Mykonos |
||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||
Gebreid DROPS vest met kantpatroon van ”Muskat”. Maat: S - XXXL.
DROPS 152-22 |
||||||||||||||||||||||
TIP VOOR HET BREIEN: Als het minderen voor de hals begint, ga dan verder met de gaatjesrand die al begonnen is, maar begin niet meer met een nieuwe gaatjesrand. LET OP! Pas zo aan dat u niet mindert voor de hals in de eerste 4 nld van telpatroon A.4/A.6. RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld): brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r. PATROON: Zie telpatronen A.1-A.6. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. LET OP: de telpatronen sluiten niet aan de in de hoogte als u ze herhaalt, maar ga verder met de gaatjesranden zoals eerder en begin tegelijkertijd met een nieuwe gaatjesrand elke 16e nld. Brei als A.4 en A.6 bij elkaar komen middenachter 1 gaatje meer in A.6, maar niet in A.4 (dus er is 1 gaatje in het midden tussen A.4 en A.6). TIP VOOR HET MINDEREN (voor de hals): Minder naast 2 st in ribbelst. Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt! Minder als volgt voor 2 st: begin 2 st ervoor en brei 2 st r samen. Minder als volgt na 2 st: 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh. KNOOPSGATEN: Maak knoopsgaten op de rechter voorbies. 1 knoopsgat = Brei de tweede en derde st vanaf de kant samen en maak 1 omsl. Maak knoopsgaten bij een hoogte van (gemeten aan de kant waar het werk het kortste is): MAAT S: 7, 13, 19, 25, 31 en 37 cm. MAAT M: 9, 15, 21, 27, 33 en 39 cm. MAAT L: 4, 10, 16, 22, 28, 34 en 40 cm MAAT XL: 6, 12, 18, 24, 30, 36 en 42 cm MAAT XXL: 7, 13, 19, 25, 31, 37 en 43 cm MAAT XXL: 9, 15, 21, 27, 33, 39 en 45 cm ---------------------------------------------------------- LIJF: Wordt heen en weer op de rondbreinld van middenvoor naar middenvoor. Zet 229-253-277-301-325-349 st op (incl. 6 voorbies st aan elke kant middenvoor) met rondbreinld 4 mm en Muskat. Brei 1 ribbel in RIBBELST - zie uitleg boven. Brei 6 voorbies st aan elke kant in ribbelst tot het werk klaar is. Ga verder als volgt: 6 st r (= voorbies), A.1 (= 12 st) 18-20-22-24-26-28 keer totaal in de breedte, dan 1 st in tricot st (u breit deze extra steek zodat beide zijkanten gelijk zijn) en 6 st r(= voorbies). DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.1 een keer in de hoogte si gebreid staan er nog 193-213-233-253-273-293 st op de nld. Brei dan A.2 (= 10 st) boven A.1 een keer in de hoogte en eindig de nld met de 1e st in A.2 voor de laatste 6 rechte st (zodat het patroon symmetrisch is aan elke kant naast de voorbiezen). Denk om de KNOOPSGATEN op de rechter voorbies - zie uitleg boven. Brei dan 6 st in ribbelst (= voorbies), A.3 (= 10 st) boven A.2 9-10-11-12-13-14 keer in totaal in de breedte (= middenachter), brei dan A.5 (= 10 st) boven A.2 9-10-11-12-13-14 keer in totaal in de breedte, 1 st in tricotst, eindig met 6 st in ribbelst (= voorbies). Patroon A.3/A.5 verschuift richting de 6 voorbies st aan elke kant die in ribbelst worden gebreid tot het werk klaar is. LET OP: brei de 9e nld in A.5 als volgt: brei in patroon en in ribbelst als hiervoor tot er 8 st over zijn, 1 omsl, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh – zie telpatroon – en eindig met 6 st in ribbelst (= voorbies). Ga verder in patroon tot het werk 