DROPS Children 49 · Veel nieuwe ontwerpen voor kinderen!
Product image DROPS Alpaca yarn
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Product image DROPS Kid-Silk yarn
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 3.69 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 61.02€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS AW2425
DROPS 156-25

#firstinlinecardigan

DROPS design: Model nr. z-680
Garengroep A en A of C
-----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS ALPACA van Garnstudio
450-500-550-600-650-750 gr. kleur nr. 9020, licht parelgrijs
en gebruik:
DROPS KID-SILK van Garnstudio
200-200-225-250-275-300 gr. kleur nr. 22, asgrijs

DROPS RONDBREINLD (80 cm) 5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 17 st x 22 nld in tricotst met 1 draad van elk garen = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (80 cm) 4 mm – voor de rand in ribbelst.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Product image DROPS Kid-Silk yarn
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 3.69 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 61.02€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer op rondbreinld):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

PATROON:
Zie telpatroon A.1. Het telpatroon laat het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.
LET OP: het telpatroon past niet in de hoogte als u het herhaalt, maar ga verder met de diagonale gaatjesrand in de hoogte als ervoor en begin TEGELIJKERTIJD met een nieuwe gaatjesrand elke 20e nld aan elke kant van het werk. Dus de 1e gaatjesrand in A.1 begint 4 nld voor de andere.
----------------------------------------------------------

VEST:
Zet 228-228-252-276-300-300 st op met rondbreinld 4 mm en 1 draad van elk garen (= 2 draden).
Brei 10 cm in RIBBELST – zie uitleg boven. Ga in de volgende nld aan de goede kant verder met rondbreinld 5 mm en brei als volgt: brei 6 st in ribbelst, PATROON A.1B (= 12 st) – zie uitleg boven, over de volgende 108-108-120-132-144-144 st (= 9-9-10-11-12-12 patroonherhalingen in de breedte), A.1A (= 12 st) over de volgende 108-108-120-132-144-144 st (= 9-9-10-11-12-12 patroonherhalingen in de breedte) en eindig met 6 st in ribbelst. Telpatroon A.1 verschuift 1 st richting middenachter elke nld aan de goede kant. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Ga verder in dit patroon tot het werk 40-41-42-42-43-44 cm meet. Pas zo aan dat de laatste nld aan de verkeerde kant is. Brei de volgende nld als volgt - aan de goede kant: brei 6 st in ribbelst, brei in patroon als hiervoor over de volgende 72-72-78-90-96-96 st, ribbelst over de volgende 11 st, in patroon als hiervoor over de volgende 50-50-62-62-74-74 st, ribbelst over de volgende 11 st, in patroon als hiervoor over de volgende 72-72-78-90-96-96 st en eindig met 6 st in ribbelst. Brei zo 3 nld en kant TEGELIJKERTIJD in de laatste nld de middelste st af in elke 11 st ribbelst = 226-226-250-274-298-298 st.

Splits nu het werk voor de armsgaten.

RECHTERVOORPAND:
Zet de laatste 143-143-161-173-191-191 st op een hulpdraad, brei alleen over de eerste 83-83-89-101-107-107 st. Ga verder in patroon as hiervoor, dus brei als volgt aan de goede kant: 6 st in ribbelst, A.1B als hiervoor en eindig met 5 st in ribbelst. Brei tot het werk 17-18-19-20-21-22 cm meet vanaf waar het werk gesplitst is. LET OP: pas zo aan dat de laatste nld aan de verkeerde kant is. Zet de st op een hulpdraad en brei het linkervoorpand.

LINKERVOORPAND:
Zet de laatste 83-83-89-101-107-107 st terug op de nld, brei als het rechtervoorpand, brei A.1A in plaats van A.1B. LET OP: pas zo aan dat de laatste nld aan de verkeerde kant is. Zet de st op een hulpdraad en brei de teruggaande nld.

