Monique schreef:
Brei dit Patroon nu, samen met de Winter Pearl Trui. Leuk Patroon, erg simpel. Brei het met Marine Blauw Drops Alpaca en Kid Silk, wat prima lukt! Bedankt Drops Design voor dit leuke breipatroon en de niet zo dure Drops wol. Ziet er nu al leuk uit, ben pas halverwege.
24.10.2024 - 05:34
Nogueira Beatrice schreef:
Bonjour comment adapter ce modèle avec des aiguilles droites ? Merci.
22.10.2024 - 19:04DROPS Design antwoorde:
Bonjour Mme Nogueira, cette leçon pourra vous aider à adapter les explications sur aiguilles droites. Bon tricot!
23.10.2024 - 08:09
Stormy Ocean#stormyoceansweater |
||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||
Gebreide oversized trui in DROPS Soft Tweed en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van onder naar boven gebreid met kabels, ingenaaide mouwen, diagonale schouders en rolranden. Maten S - XXXL.
DROPS 254-18 |
||||||||||||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht, aan zowel de goede als de verkeerde kant. 1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.5. Kies het telpatroon voor uw maat. De telpatronen tonen het patroon aan de goede kant. TIP VOOR HET MINDEREN: Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert, tel het totaal aantal steken waarover geminderd moet worden (dus, 22 steken) en deel deze door het aantal te maken minderingen (dus, 5) = 4.4. In dit voorbeeld mindert u door elke 3e en 4e steek recht samen te breien. TIP VOOR HET MEERDEREN: Meerder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 4 steken) maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. Het werk wordt in de rondte gebreid, van onder naar boven tot de armsgaten, dan wordt het werk verdeeld waarna de voor- en achterpanden apart heen en weer verder worden gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid, van onder naar boven. De delen worden samen genaaid. Er worden steken opgenomen rondom de halslijn en de hals wordt in de rondte gebreid. Als er een «0» staat in uw maat, sla dan de informatie over en ga gelijk verder met de volgende instructie. LIJF: Zet 244-244-268-284-324-332 steken op met rondbreinaald 3.5 mm, 1 draad DROPS Soft Tweed en 1 draad DROPS Kid-Silk (= 2 draden). Brei boordsteek en PATROON– lees beschrijving hierboven, in de rondte als volgt: Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) over de eerste 8-8-12-20-20-24 steken, 2 recht, brei A.1, brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) over de volgende 16-16-20-20-20-20 steken, 2 recht, brei A.1, A.2, A.1, brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) over de volgende 16-16-20-20-20-20 steken, 2 recht, brei A.1, brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) over de volgende 8-8-12-20-20-24 steken, 2 recht, brei A.1, brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) over de volgende 16-16-20-20-20-20 steken, 2 recht, brei A.1, A.2, A.1, brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) over de volgende 16-16-20-20-20-20 steken, 2 recht, brei A.1. Brei deze boordsteek voor 6-6-6-7-7-7 cm. Ga verder met rondbreinaald 5 mm, brei 10-10-14-22-22-26 tricotsteken en minder 2-0-2-2-0-0 steken verdeeld over deze steken – lees TIP VOOR HET MINDEREN (= 8-10-12-20-22-26 tricotsteken linker), brei A.3 over A.1, brei 18-18-22-22-22-22 tricotsteken en minder 3-1-3-2-5-2 steken verdeeld over deze steken (= 15-17-19-20-17-20 tricotsteken over), brei A.3 over A.1, A.4 over de volgende 36-36-36-36-48-48 steken (over A.2), brei A.5 over A.1, brei 18-18-22-22-22-22 tricotsteken en minder 3-1-3-2-5-2 steken