13 cm meet. Minder in de volgende nld aan de goede kant in A.3 als volgt: brei in plaats van 2 st r samen volgens het telpatroon, 3 st r samen (= 1 st geminderd) om de verticale gaatjesrand (dus om en om in de helft van de herhalingen van A.3) en minder in dezelfde nld om de verticale gaatjesrand in A.5 als volgt: brei in plaats van "1 st afh, 1 st r, afgeh st overh", als volgt: 1 st afh, 2 st r samen, afgeh st overh (= 9-10-11-12-13-14 st geminderd in totaal). Herhaal dit minderen nog 1 keer in de overgebleven verticale gaatjesranden bij een hoogte van 15 cm (= 18-20-22-24-26-28 st geminderd in totaal) = 175-193-211-229-247-265 st over op de nld. LET OP: minder alleen 1 st in elke herhaling (dus 1 herhaling = 9 st). Ga verder in patroon om de nld tot het werk 23 cm meet. Meerder in de volgende nld aan de goede kant in A.3 en A.5 als volgt: Brei in plaats van 2 st r samen volgens het telpatroon de eerste nld aan de goede kant als volgt: brei recht tot de omsl, 1 omsl (omsl = gemeerderde st), brei r na de omsl, ga verder en brei als hiervoor. Herhaal dit meerderen om en om in de helft van de verticale gaatjesranden (= 9-10-11-12-13-14 st gemeerderd). Herhaal dit meerderen om en om bij de overgebleven verticale gaatjesranden bij een hoogte van 25 cm = 193-213-233-253-273-293 st op de nld. LET OP: Meerder alleen 1 st in elke herhaling (dus 1 herhaling = 10 st). Brei TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 25 cm (pas zo aan dat het na een hele herhaling van A.3/A.5 is), patroon A.4 boven A.3 en A.6 boven A.5. Het patroon verschuift tot het werk klaar is. LET OP: brei de 1e nld in A.6 als volgt: brei in patroon en in ribbelst als hiervoor tot er 8 st over zijn, 2 st r samen, 1 omsl – zie telpatroon, eindig met 6 st in ribbelst (= voorbies). Splits bij een hoogte van 33-34-35-36-37-38 cm het werk, eindig voorpand en achterpand apart als volgt: zet de eerste 51-56-61-66-71-76 st (= rechtervoorpand) en de laatste 52-57-62-67-72-77 st (= linkervoorpand) op een hulpdraad (LET OP: er is 1 st meer op het linkervoorpand zodat het patroon gelijk is aan beide zijkanten) en knip de draad af, brei dan alleen over de middelste 90-100-110-120-130-140 st (= achterpand). ACHTERPAND: Ga verder in patroon als hiervoor en zet TEGELIJKERTIJD nieuwe st op voor de mouwen aan elke kant van werk aan het einde van elke nld aan elke kant als volgt: 2 keer 4 st, 2 keer 9-8-8-8-7-7 st = 142-148-158-168-174-184 st op de nld. Brei de nieuwe st in patroon en als alle st opgezet zijn, brei dan 4 st in ribbelst aan elke kant van het werk voor de mouwranden. Ga verder in het kantpatroon als hiervoor. Brei bij een hoogte van 38-40-41-43-44-46 cm - zie TIP VOOR HET BREIEN boven – 2 ribbels in ribbelst over de middelste 4 st (= 69-72-77-82-85-90 st aan elke kant), brei de andere st als hiervoor. Ga dan verder in ribbelst over de 4 st en in patroon als hiervoor en splits TEGELIJKERTIJD het werk voor de v-hals en eindig elke schouder apart (= 71-74-79-84-87-92 st op elke schouder). Ga verder en brei in ribbelst over de 2 buitenste st richting de hals en minder TEGELIJKERTIJD in de volgende nld aan de goede kant 1 st voor de hals naast de 2 st in ribbelst - lees TIP VOOR HET MINDEREN, herhaal dit minderen elke nld aan de goede kant nog 16-16-17-17-18-18 keer (= 17-17-18-18-19-19 