht noga en 1 draad Kid-Silk amandel.

TIP VOOR HET BREIEN:
Als u verkorte toeren breit, ontstaat er een klein gaatje na elke keer dat u het werk keert. Dit gaatje kan gesloten worden door de draad aan te trekken of de techniek Duitse Verkorte toeren te breien als volgt:
Haal de eerste steek averecht af, breng de draad over de rechter naald en trek goed aan vanaf de achterkant (2 lussen op de naald). Deze lussen worden samen gebreid op de volgende naald.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt:
Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd).

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig.
Het werk wordt eerst heen en weer gebreid, zet steken op aan de achterkant van de hals en brei het achterpand van boven naar beneden met patroon en meerder steken aan elke kant voor de schouders, welke ietwat diagonaal worden. Het achterpand wordt tot de armsgaten gebreid.
Het voorpand wordt daarna in 2 delen gebreid, neem steken op over 1 schouder achter, brei in patroon en meerder voor de halslijn. Dit wordt herhaald op de andere schouder. De 2 voorste delen worden samengevoegd als de halslijn klaar is. Dan wordt het voorpand tot de armsgaten gebreid.
De voor- en achterpanden worden vervolgens samengevoegd en het lijf wordt in de rondte gebreid.
Er worden steken opgenomen rondom de armsgaten voor de mouwen, welke eerst heen en weer worden gebreid met verkorte toeren voor de mouwkop en dan verder in de rondte, van boven naar beneden. Er worden steken opgenomen rondom de halslijn en de hals wordt in de rondte gebreid en dan dubbel gevouwen naar de binnenkant.

ACHTERPAND:
Het werk wordt heen en weer gebreid. Zet 31-33-33-33-37-37 steken op met rondbreinaald 5 mm, 1 draad zeer licht grijs DROPS Alpaca en 1 draad parelroze DROPS Kid-Silk (= 2 draden).
NAALD 1 (verkeerde kant): Averecht.
NAALD 2 (goede kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. 2 recht, meerder 1 steek richting links, brei recht tot er 2 steken over zijn op de naald, meerder 1 steek richting rechts, 2 recht.
NAALD 3 (verkeerde kant): Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2, 2 averecht, meerder 1 steek richting links, brei averecht tot er 2 steken over zijn op de naald, meerder 1 steek richting rechts, 2 averecht.
Brei NAALDEN 2 en 3 in totaal 14-15-17-18-19-21 keer (28-30-34-36-38-42 gebreide naalden) = 87-93-101-105-113-121 steken.
Voeg 1 markeerdraad in aan de buitenkant aan een zijde. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten!
Ga verder met tricotsteek tot het werk 1-2-2-3-4-4 cm meet vanaf de markeerdraad, gemeten over het armsgat. Denk om de stekenverhouding.
Brei nu STREPEN LIJF en tricotsteek tot het werk 15-16-16-17-18-18 cm meet vanaf de markeerdraad, gemeten over het armsgat en eindig met een naald aan de verkeerde kant. Knip de draad af, plaats de steken op een hulpdraad en brei het linker voorpand over de linker schouder achter.

LINKER VOORPAND:
Vind de linker schouder achter als volgt: Leg het achterpand plat neer met de goede kant naar boven, met de hulpdraad naar u toe; linker kant van het werk = linker schouder.
Begin aan de goede kant op de linker schouder achter bij de hals. Gebruik 1 draad zeer licht grijs Alpaca en 1 draad parelroze DROPS Kid-Silk (= 2 draden). Neem 1 steek op in elke gebreide naald, aan de binnenkant van 1 steek over de schouder tot het armsgat = 28-30-34-36-38-42 steken.
Alle lengtes op het voorpand worden gemeten vanaf deze opneemnaald.
Brei tricotsteek met de eerste naald aan de verkeerde kant.
Als het werk 6-7-8-9-9-10 cm meet, meerder dan voor de halslijn als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. 3 recht, meerder 1 steek richting links, brei tot het EINDE VAN DE NAALD zoals hiervoor.
NAALD 2 (verkeerde kant): Averecht.
Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 4-4-4-4-5-5 keer (8-8-8-8-10-10 gebreide naalden) = 32-34-38-40-43-47 steken (met de volgende naald aan de goede kant).
Knip de draad af, plaats de steken op een hulpdraad en brei het rechter voorpand over de rechter schouder achter.

