Maria schreef:
Hej, skal de omslåede masker på rygstykket fra pind 2 (på halsudskæringen) strikkes drejet eller alm. på pind 3? Hvis de ikke strikkes drejet bliver der vel hul?
09.12.2024 - 20:00DROPS Design antwoorde:
Hej Maria, mener du udtagningerne til raglan? De skal strikkes drejet på næste pind. Eller hvilke omslag mener du?
11.12.2024 - 12:31
Gerty schreef:
Ik kan niet met een rondbreinaald overweg
17.09.2024 - 07:01
Hanne schreef:
Jeg har et spørsmål til halskanten. Etter 5cm skal jeg felle 4m i hver side. Deretter står det at jeg skal fortsette med vrbord og 1 rille. Men om jeg feller 4 m blir det jo igjen 3m av stolpen. Burde jeg ikke da hatt 3m rille i hver side? Eller skal de to siste maskene i halskanten nå strikkes i vrbord? Eller skulle jeg felt 6m?
30.04.2024 - 23:26DROPS Design antwoorde:
Hej Hanne, de masker bukkes ind på vrangsiden, så de kommer ikke til at ses :)
03.05.2024 - 13:51
Anneli Magnusson schreef:
Om man ska sticka med två olika Garner, hur kan det då i detta mönster vara olika garnåtgång?
25.02.2024 - 21:26DROPS Design antwoorde:
Hej Anneli. Det är olika antal meter per nystan för dessa 2 garn - 167 m per 50 g alpaca, 210 m per 25 g kidsilk så därför blir det olika vikt. Mvh DROPS Design
27.02.2024 - 07:14
Diana Roald schreef:
I am working from the English version and when I got to row 9 of A2 there there is a mistake in the pattern (both English US and UK). For the first cable (row 3 of A2) it says place the cable needle in front. I see now from the Norwegian version that this should have been "place cable needle in back". My question is: Can I leave the first cable left leaning (cable in front") and now do a right leaning on row 9 of A2 (cable in back)? Or do I have to rip out everything back to row 3 of A2?
11.02.2024 - 16:34
Karin schreef:
Flot snoning
19.01.2024 - 05:49
Aisling Cardigan#aislingcardigan |
|||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Alpaca en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan, kabels, patentsteek op de mouwen en dubbele halsrand. Maten S - XXXL.
DROPS 250-14 |
|||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. BIEZEN MET PUNNIKRAND: BEGIN VAN DE NAALD: Brei de voorbies als volgt: Haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht, brei 5 ribbelsteken. EINDE VAN DE NAALD: Brei de voorbies als volgt: Brei tot er 7 steken over zijn op de naald, brei 5 ribbelsteken, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. Brei op deze manier aan zowel de goede als de verkeerde kant. RAGLAN: Meerder 1 steek voor/na de 2 steken in elke overgang tussen het lijf en de mouwen, de markeerdraad zit tussen deze 2 steken. Meerder 1 steek door 1 omslag te maken welke gedraaid wordt gebreid op de volgende naald om een gaatje te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. KNOOPSGATEN: Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als er 4 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, 2 recht samen, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. Brei op de volgende naald (verkeerde kant), de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt op de eerste naald na de hals gebreid. De andere 5-5-5-6-6-6 knoopsgaten worden met ongeveer 8-8½-9-7½ -8-8½ cm tussen elk gebreid. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Begin 3 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. Er worden steken opgezet voor de halslijn, het werk wordt heen en weer gebreid, meerder steken aan elke kant tot de halslijn klaar is. De pas wordt heen en weer gebreid van boven naar beneden, met de rondbreinaald. Als de pas klaar is, wordt het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen, het lijf wordt verder heen en weer gebreid terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden in de rondte gebreid, van boven naar beneden. Er worden steken opgenomen voor de hals, welke vervolgens dubbel wordt gevouwen naar de binnenkant en naar beneden vast genaaid. HALSLIJN: Zet 70-70-70-78-78-78 steken op met rondbreinaald 5 mm en 1 draad van elke kwaliteit (2 draden). Voeg 4 markeerdraden in zonder de steken te breien; deze worden gebruikt voor het meerderen voor de raglan. Elke markeerdraad wordt ingevoegd tussen 2 steken als volgt: Tel 3 steken, voeg 1 markeerdraad in, tel 20 steken (mouw), voeg 1 markeerdraad in, tel 24-24-24-32-32-32 steken (achterpand), voeg 1 markeerdraad in, tel 20 steken (mouw), voeg 1 markeerdraad in, tel 3 steken. Brei heen en weer gebreid als volgt: NAALD 1 (verkeerde kant): Brei averecht, zet 2 steken op aan EINDE VAN DE NAALD = 72-72-72-80-80-80 steken. NAALD 2 (goede kant): Brei de steken op de voor- en achterpanden recht, brei A.1 over de 20 steken op elke mouw en meerder voor de RAGLAN aan elke kant van alle 4 markeerdraden – lees beschrijving hierboven (8 steken gemeerderd voor de raglan en 7 steken gemeerderd in elke A.1), zet 2 steken op aan het EINDE VAN DE NAALD = 96-96-96-104-104-104 steken. NAALD 3 (verkeerde kant): Brei de laatste naald in A.1 en brei de andere steken averecht, zet 2 steken op aan het EINDE VAN DE NAALD = 98-98-98-106-106-106 steken. NAALD 4 (goede kant): Brei de steken op de voor- en achterpanden recht, brei A.2 over A.1 op de mouwen, meerder voor de raglan aan elke kant van alle 4 markeerdraden (8 