DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 6 garens de hele maand juni!
Product image DROPS Paris yarn
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.23 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 18.45€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425
Markeer maat:
DROPS 169-4

#lightsembraceponcho

DROPS design: Model nr. w-614
Garengroep C of A en A
----------------------------------------------------------
Maat: S/M – L/XL – XXL/XXXL
Materiaal:
DROPS PARIS van Garnstudio
750-850-900 gr. kleur nr. 16, wit

DROPS HAAKNLD 4,5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 16 stk x 9 toeren = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.23 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 18.45€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

----------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.5. Telpatronen A.1a en A.1b laten zien hoe de toer begint en eindigt.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Begin elke stk-toer met 3 l (deze l vervangen niet het eerste stk). Haak aan het einde van de toer 1 hv in 3e l aan het begin van de toer.
LET OP: als u A.5 haakt, begin de toer dan met 3 l. Haak aan het einde van de toer 1 stk in eerste st op de toer (dus st met de 3 l erin), dan 1 hv in 3e l aan het begin van de toer.

HAAK 2 DSTK SAMEN:
Haak 1 dstk om l-lus eronder maar wacht met de laatste doorhaling (= 2 lussen op haak), sla 1 v over en haak 1 dstk om volgende l-lus maar haal bij laatste doorhaling de draad door alle lussen op de haak.

HAAK 3 DSTK SAMEN:
Haak 1 dstk maar wacht met de laatste doorhaling (= 2 lussen op haak), haak nog 1 dstk maar wacht met de laatste doorhaling (= 3 lussen op haak), haak nog 1 dstk maar haal bij de laatste doorhaling de draad door alle lussen op de haak.

NETPATROON:
TOER 1: *begin met de 1e toer van A.5, haak de 4 stk in eerste/volgende stk met markeerder, haak (1 l, sla 1 stk over, 1 stk in volgende stk) tot er 1 stk overblijft voor de volgende markeerder, haak 1 l, sla volgende stk over*, herhaal van *-* nog 3 keer. Er zijn nu 4 herhalingen van A.5 op de toer.
TOER 2: *haak A.5 om eerste/volgende l-lus met markeerder, haak dan 1 stk in volgende stk, 1 l, 1 stk om eerste l-lus, (1 l, sla 1 stk over, 1 stk in volgende l-lus) tot er 1 l-lus overblijft voor de volgende herhaling van A.5, haak 1 l, 1 stk in volgende stk*, herhaal van *-* nog 3 keer.
TOER 3: *haak A.5 om eerste/volgende l-lus met markeerder, haak dan (1 l, sla 1 stk over, 1 stk om volgende l-lus) tot volgende herhaling van A.5, 1 l *, herhaal van *-* nog 3 keer.
----------------------------------------------------------

PONCHO:
Wordt in de rondte gehaakt, van boven naar beneden. Meerder eerst middenvoor, middenachter en op elke schouder, meerder dan alleen middenvoor en middenachter.

Haak 153-163-163 l met haaknld 4,5 mm en Paris en vorm een ring met 1 hv. Haak 3 l – zie INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Haak dan 1 stk in elke van de volgende 3-1-1 l, * sla 1 l over, 1 stk in elke van de volgende 5 l *, herhaal van *-* nog 24-26-26 keer op de toer = 128-136-136 stk en 3 l op de toer. Plaats nu 4 markeerders vanaf het begin van de toer zonder te haken: plaats 1 markeerder in 1e stk op de toer (= middenachter), sla 31-33-33 stk over, plaats 1 markeerder in volgend stk (= schouder), sla 31-33-33 stk over, plaats 1 markeerder in volgend stk (= middenvoor), sla 31-33-33 stk over, plaats 1 markeerder in volgend stk (= schouder) – er zijn nu 31-33-33 stk tussen laatste markeerder en begin van de toer.
Haak nu het NETPATROON - zie uitleg boven. Als de 1e-3e toer zijn gehaakt, herhaal dan de 2e en 3e toer tot er 6-7-8 toeren in het netpatroon zijn gehaakt – op telpatroon A.4a en A.4b ziet u hoe u de hele meerdering maakt aan elke kant van A.5.
DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Het werk meet ongeveer 8-9-10 cm.

