Francine schreef:
Comment décaler les 4 marqueurs des augmentations des épaules pour le cardigan modele drops 216-39 je vous remercie
16.03.2023 - 16:53DROPS Design antwoorde:
Bonjour Francine, les marqueurs doivent désormais se trouver au niveau des flèches dans le diagramme A.1, autrement dit, après les 4 m envers au début de A.1 et avant les 4 m envers à la fin de A.1. Bon tricot!
17.03.2023 - 08:37
AM schreef:
Dit patroon zit onder de filter ‘haken’ en hetzelfde staat ook in de titel. Maar de uitleg van het patroon gaat over breien.
06.11.2022 - 11:43
Zoila Caceres schreef:
May I have the instructions in Spanish? Thank you
01.06.2022 - 05:41DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Caceres, sure, click on the scroll down menu below the picture and select *español*. Happy knitting!
01.06.2022 - 08:26
Sophie schreef:
Je vous remercie pour vos réponses. Maintenant je sais que je n'ai pas fait d'erreur sauf sur mon échantillon........ En effet si je suis vraiment honnête pour 10 cm il me faut 18-19 rangs et non 20 :(. Du coup je pense que sur un tel nombre de maille, le pull s'est élargi! Leçon retenue! Je tricote trop lâche!!! prendre des aiguilles plus petites Encore Merci
28.03.2022 - 12:03
Sophie schreef:
Pour le dos j'ai effectivement52cm (104mailles) mais si on y rajoute le pattern A1 mon dos, à plat, est trop large: 58cm en tout (A1 sous les manches, 1/2 de chaque coté donc). Je pensais avoir compris mais là j'ai un doute....
28.03.2022 - 09:19DROPS Design antwoorde:
Bonjour Sophie, vous devez avoir 104 mailles au total pour le dos, autrement dit toutes les mailles du dos, peu importe comment elles se tricotent: soit: les 98 mailles du dos tricotées lors de la séparation + 3 mailles de chaque côté = 104 = 52 cm. N'hésitez pas à montrer votre ouvrage à votre magasin (même en photo par mail si besoin), ce sera plus simple ainsi pour eux de pouvoir vous aider. Bon tricot!
28.03.2022 - 10:28
Sophie schreef:
Je viens de finir le cardigan taille M et je suis très déçue car c'est beaucoup trop large. Au niveau des aisselles j'ai 58 cm de large et non 52cm comme sur le diagramme. (Mon échantillon était parfait) Je remarque aussi que le col mesure 23 cm de large (et non 14cm). Avez-vous idée de ce que j'ai mal fait? Merci de votre aide car c'est assez décourageant
26.03.2022 - 13:28DROPS Design antwoorde:
Bonjour Sophie, avez-vous bien conservé la même tension que lors de votre échantillon? Car en taille M vous avez 104 mailles pour le dos après la division de l'empiècement, ce qui doit vous donner 52 cm sur la base de 20 mailles = 10 cm. Les 14 cm correspondent à la largeur de l'encolure, ouvrage posé à plat. Bon tricot!
28.03.2022 - 08:40
Mireille GABORIT schreef:
Merci pour toutes vos informations. J ai compris tardivement le concept de la manche. J étais bloquée sur une mauvaise idée.
17.02.2022 - 19:01
Mireille GABORIT schreef:
Bonjour, Vous ne remondez pas à ma question, j arrive pour le devant pour la taille M à 51 en suivant les augmentations proposees et pas 54 comme indique sur le modèle, y a t il une erreur ? Et oui c est en point envers, mais là n est pas ma question ?
17.02.2022 - 10:23DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Gaborit, en fonction des modèles, la division ne se fait pas systématiquement au niveau des raglans. En taille M, vous allez ainsi attribuer des mailles des manches/de A.1 aux devants et au dos, dans votre taille, vous aurez les 52 mailles du dos + 2 mailles de la manche (celle avec le marqueur + la maille suivante) pour le devant gauche, pour le dos: les 94 m du dos + 2 m de chacune des 2 manches et pour le devant droit: les 2 dernières mailles de la manche (= celle avant le marqueur + celle avec le marqueur) et les 52 mailles du devant. Bonne continuation!
17.02.2022 - 11:00
Mireille GABORIT schreef:
Oui effectivement pour le devant taille M, 23m (19+4) auxquelles on ajoute les 24 augmentations donc 47 Puis on intègre les 4 mailles au point mousse de A1 pour le corps donc ça fait 51 et pas 54 pour le devant. Donc qu est ce que je loupe.
16.02.2022 - 17:15DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Gaborit, les 4 mailles de A.1 sont des mailles envers, pas des mailles point mousse, mais tout est juste ainsi, vous devez juste incorporer des mailles de A.1 au devant et au dos pour obtenir la bonne largeur pour le bas du gilet et celle des manches. Bon tricot!