ACHTERPAND:
Zet de overgebleven 60-60-72-72-84-84 st terug op de nld. Ga verder in patroon, brei de 5 st aan elke zijkant in ribbelst. Brei tot het achterpand 17-18-19-20-21-22 cm meet na het splitsen van het werk – pas zo aan dat de laatste nld aan de verkeerde kant is en pas aan de voorpanden aan – en zet dan alle delen terug op dezelfde rondbreinld 5 mm.
Brei nu als volgt: brei in ribbelst en patroon als hiervoor over het eerste voorpand tot de 5 st in ribbelst, brei 5 st in ribbelst, zet 1 nieuwe st op, 5 st in ribbelst, patroon over achterpand als hiervoor tot de 5 st in ribbelst, brei 5 st in ribbelst, zet 1 nieuwe st op, 5 st in ribbelst, patroon en ribbelst over het andere voorpand als hiervoor = 228-228-252-276-300-300 st op de nld.
Brei 2 ribbels in totaal over de 11 st tussen elk voorpand en het achterpand. Ga verder in patroon met 6 kant st in ribbelst aan elke kant van het werk tot het werk 75-77-79-81-83-85 cm meet in totaal. Ga verder met rondbreinld 4 mm. Brei in ribbelst. Kant af bij een hoogte van 85-87-89-91-93-95 cm.

MOUW:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet 32-35-37-38-39-41 st op (incl. 1 kant st aan elke kant van het werk) met rondbreinld 4 mm en 1 draad van elk garen (= 2 draden). Brei 4 ribbels. Ga verder met rondbreinld 5 mm. Ga nu verder in tricotst. Meerder bij een hoogte van 9 cm 1 st naast de kant st aan elke kant van het werk. Herhaal dit meerderen elke 3-3-3-2½-2½-2½ cm nog 13-13-14-15-16-17 keer = 60-63-67-70-73-77 st op de nld. Brei in tricotst tot het werk 52-53-54-55-56-57 cm meet. Kant de kant st aan elke kant van het werk af aan het begin van de volgende 2 nld = 58-61-65-68-71-75 st over op nld. Kant dan af voor de mouwkop aan elke kant van het werk aan het begin van elke nld als volgt: 5 keer 4 st = 18-21-25-28-31-35 st over op de nld. Kant de overgebleven st af. Het werk meet ongeveer 57-58-59-60-61-62 cm.

AFWERKING:
Naai de mouwen in het vest. Naai de onderarmnaden samen naast de kant st.

Telpatroon

recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant<br />
= recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
1 omsl, 1 r afh, 1 r, afgeh st overh<br />
= 1 omsl, 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
2 r samen, 1 omsl<br />
= 2 r samen, 1 omsl
breirichting<br />
= breirichting
Diagram for DROPS 156-25
Diagram for DROPS 156-25
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!
Heeft u dit patroon gemaakt?
Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #firstinlinecardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij.

Laat een opmerking achter voor DROPS 156-25

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (61)

country flag Solvår Elgaaen schreef:

Er det feil på mønsteret på denne? mønsteret på ryggen skal jo møtes på midten,men det får ikke jeg til å stemme. På forhånd takk for hjelpen. Mvh Solvår Elgaaen

08.01.2015 - 22:53

DROPS Design antwoorde:

Hej Solvår, Nej der er ikke fejl i mønsteret, følger du A.1A og A.1B mødes det automatisk på midten. God fornøjelse!

02.02.2015 - 15:17

country flag Annelies schreef:

Welke foto bedoel je. Volgens het patroon moet je na 20 naalden met een nieuw gaatjespatroon beginnen. Dit begrijp ik ook niet helemaal.

23.12.2014 - 20:06

DROPS Design antwoorde:

Hoi Annelies. De foto van het model. Hier zie je hoe het gaatjespatroon herhaalt. Na 20 nld (1 herhaling van de teltekening) begin je opnieuw met de teltekening. Maar je gaat ook door met de gaatjes opschuiven in de vorige herhalingen.

24.12.2014 - 11:29

country flag Annelies schreef:

Ik heb het patroon nu een keer gebreid maar heb geen flauw idee hoe ik verder moet. Hoe moet ik de volgende naalden breien?

21.12.2014 - 16:24

DROPS Design antwoorde:

Hoi Annelies. Je gaat door met het verschuiven van de telpatroon - dus de "gaatjes" verspringen steeds 1 st (in de breedte). Je begint ook opnieuw met het patroon als je deze 1 keer in de hoogte hebt gebreid. Zie ook de foto. Fijne feestdagen!

