Rebekah schreef:
I am on the A.1 pattern and having problems with right side row 25. Can you clarify please.
29.01.2024 - 00:25DROPS Design antwoorde:
Dear Rebekah, on row 25 work as follows for A.1: purl 2, place 1 stitch on cable needle behind piece, knit 1, purl 1 from cable needle, make 1 slightly tight yarn over, yarn over purled twisted, make 1 slightly tight yarn over, place 1 stitch on cable needle in front of piece, purl 1, knit 1 from cable needle, purl 1. Because the yarn overs are each worked differently and with the objective that they don't form holes, even if you work 3 yarn overs one after the other, you won't have a big hole. Happy knitting!
29.01.2024 - 00:44
Lesley Swan schreef:
Hi. I am up to the patterning on the wild mint pattern and I am confused. On row 3 do I work the light printed cable or the dark printed cable with 2?? after the cabling. I worked the dark one but now think it wrong. Thanks.
23.08.2023 - 14:26DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Swan, on 3rd row work 7th symbol in diagram text, the symbol will be edited asap, but these 5 stitches have to be worked as explained here: slip 1 in front of piece, P1, K1 from cable needle, slip 1 behind piece, k1, pass the innermost of the 3 sts over the 2 sts worked, and purl 1 from cable needle. (then make 1 yarn over = 9th symbol). Happy knitting!
23.08.2023 - 16:47
Jian schreef:
I have a difficult to work out the A.1 row 3 diagram. Would be able to provide a video. Many thanks.
20.05.2021 - 11:47DROPS Design antwoorde:
Dear Jian, work the 3rd row in A.1 as follows: *purl 1, slip the next stitch on a cable needle in front of piece, purl the next stitch, knit the stitch on the cable needle; now slip the next stitch on the cable needle behind piece, knit the next stitch, slip the 3rd stitch from the tip on the right needle over the 2 outermost stitches (you decrease 1 stitch), and purl the stitch from cable needle. If working size XXL, XXXL, purl next stitch. Repeat from *. Hope this will help. Happy knitting!
20.05.2021 - 12:41
Jessica schreef:
Teckenförklaringen i det här mönstret är felaktig, de tre rutorna med diagonalt streck har samma förklaring som symbolen ovanför, i möster 215-16 verkar den korrekt.
01.11.2020 - 17:35DROPS Design antwoorde:
Hej Jessica. Tack för info, detta är nu rättat! Mvh DROPS Design
03.11.2020 - 10:23
Arina schreef:
I am having difficulty visualizing the construction of the neck band and button band. Would it be possible to supply a diagram? Thank you.
25.10.2020 - 17:06DROPS Design antwoorde:
Dear Arina, we have two videos showing how to work the neck band and button band: how to work a double neck and how to knit up stitches for a jacket band. Hope they will help you. Happy knitting!
26.10.2020 - 08:45
Ing-Marie Jungegård schreef:
Vill se hur man stickar fläta i A1
04.10.2020 - 10:38DROPS Design antwoorde:
Hej Ing-Marie. Vi har dessvärre ingen video på det nu men vi noterar önskemålet. Är det något speciellt du har problem med som vi kanske kan försöka förklara tydligare? Mvh DROPS Design
06.10.2020 - 07:50
Wild Mint Cardigan#wildmintcardigan |
||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Karisma. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met dubbele hals, ronde pas en structuurpatroon. Maten S - XXXL.