RECHTER VOORPAND:
Neem nu steken op over de schouder op het rechter achterpand – begin aan de goede kant bij de schouder en neem steken op richting de halslijn als volgt:
Gebruik 1 draad zeer licht grijs Alpaca en 1 draad parelroze DROPS Kid-Silk (= 2 draden) en neem 1 steek op in elke gebreide naald aan de binnenkant van 1 kantsteek = 28-30-34-36-38-42 steken.
Alle lengtes op het voorpand worden gemeten vanaf deze opneemnaald.
Brei tricotsteek heen en weer gebreid (de eerste naald wordt aan de verkeerde kant gebreid).
Als het werk 6-7-8-9-9-10 cm meet, meerder dan voor de halslijn als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei recht tot er 3 steken over zijn, meerder 1 steek richting rechts, 3 recht – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1.
NAALD 2 (verkeerde kant): Averecht.
Brei NAALDEN 1 en 2 in totaal 4-4-4-4-5-5 keer (8-8-8-8-10-10 naalden gebreid) = 32-34-38-40-43-47 steken. Breng nu de 2 voorpanden samen.

VOORPAND:
Brei dan als volgt aan de goede kant:
Brei de 32-34-38-40-43-47 steken van het rechter voorpand zoals hiervoor, zet 23-25-25-25-27-27 steken op voor de halslijn, brei dan de 32-34-38-40-43-47 steken van het linker voorpand = 87-93-101-105-113-121 steken.
Brei tricotsteek heen en weer gebreid tot het werk 11-12-14-15-16-18 cm meet vanaf de opneemnaald.
Brei nu STREPEN LIJF tot het werk 25-26-28-29-30-32 cm meet vanaf de opneemnaald, zorg ervoor dat u op dezelfde naald eindigt als op het achterpand aan de verkeerde kant.
Voeg nu de voor- en achterpanden samen.
Het werk wordt nu vanaf hier gemeten!

LIJF:
Ga verder met de strepen over de 87-93-101-105-113-121 steken op het voorpand, zet 4-6-8-10-10-12 steken op (in de zijkant midden onder de mouw), brei de 87-93-101-105-113-121 steken van het achterpand, zet 4-6-8-10-10-12 steken op (in de zijkant midden onder de mouw) = 182-198-218-230-246-266 steken.
Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 4-6-8-10-10-12 opgezette steken onder een mouw. De naald begint nu hier.
Ga verder met de strepen en tricotsteek in de rondte – lees TIP VOOR DE STREPEN, tot het werk 25-27-27-27-28-28 cm meet vanaf de armsgaten.
Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm en brei boordsteek (1 recht, 1 averecht). Meerder TEGELIJKERTIJD 56-58-64-68-72-78 steken verdeeld op naald 1 = 238-256-282-298-318-344 steken.
Als de boordsteek 7-7-7-8-8-8 cm meet, kant dan af met boordsteek.
De voorkant van het werk meet ongeveer 57-60-62-64-66-68 cm vanaf de opneemnaald, het voorpand is ongeveer 2 cm langer dan de gewenste lengte omdat de opneemnaald niet op de bovenkant van de schouder zit, maar ietwat naar beneden op het achterpand. De trui meet ongeveer 55-58-60-62-64-66 cm.

MOUWEN:
De mouwen worden van boven naar beneden gebreid.
Leg het werk plat neer en voeg 1 markeerdraad in, midden boven op de schouder (LET OP! Het midden boven van de schouder is niet de opneemnaald op het voorpand, maar ongeveer 5 tot 7 cm naar beneden op het voorpand).
Gebruik rondbreinaald 3.5 mm, 1 draad zeer licht grijs Alpaca en 1 draad parelroze Kid-Silk (= 2 draden). Begin in het midden van de opgezette steken onder de mouw en neem 66-72-78-84-88-94 steken op (aan de binnenkant van 1 steek) rondom het armsgat, zorg ervoor dat u een gelijk aantal steken heeft aan elke kant van de markeerdraad op de schouder.
Ga verder met rondbreinaald 5 mm.
Brei tricotsteek en verkorte toeren heen en weer gebreid voor de mouwkop (om de mouwkop een betere pasvorm te geven), begin midden onder de mouw als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei tot 5-5-5-6-6-7 steken voorbij de markeerdraad op de bovenkant van de mouw, keer het werk – lees TIP VOOR HET BREIEN.
NAALD 2 (verkeerde kant): Brei tot 5-5-5-6-6-7 steken voorbij de markeerdraad, keer het werk.
NAALD 3 (goede kant): Brei tot 5-5-5-6-6-7 steken voorbij de vorige keer dat u het werk keerde, keer het werk.
NAALD 4 (verkeerde kant): Brei tot 5-5-5-6-6-7 steken voorbij de vorige keer dat u het werk keerde, keer het werk.
Herhaal NAALDEN 3 en 4 zo verder tot u in totaal 10 keer heeft gekeerd (5 keer aan elke kant met de laatste naald aan de verkeerde kant).

