Morgan's Daughter |
||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||
Trui met kabels en A-lijn wordt van boven naar beneden gebreid. Maten S - XXXL. Het werk wordt gebreid van DROPS Flora.
DROPS 179-3 |
||||||||||||||||||||||||||||
INFORMATIE VOOR HET PATROON: RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): 1 ribbel = 2 naalden recht. RIBBEL/RIBBELSTEEK (in de rondte gebreid): 1 ribbel = 2 naalden. *Brei 1 naald recht en 1 naald averecht*. Herhaal van *-* PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.9. Kies het telpatroon voor uw maat. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. TIP VOOR HET MEERDEREN -1: Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden: neemt het totale aantal steken op de naald (bijv. 26 steken) en deel dit door het aantal te meerderen steken (bijv. 8) = 3,25. Dus meerder in dit voorbeeld na ongeveer elke 3e steek. Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MEERDEREN -2 (voor de armsgaten): Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt! Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MEERDEREN -3 (voor aan de zijkanten op het lijf): Begin 4 steken voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 1 steek tricotsteek, brei A.8 (= 6 steken, de markeerdraad zit in het midden van A.8), 1 steek tricotsteek, maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MINDEREN (voor midden onder de mouw): Begin 5 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen, brei A.8 (= 6 steken, de markeerdraad zit in het midden van A.8), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal afgehaalde steek over gebreide steek (= 2 steken geminderd). ---------------------------------------------------------- TRUI: Het voor- en achterpand worden apart heen en weer en van boven naar beneden op rondbreinaald gebreid. Zodra de meerderingen voor het armsgat klaar zijn, worden de delen aan elkaar gezet en het lijf wordt rondgebreid op rondbreinaald tot het werk klaar is. De mouwen worden heen en weer en van boven naar beneden gebreid op korte rondbreinaald, tot de mouwkop klaar is, dan wordt verder rondgebreid op korte rondbreinaald, maar ga verder met een korte rondbreinaald als er genoeg steken zijn. LINKER SCHOUDER VOOR (wanneer het kledingstuk gedragen wordt): Zet 26-26-28-28-30-30 steken op met rondbreinaald 3 mm en Flora. Brei 1 naald recht aan de verkeerde kant, 1 naald recht aan de goede kant en 1 naald recht aan de verkeerde kant. Brei 1 naald recht aan de goede kant en meerder gelijktijdig 8 steken in alle maten gelijkmatig verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN -1 = 34-34-36-36-38-38 steken. Brei de teruggaande naald aan de verkeerde kant met 3 kantsteken recht en 31-31-33-33-35-35 steken averecht. Brei de volgende naald aan de goede kant als volgt: Brei A.1 (= 31-31-33-33-35-35 steken) en eindig met 3 kantsteken in ribbelsteek richting de zijkant. Ga zo verder in patroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Wanneer 10 naalden gebreid zijn van A.1 zet dan nieuwe steken op voor de hals aan het einde van elke naald aan de verkeerde kant volgens A.1, dus zet 3 keer 1 steek op en 3 keer 2 steken op = 43-43-45-45-47-47 steken. Zet, als A.1 klaar is, voor de hals 34 nieuwe steken aan het einde van de laatste naald aan de verkeerde kant op = 77-77-79-79-81-81 steken. De hoogte is nu ongeveer 8 cm van de zijkant. Laat het werk rusten en brei de rechter schouder voor zoals onder staat uitgelegd. RECHTER SCHOUDER VOOR (wanneer het kledingstuk gedragen