DROPS 215-15 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel in de hoogte = Brei 2 naalden recht. KNOOPSGAT (voor de 2 knoopsgaten op de hals): Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als er 3 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, brei 2 recht samen en 1 recht. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. PATROON: Zie telpatronen A.1 en A.2. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.1). TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 95 steken) minus de kantsteken (dus 2 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken meerderingen (dus 32) = 2.9. In dit voorbeeld, meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer elke 3e steek. Meerder niet op de kantsteken. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de zijkanten van het lijf): Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid! Brei tot er 1 steek over is voor A.2, maak 1 omslag, brei 1 steek in tricotsteek, brei A.2 (= 9 steken), 1 steek in tricotsteek en maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd in de zijkant en 4 steken gemeerderd op de naald). Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN (voor midden onder de mouw): Minder 1 steek aan elke kant van A.2 onder de mouw als volgt: Brei A.2 zoals hiervoor over de eerste 9 steken, 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek, brei tricotsteek tot er 2 steken over zijn voor A.2, brei deze 2 steken recht samen (= 2 steken geminderd). TIP VOOR HET AFKANTEN: Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat. Als de rand nog steeds strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer elke 6e steek terwijl u tegelijkertijd afkant; de omslagen worden als normale steken afgekant. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De hals en de pas worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald vanaf midden voor en van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden. De biezen worden op het einde gebreid. HALS: Zet 107-111-115-121-125-129 steken op met rondbreinaald 3 mm en Karisma. Brei 1 naald averecht (= verkeerde kant). De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 1 kantsteek in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, * 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 2 steken over zijn op de naald, 1 recht en 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek. Als de hals 2 cm en 5 cm meet, brei dan de KNOOPSGATEN – lees beschrijving hierboven (deze knoopsgaten vallen samen als de hals dubbel gevouwen is). Brei verder tot de hals 6½-7 cm meet; eindig na een naald aan de goede kant. De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de verkeerde kant: Kant de eerste 7 steken af, zet 1 nieuwe steek op aan het begin van de naald (= kantsteek), brei boordsteek zoals hiervoor tot het einde van de naald. Keer het werk, kant de eerste 7 steken af en zet 1 nieuwe steek op (= kantsteek), brei alle steken recht en meerder TEGELIJKERTIJD 32-32-34-36-38-38 steken verdeeld over deze steken – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 127-131-137-145-151-155 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan de binnenkant van de kantsteek op het begin van de naald; de pas wordt vanaf deze markeerdraad gemeten. PAS: Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei tricotsteek heen en weer gebreid met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als het werk 4 cm meet vanaf de markeerdraad, meerder dan 44-32-34-36-50-52 steken verdeeld – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 171-163-171-181-201-207 steken. Brei verder tot het werk 4-5-6-7-7-8 cm meet vanaf de markeerdraad – meerder tegelijkertijd 0-20-12-20-33-41 steken verdeeld op de laatste naald = 171-183-183-201-234-248 steken. De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 1 kantsteek in ribbelsteek, brei A.1 tot er 2 steken over zijn op de naald (= 28-30-30-33-33-35 herhalingen van 6-6-6-6-7-7 steken), brei de eerste steek in A.1 (= averecht aan de goede kant) en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga verder met dit patroon. Als A.1 klaar is in de hoogte, zijn er 283-303-333-366-399-423 steken op de naald en meet het werk ongeveer 15-16-18-19-21-22 cm vanaf de markeerdraad. Ga verder met tricotsteek. Als u 1-2-2-3-3-3 cm vanaf A.1 heeft gebreid, meerder dan 10-14-8-15-6-14 steken verdeeld = 293-317-341-381-405-437 steken. Ga verder met tricotsteek. Als het werk 20-22-24-26-28-30 cm meet vanaf de markeerdraad, verdeel dan de pas voor het lijf en de mouwen op de volgende naald als volgt: Brei 44-48-51-56-62-68 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 60-64-70-80-80-84 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 7-7-9-9-11-11 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei 85-93-99-109-121-133 steken in tricotsteek (= achterpand), plaats de volgende 60-64-70-80-80-84 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 7-7-9-9-11-11 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 44-48-51-56-62-68 steken zoals hiervoor (= voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! LIJF: = 187-203-219-239-267-291 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan elke kant – in het midden van de 7-7-9-9-11-11 opgezette steken onder elke mouw. Brei tricotsteek heen en weer gebreid met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant en A.2 over de middelste 9 steken onder elke mouw (de markeerdraden zitten in het midden van deze 9 steken). Ga verder met dit patroon. Als het werk 6 cm meet vanaf de scheiding, meerder dan 1 steek aan elke kant van A.2 aan elke kant van het lijf – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 6 cm in totaal 3 keer aan elke kant = 199-215-231-251-279-303 steken. Brei tot het werk 26 cm meet vanaf de scheiding; er is ongeveer 3 cm over tot de gewenste lengte. U kunt het vest passen en tot de gewenste lengte breien maar eindig na een naald aan de goede kant. Meerder op de volgende naald (verkeerde kant) als volgt: Brei 1 kantsteek in ribbelsteek, brei 45-49-53-58-65-71 steken in tricotsteek en meerder 10-10-10-13-14-14 steken verdeeld over deze steken, ga verder met A.2 zoals hiervoor, brei 89-97-105-115-129-141 steken in tricotsteek en meerder 18-20-22-24-26-28 steken verdeeld over deze steken, brei A.2 zoals hiervoor, brei 45-49-53-58-65-71 steken in tricotsteek en meerder 10-10-10-13-14-14 steken verdeeld over deze steken, eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek = 237-255-273-301-333-359 steken. Deze meerderingen voorkomen dat de boordsteek te strak wordt. Ga verder met rondbreinaald 3 mm en brei de volgende naald aan de goede kant als volgt: 1 kantsteek in ribbelsteek, brei 55-59-63-71-79-85 steken in boordsteek (= 1 recht, 1 averecht), brei A.2 over de volgende 9 steken, brei 107-117-127-139-155-169 steken in boordsteek, A.2 over de volgende 9 steken, brei 55-59-63-71-79-85 steken in boordsteek en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek voor 3 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN! Het vest meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Plaats de 60-64-70-80-80-84 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 7-7-9-9-11-11 opgezette steken onder de mouw = 67-71-79-89-91-95 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 7-7-9-9-11-11 steken onder de mouw. Begin de naald 4 steken voor de steek met de markeerdraad, brei A.2 (= 9 steken –de markeerdraad zit in de middelste steek van deze 9 steken), brei de overgebleven steken in tricotsteek. Ga verder met dit patroon. Als de mouw 3 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 1 steek aan elke kant van A.2 – lees TIP VOOR HET MINDEREN (= 2 steken geminderd). Minder iedere 3½-3-2-1½-1½-1 cm in totaal 10-11-14-18-18-18 keer = 47-49-51-53-55-59 steken. Brei verder tot de mouw 37-35-34-32-30-29 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 8 cm over tot de gewenste lengte. U kunt het vest passen en tot de gewenste lengte breien. LET OP: Kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een bredere hals en een langere pas. Meerder op de volgende naald steken als volgt: Brei A.2 zoals hiervoor, brei 38-40-42-44-46-50 steken in tricotsteek en meerder 9-9-11-11-11-11 steken verdeeld over deze steken = 56-58-62-64-66-70 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3 mm en brei de volgende naald als volgt: Brei A.2 zoals hiervoor over de eerste 9 steken, * 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 1 steek over is voor A.2 en eindig met 1 recht. Ga verder met deze boordsteek voor 8 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN! De mouw meet ongeveer 45-43-42-40-38-37 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. LINKER VOORBIES: Begin aan de goede kant onder de hals en neem ongeveer 123 tot 149 steken op naar beneden over het linker voorpand, aan de binnenkant van de kantsteek, met rondbreinaald 3 mm – het aantal steken moet deelbaar zijn door 2 + 1. De eerste naald wordt als volgt gebreid aan de verkeerde kant: 1 kantsteek in ribbelsteek, * 1 averecht, 1 recht *, brei van *-* tot er 2 steken over zijn op de naald, 1 averecht en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek voor ongeveer 2½ tot 3 cm (de voorbiesbreedte moet overeenkomen met de breedte van de 7 afgekante steken op de hals). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht. Naai de voorbies aan de hals, aan de binnenkant van de 1 kantsteek. RECHTER VOORBIES: Begin aan de goede kant, op de onderkant van het voorpand en neem ongeveer 123 tot 149 steken op tot de hals, aan de binnenkant van de kantsteek, met rondbreinaald 3 mm – het aantal steken moet deelbaar zijn door 2 + 1. De eerste naald wordt als volgt gebreid aan de verkeerde kant: 1 kantsteek in ribbelsteek, * 1 averecht, 1 recht *, brei van *-* tot er 2 steken over zijn op de naald, 1 averecht en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek voor ongeveer 1 - 1½ cm, brei dan 6-6-6-7-7-7 knoopsgaten. 1 knoopsgat = maak 1 omslag en brei 2 recht samen. Het bovenste knoopsgat komt ongeveer 7 - 8 cm onder het knoopsgat op de hals en het onderste knoopsgat 3 cm vanaf de rand. Ga verder met de boordsteek tot de voorbies ongeveer 2½ tot 3 cm meet (komt overeen met de linker voorbies). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht. Naai de voorbies aan de hals, aan de binnenkant van de 1 kantsteek. AFWERKING: Vouw de hals dubbel naar de verkeerde kant en naai netjes naar beneden. Naai de knopen op de linker voorbies. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #wildmintcardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 34 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 215-15
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.