DROPS Super Sale - BESPAAR 30% op 5 prachtige garens!
Product image DROPS Kid-Silk yarn
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 3.35 € /25g
Product image DROPS Lace yarn
DROPS Lace
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale
DROPS 183-7

#hotcoalset

DROPS design: Patroon la-034
Garengroep A + A
----------------------------------------------------------
Voor de hele set heeft u genoeg aan ongeveer 150 g DROPS Lace en 150 g DROPS Kid-Silk.
----------------------------------------------------------

SJAAL:
Afmetingen: Lengte: ongeveer 154 cm Breedte: ongeveer 50 cm
Materiaal:
DROPS LACE van garnstudio (behoort tot garengroep A)
150 g kleur 3620, rood
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
150 g kleur 14, rood

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
“Alternatief garen (garengroep A)” - zie link hieronder.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP EN RONDBREINAALD (60 of 80 cm) MAAT 3 mm – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 24 steken en 32 naalden in tricotsteek met 1 draad van elk kwaliteit = breedte 10 cm en 10 cm in de hoogte.
----------------------------------------------------------

MUTS:
Maat: Eén maat
Hoofdomtrek: ongeveer 56/58 cm
Materiaal:
DROPS LACE van garnstudio (behoort tot garengroep A)
50 g kleur 3620, rood
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
25 g kleur 14, rood

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
“Alternatief garen (garengroep A)” - zie link hieronder.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP EN RONDBREINAALD (40 cm) MAAT 3 mm – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 24 steken en 32 naalden in tricotsteek met 1 draad van elk kwaliteit = breedte 10 cm en 10 cm in de hoogte.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

Misschien vindt u deze ook leuk...

Product image DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 3.35 € /25g
Product image DROPS Lace yarn
DROPS Lace
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (gebreid in de rondte):
1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

PATROON:
Sjaal: Zie telpatronen A.1 tot A.12.
Muts: Zie telpatronen A.1 en A.13 tot A.15.
De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om een strakke afkantrand te voorkomen kunt u een naald in een ½ maat groter nemen.
----------------------------------------------------------

SJAAL:
Wordt in de rondte gebreid in een vierkant op breinaalden zonder knop of de rondbreinaald, begin vanaf het midden van de sjaal. Als het vierkant klaar is, is de breedte van de sjaal klaar en kant dan af aan 2 zijkanten. Brei dan heen en weer naar buiten toe op elk van de 2 andere zijden.