17.02.2022 - 09:58
Mireille GABORIT schreef:
Merci pour la reponse à ma question sur les manches Concernant les devants : on part de 18m auxquelles on rajoute 2x12 m, on a donc 47m. On y intègre les 4 m de de points mousse, on arrive a 51m. Pourquoi laisser 54 m pour commencer le corps ? Je dois louper quelque chose. Merci d avance.
16.02.2022 - 15:28DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Gaborit, une partie des mailles de A.1 sont attribués aux devants et au dos - mais en M je trouve un résultat différent: on commence par 23 mailles pour le devant en taille M (22 en taille S), soit 19 m jersey + les 4 m devant. Bon tricot!
16.02.2022 - 16:57
Country Muse Cardigan#countrymusecardigan |
||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Lima. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid, met dubbele hals en zadelschouders. Maten S - XXXL.
DROPS 216-39 |
||||||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel in de hoogte = Brei 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatroon A.1. Kies het telpatroon voor uw maat. Het telpatroon laat alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert/meerdert, tel het totaal aantal steken op de naald (dus 104 steken), minus de biezen (dus 10 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken meerderingen/minderingen (dus 26) = 3.6. In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na afwisselend elke 3e en 4e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Bij het minderen breit u afwisselend elke 2e en 3e steek en elke 3e en 4e steek recht samen (ongeveer). TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (voor de meerderingen op de zadelschouder): Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid! Meerder 2 steken aan elke kant van de 26-26-26-30-30-30 schoudersteken door 1 omslag te maken zoals beschreven hieronder. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. LET OP: Het aantal schoudersteken blijft hetzelfde – de gemeerderde steken worden onderdeel van de voor-/achterpanden. VOOR DE MARKEERDRAAD: Begin 4 steken voor de markeerdraad, maak 1 strakke omslag, brei 4 tricotsteken, maak 1 strakke omslag (= 2 steken gemeerderd). NA DE MARKEERDRAAD: Maak 1 strakke omslag, brei 4 tricotsteken, maak 1 strakke omslag (= 2 steken gemeerderd). TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de meerderingen op de mouw): Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid! VOOR DE MARKEERDRAAD: Gebruik de linker naald om de draad op te nemen tussen 2 steken van de naald eronder, neem de draad vanaf de achterkant op en brei de steek recht in de voorste lus (= 1 steek gemeerderd) NA DE MARKEERDRAAD: Gebruik de linker naald om de draad op te nemen tussen 2 steken van de naald eronder, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus (= 1 steek gemeerderd) TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (meerderingen op de pas): Begin voor de markeerdraad-steek, gebruik de linker naald om de draad op te nemen tussen 2 steken van de naald eronder, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus, brei de markeerdraad-steek in tricotsteek zoals hiervoor, gebruik de linker naald om de draad op te nemen tussen 2 steken van de naald eronder, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus (= 1 steek gemeerderd aan elke kant van de markeerdraad-steek). Brei de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MEERDEREN-4 (voor de zijkanten van het lijf): Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid! Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, maak 1 omslag, brei 6 steken in tricotsteek (de markeerdraad zit in het midden van deze 6 steken), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Begin 3 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd). KNOOPSGATEN: Brei de knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als er 3 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, brei 2 recht samen en 1 recht. Brei op de volgende naald (verkeerde kant), de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt gebreid als de boordsteek op de hals 2 cm meet, de volgende als de hals 7 cm meet. Deze 2 knoopsgaten komen overeen wanneer de hals dubbel gevouwen wordt. Brei dan de andere 6-6-6-7-7-7 knoopsgaten met ongeveer 8-8-8½-8-8-8½ cm tussen elke. TIP VOOR HET BREIEN (voor de boordsteek op de onderkant van het lijf): Brei de boordsteek met 2 recht / 2 averecht over alle steken zoals uitgelegd in het patroon en met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant richting midden voor zoals hiervoor. Als u de 4 averechte steken (gezien aan de goede kant) van A.1 helemaal door wilt laten lopen naar beneden in de boordsteek, moet u dit aanpassen bij het verdeeld meerderen van steken voordat u de boordsteek breit. Zorg ervoor dat er 2 rechte steken aan elke kant van de 4 averechte steken komen. TIP VOOR HET AFKANTEN: Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat. Als de rand nog steeds strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer elke 8e steek terwijl u tegelijkertijd afkant; de omslagen worden als normale steken afgekant. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De hals en de pas worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald vanaf midden voor en van boven naar beneden. Er worden steken gemeerderd voor de zadelschouders, dan voor de mouwen en dan voor de pas. De pas wordt verdeeld voor het lijf en mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden. HALS: Zet 104-108-112-116-120-124 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant) met rondbreinaald 3.5 mm en Lima. Brei 1 naald averecht (= verkeerde kant). De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 5 voorbiessteken in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, * 2 recht, 2 averecht *, brei van *-* tot er 7 steken over zijn, 2 recht en 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek voor 9 cm – denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies – lees beschrijving hierboven. Als de boordsteek klaar is, brei dan 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 26-26-30-38-38-42 steken verdeeld meerdert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 130-134-142-154-158-166 steken. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant (de omslagen worden gedraaid averecht gebreid en de biezen worden recht gebreid). Brei nu de pas zoals beschreven hieronder: PAS: Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm. Voeg 1 markeerdraad in na de voorbies op het begin van de naald. De pas wordt vanaf deze markeerdraad gemeten! Voeg daarnaast 4 nieuwe markeerdraden in zoals beschreven hieronder – deze markeerdraden worden ingevoegd zonder de steken te breien, en elke markeerdraad wordt tussen 2 steken geplaatst. Deze markeerdraden worden gebruikt bij het meerderen voor de zadelschouder en moeten een andere kleur hebben dan de markeerdraad op de hals. Begin midden voor, tel 22-23-25-26-27-29 steken (= voorpand), voeg markeerdraad 1 in voor de volgende steek, tel 26-26-26-30-30-30 steken (= schouder), voeg markeerdraad 2 in voor de volgende steek, tel 34-36-40-42-44-48 steken (= achterpand), voeg markeerdraad 3 in voor de volgende steek, tel 26-26-26-30-30-30 steken (= schouder), voeg markeerdraad 4 in voor de volgende steek. Er zijn 22-23-25-26-27-29 steken over na de laatste markeerdraad. Neem deze markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden gebruikt bij het meerderen. MEERDERINGEN VOOR DE ZADELSCHOUDER: Lees het hele stuk hieronder door voordat u verder gaat! Het werk wordt verder gebreid met tricotsteek op de voor-/achterpanden, 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant en met A.1 over de 26-26-26-30-30-30 steken op elke schouder (tussen markeerdraden 1 en 2 en tussen markeerdraden 3 en 4) – denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies – lees beschrijving hierboven. Meerder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald aan de goede kant, 8 STEKEN voor de zadelschouders als volgt: Meerder 2 steken VOOR markeerdraden 1 en 3 (dus voor A.1), en meerder 2 steken NA markeerdraden 2 en 4 (dus na A.1) – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Denk erom dat er alleen meerderingen op de voorpanden en het achterpand zijn en het aantal overgebleven schoudersteken blijft hetzelfde. Ga verder met dit patroon en meerder zo iedere 2e naald (dus elke naald aan de goede kant) in totaal 10-12-13-14-16-17 keer = 210-230-246-266-286-302 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Na de laatste meerdering meet het werk ongeveer 8-9-10-11-12-13 cm vanaf de markeerdraad op de hals. Meerder nu voor de mouwen als volgt: MOUWMEERDERINGEN: Verplaats de 4 markeerdraden van de meerderingen voor de zadelschouder, zodat ze nu aan elke kant van de middelste 18-18-18-22-22-22 steken in A.1 zitten, op elke schouder – zie pijlen in A.1. Ga verder met tricotsteek, 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant richting midden voor en A.1 over A.1 zoals hiervoor. Meerder TEGELIJKERTIJD op de volgende naald aan de goede kant 4 steken voor de mouwen als volgt: Meerder 1 steek NA markeerdraden 1 en 3 en meerder 1 steek VOOR markeerdraden 2 en 4 – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Denk erom dat er alleen meerderingen op de mouwen zijn en het aantal steken in A.1 neemt toe, maar het aantal steken op het voor- en achterpand dat over is, blijft hetzelfde – de gemeerderde steken worden aan de goede kant recht gebreid en averecht op de verkeerde kant. Meerder zo iedere 2e naald (dus elke naald aan de goede kant) in totaal 15-16-16-18-19-19 keer = 270-294-310-338-362-378 steken. Na de laatste meerdering meet het werk ongeveer 11-12-12-13-14-14 cm vanaf waar de mouwmeerderingen zijn begonnen. Ga verder door te minderen naar een kleine raglan zoals beschreven hieronder. MEERDERINGEN OP DE PAS: Verplaats de 4 markeerdraden van de mouwen en voeg ze in de buitenste steken aan elke kant van beide mouwen. Er zijn 46-48-48-56-58-58 steken tussen de markeerdraden op elke mouw. Ga verder met tricotsteek, 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant richting midden voor en 4 averechte steken (aan de goede kant gezien) van A.1 welke verder moeten lopen naar beneden over het voor- en