keer in totaal) = 54-57-61-66-68-73 st over op de schouder. Brei tot het werk 51-53-55-57-59-61 cm meet. Brei 1 ribbel in ribbelst over alle st. Kant alle st af. Het werk meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm. RECHTERVOORPAND: = 51-56-61-66-71-76 st. Zet nieuwe st op voor de mouw aan het einde van elke nld aan de goede kant als volgt: 2 keer 4 st en 2 keer 9-8-8-8-7-7 st = 77-80-85-90-93-98 st op de nld (LET OP: er is 1 st meer op het linkervoorpand, dus na het meerderen zijn er 78-81-86-91-94-99 st op de nld voor het linkervoorpand). Brei de nieuwe st in patroon en brei als alle st zijn gemeerderd de laatste 4 st in ribbelst voor de mouwrand. Ga verder in kantpatroon als hiervoor. DENK OM DE KNOOPSGATEN! Kant bij een hoogte van 38-40-41-43-44-46 cm – zie TIP VOOR HET BREIEN boven - de 4 voorbies st aan het begin van de volgende nld aan de goede kant af = 73-76-81-86-89-94 st over op de nld. Ga verder en brei in ribbelst over de 2 buitenste voorbies st richting de hals en in patroon als hiervoor en minder TEGELIJKERTIJD in de volgende nld aan de goede kant 1 st voor de hals naast de 2 voorbies st - lees TIP VOOR HET MINDEREN, herhaal dit minderen elke nld aan de goede kant 19-19-20-20-21-21 keer = 54-57-61-66-68-73 st over op de schouder. Brei tot het werk 51-53-55-57-59-61 cm meet. Brei 1 ribbel in ribbelst over alle st. Kant alle st af. Het werk meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm. LINKERVOORPAND: Brei als het rechtervoorpand maar in spiegelbeeld. Als u afkant voor de hals, kant dan de buitenste 4 st aan het begin van volgende nld af aan de verkeerde kant, brei 2 st in ribbelst, brei de de volgende 2 st in tricotst av samen (dus nu zijn er evenveel st op het rechtervoorpand en het linkervoorpand). Brei dan als het rechtervoorpand. AFWERKING: Naai de schoudernaden samen en naai de onderarmnaden samen. Naai de knopen op het linkervoorpand. |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (49)
Alexandra MATHIEU wrote:
Bonjour, J'ai fait A.3 et A.5 une fois en hauteur et je suis à 10cm. Comment continuer le motif pour arriver à 13cm et pour continuer à suivre les explication. Une fois les 16 rangs terminer comment doit-on continuer le motif pour la suite du gilet? Merci d'avance.
19.07.2023 - 10:45DROPS Design answered:
Bonjour Mme Mathieu, continuez les point ajourés pour continuer les diagonales (si vous n'avez pas suffisamment de mailles pour tricoter les 2 m ens, 1 jeté, tricotez 1 m end). Bon tricot!
27.07.2023 - 11:21Inga-Siv Lennartsson wrote:
Förstår inte varv 9 på mönster A3 och A5, ska det vara 9 maskor mellan varje omtag och ihoptagning? Omtagen stämmer inte.
01.08.2019 - 08:55DROPS Design answered:
Hej Inga-Siv, du stickar hela tiden 8 räta maskor mellan varje omtag och ihoptagning, både i A.3 och A.5. Lycka till
01.08.2019 - 14:57Diane wrote:
Ik vind dit een supermooi model, maar ik brei absoluut niet graag met rondbreinaald. Is de uitleg voor dit model niet beschikbaar op de traditionele manier, ttz rug +2 voorstukken ? Of hebt u een ander vergelijkbaar model op de traditionele manier ? Alvast hartelijke dank.
05.03.2019 - 17:20DROPS Design answered:
Dag Diane,
Vanwege het kantpatroon dat doorloopt op over de zijnaad is dit patroon helaas is allen geschikt om met de rondbreinaald te breien.