NA DE LAATSTE KEER KEREN:
Keer het werk en brei terug naar het begin van de naald aan de goede kant (midden onder de mouw).
Voeg hier 1 markeerdraad in welke gebruikt wordt voor het minderen onder de mouw; neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte.
U brei nu tricotsteek en STREPEN MOUWEN - lees beschrijving hierboven, in de rondte terwijl u TEGELIJKERTIJD steken mindert – lees TIP VOOR HET MINDEREN, als volgt:
Als de mouw 1 cm meet vanaf het samenvoegen, minder dan 2 steken onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2e naald in totaal 2-3-4-5-5-6 keer, dan iedere 3½-3-2½-2-2-1½ cm 8-9-10-11-12-13 keer = 46-48-50-52-54-56 steken.
Brei verder tot de mouw 40-40-39-37-36-35 cm meet vanaf de markeerdraad op de schouder.
Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm, brei boordsteek (1 recht, 1 averecht). Meerder TEGELIJKERTIJD 14-14-14-16-16-16 steken verdeeld op de eerste naald = 60-62-64-68-70-72 steken. Als de boordsteek 7-7-7-8-8-8 cm meet, kant dan af met boordsteek. De mouw meet ongeveer 47-47-46-45-44-43 cm vanaf de markeerdraad op de schouder.

HALS:
Gebruik rondbreinaald 3.5 mm, 1 draad zeer licht grijs Alpaca en 1 draad parelroze Kid-Silk (= 2 draden). Begin aan de goede kant op een schouderlijn en neem 84-90-92-94-108-110 steken op aan de binnenkant van 1 steek – het aantal steken moet deelbaar zijn door 2, met 1 rechte steek op elke schouderlijn. Brei boordsteek in de rondte (1 recht, 1 averecht) voor 5-5-5-6-6-6 cm. Brei 4 naalden tricotsteek. Ga verder met rondbreinaald 5 mm. Kant ietwat losjes af.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 30.09.2024
Het patroon is aangepast. Correctie bij de mouw.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #seahazesweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 255-31

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (14)

country flag Maribel Muñoz schreef:

Estoy tejiendo la talla S. Para la manga dice montar 72 p, y luego disminuir 3+9=12 veces bajo manga (24 p disminuidos), con lo cual deberían quedar 48 p. Sin embargo el patrón indica que quedan 62 p. Después, al aumentar los 14 p para el resorte, es cuando dice que quedan 48. Podrían subsanar este error, por favor? Gracias.

28.09.2024 - 21:03

DROPS Design antwoorde:

Hola Maribel, parece que hay una errata en el patrón. En principio, se disminuye hasta 48 puntos y luego se aumentan 14 para obtener 62 puntos. Las dos secuencias de números están cambiadas. Muchas gracias. Lo corregiremos lo antes posible.

29.09.2024 - 23:13

country flag Nindi schreef:

Hygge sweater

12.08.2024 - 06:55

country flag Susanna schreef:

Dünenliebe / Dunelove

09.08.2024 - 20:00

country flag Cam Tuy Pham schreef:

Great colors combination

09.08.2024 - 17:08

country flag Petra schreef:

Joy

09.08.2024 - 14:52

country flag Hildegunn Almelid schreef:

Love this sweather Name suggestion: BREATH

09.08.2024 - 14:44

country flag Koo schreef:

Mochaccino

09.08.2024 - 12:08

country flag Pam schreef:

Fall in love

08.08.2024 - 23:21

country flag Viveca Lahti schreef:

Fin!

08.08.2024 - 20:41

country flag Viveca Lahti schreef:

Härlig!

08.08.2024 - 20:40