gemeerderde steken), zet 2 steken op aan het EINDE VAN DE NAALD = 108-108-108-116-116-116 steken. NAALD 5 (verkeerde kant): Brei patroon en tricotsteek zoals hiervoor, zet 3 steken op aan het EINDE VAN DE NAALD = 111-111-111-119-119-119 steken. NAALD 6 (goede kant): Brei patroon en tricotsteek zoals hiervoor, meerder voor de raglan aan elke kant van alle 4 markeerdraden (8 gemeerderde steken), zet 3 steken op aan het EINDE VAN DE NAALD = 122-122-122-130-130-130 steken. NAALD 7 (verkeerde kant): Brei patroon en tricotsteek zoals hiervoor, zet 10-10-10-14-14-14 steken op aan het EINDE VAN DE NAALD = 132-132-132-144-144-144 steken. NAALD 8 (goede kant): Brei VOORBIES MET PUNNIKRAND over de eerste 7 steken, patroon en tricotsteek zoals hiervoor, meerder voor de raglan aan elke kant van alle 4 markeerdraden (8 steken gemeerderd), zet 10-10-10-14-14-14 steken op aan het EINDE VAN DE NAALD = 150-150-150-166-166-166 steken. NAALD 9 (verkeerde kant): Brei patroon en tricotsteek zoals hiervoor en BIEZEN MET PUNNIKRAND (7 steken) aan elke kant – lees beschrijving hierboven. De halslijn is nu klaar en u heeft 4 keer gemeerderd voor de raglan. Brei de pas en KNOOPSGATEN – lees beschrijving hierboven. PAS: Brei tricotsteek, A.2 en voorbiessteken, ga verder met meerderen voor de raglan 2 keer (in totaal 6 keer voor de raglan, inclusief de meerderingen op de halslijn). Ga verder met meerderen voor de raglan iedere 2e naald (elke naald aan de goede kant), maar iedere 2e meerdering is alleen op de voor- en achterpanden, dus meerder op de voor- en achterpanden iedere 2e naald en op de mouwen iedere 4e naald, afwisselend 4 en 8 gemeerderde steken. Meerder zo 18-22-26-26-30-30 keer op de voor- en achterpanden (9-11-13-13-15-15 keer op de mouwen). Ga verder met tricotsteek, A.2 en de biezen en meerder voor de raglan, maar nu alleen op de voor- en achterpanden (de mouwmeerderingen zijn klaar). Meerder zo iedere 2e naald in totaal 2-1-0-0-0-4 keer (meerder niet in de maten L, XL en XXL). Er is in totaal 26-29-32-32-36-40 keer op het lijf en 15-17-19-19-21-21 keer op de mouwen gemeerderd (inclusief de meerderingen op de halslijn). Er zijn 282-302-322-338-362-378 steken. Ga verder met tricotsteek, A.2 en de biezen tot het werk 24-26-29-29-33-36 cm meet, gemeten midden achter. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN: Brei de eerste 46-49-52-56-60-64 steken (voorpand), plaats de volgende 57-61-65-65-69-69 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-10-12-14-16 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei de volgende 76-82-88-96-104-112 steken (achterpand), plaats de volgende 57-61-65-65-69-69 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-10-12-14-16 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 46-49-52-56-60-64 steken (voorpand). LIJF: = 188-200-212-232-252-272 steken. Brei tricotsteek en biezen zoals hiervoor tot het lijf 18-18-17-19-17-16 cm meet vanaf de scheiding. Brei 1 naald aan de goede kant en meerder 36-40-44-48-52-56 steken verdeeld (meerder niet over de biezen) = 224-240-256-280-304-328 steken. Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei dan als volgt aan de verkeerde kant: 7 voorbiessteken, * 2 averecht, 2 recht *, brei van *-* tot er 9 steken over zijn, 2 averecht en 7 voorbiessteken. Ga verder met deze boordsteek voor 10 cm. Kant af. De top meet ongeveer 58-60-62-64-66-68 cm vanaf de schouder. MOUWEN: Plaats de 57-61-65-65-69-69 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 5 mm en neem 1 steek op in elk van de 10-10-10-12-14-16 opgezette steken onder de mouw = 67-71-75-77-83-85 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de nieuwe steken. Brei tricotsteek en ga verder met A.2 in de rondte. Als de mouw 4 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 5-3½-2½-2½-2-1½ cm in totaal 6-8-9-10-11-11 keer = 55-55-57-57-61-63 steken. Brei verder tot de mouw 34-33-32-31-28-25 cm meet. Brei 1 naald recht en meerder 5-5-7-7-7-9 steken verdeeld = 60-60-64-64-68-72 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) voor 8 cm. Kant af. De mouw meet ongeveer 42-41-40-39-36-33 cm vanaf de scheiding. DUBBELE HALSRAND: Neem aan de goede kant, met rondbreinaald 4 mm, 104 tot 120 steken op rondom de halslijn – het aantal steken moet deelbaar zijn door 4 – zorg ervoor dat de raglansteken verder lopen in de boordsteek (aan de goede kant gezien). Brei dan als volgt aan de verkeerde kant: 7 voorbiessteken, * 2 averecht, 2 recht *, brei van *-* tot er 9 steken over zijn, 2 averecht en 7 voorbiessteken. Ga verder met deze boordsteek heen en weer gebreid voor 5 cm. Kant op het begin van de volgende 2 naalden 4 steken af. Ga verder met de boordsteek met 1 ribbelsteek aan elke kant tot de hals 10 cm meet. Kant ietwat losjes af. Vouw de hals dubbel naar de binnenkant en naai naar beneden vast. Naai de openingen op de biezen midden voor vast met kleine steken. AFWERKING: Naai de knopen op de linker voorbies. |
|||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||
![]() |
|||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #aislingcardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 34 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 250-14
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.