wordt): Zet 26-26-28-28-30-30 steken op met rondbreinaald 3 mm. Brei 1 naald recht aan de verkeerde kant, 1 naald recht aan de goede kant en 1 naald recht aan de verkeerde kant. Brei 1 naald recht aan de goede kant en meerder gelijktijdig 8 steken in alle maten gelijkmatig verdeeld = 34-34-36-36-38-38 steken. Brei de teruggaande naald aan de verkeerde kant met 31-31-33-33-35-35 steken averecht en 3 kantsteken in ribbelsteek. Brei de volgende naald aan de goede kant als volgt: Brei 3 kantsteken in ribbelsteek, brei A.2 (= 31-31-33-33-35-35 steken). Ga zo verder in patroon. Wanneer 11 naalden gebreid zijn van A.2 zet dan nieuwe steken op voor de hals aan het einde van elke naald aan de goede kant volgens A.2, dus zet 3 keer 1 steek op en 3 keer 2 steken op = 43-43-45-45-47-47 steken. Wanneer A.2 klaar is, naai de rechter en linker schouder aan elkaar voor het voorpand zoals onder staat uitgelegd. VOORPAND: Plaats de steken van de rechter- en linkerschouder op dezelfde rondbreinaald 3 mm (de 34 steken die zijn opgezet voor de hals aan de linker schouder voor = middenvoor) = 120-120-124-124-128-128 steken. Brei de eerste naald aan de goede kant als volgt: 3 kantsteken in ribbelsteek, brei A.3 (= 38-38-40-40-42-42 steken), brei A.4 (= 38 steken), brei A.5 (= 38-38-40-40-42-42 steken) en eindig met 3 kantsteken in ribbelsteek. Ga zo verder in patroon en meerder voor het armsgat zoals onder staat uitgelegd. ARMSGAT: Meerder bij een hoogte van 17-15-16-14-13-13 cm 1 steek aan elke kant voor het armsgat – lees TIP VOOR HET MEERDEREN -2, dus meerder aan de goede kant na 3 kantsteken in ribbelsteek aan het begin van de naald en voor 3 kantsteken in ribbelsteek aan het einde van de naald. Meerder zo in elke 2e naald totaal 3-7-7-13-17-21 keer, zet dan 3-4-6-6-8-10 nieuwe steken op aan het einde van de twee volgende naalden = 132-142-150-162-178-190 steken en bij een hoogte van ongeveer 19-20-21-22-24-26 cm vanaf de schouder naar beneden. Laat het werk rusten en brei de rechter schouder achter zoals onder staat uitgelegd. RECHTER SCHOUDER ACHTER (wanneer het kledingstuk gedragen wordt): Zet 26-26-28-28-30-30 steken op met rondbreinaald 3 mm. Brei 1 naald recht aan de verkeerde kant, 1 naald recht aan de goede kant en 1 naald recht aan de verkeerde kant. Brei 1 naald recht aan de goede kant en meerder gelijktijdig 8 steken in alle maten gelijkmatig verdeeld = 34-34-36-36-38-38 steken. Brei de teruggaande naald aan de verkeerde kant met 3 kantsteken recht en 31-31-33-33-35-35 steken averecht. Brei de volgende naald als volgt aan de goede kant: Brei A.6 (= 31-31-33-33-35-35 steken) en eindig met 3 kantsteken in ribbelsteek richting de zijkant. Ga zo verder in patroon. Wanneer 2 naalden A.6 gebreid zijn, zet dan aan het einde van de laatste naald aan de verkeerde kant volgens A.6 2 nieuwe steken op voor de hals = 36-36-38-38-40-40 steken. Wanneer 4 naalden A.6 gebreid zijn, zet dan aan het einde van de laatste naald aan de verkeerde kant 48 nieuwe steken op voor de hals = 84-84-86-86-88-88 steken. Laat het werk rusten en brei de linker schouder achter zoals onder staat uitgelegd. LINKER SCHOUDER ACHTER (wanneer het kledingstuk gedragen wordt): Zet 26-26-28-28-30-30 steken op met rondbreinaald 3 mm. Brei 1 naald recht aan de verkeerde kant, 1 naald recht aan de goede kant en 1 naald recht aan de verkeerde kant. Brei 1 naald recht aan de goede kant en meerder gelijktijdig 8 steken in alle maten gelijkmatig verdeeld = 34-34-36-36-38-38 steken. Brei de teruggaande naald aan