Haak de volgende toer als volgt en minder TEGELIJKERTIJD 0-8-8 stk gelijkmatig (= 0-4-4 stk geminderd aan elke kant van middenachter en middenvoor): *Haak (2 stk, 3 l, 2 stk) om l-lus (= middenachter op 1e herhaling en middenvoor op 2e herhaling), haak dan 1 stk in elk stk en 1 stk om elke l tot volgende STK-GROEP-MEERDERING, haak 3 stk om l-lus (= schouder), haak 1 stk in elk stk en 1 stk om elke l tot STK-GROEP-MEERDERING (middenvoor op 1e herhaling en middenachter op 2e herhaling)*, herhaal van *-* nog 1 keer.

Er zijn nu 117-125-133 stk tussen l-lus middenvoor en middenachter (= 234-250-266 stk in totaal op de toer en 2 l-lussen). Knip de draad af. LET OP: meerder nu niet meer op elke schouder maar alleen middenvoor en middenachter op de poncho.

Haak 1 hv in 10e st vanaf l-lus middenachter en haak in patroon als volgt: haak A.1a (laat zien hoe de toer begint en eindigt, vervangt niet de eerste st), A.2a (= 8 stk) 13-14-15 keer in de breedte, A.3a (= meerderen middenvoor), ga verder met A.2a 14-15-16 keer in de breedte, A.3a (= meerderen middenachter) en A.2a 1 keer voor alle maten. Op de 4e toer in A.3a er zijn er 133-141-149 stk tussen l-lus middenvoor en middenachter. Ga verder in patroon als hiervoor (er is nu ruimte voor 16-17-18 patroonherhalingen van A.2a aan elke kant van A.3a). Meerder op de 10e toer 8 stk gelijkmatig aan elke kant van A.3a (= 16 stk in totaal op de toer) = 163-171-179 stk aan elke kant van l-lus middenvoor en middenachter. Ga verder in patroon als hiervoor, maar haak nu A.1b boven A.1a, A.2b boven A.2a en A.3b boven A.3a (er is nu ruimte voor 19-20-21 patroonherhalingen van A.2 aan elke kant van A.3). Meerder op de 4e toer 3 stk gelijkmatig tussen elke patroonherhalingen van A.3 (dus 6 stk in totaal op de toer) = 169-177-185 stk tussen elke l-lus middenvoor en middenachter. Ga zo verder in patroon (er is nu ruimte voor 21-22-23 patroonherhalingen van A.2 aan elke kant van A.3). Als het hele telpatroon klaar is in de hoogte, meet het werk 36-37-38 cm. Knip de draad af.

Haak nu het NETPATROON als aan het begin van het werk. Begin in de l-lus middenachter en haak NETPATROON vanaf 3e toer in NETPATROON. Herhaal de 2e en 3e toer tot er 6-8-10 toeren in totaal zijn gehaakt (incl. laatste toer in A.2 en A.3).
Haak de volgende toer als volgt: *haak (2 stk, 3 l, 2 stk) om l-lus (= middenachter), haak dan 1 stk in elk stk en 1 stk om elke l tot volgende herhaling van A.5*, herhaal van *-* nog 1 keer = 193-209-225 stk tussen l-lussen middenvoor en middenachter. Knip de draad af.

Haak nu patroon A.1a, A.2a en A.3a als volgt:
Haak 1 hv in 12e stk vanaf l-lus middenachter en haak in patroon als volgt: haak A.1a (laat zien hoe de toer begint en eindigt, vervangt niet de eerste st), A.2a tot er 2 stk over zijn voor de l-lus middenachter, A.3a (= meerderen middenvoor), ga verder met A.2a tot er 2 stk over zijn voor de l-lus middenachter, A.3a (= meerderen middenachter) en A.2a 1 keer voor alle maten. Als de 4e toer klaar is in de hoogte, meet de poncho 49-52-54 cm. Hecht af.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 04.03.2016
Telpatroon A.2a aangepast in toer 8. 1 v in st (NIET: 1 v om st)
Gewijzigd online: 28.10.2016
Correctie: nieuwe telpatronen A.4a, A.4b en A.5. Het patroon is aangepast volgens deze.

