Ulrike schreef:
Hallo, die Beschreibung der Vorderteile ist verwirrend: Erst steht da, man soll in jeder Hinreihe für den Halsauschnitt zunehmen, danach steht aber in jeder 4. bzw. 6. Reihe, was stimmt denn nun? Und wenn man in jeder 4. bzw. 6. Reihe zunimmt, ist das einmal eine Hinreihe und einmal eine Rückreihe. Aber auf welche Weise soll man dann zunehmen? Immer nur so, wie im Tipp für Hinreihen beschrieben? Viele Grüße
07.04.2023 - 18:54DROPS Design antwoorde:
Liebe Ulrike, die Zunahmen für den Halsausschnitt sollen immer bei einer Hinreihe gestrickt werden, dh so in jeder 4. Reihe: *1 Hin-Reihe mit Zunahmen, 3 Reihen ohnen Zunahmen (= 1 Rück-, 1 Hin-, 1 Rück-Reihe)*, und so in jeder 6. Reihe: 1 Hin-Reihe mit Zunahmen, 5 Reihen ohnen Zunahmen (= 1 Rück-, 1 Hin-, 1 Rück, 1 Hin + 1 Rück-Reihe)*. - siehe ZUNAHMETIPP IN HIN-REIHEN: am Anfang der Anleitung. Viel Spaß beim stricken!
11.04.2023 - 12:13
Sandra schreef:
Hallo, hab gerade mit der Jacke angefangen und bin etwas unsicher da ich noch nie eine europäische Schulter gestrickt habe. Ich hab jetzt am Rückenteil die 24 Zunahmen für xxxl gestrickt und messe ab jetzt die Arbeit am Armausschnitt. Der Armausschnitt beginnt ja nach den Zunahmen und ich messe hier ab 0 cm ist das korrekt? Dh. Ich muss jetzt 18 cm stricken oder zählt von dem vorangestrickten etwas zu den 18 cm dazu? Vielen Dank.
23.03.2023 - 11:03DROPS Design antwoorde:
Liebe Sandra, ja genau, Sie messen jetzt ab der 1. Reihe nach den letzten Zunahmen und an der Seite (die "gerade" Seite wie auf der Skizze). Viel Spaß beim stricken!
23.03.2023 - 12:42
MELB schreef:
Sherry
19.01.2023 - 03:13
Daniela schreef:
70s love
18.01.2023 - 06:46
Sheena schreef:
Dunes stroll
18.01.2023 - 03:07
Ivory Collage Cardigan#ivorycollagecardigan |
||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||
Gebreid vest in 1 draad DROPS Wish of 2 draden DROPS Air. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met Europeaanse/diagonale schouders en reliëfpatroon. Maten S - XXXL.
DROPS 239-31 |
||||||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel = 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. TIP VOOR HET MEERDEREN AAN DE GOEDE KANT: Meerder richting links NA DE MARKEERDRAAD: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen. Neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus. Meerder richting rechts VOOR DE MARKEERDRAAD: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen. Neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus. TIP VOOR HET MEERDEREN OP DE VERKEERDE KANT: Meerder richting links NA DE MARKEERDRAAD: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen. Neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek averecht in de voorste lus. Meerder richting rechts VOOR DE MARKEERDRAAD: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen. Neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek averecht in de achterste lus. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. Het werk wordt eerst heen en weer gebreid, zet steken op aan de achterkant van de hals en brei het achterpand van boven naar beneden en meerder steken aan elke kant voor de schouders, welke ietwat diagonaal wordt. Het achterpand wordt tot de armsgaten gebreid. Begin met steken op te nemen langs 1 schouder achter en brei het armsgat terwijl u meerdert voor de hals. Dit wordt herhaald op de andere schouder. Na het armsgat breit u de voor- en achterpanden op dezelfde rondbreinaald en brei heen en weer gebreid. Er worden steken opgenomen rondom de armsgaten voor de mouwen, welke eerst heen en weer worden gebreid met verkorte toeren voor de mouwkop en dan in de rondte. Er worden steken opgenomen aan de bovenkant van de voorbiezen om de hals te breien. ACHTERPAND: Zet 18-18-20-20-22-22 steken op met rondbreinaald 8 mm en 1 draad DROPS Wish of 2 draden DROPS Air. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant. Voeg 1 markeerdraad in aan de binnenkant van de eerste 3 steken aan elke kant. De markeerdraden moeten aan de binnenkant van de 3 buitenste steken blijven aan elke kant. Brei tricotsteek heen en weer gebreid en meerder tegelijkertijd NA de markeerdraad op het begin van de naald (goede kant) en VOOR de markeerdraad aan het einde van de naald – lees TIP VOOR HET MEERDEREN AAN DE GOEDE KANT. Op de volgende naald (verkeerde kant) meerdert u op dezelfde manier - lees TIP VOOR HET MEERDEREN OP DE VERKEERDE KANT. Meerder op deze manier aan zowel de goede als de verkeerde kant in totaal 18-20-20-22-22-24 keer. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Na de laatste meerdering zijn er 54-58-60-64-66-70 steken. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten! Ga verder met tricotsteek tot het werk 14-15-16-16-17-18 cm meet, gemeten over het armsgat. Knip het garen af, zet de steken op een hulpdraad of extra naald en brei het voorpand. LINKER VOORPAND: Begin op de linker schouder (als het kledingstuk gedragen wordt). Zet 9 steken op (voorbies), neem dan 18-20-20-22-22-24 steken op aan de binnenkant van de 1 kantsteek over de linker schouder op het achterpand (dus neem 1 steek op in elke naald) = 27-29-29-31-31-33 steken. Brei A.1 over de eerste 9 steken (= voorbies) en tricotsteek over de andere steken (gezien aan de goede kant). Als het werk 6 cm meet, meerder dan voor de hals op het begin van de naald aan de goede kant. Meerder na 11 steken (A.1 + 2 tricotsteken) – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN AAN DE GOEDE KANT. Meerder iedere 4e naald 6 keer, dan iedere 6e naald 2-2-3-3-4-4 keer. Als het werk 24-25-26-28-29-30 cm meet. Zet de steken op een hulpdraad of extra naald - zorg ervoor dat de laatste naald aan de goede kant wordt gebreid. Knip de draad af. Brei de rechter schouder zoals uitgelegd hieronder. RECHTER VOORPAND: Neem 18-20-20-22-22-24 steken op aan de binnenkant van de 1 kantsteek over de rechter schouder achter, zet 9 steken op aan het einde van de naald (voorbies) = 27-29-29-31-31-33 steken. Brei tricotsteek tot er 9 steken over zijn, brei dan A.2 (gezien aan de goede kant). Als het werk 6 cm meet, meerder dan voor de hals aan het einde van de naald aan de goede kant. Meerder voor de laatste 11 steken (2 tricotsteken + A.2) – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN AAN DE GOEDE KANT. Meerder iedere 4e naald 6 keer, dan iedere 6e naald 2-2-3-3-4-4 keer. TEGELIJKERTIJD, als het werk 24-25-26-28-29-30 cm meet brei dan als volgt aan de verkeerde kant: Brei de steken van het rechter voorpand, zet 6-6-8-10-14-16 steken op aan het einde van de naald, brei aan de verkeerde kant over de 54-58-60-64-66-70 steken op het achterpand, zet 6-6-8-10-14-16 steken op, brei de steken op het linker voorpand. LIJF: Ga verder heen en weer gebreid met tricotsteek en A.1/A.2. Ga verder met meerderen voor de hals op de voorpanden. Als de meerderingen klaar zijn, zijn er 136-144-152-164-176-188 steken. De eerste en derde keer dat de bovenste 6 naalden in A.1/A.2 worden gebreid, brei ze dan over alle steken op het lijf. LET OP! Om het patroon aan te laten sluiten op de biezen, begint en eindigt u met een omslag op de steken van het lijf. Deze gemeerderde steek wordt op de volgende naald geminderd door 2 steken recht samen te breien. Brei tricotsteek en patroon tot het werk 52-54-56-58-60-62 cm meet. Brei 1 naald recht aan de goede kant