achterpand zoals hiervoor. Meerder TEGELIJKERTIJD op de volgende naald aan de goede kant 8 steken voor de meerderingen op de pas als volgt: Meerder 1 steek aan elke kant van de 4 markeerdraad-steken – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (= 8 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 2e naald (dus elke naald aan de goede kant) in totaal 5-5-6-7-7-8 keer = 310-334-358-394-418-442 steken. Brei verder zonder verdere meerderingen tot het werk 16-17-18-19-20-21 cm meet vanaf waar de mouwmeerderingen zijn begonnen na de meerderingen voor de zadelschouder. Het werk meet nu ongeveer 24-26-28-30-32-34 cm vanaf de markeerdraad bij de hals. Op de volgende naald verdeelt u de pas voor het lijf en mouwen als volgt: Brei de eerste 50-54-57-62-67-72 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 60-64-70-78-80-82 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken op de naald (in de zijkant onder de mouw), brei 90-98-104-114-124-134 steken zoals hiervoor (= achterpand), plaats de volgende 60-64-70-78-80-82 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-8-10-12 nieuwe steken op de naald (in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 50-54-57-62-67-72 steken zoals hiervoor (= voorpand). Verwijder alle markeerdraden. Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! LIJF: = 202-218-234-254-278-302 steken. Voeg 1 markeerdraad in, 53-57-61-66-72-78 steken in vanaf elke kant (= zijkanten van het lijf). Er zijn 96-104-112-122-134-146 steken tussen de markeerdraden op het achterpand. Neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte – ze worden gebruikt bij het meerderen in de zijkanten. Brei tricotsteek heen en weer gebreid met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant en 4 averechte steken (aan de goede kant gezien) welke verder lopen in de lijn naar beneden over de voor- en achterpanden zoals hiervoor. Als het werk 6 cm meet vanaf de scheiding, meerder dan 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-4 (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 6 cm in totaal 3 keer aan elke kant = 214-230-246-266-290-314 steken. Brei verder tot het werk 23-23-23-22-22-22 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 4 cm over tot de gewenste lengte; pas het vest en brei tot de gewenste lengte. Brei 1 naald averecht op de verkeerde kant (brei de voorbiessteken in ribbelsteek) en meerder tegelijkertijd 50-54-58-66-70-78 steken verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 264-284-304-332-360-392 steken. LET OP: Meerder om te voorkomen dat de boordsteek gaat trekken en het werk daardoor samen trekt. Ga verder met rondbreinaald 3,5 mm. Brei de volgende naald als volgt aan de goede kant – lees TIP VOOR HET BREIEN: Brei 5 voorbiessteken in ribbelsteek, * 2 recht, 2 averecht *, brei van *-* tot er 7 steken overgebleven zijn op de naald, 2 recht en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek met ribbelsteek over ribbelsteek, recht boven recht en averecht boven averecht voor 4 cm. Kant af met recht over recht, ribbelsteek over ribbelsteek en averecht over averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN! Het vest meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Plaats de 60-64-70-78-80-82 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop maat 4.5 mm en neem 1 steek op in elke van de 6-6-8-8-10-12 opgezette steken onder de mouw = 66-70-78-86-90-94 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6-6-8-8-10-12 steken onder de mouw; neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt bij het minderen onder de mouw. Begin de naald op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als het werk 2 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 1 steek aan elke kant van de markeerdraad – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2-2-1½-1-1-1 cm in totaal 7-8-11-14-15-16 keer = 52-54-56-58-60-62 steken. Brei verder tot de mouw 36-35-33-32-31-29 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 6 cm over tot de gewenste lengte; pas het vest en brei tot de gewenste lengte (LET OP: kortere afmetingen in de grotere maten vanwege schouders en een langere pas). Brei 1 naald recht terwijl u 4-6-4-6-4-6 steken verdeeld mindert = 48-48-52-52-56-56 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm en brei boordsteek (= 2 recht, 2 averecht) voor 6 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – denk om TIP VOOR HET AFKANTEN. De mouw meet ongeveer 42-41-39-38-37-35 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Vouw de hals dubbel naar de verkeerde kant. Naai naar beneden vast, maar om te voorkomen dat de hals te strak wordt en naar buiten rolt, is het belangrijk dat de naad elastisch is – zorg ervoor dat de 2 knoopsgaten op de hals tegen elkaar komen. Naai de openingen aan elke kant van de hals met kleine steken dicht. Naai de knopen op de linker voorbies. |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #countrymusecardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 33 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 216-39
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.