Telpatroon

1 l<br />
= 1 l
1 v om st<br />
= 1 v om st
1 v in st<br />
= 1 v in st
1 v om l-lus, 3 l<br />
= 1 v om l-lus, 3 l
1 stk in st<br />
= 1 stk in st
1 stk om l/l-lus<br />
= 1 stk om l/l-lus
1 dstk om st<br />
= 1 dstk om st
Haak 2 driedubbel stk in 1 driedubbel stk als volgt: haak 1 driedubbel stk maar wacht met de laatste doorhaling = 2 lussen op de haak. Haak nog 1 driedubbel stk in dezelfde st maar haal bij de laatste doorhaling de draad door alle 3 lussen op de haak.<br />
= Haak 2 driedubbel stk in 1 driedubbel stk als volgt: haak 1 driedubbel stk maar wacht met de laatste doorhaling = 2 lussen op de haak. Haak nog 1 driedubbel stk in dezelfde st maar haal bij de laatste doorhaling de draad door alle 3 lussen op de haak.
HAAK 3 DSTK SAMEN - zie uitleg in patroon<br />
= HAAK 3 DSTK SAMEN - zie uitleg in patroon
HAAK 2 DSTK SAMEN - zie uitleg in patroon<br />
= HAAK 2 DSTK SAMEN - zie uitleg in patroon
Haak picot als volgt: haak 2 l, 1 hstk in laatst gehaakte stk<br />
= Haak picot als volgt: haak 2 l, 1 hstk in laatst gehaakte stk
haak in deze st<br />
= haak in deze st
begin toer met 4 l en eindig toer 1 hv in 4e l aan het begin van de toer<br />
= begin toer met 4 l en eindig toer 1 hv in 4e l aan het begin van de toer
begin toer met 2 l en eindig toer met 1 hv in 2e l aan het begin van de toer<br />
= begin toer met 2 l en eindig toer met 1 hv in 2e l aan het begin van de toer
begin toer met 6 l en eindig toer 1 hv in 6e l aan het begin van de toer<br />
  <br />
= begin toer met 6 l en eindig toer 1 hv in 6e l aan het begin van de toer

deze toer wordt uitgelegd in het patroon<br />
= deze toer wordt uitgelegd in het patroon
Diagram for DROPS 169-4
Diagram for DROPS 169-4
Diagram for DROPS 169-4
Diagram for DROPS 169-4
Diagram for DROPS 169-4
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #lightsembraceponcho of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 169-4

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (230)

country flag Bettina schreef:

Entschuldigung ich glaube ich habe schon einen Fehler beider zweiten Runde mit dem picot wie muss ich da anfangen ? Muss ich dann bei A3 auch noch eines machen vor den Luftbogen Lg Bettina

21.03.2023 - 10:55

DROPS Design antwoorde:

Liebe Bettina, die Reihe mit Picot häkeln Sie genau so wie bei dem Diagram: Es sind 2 Picot bein jedem A.3a und 2 Picot bei jedem A.2a. Können Ihnen alle diese Antworte helfen? Markierungen/Markierer können Ihnen gerne helfen, die Rapporte zu folgen. Viel Spaß beim häkeln!

