Huong schreef:
Very nice. I really want to make this !
31.08.2019 - 06:34
Jana schreef:
Väga ilus ja peen mudel!
16.07.2019 - 00:09
AINA MITTET schreef:
Elegant och kvinnlig modell
12.06.2019 - 20:32
Ellis schreef:
Very nice cabled raglan (even if I don't wear them) but those princess sleeves?
09.06.2019 - 21:33
Adiba schreef:
Pure élégance
06.06.2019 - 11:49
Marita schreef:
Denne var nydelig!
05.06.2019 - 18:27
Caroline schreef:
Erg elegante details en hip.
05.06.2019 - 17:29
White Rose#whiterosesweater |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||||||||||||
Gebreide trui in DROPS Nord. Het werk wordt gebreid van boven naar beneden met kabels in de raglan. Maat: S - XXXL
DROPS 206-30 |
|||||||||||||||||||||||||
UITLEG VOOR HET PATROON: ---------------------------------------------------------- TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld): Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 116 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 12) = 9.7. In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na afwisselend ongeveer iedere 9e en 10e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. PATROON: Zie telpatronen A.1 en A.2. RAGLAN: Meerder 1 steek aan elke kant van de patroonranden over elke raglan lijn, dus meerder 1 steek aan elke kant van A.1B en A.2B (= 8 steken gemeerderd op de naald). Meerder 1 steek door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (geldt voor de zijkanten op het lijf en midden onder de mouwen): Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad is in het midden van deze 4 steken), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd op de markeerdraad). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor midden onder de mouwen): Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 steken recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd). ---------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ---------------------------------------------------------- TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De halsrand en de pas worden in de rondte gebreid op de rondbreinaald, van boven naar beneden. Verdeel nu de pas voor het lijf en de mouwen. Brei het lijf in de rondte op de rondbreinaald, van boven naar beneden. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald, van boven naar beneden. HALSRAND: Zet 116-120-124-128-136-140 steken op rondbreinaald 2.5 mm met Nord. Brei 1 naald recht. Brei dan 3 cm boordsteek in de rondte (= 2 recht/2 averecht). Brei 1 naald recht en meerder 12 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 128-132-136-140-148-152 steken. Brei 1 naald recht zonder te meerderen. Voeg 1 markeerdraad in op de naald. MEET DAN HET WERK VANAF DE MARKEERDRAAD. Brei de pas zoals uitgelegd hieronder. PAS: Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei de volgende naald als volgt (vanaf de linker raglanlijn op de achterkant, gezien zoals het kledingstuk gedragen wordt): Brei A.1A (= 20 steken), brei 22-24-26-28-32-34 steken in tricotsteek (= achterpand), brei A.2A (= 20 steken), brei 2 steken in tricotsteek (= midden op de bovenkant van de mouw), brei A.1A (= 20 steken), brei 22-24-26-28-32-34 steken in tricotsteek (= voorpand), brei A.2A (= 20 steken), en eindig met 2 steken in tricotsteek (= midden op de bovenkant van de mouw). Er zijn nu 152-156-160-164-172-176 steken op de naald. Brei de volgende naald zoals te zien is in de telpatronen - DENK OM STEKENVERHOUDING! Brei dan in patroon zoals uitgelegd hieronder – begin TEGELIJKERTIJD met meerderen voor de RAGLAN - lees uitleg hierboven. Brei de eerste naald als volgt: Brei A.1B (= 26 steken), meerder 1 steek voor de raglan, brei 22-24-26-28-32-34 steken in tricotsteek (= achterpand), meerder 1 steek voor de raglan, brei A.2B (= 26 steken), meerder 1 steek voor de raglan, brei 2 steken in tricotsteek (= midden op de bovenkant van de mouw), meerder 1 steek voor de raglan, brei A.1B (= 26 steken), meerder 1 steek voor de raglan, brei 22-24-26-28-32-34 (= voorpand), meerder 1 steek voor de raglan, brei A.2B (= 26 steken), meerder 1 steek voor de raglan, brei 2 steken in tricotsteek (= midden op de bovenkant van de mouw), en meerder 1 steek voor de raglan (= 8 steken gemeerderd op de naald). Ga zo verder met het patroon en meerder om de naald 17-24-27-32-33-37 