Crystal Lattice#crystallatticecardigan |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Alpaca of DROPS BabyMerino. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid, met zadelschouders, kantpatroon, bobbels en split in de kanten. Maten S - XXXL.
DROPS 231-24 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel = 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (aan de goede kant): VOOR DE MARKEERDRAAD: De nieuwe steek draait richting rechts. Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus. NA DE MARKEERDRAAD: De nieuwe steek draait richting links. Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (aan de verkeerde kant): VOOR DE MARKEERDRAAD: De nieuwe steek draait richting rechts. Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek averecht in de achterste lus. NA DE MARKEERDRAAD: De nieuwe steek draait richting links. Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek averecht in de voorste lus. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (2 steken geminderd). KNOOPSGATEN: Brei de knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als er 4 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, 2 recht samen en 2 recht. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt gebreid als de hals klaar is. Brei dan de andere 5-5-5-5-6-6 knoopsgaten met ongeveer 8-8-8½-9-7½-8 cm tussen elk. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK. De hals en de pas worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald, vanaf midden voor en van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid met de rondbreinaald. Voor de boordsteek wordt het lijf verdeeld voor de split aan elke kant en de delen worden apart verder gebreid met het achterpand ietsje langer dan de voorpanden. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop. HALS: Zet 139-143-147-153-157-163 steken op met rondbreinaald 3 mm en DROPS Alpaca of DROPS Baby Merino. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm en 1 naald averecht aan de verkeerde kant. Brei dan boordsteek als volgt: NAALD 1 (goede kant): 6 voorbiessteken in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, * 1 gedraaid recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 7 steken over zijn, 1 gedraaid recht en 6 voorbiessteken in ribbelsteek. NAALD 2 (verkeerde kant): 6 voorbiessteken in ribbelsteek, * 1 gedraaid averecht, 1 recht*, brei van *-* tot er 7 steken over zijn, 1 gedraaid averecht en 6 voorbiessteken in ribbelsteek. Herhaal naalden 1 en 2 tot de boordsteek 3 cm meet. Brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 5-5-5-3-3-5 steken verdeeld meerdert (meerder niet over de biezen) = 144-148-152-156-160-168 steken. Denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies – lees beschrijving hierboven. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant met 6 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant. PAS: Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Voeg 1 markeerdraad in na de voorbies op het begin van de naald – HET WERK WORDT NU GEMETEN VANAF DEZE MARKEERDRAAD! Voeg daarnaast 4 markeerdraden in, zonder de steken te breien en voeg de markeerdraden tussen 2 steken in als volgt. De markeerdraden worden gebruikt bij het meerderen voor de schouders. Tel 28-29-30-29-30-32 steken (voorpand), voeg markeerdraad 1 in voor de volgende steek. Tel 26-26-26-30-30-30 (schouder), voeg markeerdraad 2 in voor de volgende steek. Tel 36-38-40-38-40-44 steken (achterpand), voeg markeerdraad 3 in voor de volgende steek. Tel 26-26-26-30-30-30 steken (schouder), voeg markeerdraad 4 in voor de volgende steek. Er zijn 28-29-30-29-30-32 steken over na markeerdraad 4. Neem de markeerdraad gaandeweg mee tijdens het breien; u meerdert op elke markeerdraad. MEERDERINGEN VOOR DE ZADELSCHOUDERS: U breit nu in patroon en meerdert tegelijkertijd voor de schouders. Lees het volgende deel door voordat u verder gaat! EERSTE NAALD AAN DE GOEDE KANT: 6 voorbiessteken in ribbelsteek, brei A.1 (= 22-23-24-23-24-26 steken), meerder VOOR markeerdraad 1 – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1, brei tricotsteek over de schoudersteken tot markeerdraad 2, meerder NA markeerdraad 2, brei tricotsteek over de achterpandsteken tot markeerdraad 3, meerder VOOR markeerdraad 3, brei tricotsteek over de schoudersteken tot markeerdraad 4, meerder NA markeerdraad 4, brei A.2 (= 22-23-24-23-24-26 steken) en brei 6 voorbiessteken in ribbelsteek . U heeft 4 steken gemeerderd voor de zadelschouders – het aantal steken op de voor- en achterpanden neemt toe en het aantal steken op de schouders blijft hetzelfde. VOLGENDE NAALD AAN DE VERKEERDE KANT: Brei het patroon terug aan de verkeerde kant en meerder VOOR markeerdraden 4 en 2 en NA markeerdraden 3 en 1 – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Ga verder met dit patroon heen en weer gebreid en meerder op alle naalden zoals hierboven; verschillend aan de goede en de verkeerde kant zodat de steken mooi liggen. De gemeerderde steken worden in A.1 en A.2 gebreid tot het patroon over 33 steken loopt (als er niet genoeg ruimte is voor de mindering en de omslag in het patroon en de meerdering voor de zadelschouders, brei dan de omslag niet tot er wel ruimte is voor zowel de mindering als de omslag). Als u genoeg steken heeft voor 1 breedte van A.1/A.2 ga dan verder met de gemeerderde steken in tricotsteek. Herhaal A.1 en A.2 in de hoogte. Meerder in totaal 24-26-28-32-34-36 keer = 240-252-264-284-296-312 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Na de laatste meerdering meet de pas ongeveer 8-8-9-10-11-11 cm vanaf de markeerdraad op de hals. MEERDERINGEN VOOR DE MOUWEN: Ga verder in het patroon heen en weer gebreid zoals hiervoor. Meerder tegelijkertijd 4 steken voor de mouwen als volgt: GOEDE KANT: Meerder NA markeerdraden 1 en 3 en VOOR markeerdraden 2 en 4 – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. VERKEERDE KANT: Meerder NA markeerdraden 4 en 2 en VOOR markeerdraden 3 en 1 – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-2. U meerdert nu op de mouwen, het aantal steken op de voor- en achterpanden blijft hetzelfde. Brei de gemeerderde steken in tricotsteek. Meerder ELKE naald in totaal 8-9-10-5-10-3 keer = 272-288-304-304-336-324 steken. De pas meet ongeveer 10-11-12-12-14-12 cm vanaf de markeerdraad. MEERDERINGEN VOOR DE PAS: Verplaats de 4 markeerdraden zodat elke markeerdraad in de buitenste steek zit aan elke kant van de mouwen, met 40-42-44-38-48-34 steken tussen de markeerdraden op elke mouw. Meerder op de volgende naald aan de goede kant 8 steken, meerder zowel voor als na elke markeerdraadsteek – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. U meerdert nu op de voorpanden/ het achterpand en op de mouwen en de gemeerderde steken worden in tricotsteek gebreid. Meerder zo iedere 2e naald (elke naald aan de goede kant) in totaal 11-13-15-20-20-26 keer = 360-392-424-464-496-532 steken. Als alle meerderingen klaar zijn, meet de pas ongeveer 17-19-21-24-26-28 cm vanaf de markeerdraad. Brei verder zonder verdere meerderingen tot de pas 20-22-24-25-27-29 cm meet vanaf de markeerdraad. Op de volgende naald verdeelt u het werk voor het lijf en de mouwen als volgt: Brei de eerste 61-66-70-76-82-89 steken (voorpand), plaats de volgende 68-74-82-90-94-98 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei 102-112-120-132-144-158 steken (achterpand), plaats de volgende 68-74-82-90-94-98 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 61-66-70-76-82-89 steken (voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! LIJF: = 240-260-280-304-332-360 steken. Brei de eerste naald aan de goede kant als volgt: 6 voorbiessteken in ribbelsteek, ga verder met A.1 over de volgende 33 steken, tricotsteek tot er 39 steken over zijn, ga verder met A.2 over de volgende 33 steken en 6 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met dit patroon heen en weer gebreid voor 19 cm – eindig na een halve of hele herhaling van het patroon in de hoogte. Er is ongeveer 4 cm over op de voorpanden (6 cm op het achterpand). Verdeel het lijf voor de split aan elke kant. Houd de eerste 65-70-75-81-88-95 steken aan de goede kant op de naald (linker voorpand). Plaats de andere steken op een hulpdraad / extra naald. LINKER VOORPAND: Brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 19-20-23-25-26-29 steken verdeeld meerdert (meerder niet over de voorbies) = 84-90-98-106-114-124 steken. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm. Brei boordsteek als volgt: NAALD 1 (verkeerde kant): 3 steken in ribbelsteek, * 1 averecht gedraaid, 1 recht*, brei van *-* tot er 7 steken over zijn, 1 gedraaid averecht en 6 voorbiessteken in ribbelsteek. NAALD 2 (goede kant): 6 voorbiessteken in ribbelsteek, * 1 gedraaid recht, 1 averecht*, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, 1 gedraaid recht en 3 steken in ribbelsteek. Herhaal naalden 1 en 2 tot de boordsteek 4 cm meet. De voorkant van het werk meet ongeveer 48-50-52-54-56-58 cm vanaf de schouder naar beneden. Kant een beetje losjes af. RECHTER VOORPAND: Plaats de 65-70-75-81-88-95 steken op de andere kant op rondbreinaald 3 mm en brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 19-20-23-25-26-29 steken verdeeld (meerder niet over de voorbies) = 84-90-98-106-114-124 steken. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm. Brei boordsteek als volgt: NAALD 1 (verkeerde kant): 6 voorbiessteken in ribbelsteek, * 1 gedraaid averecht, 1 recht*, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, 1 gedraaid averecht en 3 steken in ribbelsteek. NAALD 2 (goede kant): 3 steken in ribbelsteek, * 1 gedraaid recht, 1 averecht*, brei van *-* tot er 7 steken over zijn, 1 gedraaid recht en 6 voorbiessteken in ribbelsteek. Herhaal naalden 1 en 2 tot de boordsteek 4 cm meet. De voorkant van het werk meet ongeveer 48-50-52-54-56-58 cm vanaf de schouder naar beneden. Kant een beetje losjes af. ACHTERPAND: Plaats de overgebleven 110-120-130-142-156-170 steken op rondbreinaald 3 mm en brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 33-35-39-43-47-51 steken verdeeld meerdert = 143-155-169-185-203-221 steken. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm en brei boordsteek als volgt: NAALD 1 (verkeerde kant): 3 steken in ribbelsteek, * 1 gedraaid averecht, 1 recht *, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, 1 gedraaid averecht en 3 steken in ribbelsteek. NAALD 2 (goede kant): 3 steken in ribbelsteek, * 1 gedraaid recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, 1 gedraaid recht en 3 steken in ribbelsteek. Herhaal naalden 1 en 2 tot de boordsteek 6 cm meet (2 cm meer dan de voorpanden). De achterkant van het werk meet ongeveer 50-52-54-56-58-60 cm vanaf de schouder naar beneden. Kant een beetje losjes af. MOUWEN: Plaats de 68-74-82-90-94-98 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op een korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 3 mm en neem 1 steek op in elk van de 8-8-10-10-12-12 opgezette steken onder de mouw = 76-82-92-100-106-110 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 6-6-8-8-10-12 steken onder de mouw. Neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt voor het minderen onder de mouw. Begin op de markeerdraad en brei 2 cm in tricotsteek in de rondte. Minder nu 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 1½ cm in totaal 3-5-8-12-15-18 keer, dan iedere 4e naald 4-4-4-3-2-0 keer = 62-64-68-70-72-74 steken. Brei verder tot de mouw 36-34-33-33-32-30 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 8 cm over; pas het vest en brei tot de gewenste lengte. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 2.5 mm en brei 8 cm boordsteek (1 gedraaid recht, 1 averecht). Kant een beetje losjes af. De mouw meet ongeveer 44-42-41-41-40-38 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de knopen op de linker voorbies. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #crystallatticecardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 36 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 231-24
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.