de verkeerde kant met 31-31-33-33-35-35 steken averecht en 3 kantsteken in ribbelsteek. Brei de volgende naald als volgt aan de goede kant: Brei 3 kantsteken in ribbelsteek, brei A.7 (= 31-31-33-33-35-35 steken). Ga zo verder in patroon. Wanneer 3 naalden A.7 gebreid zijn, zet dan aan het einde van de laatste naald aan de goede kant 2 nieuwe steken op voor de hals volgens A.7 = 36-36-38-38-40-40 steken. Als A.7 klaar is, naai linker en rechter schouder samen aan het achterpand zoals onder staat uitgelegd. ACHTERPAND: Plaats de steken van de twee schouders op dezelfde rondbreinaald 3 mm (de 48 steken die zijn opgezet voor de hals aan de rechter schouder achter = midden achter) = 120-120-124-124-128-128 steken. Brei de eerste naald als volgt aan de goede kant (begin bij de 3e naald in A.3, A.4 en A.5 gemarkeerd met een ster): Brei 3 kantsteken in ribbelsteek, brei A.3 (= 38-38-40-40-42-42 steken), brei A.4 (= 38 steken), brei A.5 (= 38-38-40-40-42-42 steken) en eindig met 3 kantsteken in ribbelsteek. Ga zo verder in patroon (wanneer A.3, A.4 en A.5 1 keer in de hoogte van de 3e naald zijn gebreid, herhaal dan de herhalingen voor alle naalden in de hoogte tot het werk klaar is). Meerder GELIJKTIJDIG voor het armsgat zoals onder staat uitgelegd. ARMSGAT: Meerder bij een hoogte van 17-15-16-14-13-13 cm 1 steek aan elke kant van het armsgat – lees TIP VOOR HET MEERDEREN -2, dus meerder aan de goede kant na 3 kantsteken in ribbelsteek aan het begin van de naald en voor 3 kantsteken in ribbelsteek aan het einde van de naald. Meerder zo in elke 2e naald totaal 3-7-7-13-17-21 keer, zet dan 3-4-6-6-8-10 nieuwe steken op aan het einde van de twee volgende naalden = 132-142-150-162-178-190 steken en bij een hoogte van ongeveer 19-20-21-22-24-26 cm vanaf de schouder naar beneden. Naai nu het voorpand en achterpand samen zoals onder staat uitgelegd. LIJF: Zet de steken van het voorpand op de naald (zonder dat de steken gebreid worden), plaats 1 merkdraad (= zijkant), zet de steken van het achterpand op de naald en plaats 1 merkdraad (= zijkant) = 264-284-300-324-356-380 steken. De eerste naald wordt als volgt gebreid: Brei 6-7-9-9-11-13 steken in ribbelsteek, 3-7-7-13-17-21 steken tricotsteek, ga verder met A.3, A.4 en A.5 als voorheen, brei 3-7-7-13-17-21 steken tricotsteek, 12-14-18-18-22-26 steken in ribbelsteek (de merkdraad zit in het midden van deze 12-14-18-18-22-26 steken), brei 3-7-7-13-17-21 steken tricotsteek, ga verder met A.3, A.4 en A.5 als voorheen, brei 3-7-7-13-17-21 steken tricotsteek en eindig met 6-7-9-9-11-13 steken in ribbelsteek. Ga zo verder in patroon, maar brei als er 2 ribbels gebreid zijn over de middelste 12-14-18-18-22-26 steken aan elke zijde op de volgende naald als volgt: LET OP: Begin de naald 3 steken voor de merkdraad aan de zijkant, brei A.8 (= 6 steken, de merkdraad zit in het midden van A.8), brei 6-11-13-19-25-31 steken tricotsteek, ga verder met A.3, A.4 en A.5 zoals voorheen, brei 6-11-13-19-25-31 steken tricotsteek, brei A.8 (= 6 steken, de merkdraad zit in het midden van A.8), brei 6-11-13-19-25-31 steken tricotsteek, ga verder met A.3, A.4 en A.5 zoals voorheen en eindig met 6-11-13-19-25-31 steken tricotsteek. Ga zo verder in patroon. Meerder bij een hoogte van 32-34-36-38-40-42 cm vanaf de schouder (ongeveer 13-14-15-16-16-16 cm vanaf het armsgat), 2 steken aan elke kant – lees TIP VOOR HET MEERDEREN -3 (= 4 steken vermeerderd). Meerder zo elke 6e naald (ongeveer elke 2e cm) tot het werk klaar is (als de stekenverhouding