verdeeld over deze steken (= 15-17-19-20-17-20 tricotsteken linker), brei A.5 over A.1, brei 10-10-14-22-22-26 tricotsteken en minder 2-0-2-2-0-0 steken verdeeld over deze steken (= 8-10-12-20-22-26 tricotsteken linker), brei A.3 over A.1, brei 18-18-22-22-22-22 tricotsteken en minder 3-1-3-2-5-2 steken verdeeld over deze steken (= 15-17-19-20-17-20 tricotsteken over), brei A.3 over A.1, A.4 over de volgende 36-36-36-36-48-48 steken (over A.2), brei A.5 over A.1, brei 18-18-22-22-22-22 tricotsteken en minder 3-1-3-2-5-2 steken verdeeld over deze steken (= 15-17-19-20-17-20 tricotsteken linker), brei A.5 over A.1 = 228-240-252-272-304-324 steken. Ga verder met dit patroon tot het werk 35-36-37-38-39-40 cm meet – eindig na een even naald in de telpatronen om te voorkomen dat u aan de verkeerde kant moet kabelen bij het heen en weer breien. Denk om de stekenverhouding. VERDELEN VOOR DE ARMSGATEN: Op de volgende naald verdeelt u het werk voor de armsgaten als volgt: Kant de eerste 8-10-12-20-22-26 steken af, brei 106-110-114-116-130-136 steken zoals hiervoor (= voorpand), kant de volgende 8-10-12-20-22-26 steken af, brei 106-110-114-116-130-136 steken zoals hiervoor (= achterpand). De voor- en achterpanden worden apart verder gebreid. ACHTERPAND: = 106-110-114-116-130-136 steken. Ga verder in patroon heen en weer gebreid maar met de buitenste steek aan elke kant nu in RIBBELSTEEK gebreid – lees beschrijving hierboven. Als het werk 55-57-59-61-63-65 cm meet, plaats dan de steken op hulpdraden voor de diagonale schouders en brei de halslijn als volgt: DIAGONALE SCHOUDERS: Plaats de buitenste 3-3-3-4-4-4 steken bij het armsgat op een hulpdraad (brei deze steken eerst om te voorkomen dat u de draad af moet knippen). Plaats 3-3-3-4-4-4 steken op de draden in totaal 4 keer aan elke kant (= 12-12-12-16-16-16 steken op elke hulpdraad). HALSLIJN: TEGELIJKERTIJD, als er 1 naald over is voordat het werk 57-59-61-63-65-67 cm meet, minder dan 6-6-6-6-8-8 steken verdeeld over A.4. Kant dan op de volgende naald de middelste 26-26-26-26-30-30 steken af voor de halslijn en eindig elk schouder apart. Ga verder met het plaatsen van steken op de hulpdraad voor de schouder en kant 2 steken af op de volgende naald vanaf de hals. Als alle steken of op een hulpdraad staan of afgekant zijn, zijn er 23-25-27-24-28-31 schoudersteken over op de naald en meet het werk ongeveer 59-61-63-65-67-69 cm vanaf de bovenkant van de schouder. Plaats de 12-12-12-16-16-16 steken van de hulpdraad terug op de naald samen met de andere 23-25-27-24-28-31 steken = 35-37-39-40-44-47 steken. Brei 1 naald recht aan de goede kant en minder 3-3-3-3-4-4 steken verdeeld over elke kabel (= 6-6-6-6-8-8 geminderd steken) = 29-31-33-34-36-39 steken – LET OP: Om gaatjes te voorkomen in de overgangen tussen de steken, neemt u de draad op tussen 2 steken en brei deze gedraaid recht samen met de volgende steek op de linker naald. Brei 1 naald recht aan de verkeerde kant en kant dan af met recht aan de goede kant. Het werk meet ongeveer 60-62-64-66-68-70 cm vanaf de bovenkant van de schouder. Brei de andere schouder op dezelfde manier (knip de draad af en begin aan de goede kant, als alle steken op de naald staan). VOORPAND: = 106-110-114-116-130-136 steken. Ga verder in patroon heen en weer gebreid, maar met de buitenste steek aan elke kant gebreid in ribbelsteek. Als er 1 naald over is voordat het werk 54-56-57-58-59-60 cm meet, minder dan 6-6-6-6-8-8 steken verdeeld over A.4 = 100-104-108-110-122-128 steken. Plaats op de volgende naald de middelste 