DROPS Wish
DROPS Wish
50% Alpaca, 33% Katoen, 17% Wol
vanaf 5.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 61.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Ivory Collage Cardigan

Gebreid vest in 1 draad DROPS Wish of 2 draden DROPS Air. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met Europeaanse/diagonale schouders en reliëfpatroon. Maten S - XXXL.

DROPS 239-31
DROPS Design: Patroon wi-056
Garengroep E of C + C
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

GAREN:
DROPS WISH van garnstudio (behoort tot garengroep E)
550-600-650-700-800-850 g, kleur 01, naturel

Of gebruik:
DROPS AIR van garnstudio (behoort tot garengroep C)
500-550-600-650-750-800 g, kleur 01, naturel

KNOPEN:
DROPS KNOPEN NR 540: 2 stuks in alle maten.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 8 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 7 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 8 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 7 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – in dat geval heeft u alleen een rondbreinaald nodig van 80 cm in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
11 steken in de breedte en 15 naalden in de hoogte met tricotsteek en 1 draad DROPS Wish of 2 draden DROPS Air = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Wish
DROPS Wish
50% Alpaca, 33% Katoen, 17% Wol
vanaf 5.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 61.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:
-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR HET MEERDEREN AAN DE GOEDE KANT:
Meerder richting links NA DE MARKEERDRAAD:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen. Neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus.
Meerder richting rechts VOOR DE MARKEERDRAAD:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen. Neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus.

TIP VOOR HET MEERDEREN OP DE VERKEERDE KANT:
Meerder richting links NA DE MARKEERDRAAD:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen. Neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek averecht in de voorste lus.
Meerder richting rechts VOOR DE MARKEERDRAAD:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen. Neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek averecht in de achterste lus.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De achterkant van het werk wordt heen en weer gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden tot de armsgaten klaar zijn. Er worden steken opgenomen over elke schouder en gemeerderd voor de hals, dan worden de voorpanden heen en weer gebreid met de rondbreinaald tot de armsgaten klaar zijn. Het lijf wordt samengevoegd en verder heen en weer gebreid. Er worden steken opgenomen voor de mouwen en de mouw wordt in de rondte gebreid, met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop. De hals wordt aan het einde gebreid.

ACHTERPAND:
Zet 18-18-20-20-22-22 steken op met rondbreinaald 8 mm en 1 draad DROPS Wish of 2 draden DROPS Air. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant.
Voeg 1 markeerdraad in aan de binnenkant van de eerste 3 steken aan elke kant. De markeerdraden moeten aan de binnenkant van de 3 buitenste steken blijven aan elke kant.
Brei tricotsteek heen en weer gebreid en meerder tegelijkertijd NA de markeerdraad op het begin van de naald (goede kant) en VOOR de markeerdraad aan het einde van de naald – lees TIP VOOR HET MEERDEREN AAN DE GOEDE KANT.
Op de volgende naald (verkeerde kant) meerdert u op dezelfde manier - lees TIP VOOR HET MEERDEREN OP DE VERKEERDE KANT.
Meerder op deze manier aan zowel de goede als de verkeerde kant in totaal 18-20-20-22-22-24 keer. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Na de laatste meerdering zijn er 54-58-60-64-66-70 steken. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten!
Ga verder met tricotsteek tot het werk 14-15-16-16-17-18 cm meet, gemeten over het armsgat. Knip het garen af, zet de steken op een hulpdraad of extra naald en brei het voorpand.

LINKER VOORPAND:
Begin op de linker schouder (als het kledingstuk gedragen wordt).
Zet 9 steken op (voorbies), neem dan 18-20-20-22-22-24 steken op aan de binnenkant van de 1 kantsteek over de linker schouder op het achterpand (dus neem 1 steek op in elke naald) = 27-29-29-31-31-33 steken. Brei A.1 over de eerste 9 steken (= voorbies) en tricotsteek over de andere steken (gezien aan de goede kant). Als het werk 6 cm meet, meerder dan voor de hals op het begin van de naald aan de goede kant. Meerder na 11 steken (A.1 + 2 tricotsteken) – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN AAN DE GOEDE KANT. Meerder iedere 4e naald 6 keer, dan iedere 6e naald 2-2-3-3-4-4 keer. Als het werk 24-25-26-28-29-30 cm meet. Zet de steken op een hulpdraad of extra naald - zorg ervoor dat de laatste naald aan de goede kant wordt gebreid. Knip de draad af. Brei de rechter schouder zoals uitgelegd hieronder.