keer in totaal, en dan iedere 4e naald 5-3-3-2-3-3 keer in totaal (brei de gemeerderde steken gedraaid en in tricotsteek). Na de laatste meerdering zijn er 328-372-400-436-460-496 steken op de naald. Brei zonder te meerderen tot de pas 18-20-22-24-26-28 cm meet vanaf de markeerdraad in de hals. Minder op de volgende naald 24 steken. Dit wordt gedaan om de steken te minderen die toegevoegd waren om te compenseren dat de kabels samentrekken in de raglanlijnen. Verplaats de mindering zodat er 6 steken worden geminderd in A.1B en A.2B (het is het beste om te minderen door de steken over de kabel, 2 aan 2 recht samen te breien) = 304-348-376-412-436-472 steken over op de naald. Knip het garen af. Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen, dus brei de volgende naald als volgt: Zet de eerste 8-9-9-8-6-5 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-14-16 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei in tricotsteek over de volgende 90-100-108-120-132-144 steken (= achterpand), zet de volgende 62-74-80-86-86-92 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-14-16 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei in tricotsteek over de volgende 90-100-108-120-132-144 steken (= voorpand) en zet de overgebleven 54-65-71-78-80-87 steken op dezelfde hulpdraad als het eerste deel van de mouw op het begin van de naald, voor de mouw. LIJF: = 200-220-240-264-292-320 steken. Brei in tricotsteek over de eerste 5-5-6-6-7-8 steken die opgezet zijn onder de mouw. Nu begint de naald hier. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald en voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 10-10-12-12-14-16 opgezette steken onder de mouw aan de andere kant. Neem de markeerdraden mee in de hoogte tijdens het breien; ze worden later gebruikt voor het meerderen in de zijkanten. Brei in tricotsteek in de rondte. Meerder bij een hoogte van 2 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Meerder zo iedere 6 cm 5 keer in totaal aan elke kant = 220-240-260-284-312-340 steken. Brei tot het lijf 27 cm meet vanaf de scheiding. Meerder op de volgende naald 56-60-64-68-76-84 steken verdeeld = 276-300-324-352-388-424 steken. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm. Brei 4 cm boordsteek in de rondte = 2 recht/2 averecht. Kant dan losjes de steken af met recht boven recht en averecht boven averecht. De trui meet ongeveer 52-54-56-58-60 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Zet de 62-74-80-86-86-92 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 3 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 10-10-12-12-14-16 opgezette steken onder de mouw = 72-84-92-98-100-108 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 10-10-12-12-14-16 opgezette steken onder de mouw en neem de markeerdraad mee in de hoogte tijdens het breien. Gebruik de markeerdraad later bij het minderen midden onder de mouw. Begin de naald bij de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Minder bij een hoogte van 2 cm vanaf de scheiding, 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2½-1½-2-2½-0-0 cm 5-7-6-5-1-1 keer in totaal = 62-70-80-88-98-106 steken. Meerder bij een hoogte van 16 cm vanaf de scheiding, 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Meerder zo iedere 1 cm 24-23-20-18-16-14 keer in totaal = 110-116-120-124-130-134 steken. Brei tot de mouw 41-39-38-36-35-33 cm meet vanaf de scheiding (er is ongeveer 6 cm over tot de gewenste afmetingen, pas de trui en brei tot de gewenste lengte). LET OP! Minder voor de grotere maten vanwege een bredere hals en een langere pas. Brei 1 naald recht en minder 6-12-8-12-10-6 steken verdeeld = 104-104-112-112-120-128 steken. Brei op de volgende naald alle steken 2 aan 2 recht samen = 52-52-56-56-60-64 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 2.5 mm. Brei 5 cm boordsteek in de rondte = 2 recht/2 averecht. Kant dan losjes de steken af met recht boven recht en averecht boven averecht. De mouw meet ongeveer 47-45-44-42-41-39 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde wijze. |
|||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #whiterosesweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 25 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 206-30
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.