Zet 12 steken op breinaalden zonder knop maat 3 mm met 1 draad Lace en 1 draad Kid-Silk (= 2 draden). * brei 1 recht, 1 omslag, 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* 4 keer in totaal op de naald (brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen) = 16 steken. Brei in patroon in de rondte volgens telpatroon A.1 4 keer in totaal op de naald - lees PATROON hierboven. Brei verder met rondbreinaald indien nodig. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als telpatroon A.1 in zijn geheel is gebreid, zijn er 128 steken op de naald.
Voeg 4 markeerdraden in zonder te breien als volgt: Voeg de eerste markeerdraad in op het begin van de naald, voeg de tweede markeerdraad in na 32 steken, voeg de derde markeerdraad in na 32 steken en voeg de 4e markeerdraad in na 32 steken, neem de markeerdraden in de hoogte mee tijdens het breien.
Brei nu in patroon als volgt: Brei * A.2 (= 2 steken), A.3 over de volgende 28 steken (= 2 herhalingen van 14 steken) en A.4 (= 2 steken) *, brei van *-* 4 keer in totaal op de naald. Als A.2/A.3/A.4 klaar zijn in de hoogte, zijn er 60 steken tussen elke markeerdraad (= 240 steken op de naald).
Brei nu in patroon als volgt: Brei * A.2 (= 2 steken), A.3 over de volgende 56 steken (= 4 herhalingen van 14 steken) en A.4 (= 2 steken) *, brei van *-* 4 keer in totaal op de naald. Als A.2/A.3/A.4 klaar zijn in de hoogte, zijn er 88 steken tussen elke markeerdraad (= 352 steken op de naald).
Brei nu in patroon als volgt: Brei * A.2 (= 2 steken), A.3 over de volgende 84 steken (= 6 herhalingen van 14 steken) en A.4 (= 2 steken) *, brei van *-* 4 keer in totaal op de naald. Ga verder met dit patroon tot en met de 12e naald (= naald met de pijl in de telpatronen). Er zijn nu 102 steken tussen elke markeerdraad (= 408 steken op de naald).
Brei dan in patroon als volgt: * ga verder op de 13e naald in A.2/A.3/A.4 tot de volgende markeerdraad, brei A.5 (= 9 steken), A.6 over de volgende 84 steken (= 6 herhalingen van 14 steken), A.7 (= 9 steken), markeerdraad *, brei van *-* 2 keer in totaal. Ga verder met dit patroon tot er 2 naalden over zijn in de telpatronen. Brei de volgende naald in patroon maar sla de eerste 2 omslagen in A.2 over en sla laatste omslag in A.4 over (zie ster in de telpatronen).
Brei de laatste naald in patroon als volgt: LET OP! Sla de eerste 2 vierkanten in A.2 over en sla het laatste vierkant in A.4 over - brei vanaf de eerste tot de tweede markeerdraad en zet de 113 steken op 1 hulpdraad (= deel-1), brei tot de derde markeerdraad en zet de 113 steken op 1 hulpdraad (= zijkant), brei tot de vierde markeerdraad en zet de 113 steken op 1 hulpdraad (= deel- 2), brei tot de eerste markeerdraad = 113 steken op de naald (= zijkant). Brei 1½ cm boordsteek (= 1 recht/1 averecht) met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant over deze steken. Kant dan losjes af - lees TIP VOOR HET AFKANTEN hierboven. Zet de 113 steken van de andere kant (= vanaf de tweede tot de derde markeerdraad) op de rondbreinaald 3 mm. Begin op de verkeerde kant en brei 1½ cm boordsteek (= 1 recht/1 averecht) met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant over deze steken. Kant dan losjes af. Het vierkant meet ongeveer 50 cm in de breedte en 47 cm in de hoogte.

DEEL-1:
Brei het werk heen en weer op de rondbreinaald.
Zet de 113 steken van deel-1 op de rondbreinaald 3 mm en voeg 1 markeerdraad in - MEET NU HET WERK VANAF HIER! Begin aan de goede kant en brei dan als volgt: Neem 4 steken op de rand van ribbels op de zijkant, brei A.8 (= 14 steken), brei A.3 over de volgende 84 steken (= 6 herhalingen van 14 steken), brei A.9 (= 15 steken) en neem 4 steken op in de rand van ribbels op de zijkant = 121 steken. Ga verder met de 4 steken aan elke kant in ribbelsteek. Ga verder met dit patroon tot het werk ongeveer 47 cm meet, pas aan na een hele herhaling in de hoogte.
Brei nu in patroon als volgt aan de goede kant: Brei 4 steken in ribbelsteek, A.10 (= 14 steken), A.11 over de volgende 84 steken (= 6 herhalingen van 14 steken), A.12 (= 15 steken) en 4 steken in ribbelsteek. Als het telpatroon klaar is in de hoogte, brei dan 2 ribbels en kant dan losjes af. Het werk meet ongeveer 52 cm.

DEEL-2:
Brei zoals deel-1. Dus zet de 113 steken van deel-2 op de rondbreinaald 3 mm en voeg 1 markeerdraad in. Begin door steken op te nemen in de rand van ribbels en brei in patroon zoals op deel-1.