21.03.2023 - 11:06

country flag Bettina schreef:

Hallo habe ein Problem und zwar bei der 4 runde mit Stäbchen da bekomme auf einer seite 136 Stäbchen zusammen und bei der anderen 137 Stäbchen zusammen

21.03.2023 - 10:35

DROPS Design antwoorde:

Liebe Bettina, so sollen die Maschen bei der 4. Reihe aussehen: 13 x A.2 (= 104 M) + A.3a (= 9 M vor dem Lm-Bogen Mitte vorne) (= 113 M für eine Seite), dann : A.3a ( 12 M nach dem Lm-Bogen), 14x A.2 (= 112 M), und A.3a (9M vor dem Lm-Bogen) = 12+112+9=133 M an einer Seite; und jetzt enden Sie mit A.3a (12 M nach dem Lm-Bogen) + die 8 M vom letzten A.2a so haben Sie 104+9 (Anfang der Runde) + 8+12 (Ende der Runde) = 133M an der anderen Seite. Benutzen Sie Markierung zwischen jedem Rapport, es kann Ihnen helfen, die Maschenanzahl zu folgen.

21.03.2023 - 11:03

country flag Bettina schreef:

Danke für die Hilfe habe es geschafft Eine Frage noch muss ich diese Diagramm A2 also von 1-6 nur einmal machen bevor ich mit den Blumenmuster beginne LG Bettina

21.03.2023 - 05:19

DROPS Design antwoorde:

Liebe Bettina, Diagramme häkeln Sie eine Reihe nach der andere und die Blumen werden bei der 6. + 7. Reihe gehäkelt.

21.03.2023 - 10:58

country flag Bettina schreef:

Also nach dem Netz muster nur die Stäbchen zählen bis vor den luftbogen die sräbchen im luftbogen nicht mit zählen Und diese Runde zweimal häckeln ist das richtig Lg Bettina

20.03.2023 - 10:15

DROPS Design antwoorde:

Liebe Bettina, alle Stäbchen werden mit gezählt, nach dem Netz Muster sind es 117 Stäbchen zwischen den Luftmaschenbogen mitte Vorne und Hinten, Faden abschneiden und in die 10. Masche nach dem Luftmaschenboben in der Mitte Hinten anfangen. Viel Spaß beim häkeln!

20.03.2023 - 10:28

country flag Bettina schreef:

Also 8Stb und eine lufm. Und dann wieder 8 stb. Bis zum Luftmaschenbogen? Und muss ich die stb im Luftmaschen bogen auch mit zählen

20.03.2023 - 08:48

DROPS Design antwoorde:

Liebe Bettina, meinen Sie die 8 Stb A.2a? Diese häkeln Sie in je die nächsten 8 Maschen. Schauen Sie die vorrige Antwort, es könnte Ihnen weiterhelfen. Sonnst melden Sie sich gerne wieder.

20.03.2023 - 09:33

country flag Bettina schreef:

Hallo komme nicht mehr weiter verstehe das nicht mit den A2 8 Stäbchen 13mal in der Breite das sind von mir 104 Stäbchen was ist dann mit den restlichen Stäbchen ich habe ja 117 Lg Bettina

20.03.2023 - 06:18

DROPS Design antwoorde:

Liebe Bettina, diese Runde beginnt in die 10. Masche ab dem Lm-Bogen, dann häkeln Sie: 13 x A.2 (= 104 M) + A.3a (= 2 M vor dem Lm-Bogen Mitte vorne) (= 106 M für eine Seite), dann : A.3a ( 3 M nach dem Lm-Bogen), 14x A.2 (= 112 M), und A.3a (2 M vor dem Lm-Bogen) = 3+112+2=117 M an einer Seite; und jetzt enden Sie mit A.3a (3 M nach dem Lm-Bogen) + die 8 M vom letzten A.2a so haben Sie 104+2 (Anfang der Runde) + 3+8 (Ende der Runde) = 117 M an der anderen Seite. Viel Spaß beim häkeln!

20.03.2023 - 09:28

country flag Stephanie schreef:

Hallo, wie werden denn ab R mit Stern (Rapport: 8 Stäbchen) die Schultern gehäkelt? Ist das Diagramm A.3a auch für die Schultern oder nur für vordere und hintere Mitte? Wenn ja, was wird dann als Zunahme darin gesehen, denn an den Schultern soll ja nicht mehr zugenommen werden?