in de hoogte klopt komt dit overeen met ongeveer 21 meerderingen aan elke kant). Bij een hoogte van 73-75-77-79-81-83 cm staan er ongeveer 348-368-384-408-440-464 steken op de naald. Brei in de volgende naald de steken in elke kabel (zowel de kabels met 4 steken als de kabels met 2 steken) recht samen 2 en 2 (alleen voor de kabels, niet voor de averechte delen of de tricotsteekdelen) = ca 294-314-330-354-386-410 steken. Brei 3 RIBBELS rond over alle steken – zie uitleg boven. Kant af met recht, maar om te voorkomen dat de afkantrand niet te strak wordt kunt u 1 omslag na elke 8e steek maken (kant de omslagen vervolgens af als gewone steken op de volgende naald). De hele trui meet ongeveer 74-76-78-80-82-84 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Zet 38-40-40-42-48-48 steken op met korte rondbreinaald 3 mm. Brei tricotsteek heen en weer en zet nieuwe steken voor de mouwkop aan het einde van elke naald aan elke zijde als volgt op: Zet 1 keer 3 steken op in alle maten, 2 keer 2 steken in alle maten, 7-8-11-13-14-17 keer 1 steek, 2-2-1-1-1-1 keer 2 steken en 1 keer 3-4-6-6-8-10 steken = 80-86-92-98-110-120 steken en bij een hoogte van ongeveer 8-9-10-11-12-14 cm vanaf de zijkanten naar beneden. Plaats 1 merkdraad aan het begin van de naald (= midden onder de mouw). Brei verder rond in tricotsteek, maar brei A.8 over de middelste 6 steken onder de mouw. Minder bij een hoogte van 3-3-3-2-2-1 cm vanaf de merkdraad 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo elke 2½.-2.-1½.-1½.-1.-1.cm totaal 11-14-15-18-22-26 keer = 58-58-62-62-66-68 steken. Brei bij een hoogte van 30-30-29-29-29-27 cm vanaf de merkdraad (kortere hoogte in de grote maten vanwege de langere mouwkop en bredere schouderwijdte) 1 naald recht en vermeerder gelijkmatig verdeeld 22-22-23-23-24-22 steken = 80-80-85-85-90-90 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop 2,5 mm. Brei de volgende naald als volgt: Ga verder met A.8 over de 6 steken midden onder de mouw, brei A.9A tot er nog 4 steken voor A.8 over zijn (= 14-14-15-15-16-16 patroonherhalingen van 5 steken) en eindig met A.9B (= 4 steken). Ga zo verder in patroon. Minder bij een manchethoogte van 12 cm alle 3 averecht tot 2 averecht door 2 averecht samen te breien in elk averecht deel = 64-64-68-68-72-72 steken. Brei verder tot een manchethoogte van 15 cm (de hele mouw meet ongeveer 53-54-54-55-56-56 cm vanaf de zijkant). Brei op de volgende naald de steken in elke kabel recht samen 2 en 2 = 48-48-51-51-54-54 steken. Brei 2 ribbels rond. Kant af met recht, maar om te voorkomen dat de afkantrand niet te strak wordt kunt u 1 omslag na elke 8e steek maken (kant de omslagen vervolgens af als gewone steken op de volgende naald) zoals bij het lijf. De mouw meet ongeveer 54-55-55-56-57-57 cm vanaf de kop naar beneden. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de schoudernaden samen naast de opzetrand. Neem ongeveer 116 tot 126 steken rond de hals op met korte rondbreinaald 2,5 mm. Brei 3 ribbels en kant af met recht, maar om te voorkomen dat de afkantrand niet te strak wordt kunt u ook afkanten op korte rondbreinaald 3 mm. Naai de mouwen in de trui. |
||||||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (37)
Diana Sinn schreef:
Die äußeren Zöpfe sollen ja im Rhythmus jede 6. Reihe gestrickt werden. Wenn ich aber bei den Schultern nach A 6 + A7 mit der 3. Reihe von A3,4 +5 weiter Stricke, fehlt mir eine Hin- und Rückreihe bei den beiden äußeren Zöpfen. Was mache ich da falsch? Besten Dank im voraus!
