Quiet Moments#quietmomentssweater |
|||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||||
Gebreide trui in DROPS Flora. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met ronde pas en met boordsteek, bladpatroon en Valse patentsteek op de pas. Maten S - XXXL.
DROPS 206-9 |
|||||||||||||||||||||||||||||||
UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- PATROON: Zie telpatroon A.1. Kies het telpatroon voor uw maat. TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert/mindert, tel het totaal aantal steken op de naald (dus 273 steken), en deel deze door het aantal te maken meerderingen/minderingen (dus 59) = 4.6. In dit voorbeeld, meerdert u door 1 omslag te maken na afwisselend elke 4e en 5e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Bij het minderen breit u afwisselend elke 3e en 4e steek en elke 4e en 5e steek samen. TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de zijkanten van het lijf en midden onder de mouwen): Begin 2 steken voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad zit tussen deze 4 steken), 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN (voor midden onder de mouwen): Begin 3 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd). TIP VOOR HET AFKANTEN: Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald in een grotere maat; of maak 1 omslag na ongeveer elke 8e steek terwijl u tegelijkertijd afkant (kant de omslagen af als normale steken). ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald, van boven naar beneden. HALS: Zet 104-112-120-120-128-136 steken op met korte rondbreinaald 2.5 mm en Flora. Brei 1 naald recht, brei dan 3-3-3-4-4-4 cm boordsteek in de rondte (= 1 recht / 1 averecht). Als de boordsteek klaar is, voeg dan 1 markeerdraad in, in het midden van de naald (= midden voor); de pas wordt vanaf hier gemeten! PAS: Ga verder met rondbreinaald 3 mm en brei A.1 in de rondte (= 13-14-15-15-16-17 herhalingen van 8 steken). Ga verder met dit patroon en meerder zoals te zien is in het telpatroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.1 klaar is zijn er 273-294-315-315-352-374 steken op de naald en meet het werk ongeveer 11-11-12-12-13-13 cm vanaf de markeerdraad op de hals. Brei 2 naalden tricotsteek – meerder TEGELIJKERTIJD op de laatste naald 59-76-81-85-90-106 steken verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 332-370-396-400-442-480 steken. Brei nu 3-3-4-4-5-5 cm boordsteek (= 1 recht / 1 averecht). Brei dan 2 naalden tricotsteek – meerder TEGELIJKERTIJD op de laatste naald 36-38-40-42-46-48 steken verdeeld = 368-408-436-442-488-528 steken. Brei boordsteek 3-3-4-4-5-5 cm (= 1 recht / 1 averecht). Brei dan 1 naald recht terwijl u 46-46-42-16-34-34 steken verdeeld mindert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 322-362-394-426-454-494 steken. Het werk meet nu ongeveer 18-18-21-21-24-24 cm vanaf de markeerdraad op de hals. Ga verder met tricotsteek (zonder te meerderen of te minderen), tot het werk 20-22-24-26-28-30 cm meet vanaf de markeerdraad op de hals. De pas wordt nu verdeeld voor het lijf en de mouwen, brei de volgende naald als volgt: Brei 48-53-57-63-69-76 steken in tricotsteek (= ½ achterpand), plaats de volgende 64-74-82-86-88-94 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei 97-107-115-127-139-153 steken in tricotsteek (= voorpand), plaats de volgende 64-74-82-86-88-94 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 49-54-58-64-70-77 steken in tricotsteek (= ½ achterpand). Knip de draad af. Het lijf en mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! LIJF: = 210-230-250-274-302-330 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 8-8-10-10-12-12 steken onder elke mouw en neem ze mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden gebruikt bij het meerderen in de zijkanten. Brei in tricotsteek in de rondte. Als het werk 3-3-3-4-4-4 cm meet vanaf de scheiding meerder dan 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden – lees TIP VOOR HET MEERDEREN (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 3½-3½-3½-3-3-3 cm in totaal 7-7-7-8-8-8 keer aan elke kant = 238-258-278-306-334-362 steken. Brei verder tot het werk 28-28-28-27-27-27 cm meet vanaf de scheiding (er is ongeveer 3-3-3-4-4-4 cm over tot de gewenste lengte; pas de trui en brei tot de gewenste lengte). Brei 1 naald recht terwijl u 64-70-74-80-88-96 steken verdeeld meerdert = 302-328-352-386-422-458 steken; dit wordt gedaan om te voorkomen dat de boordsteek te strak wordt. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm en brei 3-3-3-4-4-4 cm boordsteek (= 1 recht / 1 averecht). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – lees TIP VOOR HET AFKANTEN! De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Plaats de 64-74-82-86-88-94 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald 3 mm en neem 1 steek op in elk van de 8-8-10-10-12-12 opgezette steken onder de mouw = 72-82-92-96-100-106 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 8-8-10-10-12-12 steken onder de mouw (neem de draad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt bij het minderen en meerderen midden onder de mouw). Begin de naald bij de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 2-2-2-2-1-1 cm meet vanaf de scheiding minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2½-1½-1-1-1-1 cm in totaal 5-9-12-12-13-15 keer = 62-64-68-72-74-76 steken. Als de mouw 16 cm meet vanaf de scheiding in alle maten, meerder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo iedere 2-2-1½-1-1-½ cm in totaal 10-11-12-12-13-14 keer = 82-86-92-96-100-104 steken. Brei verder tot de mouw 39-37-35-32-30-28 cm meet vanaf de scheiding (er is ongeveer 3-3-3-4-4-4 cm over tot de gewenste lengte; pas de trui en brei tot de gewenste lengte). LET OP: Kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een bredere hals en een langere pas. Brei 1 naald recht terwijl u 24-26-28-28-30-32 steken verdeeld meerdert = 106-112-120-124-130-136 steken. Ga verder met korte rondbreinaald 2.5 mm en brei 3-3-3-4-4-4 cm boordsteek (= 1 recht / 1 averecht). Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht– denk om TIP VOOR HET AFKANTEN! De mouw meet ongeveer 42-40-38-36-34-32 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. |
|||||||||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #quietmomentssweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 30 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 206-9
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.