RECHTER VOORPAND:
Neem 18-20-20-22-22-24 steken op aan de binnenkant van de 1 kantsteek over de rechter schouder achter, zet 9 steken op aan het einde van de naald (voorbies) = 27-29-29-31-31-33 steken. Brei tricotsteek tot er 9 steken over zijn, brei dan A.2 (gezien aan de goede kant). Als het werk 6 cm meet, meerder dan voor de hals aan het einde van de naald aan de goede kant. Meerder voor de laatste 11 steken (2 tricotsteken + A.2) – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN AAN DE GOEDE KANT. Meerder iedere 4e naald 6 keer, dan iedere 6e naald 2-2-3-3-4-4 keer. TEGELIJKERTIJD, als het werk 24-25-26-28-29-30 cm meet brei dan als volgt aan de verkeerde kant: Brei de steken van het rechter voorpand, zet 6-6-8-10-14-16 steken op aan het einde van de naald, brei aan de verkeerde kant over de 54-58-60-64-66-70 steken op het achterpand, zet 6-6-8-10-14-16 steken op, brei de steken op het linker voorpand.

LIJF:
Ga verder heen en weer gebreid met tricotsteek en A.1/A.2. Ga verder met meerderen voor de hals op de voorpanden. Als de meerderingen klaar zijn, zijn er 136-144-152-164-176-188 steken. De eerste en derde keer dat de bovenste 6 naalden in A.1/A.2 worden gebreid, brei ze dan over alle steken op het lijf. LET OP! Om het patroon aan te laten sluiten op de biezen, begint en eindigt u met een omslag op de steken van het lijf. Deze gemeerderde steek wordt op de volgende naald geminderd door 2 steken recht samen te breien. Brei tricotsteek en patroon tot het werk 52-54-56-58-60-62 cm meet. Brei 1 naald recht aan de goede kant en meerder 52-56-60-64-72-76 steken verdeeld (meerder niet over de biezen) = 188-200-212-228-248-264 steken.
Ga verder met rondbreinaald 7 mm. Brei boordsteek als volgt aan de verkeerde kant: 9 voorbiessteken zoals hiervoor, * 2 averecht, 2 recht *, brei van *-* tot er 11 steken over zijn, 2 averecht, dan 9 voorbiessteken zoals hiervoor. Ga verder met deze boordsteek voor 10 cm. Kant af.

LINKER MOUW:
Gebruik rondbreinaald 8 mm en neem aan de goede kant 26-28-30-32-32-34 steken op vanaf de onderkant van het armsgat en naar boven langs het voorpand tot de schouder, dan 16-16-18-18-20-20 steken vanaf de schouder naar beneden over het achterpand tot de onderkant van het armsgat = 42-44-48-50-52-54 steken.

Voeg 1 markeerdraad in in het midden van de opgenomen steken. Brei nu heen en weer in tricotsteek met verkorte toeren voor de mouwkop, om de mouw een betere pasvorm te geven.

1e naald (op de verkeerde kant): brei tot 10 steken na de markeerdraad, keer het werk.
2e naald (aan de goede kant): brei tot 10 steken na de markeerdraad, keer het werk.
3e naald (op de verkeerde kant): brei tot 14 steken na de markeerdraad, keer het werk.
4e naald (aan de goede kant): brei tot 14 steken na de markeerdraad, keer het werk.
5e naald (op de verkeerde kant): brei tot het begin van de naald.

Brei tricotsteek heen en weer gebreid voor 6-6-7-8-9-10 cm, meet vanaf waar de steken opgenomen zijn (alle lengtematen worden gemeten op het midden van de bovenkant van de mouw).