en meerder 52-56-60-64-72-76 steken verdeeld (meerder niet over de biezen) = 188-200-212-228-248-264 steken. Ga verder met rondbreinaald 7 mm. Brei boordsteek als volgt aan de verkeerde kant: 9 voorbiessteken zoals hiervoor, * 2 averecht, 2 recht *, brei van *-* tot er 11 steken over zijn, 2 averecht, dan 9 voorbiessteken zoals hiervoor. Ga verder met deze boordsteek voor 10 cm. Kant af. LINKER MOUW: Gebruik rondbreinaald 8 mm en neem aan de goede kant 26-28-30-32-32-34 steken op vanaf de onderkant van het armsgat en naar boven langs het voorpand tot de schouder, dan 16-16-18-18-20-20 steken vanaf de schouder naar beneden over het achterpand tot de onderkant van het armsgat = 42-44-48-50-52-54 steken. Voeg 1 markeerdraad in in het midden van de opgenomen steken. Brei nu heen en weer in tricotsteek met verkorte toeren voor de mouwkop, om de mouw een betere pasvorm te geven. 1e naald (op de verkeerde kant): brei tot 10 steken na de markeerdraad, keer het werk. 2e naald (aan de goede kant): brei tot 10 steken na de markeerdraad, keer het werk. 3e naald (op de verkeerde kant): brei tot 14 steken na de markeerdraad, keer het werk. 4e naald (aan de goede kant): brei tot 14 steken na de markeerdraad, keer het werk. 5e naald (op de verkeerde kant): brei tot het begin van de naald. Brei tricotsteek heen en weer gebreid voor 6-6-7-8-9-10 cm, meet vanaf waar de steken opgenomen zijn (alle lengtematen worden gemeten op het midden van de bovenkant van de mouw). Voeg de mouw samen met een korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 8 mm. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald en neem deze mee tijdens het breien in de hoogte. Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 8-8-9-10-11-12 cm meet, minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 8-6-6-5½-5-5 cm in totaal 4-5-5-5-5-5 keer = 34-34-38-40-42-44 steken. Brei verder tot de mouw 34-33-33-32-32-31 cm meet vanaf de opgenomen rand. Er is 14 cm over; pas het vest en brei tot gewenste lengte voor de boordsteek. Brei 1 naald recht en meerder 14-18-14-16-14-16 steken verdeeld = 48-52-52-56-56-60 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 7 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) voor 14 cm. Kant ietwat losjes af. De mouw meet ongeveer 48-47-47-46-46-45 cm. RECHTER MOUW: Brei op dezelfde manier als de linker mouw, maar neem steken op in omgekeerde richting, met de eerste 16-16-18-18-20-20 steken vanaf de onderkant van het armsgat naar boven over het achterpand en 26-28-30-32-32-34 steken vanaf de schouder naar beneden over het voorpand. Naai de onderkant van de armsgaten dicht – zie tekening. HALS: Neem 1 steek op in elk van de 9 ribbelsteken op de bovenkant van de rechter voorbies met naald 7 mm. Brei ribbelsteek voor 7-7-8-8-9-9 cm; zorg ervoor dat de voorbies tot ongeveer midden achter komt als u hem ietwat oprekt. Kant af. Brei de linker voorbies op dezelfde manier. Naai de biezen samen midden achter en naai ze tegen de halslijn. AFWERKING: Naai de 2 knopen op de linker voorbies. Ze worden vastgemaakt door een naald van gaatjes op het rechter voorpand. |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
![]() |
||||||||||||||||||||||
Heeft u dit patroon gemaakt?Tag dan uw afbeeldingen met #dropspattern #ivorycollagecardigan of stuur ze naar de #dropsfan galerij. Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind 30 instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2025 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Laat een opmerking achter voor DROPS 239-31
Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!
Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.