----------------------------------------------------------

MUTS:
Brei de muts in de rondte in een vierkant op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald, van boven naar beneden.
Zet 12 steken op breinaalden zonder knop maat 3 mm met 1 draad Lace en 1 draad Kid-Silk (= 2 draden). *brei 1 recht, 1 omslag, 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* 4 keer in totaal op de naald (brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen) = 16 steken. Brei in patroon in de rondte volgens telpatroon A.1 4 keer in totaal op de naald - lees PATROON hierboven. Brei verder met rondbreinaald indien nodig. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als telpatronen A.1 in zijn geheel is gebreid, zijn er 128 steken op de naald. Brei nu in patroon als volgt: Brei * A.13 (= 3 steken), A.14 (= 14 steken) en A.15 (= 15 steken) *, brei van *-* 4 keer in totaal op de naald. Als de telpatronen zijn gebreid in de hoogte, zijn er 168 steken op de naald. Verplaats het begin van de toer 1 steek naar links. Brei dan in patroon als volgt: Brei A.14 over alle steken (= 12 herhalingen van 14 steken). Brei het telpatroon 1 keer in de hoogte. Brei 1 naald recht terwijl u tegelijkertijd 46 steken verdeeld mindert = 122 steken. Brei in RIBBELSTEEK - zie uitleg hierboven, voor 3 cm en kant dan losjes af - lees TIP VOOR HET AFKANTEN hierboven. Het werk meet ongeveer 24 cm.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 28.01.2019
Correctie - SJAAL: ...Brei dan in patroon als volgt: * ga verder op de 13e naald in A.2/A.3/A.4 tot de volgende markeerdraad, brei A.5 (= 9 steken), A.6 over de volgende 84 steken (= 6 herhalingen van 14 steken), A.7 (= 9 steken), markeerdraad * totaal 2 keer
Gewijzigd online: 28.09.2023
Correctie in telpatroon A.13 en A.15 vanaf de 12e naald.

Telpatroon

recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
2 recht samen = 2 recht samen
1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek = 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
2 averecht samen = 2 averecht samen
haal 1 steek recht af, brei 2 steken recht samen, haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken = haal 1 steek recht af, brei 2 steken recht samen, haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken
maak 1 omslag tussen 2 steken = maak 1 omslag tussen 2 steken
dit verwijst naar de laatste 2 naalden in in de patronen = dit verwijst naar de laatste 2 naalden in in de patronen
Diagram for DROPS 183-7
Diagram for DROPS 183-7
Diagram for DROPS 183-7
Diagram for DROPS 183-7
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

De garenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 183-7

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (38)

country flag Hanneke schreef:

Ben wel teleurgesteld dat ik geen antwoord heb gekregen op mijn vraag van 14-12-19. Heb het zelf opgelost. In naald 21 brei ik nu de eerste 2 steken van A8 samen en de laatste 2 steken van A9 ook (1 afhalen, 1 recht, overhalen). Dan staan er aan het eind weer 113 steken op de naald (rand van ribbels niet meegerekend). Let op, dit geldt dus alleen voor deel 1 en deel 2 van de sjaal als je A8, A3, A9 aan het breien bent.

18.01.2020 - 09:42

country flag Béatrice schreef:

Bonjour pour bonnet \r\nAu schéma A15 , 11ème rang on finit par une maille envers dois je reprendre cette maille au 12ème rang pour commencer

22.12.2019 - 17:27

country flag Małgorzata schreef:

Witam i proszę o pomoc. Przerabiam wzór szala i jestem w końcowej części przerabiania w okrążeniach, w miejscu gdzie kończą się schematy A5/A6/A7 natomiast pozostają jeszcze do przerobienia rzędy wg schematów A2/A3/A4. Jak powinnam przerabiać kolejne rzędy w częściach przerabianych schematamiA5/A6/A7 tj między 2 i 3 markerem oraz 4 i 1?

29.10.2019 - 20:01

DROPS Design antwoorde:

Witaj Małgosiu! 13-ty rząd schematów A2/A3/A4 jest jednocześnie 1-szym rzędem schematów A5/A6/A7. Po przerobieniu 10 okrążeń w ten sposób zostaje do wykonania 2 rzędy zarówno w schematach A2/A3/A4 jak i A5/A6/A7. Powodzenia i koniecznie zamieść zdjęcia gotowego szala na naszej grupie na facebooku drops workshop. Miłej pracy!

30.10.2019 - 18:01

country flag Sandra schreef:

Eine Frage, was bedeutet der Pfeil, der nach rechts zeigt, bei A2 A3 und A4?