22.04.2019 - 16:54DROPS Design antwoorde:
Liebe Frau Sinn, wenn A.6 und A.7 fertig sind, habe Sie 3 Reihen nach dem Zopf gestrickt, wenn Sie dann A.3,4 und 5 stricken, stricken Sie zuerst 2 Reihen dann die Zöpfe = es ind jetzt 5 Reihen zwischen Zöpfen. Viel Spaß beim stricken!
23.04.2019 - 14:46Marie-Odile SANSAULT schreef:
Bonjour. Lorsque je tricote le premier rang du devant, j'ai un décalage de 2 mailles au passage du diagramme A2 aux diagrammes A3/A4/A5 : j'ai 2 mailles en trop au début de A3, 2 mailles qui manquent à la fin de A3 pour passer à A4, 2 mailles qui manquent à la fin de A4, et 2 mailles en trop pour le passage à A5. Je tricote le modèle XXL et j'ai bien 128 mailles. Avec ce décalage, je ne parviens pas à bien raccorder les motifs. Merci de votre réponse.
09.02.2019 - 20:29DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Sansault, A.3 se tricote au-dessus des 42 premières m de A.2, A.4 se tricote au-dessus des 2 dernières m de A.2 + les 34 m montées pour l'encolure + les 2 premières m de A.1 (= 38 m) et A.5 se tricote au-dessus des 42 dernières m de A.1. Continuez les 3 m point mousse comme avant au début et à la fin des rangs. Bon tricot!
11.02.2019 - 09:14Annica Bruce schreef:
I diagram beskrivningen så saknas tecken för 3 av beskrivningarna = mellan 2 maskor görs det 1 omslag om stickan, på nästa varv stickas omslaget vridet så att det inte blir hål = 2 maskor räta tillsammans = sätt 1 maska på flätsticka bakom arbetet, sticka 1 rätmaska, sticka maskan på flätstickan rät Hur ska man göra Med vänlig hälsning, Annica
07.10.2018 - 10:57DROPS Design antwoorde:
Hei Annica. Mener du at det er 3 av symbolene du ikke kan se i symbolforklaringen? Det fungerer helt fint hos oss - vi har sjekket både på PC og mobil. Vi gikk gjennom symbolene, og så at 2 av dem du nevnte (=2 masker rett sammen og = mellom 2 masker lages 1 kast) ikke er brukt i diagrammene. Vi har nå fjernet dem fra symbolforklaringen. Symboldet for = sett 1 maske på flettepinne bak arbeidet, strikke 1 rett, strikk masken på flettepinnen er en sort rettvinklet trekant som går over 2 ruter. Symbolforklaringen skal nå være oppdatert, takk for beskjed og god fornøyelse.
09.10.2018 - 11:06Sooz 127 schreef:
Hi - I love this design and am using Drops Flora yarn but I've had to go up to size 4/4.5mm needles to get the gauge right which means the knit is a bit 'loose' and looses the effect. Generally my gauge is about right so not sure what I'm doing wrong . Any pointers would be greatly appreciated!
19.06.2018 - 15:15DROPS Design antwoorde:
Dear Sooz127, after you have worked your swatch, wash it as you will wash the garment afterwards, and leave it dry flat. Check then measurements and adjust needle size if necessary - you should get 24 sts x 32 rows in stocking st = 10 x 10 cm. Happy knitting!
