Weber schreef:
LINKES VORDERTEIL: Nach 4 cm die VERKÜRZTEN REIHEN stricken - siehe oben (1. R. = von der Rückseite). Sorry, (1. R. = von der Rückseite) stimmt doch!!
02.01.2012 - 10:31
Weber schreef:
LINKES VORDERTEIL: Falsch: Nach 4 cm die VERKÜRZTEN REIHEN stricken - siehe oben (1. R. = von der Rückseite) Richtig: (1. R. = von der Vorderseite) Falsch: 1 R. auf der Rückseite stricken und danach abk. Richtig: 1 R. auf der Rückseite stricken und danach M stilllegen!
31.12.2011 - 11:38
Buttercup#buttercupset |
|
![]() |
![]() |
Gebreid vest met capuchon en slofjes voor baby en kinderen in DROPS BabyMerino
DROPS Baby 21-1 |
|
RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld): brei alle nld recht. VERKORTE TOEREN: * Brei 2 nld in ribbelst over de 24-24-26 (28-28) voorbies st, brei 2 nld in ribbelst alleen over de buitenste 12-12-13 (14-14) st. LET OP: haal als u keert midden in het werk de eerste st af. Trek de draad goed aan en ga verder als hiervoor. Zo voorkomt u gaatjes in de overgangen *. KNOOPSGATEN: Het vest heeft een dubbele knopenrij. Maak 4 knoopsgaten op de rechter voorbies. 1e KNOOPSGAT = brei de 4e en 5e st vanaf de kant af en maak 1 omsl. Maak in dezelfde nld nog een knoopsgat als volgt: brei ook de 4 en 5 NA LAATSTE st op de voorbies samen en maak 1 omsl. Maak 2 knoopsgaten bij een hoogte van: MAAT 1/3 MAANDEN: 14 en 19 cm MAAT 6/9 MAANDEN: 16 en 21 cm MAAT 12/18 MAANDEN: 18 en 24 cm MAAT 2 JAAR: 20 en 27 cm MAAT 3/4 JAAR: 22 en 30 cm ---------------------------------------------------------- VEST: Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld. Begin met het linker voorpand, zet st op voor de mouw en brei tot de schouder. Brei het andere voorpand, plaats beide voorpand delen samen op de rondbreinaald en brei het achterpand naar beneden. LINKER VOORPAND: LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT! Zet 43-47-51 (56-59) st op (incl 1 kant st aan de kant en 24-24-26 (28-28) voorbies st middenvoor) met nld 2.5 mm en Baby Merino. Brei 6 nld in RIBBELST - zie uitleg boven. Ga verder met rondbreinld 3 mm en brei in tricotst maar ga verder en brei de 24-24-26 (28-28) voorbies st middenvoor in Ribbelst. Brei bij een hoogte van 4 cm VERKORTE TOEREN - zie uitleg boven (1e nld = aan de verkeerde kant). Herhaal van *-* 1 keer iedere 4 cm tot het werk 19-21-24 (27-30) cm meet, herhaal dan van *-* 1 keer iedere 2 cm tot het werk klaar is. Zet TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 16-17-20 (23-25) cm nieuwe st op aan het einde van iedere nld aan de verkeerde kant (aan de kant van de mouw): 2-2-3 (3-3) keer 6 st, 1-1-1 (2-3) keer 8 st en 1 keer 21-22-22 (25-26) st = 84-89-99 (115-127) st voor de schouder/mouw. Brei de gemeerderde st in tricotst. Ga als alle st opgezet zijn verder in tricotst en ribbelst als hiervoor en brei TEGELIJKERTIJD ook de buitenste 10 st op de mouw in ribbelst. Plaats bij een hoogte van 27-29-33 (37-40) cm een markeerder = midden bovenkant van de schouder. Zet nu de 24-24-26 (28-28) voorbies st middenvoor op een hulpdraad. Zet dan 2 nieuwe st op aan het einde van de nld aan de goede kant (langs de hals), Herhaal dit meerderen in de volgende nld langs de hals aan de goede kant = 64-69-77 (91-103) st op de nld. Brei 1 nld aan de verkeerde kant. Zet alle st op een hulpdraad. RECHTER VOORPAND: Zet op en brei als het linker voorpand maar in spiegelbeeld. Maak ook knoopsgaten op de voorbies - zie uitleg boven. LET OP! Zet de st op een hulpdraad na de laatste nld met meerderingen voor de hals (dus laatste nld = aan de verkeerde kant). ACHTERPAND: Brei het linker voorpand op de rondbreinld, zet 16-16-18 (20-20) nieuwe st op (= hals op het achterpand) en brei het rechter voorpand op de rondbreinld = 144-154-172 (202-226) st. MEET NU HET WERK VANAF