07.03.2019 - 22:25Natalie wrote:
Good evening. I accidently asked this question in the comment section so I will attempt to ask it here. I'm a little confused as to what to do on row 9 section A5. it's showing an 11sts pattern instead of the usual 10 sts. If I do this the pattern gets moved to the left an extra st at each repetition and distorts the pattern. can you please advise me on how to work this specific row and where to add the extra stitch... Thank you
07.07.2018 - 06:34DROPS Design answered:
Dear Natalie, the lace pattern is going diagonnaly so that on row 9 you will knit together the last st each repeat with the first st next repeat and at the end of row tog with the last stitch in stocking st so that pattern looks symetrical on both sides - see "star" under diagram key. Happy knitting!
09.07.2018 - 07:45Natalie Paquet wrote:
Ok so i'm stuck on row 9 of A5. If i knit 9 sts befoe the yo slip k psso i end up out of pattern and distorting the pattern to the right. Please clarify or attempt to guide me as to what I am doing wrong.
06.07.2018 - 18:34Christine wrote:
Hello. When the decrease starts at A3/A5 pattern at 13cm, I note the pattern repetition is then reduced to 9 stitches. I’m confused as the pattern illustrated for A3/A5 and then A4/A6 has a pattern repetition of 10 stitches. If we are reducing to 9, what stitch do we ignore in the repetition ??
31.03.2018 - 13:51Gisela wrote:
Habe Problem mit dem Muster A3/A5 Reihe 11: in der Rückenmitte endet A3 mit 2 rechts zusammenstricken und 1 Umschlag. Dann geht es weiter mit A5: 1 Umschlag, 1 abheben, 1 rechts, abgehobene Masche überziehen. Das heißt, es gibt 2 Umschläge nebeneinander, ist das richtig?
03.02.2018 - 20:39DROPS Design answered:
Liebe Gisela, wiederholen Sie die Diagramme mit den korrekten Maschenanzahl inzwischen, dann sollen nur 1 Umschlag in der Mitte vom Rückenteil sein - gerne können Sie Markierungsfaden zwischen jedem Rapport einsetzen. Viel Spaß beim stricken!
05.02.2018 - 13:18Marita wrote:
Jeg forstår ikke overgangen mellom A3 og A5 på pinne 11. Her skal man starte ny hullmønsterrekke, men er det meningen å lage dobbelt kast? Og det blir bare 7 rettmasker mellom hullmønsterrekkene i første A5 rapport - dette vil jo synes godt etterhvert.
20.05.2017 - 20:31DROPS Design answered:
Hei Marita. Hvis du strikker etter diagrammene så får du automatisk 9 masker glattstrik mellom hver hullrekke, hvis du er usikker på hvor diagrammet starter og slutter i ditt arbeid, så sett gjerne noen merketråde. God fornøyelse!
24.05.2017 - 16:18SIrina wrote:
Continuing: ... because the next row of the diagram A1 has in the middle of it : slip 1 as if to k, k 2 together, psso, so I believe this row needs to be knitted not purled, so the first row needs to be purled?
12.05.2016 - 13:24DROPS Design answered:
Dear Slrina, see answer below. Happy knitting!
12.05.2016 - 17:51SIrina wrote:
Hello! What do I do with the st that is not there from the diagram A1? Do I slip it? Do I knit it? And another question: When I start diagram A1 do I k in the first row(is it the front of the work) or do I purl the row? I am wondering because the next row of the diagram has in the middle of the diagram
12.05.2016 - 13:20DROPS Design answered:
Dear Slrina, start reading diagrams from the bottom corner on the right side towards the left from RS and from the left towards the right from WS - read more here. This mean, you are working each repeat of M.1 over 12 sts, dec 2 sts in each repeat, on 2nd row, you will have only 10 sts left in each repeat (= row 2 in M1 is worked from WS = P all sts). Happy knitting!
12.05.2016 - 17:51