18-18-18-16-16-16 steken op een hulpdraad voor de halslijn en eindig elk schouder apart. U kant nu af voor de halslijn en plaats steken op een hulpdraad voor de schouder. Lees beide delen voordat u verder gaat. HALSLIJN: Kant iedere 2e naald 2-2-2-2-3-3 keer 2 steken af, dan 2-2-2-3-3-3 keer 1 steek. DIAGONALE SCHOUDER: TEGELIJKERTIJD als het werk 55-57-59-61-63-65 cm meet, plaats dan de buitenste 3-3-3-4-4-4 steken bij het armsgat op een hulpdraad (brei deze steken eerst om te voorkomen dat u de draad af moet knippen). Plaats 4 keer 3-3-3-4-4-4 steken op de hulpdraad aan elke kant (= 12-12-12-16-16-16 steken op elke hulpdraad). Als alle steken of op een hulpdraad staan of afgekant zijn, zijn er 23-25-27-24-28-31 schoudersteken over op de naald en meet het werk ongeveer 59-61-63-65-67-69 cm vanaf de bovenkant van de schouder. Plaats de 12-12-12-16-16-16 steken van de hulpdraad terug op de naald samen met de andere 23-25-27-24-28-31 steken = 35-37-39-40-44-47 steken. Brei 1 naald recht aan de goede kant en minder 3-3-3-3-4-4 steken verdeeld over elke kabel (= 6-6-6-6-8-8 geminderde steken) = 29-31-33-34-36-39 steken – LET OP: Om gaatjes te voorkomen in de overgangen tussen de steken die op de hulpdraad zijn gezet, neemt u de draad tussen 2 steken op en brei deze gedraaid recht samen met de volgende steek op de linker naald. Brei 1 naald recht aan de verkeerde kant, kant dan af met recht aan de goede kant. Het werk meet ongeveer 60-62-64-66-68-70 cm vanaf de bovenkant van de schouder. Brei de andere schouder op dezelfde manier (knip de draad af en begin aan de goede kant, als alle steken weer op de naald staan). MOUWEN: De mouwen worden in de rondte gebreid tot de mouwkop, welke vervolgens heen en weer verder wordt gebreid. Zet 56-56-60-60-64-64 steken op met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) voor 6-6-6-7-7-7 cm. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 5 mm en brei 1 naald recht. Minder tegelijkertijd 10-8-10-8-12-10 steken verdeeld op de naald– denk om TIP VOOR HET MINDEREN = 46-48-50-52-52-54 steken. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald (midden onder de mouw). Neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt voor het meerderen onder de mouw. Brei tricotsteek tot de mouw 8-8-8-9-9-11 cm meet vanaf de opzetrand. Meerder nu 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo iedere 3½-3-3-2½-2-1½ cm in totaal 11-12-12-13-15-16 keer = 68-72-74-78-82-86 steken. Brei tricotsteek tot de mouw 46-45-44-42-40-38 cm meet. Brei nu de mouwkop, heen en weer gebreid vanaf midden onder de mouw voor 2-3-4-6-7-8 cm. De hele mouw meet 48-48-48-48-47-46 cm. Kant af. AFWERKING: Naai de schoudernaden samen. Naai de mouwen aan de armsgaten, aan de binnenkant van de 1 kantsteek - LET OP – de split onder de mouw wordt tegen de onderkant van het armsgat genaaid - zie tekening. HALS: Gebruik rondbreinaald 3.5 mm en 1 draad van elke kwaliteit (2 draden). Begin aan de goede kant bij een schoudernaad en neem 84-84-88-88-100-100 steken op (inclusief de steken van de hulpdraad aan de voorkant) – het aantal steken moet deelbaar zijn door 4. Brei boordsteek in de rondte (2 recht, 2 averecht) voor 6-6-7-7-8-8 cm. Brei 3 naalden tricotsteek (= rolrand). Ga verder met rondbreinaald 5 mm en kant ietwat losjes af met recht. |
||||||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #stormyoceansweater of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 29 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 254-18
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.