01.08.2019 - 16:58

DROPS Design antwoorde:

Liebe Sandra, beim Schal wird bis zu dieser Runde gestrickt: "In dieser Weise bis zur 12. Runde einschließlich stricken (= Runde mit Pfeil im Diagramm)". So ist es einfacher zu sehen, bis zu welcher Runde man stricken muss. :-) Viel Spaß dabei!

02.08.2019 - 09:14

country flag Christine schreef:

Merci de votre réponse. Je me suis mal exprimée. Je parlais du bord droit de A8 et gauche de A9 qui sont contre les 4 mailles en point mousse.

21.06.2019 - 15:48

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Christine, avez-vous bien sauté les jetés de l'avant-dernier rang de A.2? au dernier rang de A.2 vous devez avoir 14 m dans A.2 (et non 16), pour ainsi pouvoir tricoter A.8 au-dessus de A.2 (de même pour A.4, à l'avant-dernier rang de A.4, on ne fait pas le dernier jeté, et ainsi on a le bon nombre de mailles pour A.9). Bon tricot!

24.06.2019 - 06:56

country flag Christine schreef:

Bonjour Sur A8 et A9, j'ai un problème pour passer de 2 mailles en début et fin de rang ligne 21 des diagrammes à 1 maille ligne 22 sans tricoter 2 mailles ensemble ? Merci de m'éclairer.

21.06.2019 - 12:34

DROPS Design antwoorde:

Bonjour Christine, la dernière maille de A.8 se tricote avec les 2 premières m de A.3 (= on glisse la dernière m de A.8, on tricote les 2 premières m de A.3 ens à l'end et on passe la m glissée par-dessus les m tricotées = c'est la première m de A.3 désormais. Il en va de même pour A.3 et A.9. Bon tricot!

21.06.2019 - 14:28

country flag Anne schreef:

Hallo, Ik loop tegen een probleem aan bij het maken van de muts. In naald 11 van de herhaling A13-A14-A15 brei je in A15 21 steken. In naald 12 brei je er in A15 19, terwijl de steken in A13 en A14 gelijk blijven (respectievelijk 9 en 14 steken). Dan zijn er dus twee steken over. Hoe moet ik hier verder? Alvast bedankt voor het antwoord.

09.06.2019 - 18:00

DROPS Design antwoorde:

Dag Anne,

Helaas begrijp ik je vraag niet goed. Ik heb de telpatronen gecontroleerd en je zou gewoon uit moeten komen met de steken. In A.13 komt er om de naald een steek bij. Controleer even goed of je alle omslagen hebt gezien in het telpatroon.

09.06.2019 - 20:44

country flag Lilian Berkesi schreef:

Nadherny set. Prave na nom pracujem. Nedavno som objavila tuto stranku, nemozem sa vynacudovat, kolko je tu skvelych navodov a co skor vybrat.

29.04.2019 - 10:24

country flag Chris schreef:

Es sind aber doch nach der 10.Reihe schon 168 Maschen auf der Nadel.

13.03.2019 - 10:37

DROPS Design antwoorde:

Liebe Chris, ja genau bei der 10. Reihe haben Sie 168 M auf der Nadel, dann werden Sie in A.13 weiter zunehmen und in A.15 weiter abnehmen, wenn alle Diagramme fertig sind, haben Sie 168 M auf der Nadel. Viel Spaß beim stricken!

13.03.2019 - 11:09

country flag Chris schreef:

Hallo! In der Anleitung für die Mütze wird meiner Meinung nach in der 11. Reihe von A13 und A15 eine Masche zuviel aufgenommen und zwar nach der 2. Masche von A13 und vor der letzten von A15.

10.03.2019 - 11:40

DROPS Design antwoorde:

Liebe Chris, bei der 11. Reihe in A.13 und A.15 nehmen Sie je 1 Masche zu (= 2 Umschläge + 1 Abnahme in A.13 und 4 Umschläge + 3 Abnahmen in A.15 - bei A.14 gibt es je 2 Umschläge und 2 Abnahmen). Viel Spaß beim stricken!

11.03.2019 - 11:56