DE MARKEERDERS OP DE SCHOUDERS. Ga verder in tricotst met Ribbelst aan het einde van elke mouw en brei heen en weer op de nld. Begin bij een hoogte van 8½-9½-10 (10-11) cm met het afkanten van de mouw st. Kant af aan het begin van iedere nld aan iedere kant als volgt: 1 keer 21-22-22 (25-26) st, 1-1-1 (2-3) keer 8 st en 2-2-3 (3-3) keer 6 st = 62-70-76 (84-90) st op de nld. Ga verder in tricotst met 1 kant st aan iedere kant. Vouw bij een hoogte van ongeveer 26-28-32 (36-39) cm het werk dubbel bij de markeerders op de schouders en zorg dat het achterpand even lang is als het voorpand tot de nld in ribbelst, ga nu verder met nld 2.5 mm en brei 6 nld in ribbelst, kant dan alle st af. AFWERKING: Naai de mouw- en zijnaden samen naast de kant st. Naai de knopen aan. CAPUCHON: Neem ongeveer 102-106-112 (118-122) st op (incl de st van de hulpdraden op de voorpanden – LET OP: als u meer of minder st heeft opgenomen, minder/meerder dan gelijkmatig in de 1e nld naar het juiste aantal st. Ga verder in ribbelst over alle st en brei TEGELIJKERTIJD verkorte toeren aan iedere kant om de 2 cm – ZIE UITLEG BOVEN. Kant af als de capuchon ongeveer 21-23-25 (27-28) cm meet. Naai de bovenkant van de capuchon netjes samen - naai in de buitenste lusjes van de buitenste st om een dikke naad te voorkomen. GEHAAKTE RAND: Haak een rand langs het hele vest. Begin aan de onderkant op het rechter voorpand en haak met 2 draden geel Baby Merino en haaknld 3 mm als volgt: Haak 1 v, * 3 l, 1 st in de eerste l, sla ongeveer ½ cm over, 1 v in de volgende st *, herhaal van *-*. Haak op dezelfde manier langs de onderrand van de mouwen. SLOFJE: Het slofje wordt heen en weer gebreid van middenachter naar middenachter. Zet 48-52-56 (56) st op met nld 2.5 mm en 2 draden geel Baby Merino. Knip 1 draad af en brei verder met 1 draad, brei 5-6-6 (7) cm boordsteek (= 2 st r/2 st av) – pas zo aan dat de volgende nld aan de verkeerde kant wordt gebreid. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant en minder TEGELIJKERTIJD 14-14-18 (14) st gelijkmatig = 34-38-38 (42) st. Brei in de volgende nld een gaatjesrand als volgt aan de goede kant: 1 st r, *2 st recht samen, 1 omsl *, herhaal van *-* en eindig met 1 st r. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant. Zet nu de buitenste 12-13-13 (15) st aan iedere kant op een hulpdraad. Brei 4 - 4½ - 5½ (6½) cm in tricotst over de middelste 10-12-12 (12) st. Zet de st van de hulpdraden terug op de nld en neem 10-11-13 (16) st op aan iedere kant van het midden van het werk = 54-60-64 (74) st op de nld. Brei 3-4-5 (5) cm Ribbelst over alle st en minder TEGELIJKERTIJD na 1½ - 2 - 2½ (3) cm om de nld als volgt tot het werk klaar is: minder 1 st aan het begin en het einde van de nld en brei 2 st recht samen aan iedere kant van de 2 middelste st. Kant af en naai samen midden onder de voet en naai verder omhoog middenachter in de buitenste lusjes van de buitenste st om een dikke naad te voorkomen. Brei nog een slofje op dezelfde manier. STRIKBANDEN: Knip 3 draden lichtgeel af van ongeveer 1 meter lang, draai ze samen tot ze beginnen te krullen, vouw ze dubbel en laat ze om elkaar heen krullen, leg dan een knoopje in ieder uiteinde. Rijg een strikbandje door de gaatjesrij op elk slofje. GEHAAKTE RAND: Haak een rand langs de bovenkant van het slofje met haaknld 2 mm en lichtgeel als volgt: 1 v in de eerste st, * 3 l, 1 stk in de 1e l, sla ongeveer ½ cm over, 1 v de volgende st *, herhaal van *-* en eindig met 1 hv in de v van het begin van de toer. |
|
![]() |
|
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #buttercupset of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 21 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 21-1
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.