28.07.2022 - 19:42

DROPS Design antwoorde:

Liebe Stephanie, wenn die Zunahmen für den Schulter fertig sind, wird der Faden abgeschnitten und so weiter gehäkelt: 1 Kett-M in das 10. Stb ab dem Lm-Bogen an der hinteren Mitte und im Muster wie folgt häkeln: A.1a 1 x (zeigt, wie die Rd beginnt und endet, ersetzt nicht die erste M), A.2a (= 8 Stb) 13-14-15 x in der Breite, A.3a 1 x (= Zunahme an der vorderen Mitte), A.2a 14-15-16 x in der Breite, A.3a 1 x (= Zunahme an der hinteren Mitte) und A.2a 1 x häkeln. Viel Spaß beim häkeln!

01.08.2022 - 11:52

country flag Eva Lindqvist schreef:

Jag tänker virka mönstret Light´s Embrace storlek L/XL och fastnar redan på första varvet... I mönstret står det: "Virka 153-163-163 lm med nål 4,5 med Paris och sätt ihop dem till en ring med 1 sm. Virka 3 lm – LÄS VIRKINFO! Sedan virkas det 1 st i var och en av de nästa 3-1-1 lm," Jag tolkar det som att jag lägger upp 163 lm, sätter ihop dem med en smygmaska och virkar 3 lm, men sedan fastnar jag. Hur många stolpar ska jag sedan virka? 3, 4 eller 1?

22.06.2022 - 10:23

DROPS Design antwoorde:

Hej Eva, efter de 3 lm virkar du 1 st sedan upprepar du det innanför *-* (hoppa över 1 lm, virka 1 st i var och en av de nästa 5 lm) 26 ggr. Titta även på videon vi har gjort till ponchon :)

22.06.2022 - 13:39

country flag Iris schreef:

Hallo! Danke für die letzte Antwort! Hat mir weitergeholfen. Hat gestimmt bei mir, hatte nur falsch zugeordnet. Bin jetzt am Ende von Reihe 4, wo ich 3 Stäbchen verteilt zugenommen habe. Allerdings habe ich an beiden Seiten zwischen den LM Bogen insgesamt 199 Stäbchen!? Sollten laut Angabe 185 sein. Habe 3x aufgetrennt und die LM Bogen kontrolliert. Finde das Problem nicht. Liebe Grüße

21.06.2022 - 08:36

DROPS Design antwoorde:

Liebe Iris, Sie sollen jetzt 23 Mal A.2 wiederholen mit den 3 Zunahmen + 5 Maschen von A.3b und 8 Maschen von A.3b ; die Maschen A.3b sind damit nicht gezählt und kommen extra. Viel Spaß beim häkeln!

21.06.2022 - 10:32

country flag Iris schreef:

Hallo! Die Reihe mit den 5 Stb von A3a ist die mit dem Stern.A uf meinem Diagramm ist die 1. Reihe die mit der Zacke mit Picot-3Lm Zacke mit Picot. Bin jetzt an der10. Reihe angekommen, wo 179M auf beiden Seiten der LmBogen sind. Habe nach dieser Reihe zuviele Rapporte - nämlich 22 je 8M (=176) auf jeder Seite. Lese ich den Rapport richtig? 1Lm 1Stb auslassen-1Zacke mit Picot in 1Stb- 3Stb ausl-1 Zacke mit Picot in 1Stb-2 Stb ausl ? Danke für Ihre Geduld

20.06.2022 - 09:42

DROPS Design antwoorde:

Liebe Iris, nach der 10. Reihe haben Sie 179 Stb für beide Hälfte und 358 Stb für die ganze Runde. jetzt häkeln Sie: A.1b, A.2b (= 20 Mal 8 Maschen), A.3b (= über 5 Stb (das 1. Stäbchen überspringen Sie + 3 Lm + 6 Stb), A.2b (= 21 Mal 8 Maschen),A.3b (= über 5 Stb + 3 Lm + 6 Stb), A.2b (1 x 8 M)= 160+5+6+168+5+6+8=358 Stb. Kann das Ihnen helfen?

20.06.2022 - 10:25