Voeg de mouw samen met een korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 8 mm. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald en neem deze mee tijdens het breien in de hoogte.
Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 8-8-9-10-11-12 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN.
Minder zo iedere 8-6-6-5½-5-5 cm in totaal 4-5-5-5-5-5 keer = 34-34-38-40-42-44 steken. Brei verder tot de mouw 34-33-33-32-32-31 cm meet vanaf de opgenomen rand. Er is 14 cm over; pas het vest en brei tot gewenste lengte voor de boordsteek. Brei 1 naald recht en meerder 14-18-14-16-14-16 steken verdeeld = 48-52-52-56-56-60 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 7 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) voor 14 cm. Kant ietwat losjes af. De mouw meet ongeveer 48-47-47-46-46-45 cm.

RECHTER MOUW:
Brei op dezelfde manier als de linker mouw, maar neem steken op in omgekeerde richting, met de eerste 16-16-18-18-20-20 steken vanaf de onderkant van het armsgat naar boven over het achterpand en 26-28-30-32-32-34 steken vanaf de schouder naar beneden over het voorpand. Naai de onderkant van de armsgaten dicht – zie tekening.

HALS:
Neem 1 steek op in elk van de 9 ribbelsteken op de bovenkant van de rechter voorbies met naald 7 mm. Brei ribbelsteek voor 7-7-8-8-9-9 cm; zorg ervoor dat de voorbies tot ongeveer midden achter komt als u hem ietwat oprekt. Kant af. Brei de linker voorbies op dezelfde manier. Naai de biezen samen midden achter en naai ze tegen de halslijn.

AFWERKING:
Naai de 2 knopen op de linker voorbies. Ze worden vastgemaakt door een naald van gaatjes op het rechter voorpand.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 22.09.2023
Er is een mouwkop aan de bovenkant van de mouw toegevoegd.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant
symbols = recht op de verkeerde kant
symbols = 2 recht samen
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken welke recht gebreid wordt op de volgende naald zodat er een gaatje ontstaat
symbols = Onderkant van het armsgat wordt samen genaaid: b tegen B
symbols = steken voor de voorkant linkerschouder (d) worden opgenomen over de linker schouder achter (D), steken voor de voorkant rechter schouder (e), worden opgenomen over de rechter schouder achter (E)
symbols = breirichting
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 239-31

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (15)

country flag Marina wrote:

Non so perché ma c'era qualcosa che non capivo, in seguito l'ho terminato ed è molto bello. Seguo sempre i vostri modelli e compro la vostra lana, grazie di pubblicarli:-)

19.01.2024 - 09:35

country flag Marina wrote:

Avviare 9 maglie (bordo), poi riprendere 18-20-20-22-22-24 maglie all’interno di 1 maglia di vivagno lungo la spalla sinistra sul dietro (cioè riprendere 1 maglia in ogni ferro) = 27-29-29-31-31-33 maglie. Lavorare A.1 sulle prime 9 maglie (= bordo) e a maglia rasata sulle altre maglie (visto dal diritto del lavoro), Io a questo punto mi ritrovo il lavoro con il rovescio davanti se inizio dalle prime 9 maglie, cosa devo fare?

22.11.2023 - 10:45

DROPS Design answered:

Buongiorno Marina, può ripartire con un nuovo gomitolo lavorando sul davanti. Buon lavoro!

30.12.2023 - 11:22

country flag Marina wrote:

In effetti ho posto confusamente la domanda. "La 1° e la 3° volta che vengono lavorati i primi 6 ferri di A.1/A.2, lavorarlo su tutte le maglie del corpo. " volevo sapere come lavorare a1 e a2 durante questo ferro

25.09.2023 - 23:27

country flag Marina Venturi wrote:

Salve, sto lavorando il ferro con il lavoro tutto intorno, ho aumentato 2 maglie (prima o dopo le maglie aggiunte per unire il dietro con il davanti?), ho una taglia S quindi ora mi ritrovo 138 maglie. Inizio dal davanti destro con A2, devo lavorare sempre lo schema con 9 maglie o solo 8? A1 lo lavoro solo alla fine sul bordo sinistro? Quante maglie devo avere una volta finito il ferro?

17.09.2023 - 08:00

DROPS Design answered:

Buonasera Marina, ci può spiegare meglio a quale parte del lavoro sta facendo riferimento? Buon lavoro!