22.12.2014 - 19:49

country flag Lola Arias schreef:

Cuantas madejas de Drops alpaca deberia compar para realizar este patrón en una talla XL?

19.12.2014 - 16:39

DROPS Design antwoorde:

Hola Lola. Necesitas para la talla XL 12 ovillos de Alpaca y 9 ovillos de Kid-Silk.

25.12.2014 - 11:17

country flag Anne Lise Weigand schreef:

Danke, und Kid Silk muß ich dann nicht mitrechnen.?

13.12.2014 - 07:53

DROPS Design antwoorde:

Genau, das brauchen Sie nicht mitrechnen. Die Wolle wird ja in der Anleitung doppelt genommen (Kid-Silk + Alpaca), um die Lauflänge zu errechnen, brauchen Sie daher nur die einfach Länge berechnen, wenn Sie nur mit einfachem Faden wie mit Brushed Alpaca Silk stricken. Die Gesamtlauflänge für die Originalgarne wäre ja Kid-Silk + Alpaca durch 2 geteilt, was dann wieder aufs Gleiche rauskommt, nämlich auf die einfache Länge.

14.12.2014 - 09:44

country flag Anne Lise schreef:

In große L. Und wie rechne ich es selber aus für andere Modelle. Brusched alpacka silk ist günstiger

10.12.2014 - 11:58

DROPS Design antwoorde:

550 g Alpaca = 11 x 50 g á 167 m Lauflänge = 1837 m, 1 Knäuel Brushed Alpaca Silk hat 140 m (= 25 g), also 1837 m geteilt durch 140 m = aufgerundet 14 Knäuel.

10.12.2014 - 22:46

country flag Anne Lise Weigand schreef:

Kan man diese Jacke im bruschd alpaca silk stricken und wie viel Wolle brauche ich dazu?

07.12.2014 - 21:27

DROPS Design antwoorde:

Ja, Sie können die Jacke in Brushed Alpaca Silk stricken, Sie stricken sie dann einfädig und nicht mit 2 Fäden wie in der Anleitung angegeben. Brushed Alpaca Silk gehört in Garngruppe C, 1 Faden von C entspricht 2 Fäden von Garngruppe A (die beiden Originalgarne Alpaca und Kid-Silk gehören beide in A). Die Jacke bekommt mit Brushed Alpaka Silk einen etwas anderen, luftigeren und leichteren Charakter. Die benötigte Menge errechnen Sie anhand der Lauflänge der Garne, welche Größe möchten Sie denn stricken?

07.12.2014 - 22:14

country flag Bonnamour Mireille schreef:

Je ne trouve pas la vidéo du modele : DROPS 156 _25

24.11.2014 - 10:56

DROPS Design antwoorde:

Vous trouverez différentes vidéos relatives à ce modèle sous l'onglet "Vidéo". Pour toute assistance individuelle, vous pouvez contacter votre magasin DROPS ou le forum DROPS. Bon tricot!

24.11.2014 - 12:01

country flag Bonnamour Mireille schreef:

Je ne comprends pas ,combien de mailles entre les deux diagrammes,sur le dessin il se rejoignent et sur la photo ils sont en série merci de m'éclairé

24.11.2014 - 10:53

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Mme Bonnamour, vous tricotez d'abord 9-12 fois le diagramme A.1B (= 12 m), puis 9-12 fois le diagramme A.1A (= 12 m) avec 6 m point mousse au début et à la fin du rang. Au milieu, les motifs se rejoindront comme dans le diagramme. Bon tricot!

24.11.2014 - 11:59

Catherine Paterson schreef:

Pattern says garter stitch throughout but diagram says purl on wrong side. Also do not understand new eyelet row every 20th but 1st eyelet row in A1 begins 4 rows before next?

17.11.2014 - 23:10

DROPS Design antwoorde:

Dear Mrs Paterson, you work first 10 cm in garter st, then continue in pattern with 6 sts in garter st in each side. When repeating diagram in height, you will continue the diagonal holes but can start a new repeat in width only every 20 rows. Happy knitting!

18.11.2014 - 09:17