19.06.2018 - 15:56Natalia Marino schreef:
What happens with the stitches created for the armhole during the front piece knitting? Should they be knitted every row like the garter st or should they be purl on the right side and knit on the reverse? Thank you.
17.04.2018 - 10:56DROPS Design antwoorde:
Dear Mrs Marino, the increased sts are worked in stocking stitch - read INCREASE TIP-2 (for the armholes), and the new sts cast on on each side are also worked in stocking st before working front and back piece together in the round. Happy knitting!
17.04.2018 - 11:59Laura schreef:
Diagrammeissa A1 ja A2 on selvästi virhe, riviltä 19 alken pitäisi olla silmukan verran enemmän nurjia silmukoita pääntien lisäysreunassa. Siten kuin ne nyt ovat, ne eivät kohtaa diagrammeja A4 ja A3, kuten pitäisi, että kuvio jatkuisi katkoksitta.
10.01.2018 - 11:23Christiane Schreder schreef:
Hallo, zu Diagramm A1 wüsste ich gerne ob ich durch die vier Reihen oberhalb vom Diagramm das Muster für den Zopf links über 4 Maschen abändern muss und somit nicht mehr nach Chart stricke. Besten Dank.
16.12.2017 - 11:58DROPS Design antwoorde:
Liebe Frau Schreder, wenn die 20 Reihen in A.8 gestrickt sind, ist das Muster fertig und muss ab 1. Reihe wiederholt sein, nur die 2 Zöpfe werden nicht im gleichen Rythmus gestrickt (= jede 6.Reihe). Viel Spaß beim stricken!
18.12.2017 - 08:24Kristina Ramberg schreef:
Hej jag har två frågor. På diagrammen för A3, A4 och A5 så finns det 4 varv och fyra maskor som liksom "sticker" ut från mönstret. Jag har aldrig stickat efter mönster så här förut och förstår inte hur jag ska tänka kring de delarna. Min andra fråga gäller de maskor som ska ökas till ärmhål på framstycket när man stickat i mitt fall 14 cm. Ska dessa ingå i mönstret eller blir de bara stickade som räta/aviga? Med vänlig hälsning och tack för hjälp på förhand Kristina
23.10.2017 - 11:38DROPS Design antwoorde:
Dessa 4 maskor i diagrammet är bara med för att visa var följande flätvridning ska göras, du fortsätter alltså bara mönstret som tidigare. De ökade maskorna till ärmen stickas i slätstickning.
24.10.2017 - 14:16Camilla schreef:
Hur ökar jag maskorna som ska ökas i diagram A1 och A2? Det finns inga markeringar som visar var. Förklaring till tecknet med ett omslag mellan två maskor finns ovanför diagrammen men det tecknet finns ingenstans i något av diagrammen. Det står att man ökar på avigsidan men det ser inte ut så på diagram A1.
01.10.2017 - 21:45DROPS Design antwoorde:
Hej! Dessa maskor ökas genom att man lägger upp nya maskor mot halsen (dvs. från avigsidan på vänster framst och från rätsidan på höger framst), de nya maskorna finns sedan med i diagrammen.
02.10.2017 - 17:31Annika Mathiasson schreef:
Jag fattar inte på fram och bakstycket: "OBS: Börja varvet 3 maskor före markören i sidan, sticka A.8 (= 6 maskor, markören sitter mitt i A.8), sticka 6-11-13-19-25-31 maskor slätstickning, fortsätt A.3, A.4 och A.5 som förut, sticka 6-11-13-19-25-31 maskor slätstickning, sticka A.8 (= 6 maskor, markören sitter mitt i A.8), sticka 6-11-13-19-25-31 maskor slätstickning, " A8 verkar ju vara mönster, sticka 13 m slätstickning? Har fastnat totalt :-)
25.08.2017 - 12:45DROPS Design antwoorde:
Hej, du börjar 3 m före markören för att kunna sticka A.8 med flätan i mitten, märktråden sitter mitt i flätan. Lycka till!
13.09.2017 - 15:07