25.09.2023 - 23:20

country flag Karin wrote:

Hej!\r\nPå vänster framstycke.. när jag lagt upp 9 frmkmasker o sen stickar upp resten är d ju naturligt att börja sticka på avigsidan.. fast d står ju” börja på a1.. som d är nu måste jag klippa tråden o börja från 9 framkanterna.. \r\nsen så står d när jag ska börja öka till framstycken att d ska ökas varje varv från rätsidan.. sen så står d var 4 varv.. när jag räknar i hop alla masker så stämmer d med vart 4 varv o även vart 6 varv..

18.08.2023 - 09:26

country flag Ron wrote:

Over meerderen voorpand. Meerderen iedere 4e naald 6 keer = 22 naalden Dan iedere 6e naald 4 keer = 24 naalden Totaal 46 naalden, volgens steken verhouding is dit 46/15 x 10 = 30 cm + 6 cm vanaf het begin = 36 cm. Maar je moet stoppen bij 28 cm, dus dat is te kort om alle meerderingen te kunnen maken.

02.08.2023 - 18:56

DROPS Design answered:

Dag Ron,

Het klopt dat het meerderen nog niet klaar is als het werk die lengte heeft. Het meerderen van de hals gaat door als je bij het lijf aangekomen bent waar je dus de draad weer oppakt.

03.08.2023 - 21:00

country flag Ron wrote:

Om er zeker van te zijn dat ik het patroon juist interpreteer. Het patroon begint met het linker voorpand. De instructie video (#2) met het rechter, klopt dat? M.a.w. voor de linkerkant neem ik steken op van boven naar beneden op het achterpand en voor de rechterzijde van beneden naar boven (naar de hals). Vraag me ook af hoe ik dit moet lezen “….. aan de binnenkant van de 1 kantsteek”. 1 als in eerste of wat anders?

30.07.2023 - 19:56

DROPS Design answered:

Dag Ron,

Het patroon begint inderdaad met het linker voorpand, zoals je het kledingstuk aan hebt. Dus stel je voor dat je het vest aan hebt, waar dan het linker voorpand zit. Het patroon is altijd leidend, de video's kunnen van een ander kledingstuk zijn of meer algemeen. Voor het linker voorpand neem je steken op langs de linker schouder van het achterpand en je breit het linker voorpand van boven naar beneden en dit doe je ook van het rechter voorpand. Hoe je steken opneemt (dus binnen 1 steek) kun je in de instructievideo zien. Die ene steek valt dus aan de binnenkant van het kledingstuk.

08.08.2023 - 11:46

country flag Jennie Hast wrote:

Hej! På bilden ser det ut som att det är ett varv med aviga maskor innan och efter hålmönstret men när jag läser A1 och A2 så ser jag inte det?

22.07.2023 - 13:46

DROPS Design answered:

Hei Jennie. Husk at första och tredje gången de översta 6 varven i A.1/ A.2 stickas, stickas de över alla maskorna på fram- och bakstycket. Krysset i diagrammet = rätmaska från avigsidan. mvh DROPS Design

27.07.2023 - 09:36

country flag Aud Kari Jakobsen Jakobsen wrote:

Hei.Har problemer med å forstå mønsteret på A 1.Hullmønster på kanten på venstre forstykke kommer på vrangsiden (skal være på rettsiden etter beskrivelsen ? Kan dere forklare meg ?

08.07.2023 - 08:33

DROPS Design answered:

Hej Aud, du ser selve diagrammet fra retsiden, så det er ens på højre og venstre forstykke (bortset fra kantmasken) :)

04.08.2023 - 14:34

country flag Aniek wrote:

Hoeveel bollen drops air heb ik nodig voor maat M of maat L?

14.06.2023 - 12:47

DROPS Design answered:

Dag Aniek,

Bovenaan bij de materialen staat aangegeven hoeveel gram van de verschillende garens je nodig hebt. het eerste getal slaat op de kleinste maat, het volgende getal op de maat daarna, enzovoort. Voor maat M heb je dus 550 gram DROPS Air nodig en voor maat L 600 gram. 1 bol weegt 50 gram.

14.06.2023 - 18:09